Aanpassing factoren, grondslagen en bedragen wetten voor oorlogsgetroffenen per 1 januari 2008

Regeling van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 15 januari 2008, nr. OHW-U-2822103, houdende aanpassing van de factoren, grondslagen en bedragen wetten voor oorlogsgetroffenen per 1 januari 2008

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op de artikelen 31a, eerste lid, van de Wet buitengewoon pensioen 1940–1945, 28a, eerste lid, van de Wet buitengewoon pensioen zeelieden-oorlogsslachtoffers, 35, eerste en tweede lid, van de Wet buitengewoon pensioen Indisch verzet, 18, eerste en tweede lid, van de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940–1945 en 25, eerste en tweede lid, van de Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940–1945;

Besluit:

Hoofdstuk 1

Nabetaling over 2007

Artikel 1

De pensioenbedragen, bedoeld in artikel 31b van de Wet buitengewoon pensioen 1940–1945 en in artikel 28b van de Wet buitengewoon pensioen zeelieden-oorlogsslachtoffers, zoals zij golden op 30 november 2007, worden voor een nabetaling over december 2007 verhoogd met 14,88%.

Artikel 2

De factoren waarmee het peil der buitengewone pensioenen ingevolge de Wet buitengewoon pensioen 1940–1945 en de Wet buitengewoon pensioen zeelieden-oorlogsslachtoffers wordt aangepast, worden voor een nabetaling over december 2007 vastgesteld als volgt:

A

pensioengrondslagen 1947

per jaar in euro

B

welvaartstoeslag nabetaling 2007

van

tot en met

 

1.225,21

1.356,79

24.757,00 minus pensioengrondslag

van

tot en met

pensioengrondslag

maal factor

plus extra

bedrag in euro

1.356,80

1.404,44

17,1103

196,00

1.404,45

1.446,64

17,1373

196,00

1.446,65

2.021,13

17,1829

196,00

2.021,14

2.066,96

17,2006

196,00

2.066,97

2.113,24

17,2023

196,00

2.113,25

2.158,62

17,2038

196,00

2.158,63

2.204,45

17,2055

196,00

2.204,46

2.248,92

17,2073

196,00

2.248,93

2.294,76

17,2092

196,00

2.294,77

2.385,51

17,2111

196,00

2.385,52

2.485,34

17,2147

196,00

2.485,35

2.583,36

17,2181

196,00

2.583,37

2.678,65

17,2218

196,00

2.678,66

2.679,11

17,2543

196,00

2.679,12

2.726,30

17,2576

196,00

2.726,31

2.773,49

17,2593

196,00

2.773,50

2.820,23

17,2649

196,00

2.820,24

2.867,88

17,2665

196,00

2.867,89

2.914,62

17,2724

196,00

2.914,63

2.961,36

17,2741

196,00

2.961,37

2.961,81

17,2749

196,00

2.961,82

3.004,92

17,2783

198,00

3.004,93

3.048,94

17,2792

198,00

3.048,95

3.092,96

17,2837

198,00

3.092,97

3.136,07

17,2845

198,00

3.136,08

3.136,52

17,2882

198,00

3.136,53

3.180,08

17,2891

198,00

3.180,09

3.223,19

17,2900

198,00

3.223,20

3.223,64

17,2936

198,00

3.223,65

3.267,21

17,2944

198,00

3.267,22

3.310,32

17,2953

198,00

3.310,33

3.353,88

17,3008

198,00

3.353,89

3.397,44

17,3115

198,00

3.397,45

3.441,01

17,3145

198,00

3.441,02

3.484,57

17,3158

198,00

3.484,58

3.528,13

17,3205

198,00

3.528,14

3.571,69

17,3214

198,00

3.571,70

3.615,26

17,3262

198,00

3.615,27

3.658,82

17,3276

198,00

3.658,83

3.659,27

17,3288

198,00

3.659,28

3.713,73

17,3322

198,00

3.713,74

3.768,18

17,3335

198,00

3.768,19

3.822,63

17,3384

198,00

3.822,64

3.823,09

17,3532

198,00

3.823,10

3.877,54

17,3548

198,00

3.877,55

3.932,00

17,3584

198,00

3.932,01

3.986,45

17,3595

198,00

3.986,46

4.040,90

17,3646

198,00

4.040,91

4.084,02

17,3661

198,00

Artikel 3

De pensioengrondslagen, bedoeld in artikel 10, eerste, tweede en zesde lid, van de Wet buitengewoon pensioen Indisch verzet, zoals zij golden op 30 november 2007, worden voor een nabetaling over december 2007 verhoogd met 14,88%.

Artikel 4

De bedragen, genoemd in artikel 10, achtste lid, onder a en b, van de Wet buitengewoon pensioen Indisch verzet, worden voor een nabetaling over december 2007 vastgesteld als volgt:

a. het bedrag, genoemd in artikel 10, achtste lid, onder a, op € 24.759,53;

b. de bedragen, genoemd in artikel 10, achtste lid, onder b, op achtereenvolgens:

€ 51.649,61;

€ 31.896,13;

€ 16.785,66;

€ 17.038,16;

€ 16.831,78;

€ 33.557,71.

Artikel 5

De grondslagen, bedoeld in artikel 8, eerste, tweede en zesde lid, van de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940–1945, zoals zij golden op 30 november 2007, worden voor een nabetaling over december 2007 verhoogd met 14,88%.

Artikel 6

De bedragen, genoemd in de artikelen 8, zevende lid, onder a en b, en 10, eerste lid, onder e en f, van de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940–1945, worden voor een nabetaling over december 2007 vastgesteld als volgt:

a. het bedrag, genoemd in artikel 8, zevende lid, onder a, op € 2.063,08;

b. het bedrag, genoemd in artikel 8, zevende lid, onder b, op € 4.282,89;

c. het bedrag, genoemd in artikel 10, eerste lid, onder e, op € 2.798,71;

d. het bedrag, genoemd in artikel 10, eerste lid, onder f, op € 2.604,16.

Artikel 7

De grondslagen, bedoeld in artikel 10, eerste, tweede, zesde, zevende en negende lid, van de Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940–1945, zoals zij golden op 30 november 2007, worden voor een nabetaling over december 2007 verhoogd met 14,88%.

Artikel 8

De bedragen, genoemd in artikel 10, achtste lid, onder a en b, van de Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940–1945, worden voor een nabetaling over december 2007 vastgesteld als volgt:

a. het bedrag, genoemd in artikel 10, achtste lid, onder a, op € 2.063,08;

b. het bedrag, genoemd in artikel 10, achtste lid, onder b, op € 4.282,89.

Hoofdstuk 2

Aanpassing per 1 januari 2008

Artikel 9

De pensioenbedragen, bedoeld in artikel 31b van de Wet buitengewoon pensioen 1940–1945 en in artikel 28b van de Wet buitengewoon pensioen zeelieden-oorlogsslachtoffers, zoals zij golden op

30 november 2007, worden per 1 januari 2008 verhoogd met 4,01%.

Artikel 10

De factoren waarmee het peil der buitengewone pensioenen ingevolge de Wet buitengewoon pensioen 1940–1945 en de Wet buitengewoon pensioen zeelieden-oorlogsslachtoffers wordt aangepast, worden per 1 januari 2008 vastgesteld als volgt:

A

pensioengrondslagen 1947

per jaar in euro

B

welvaartstoeslag vanaf 1 januari 2008

van

tot en met

  

1.225,21

1.356,79

22.414,00 minus pensioengrondslag

van

tot en met

pensioengrondslag

maal factor

plus extra

bedrag in euro

1.356,80

1.404,44

15,3967

178,00

1.404,45

1.446,64

15,4211

178,00

1.446,65

2.021,13

15,4624

178,00

2.021,14

2.066,96

15,4784

178,00

2.066,97

2.113,24

15,4800

178,00

2.113,25

2.158,62

15,4813

178,00

2.158,63

2.204,45

15,4829

178,00

2.204,46

2.248,92

15,4845

178,00

2.248,93

2.294,76

15,4862

178,00

2.294,77

2.385,51

15,4880

178,00

2.385,52

2.485,34

15,4912

178,00

2.485,35

2.583,36

15,4943

178,00

2.583,37

2.678,65

15,4977

178,00

2.678,66

2.679,11

15,5271

178,00

2.679,12

2.726,30

15,5301

178,00

2.726,31

2.773,49

15,5316

178,00

2.773,50

2.820,23

15,5367

178,00

2.820,24

2.867,88

15,5381

178,00

2.867,89

2.914,62

15,5434

178,00

2.914,63

2.961,36

15,5450

178,00

2.961,37

2.961,81

15,5457

178,00

2.961,82

3.004,92

15,5488

179,00

3.004,93

3.048,94

15,5497

179,00

3.048,95

3.092,96

15,5537

179,00

3.092,97

3.136,07

15,5544

179,00

3.136,08

3.136,52

15,5578

179,00

3.136,53

3.180,08

15,5586

179,00

3.180,09

3.223,19

15,5594

179,00

3.223,20

3.223,64

15,5627

179,00

3.223,65

3.267,21

15,5634

179,00

3.267,22

3.310,32

15,5642

179,00

3.310,33

3.353,88

15,5692

179,00

3.353,89

3.397,44

15,5789

179,00

3.397,45

3.441,01

15,5816

179,00

3.441,02

3.484,57

15,5827

179,00

3.484,58

3.528,13

15,5870

179,00

3.528,14

3.571,69

15,5878

179,00

3.571,70

3.615,26

15,5922

179,00

3.615,27

3.658,82

15,5934

179,00

3.658,83

3.659,27

15,5945

179,00

3.659,28

3.713,73

15,5976

179,00

3.713,74

3.768,18

15,5987

179,00

3.768,19

3.822,63

15,6032

179,00

3.822,64

3.823,09

15,6166

179,00

3.823,10

3.877,54

15,6181

179,00

3.877,55

3.932,00

15,6213

179,00

3.932,01

3.986,45

15,6224

179,00

3.986,46

4.040,90

15,6269

179,00

4.040,91

4.084,02

15,6283

179,00

Artikel 11

De pensioengrondslagen, bedoeld in artikel 10, eerste, tweede en zesde lid, van de Wet buitengewoon pensioen Indisch verzet, zoals zij golden op 30 november 2007, worden per 1 januari 2008 verhoogd met 4,01%.

Artikel 12

De bedragen, genoemd in artikel 10, achtste lid, onder a en b, van de Wet buitengewoon pensioen Indisch verzet, worden per 1 januari 2008 vastgesteld als volgt:

a. het bedrag, genoemd in artikel 10, achtste lid, onder a, op € 22.416,78;

b. de bedragen, genoemd in artikel 10, achtste lid, onder b, op achtereenvolgens:

€ 46.762,50;

€ 28.878,11;

€ 15.197,39;

€ 15.426,00;

€ 15.239,15;

€ 30.382,47.

Artikel 13

De grondslagen, bedoeld in artikel 8, eerste, tweede en zesde lid, van de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940–1945, zoals zij golden op 30 november 2007 worden per

1 januari 2008 verhoogd met 4,01%.

Artikel 14

De bedragen, genoemd in de artikelen 8, zevende lid, onder a en b, en 10, eerste lid, onder e en f, van de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940–1945, worden per 1 januari 2008 vastgesteld als volgt:

a. het bedrag, genoemd in artikel 8, zevende lid, onder a, op € 1.867,87;

b. het bedrag, genoemd in artikel 8, zevende lid, onder b, op € 3.877,64;

c. het bedrag, genoemd in artikel 10, eerste lid, onder e, op € 2.533,89;

d. het bedrag, genoemd in artikel 10, eerste lid, onder f, op € 2.357,75.

Artikel 15

De grondslagen, bedoeld in artikel 10, eerste, tweede, zesde, zevende en negende lid, van de Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940–1945, zoals zij golden op 30 november 2007, worden per 1 januari 2008 verhoogd met 4,01%.

Artikel 16

De bedragen, genoemd in artikel 10, achtste lid, onder a en b, van de Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940–1945, worden per 1 januari 2008 vastgesteld als volgt:

a. het bedrag, genoemd in artikel 10, achtste lid, onder a, op € 1.867,87;

b. het bedrag, genoemd in artikel 10, achtste lid, onder b, op € 3.877,64.

Artikel 17

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2008.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M. Bussemaker.

Toelichting

De artikelen 31a van de Wet buitengewoon pensioen 1940–1945, 28a van de Wet buitengewoon pensioen zeelieden-oorlogsslachtoffers, 35 van de Wet buitengewoon pensioen Indisch verzet, 18 van de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940–1945 en 25 van de Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940–1945, waarin de indexatie voor de onderscheiden wetten is geregeld, vormen de grondslag van de voorliggende regeling.

Bij de wet van 13 december 1990 (Stb. 641), tot wijziging van de Wet buitengewoon pensioen 1940–1945, de Wet buitengewoon pensioen zeelieden-oorlogsslachtoffers, de Wet buitengewoon pensioen Indisch verzet, de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940–1945 en de Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940–1945 (wijziging indexeringsregelen wetten voor oorlogsgetroffenen) zijn de zogenaamde indexatiebepalingen in die zin gewijzigd, dat de aanpassingen van de buitengewone pensioenen en uitkeringen ingevolge die wetten in principe de ontwikkelingen volgen van de ambtenarensalarissen, voor zover deze ontwikkelingen een algemeen karakter dragen als bedoeld in artikel A8 van de Algemene burgerlijke pensioenwet. In verband met de wijziging van artikel A8 van de Algemene burgerlijke pensioenwet bij de Wet financiële voorzieningen privatisering Abp zijn genoemde indexatiebepalingen bij wet van 2 november 1995 (Stb. 570), houdende wijziging van de Wet buitengewoon pensioen 1940–1945, de Wet buitengewoon pensioen zeelieden-oorlogsslachtoffers, de Wet buitengewoon pensioen Indisch verzet, de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940–1945 en de Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940–1945 (herziening aanpassingssysteem wetten voor oorlogsgetroffenen), eveneens gewijzigd. Bij de Aanpassingswet privatisering Abp zijn de indexatiebepalingen in de wetten voor oorlogsgetroffenen tenslotte nader afgestemd op de bepalingen inzake artikel A8 van de Algemene burgerlijke pensioenwet, zoals vervat in de Wet privatisering Abp.

In de indexatiebepalingen van de wetten voor oorlogsgetroffenen is een directe koppeling gelegd met artikel 10 van de Wet privatisering Abp in die zin dat de indexatie van de pensioenen en uitkeringen voor oorlogsgetroffenen onder dezelfde normen en voorwaarden plaatsvindt als de door het bestuur van het Abp vastgestelde pensioenverhoging van het overheidspersoneel. Op grond van artikel 10 van de Wet privatisering Abp wordt volledig geïndexeerd tenzij de financiële positie van het pensioenfonds zich dwingend tegen die aanpassing verzet. Momenteel heeft het Abp onvoldoende vermogen om de pensioenen volledig te indexeren. Het streven van het Abp is erop gericht het vermogen weer op een zodanig peil te brengen dat volledige indexatie mogelijk wordt.

Ten aanzien van de Abp-pensioenen heeft het bestuur van het Abp-fonds eind november 2007 de volgende aanpassingen aan de loonontwikkeling vastgesteld.

Over 2007 wordt een nabetaling verstrekt ter grootte van 1,24%. Verder is per 1 januari 2008 de aangepaste middelsom van de Abp-pensioenen structureel verhoogd met 4,01%. In dit laatste percentage is een na-indexatie begrepen van 1,96%. Dit betreft de bij elkaar opgetelde indexaties die in het verleden niet zijn doorgevoerd onder invloed van de door het Abp eind 2003 en 2005 opgestelde herstelplannen om het vermogen van het fonds weer op peil te brengen. Aangezien de buitengewone pensioenen en uitkeringen voor de oorlogsgetroffenen worden aangepast aan overeenkomstige normen en voorwaarden, wordt de door het bestuur van het Abp vastgestelde indexatie gevolgd.

In de voorliggende regeling worden de nabetaling over 2007 en de aanpassing van de pensioenen en uitkeringen van oorlogsgetroffenen per 1 januari 2008 bepaald op:

– een (eenmalige) nabetaling over de maand december 2007 in de vorm van een incidentele verhoging met 14,88% van de per 30 november 2007 geldende factoren, grondslagen en bedragen, en

– een (permanente) aanpassing per 1 januari 2008 in de vorm van een structurele verhoging van 4,01% van de per 30 november 2007 geldende factoren, grondslagen en bedragen.

De incidentele verhoging met 14,88% stemt overeen met 12 maal een nabetaling van 1,24% van de per 30 november 2007 geldende factoren, grondslagen en bedragen. De vermenigvuldiging van 12 maal 1,24% van het maandbedrag ingevolge de wetten voor oorlogsgetroffenen is nodig, omdat de nabetaling over december 2007 voor de Abp-pensioenen de algemene middelsom en dus een jaarbedrag betreft.

Er zij expliciet op gewezen dat in de voorliggende regeling de nabetaling en de structurele aanpassing elk afzonderlijk aan de per 30 november 2007 geldende factoren, grondslagen en bedragen zijn gerelateerd teneinde te voorkomen dat de eenmalige verhoging als gevolg van de nabetaling over december 2007 in de structurele verhoging per 1 januari 2008 is verdisconteerd.

In de artikelen 2 en 10 geeft de kolom A de verdeling naar het niveau van de pensioengrondslagen aan. De kolom B in artikel 2 geeft de voor de nabetaling per december 2007 vastgestelde factor aan, waarmee het peil van de buitengewone pensioenen wordt aangepast (de z.g. welvaartstoeslagen) in relatie tot de pensioengrondslagen.

De kolom B in artikel 10 geeft de met ingang van 1 januari 2008 vastgestelde factoren aan van de welvaartstoeslagen.

De kosten die uit deze maatregelen voortvloeien bedragen voor 2008 € 21,4 mln. Voor 2009 bedragen de kosten € 14,5 mln. aflopend tot € 12,1 mln. voor 2013. De uitgavenstijging wordt gefinancierd uit de jaarlijkse loonbijstellingen.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

M. Bussemaker

Naar boven