Wijziging tarieven retributies ten aanzien van werkzaamheden VWA inzake diervoederregelgeving

Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 11 juli 2008, nr. TRCJZ/2008/1519, houdende wijziging van de tarieven voor retributies ten aanzien van werkzaamheden VWA inzake diervoederregelgeving

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Gelet op verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake officiële controles op de naleving van de wetgeving inzake diervoeders en levensmiddelen en de voorschriften inzake diergezondheid en dierenwelzijn (PbEG L165);

Gelet op de artikelen 16, derde lid, en 25, eerste lid, van de Kaderwet diervoeders;

Gelet op artikel 24 van het Besluit diervoeders;

Besluit:

Artikel I

De Regeling diervoeders1 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1, onderdeel r, komt te luiden:

r. richtlijn nr. 2008/38/EG: richtlijn nr. 2008/38/EG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 5 maart 2008 tot vaststelling van de lijst van bestemmingen voor diervoeders met bijzonder voedingsdoel (PbEG L 69);

B

In artikel 37 wordt de zinsnede ‘deel B van de bijlage bij richtlijn nr. 94/39/EG’ vervangen door: deel B van bijlage I bij richtlijn nr. 2008/38/EG.

C

In artikel 39, onderdeel a, wordt de zinsnede ‘deel B van de bijlage bij richtlijn nr. 94/39/EG’ vervangen door: deel B van bijlage I bij richtlijn nr. 2008/38/EG.

D

In artikel 83, eerste lid, onderdeel b, wordt na ‘Delfzijl haven,’ ingevoegd: Vlissingen haven,.

E

Na artikel 84, tweede lid, wordt een nieuw lid ingevoegd, luidende:

3. De aanbieder meldt de werkzaamheden die hij wenst te laten verrichten schriftelijk bij de VWA uiterlijk vóór 14:00 uur op de werkdag voorafgaand aan de dag van de voorgenomen uitvoering van de werkzaamheden. Hij maakt daarbij gebruik van het document, bedoeld in artikel 83, tweede lid.

F

Artikel 89, onderdeel b, komt te luiden:

b. € 82,86 per ambtenaar als starttarief voor een onderzoek ter plaatse naar het voldoen aan de eisen aan de erkenning, vermeerderd met € 23,95 per kwartier dat aan het onderzoek ter plaatse door een ambtenaar is besteed.

G

Artikel 90 komt te luiden:

Ter vergoeding van de kosten voor het onderzoek, bedoeld in artikel 13, eerste lid, van de wet, wordt bij de houder van een erkenning in rekening gebracht € 82,86 als starttarief per ambtenaar, vermeerderd met € 23,95 per kwartier dat aan het onderzoek door een ambtenaar is besteed.

H

Artikel 94 komt te luiden:

Artikel 94

1. Ter vergoeding van de kosten ter uitvoering van verrichtingen op verzoek wordt bij de aanvrager in rekening gebracht:

a. een aanvraagtarief van € 12,55;

b. een starttarief van € 77,68 per ambtenaar;

c. een bedrag van € 41,93 per kwartier dat door een ambtenaar aan de verrichtingen is besteed, en

d. de werkelijk gemaakte kosten van laboratorium- of dossieronderzoek, met inbegrip van en voorzover van toepassing, de kosten voor het verbruik van chemicaliën, hulpmiddelen en materialen, alsmede personeelskosten en huisvestingskosten.

2. Het eerste lid is slechts van toepassing op verrichtingen die door of vanwege de VWA gedurende één dag, in een aaneengesloten periode, reguliere pauzes daaronder inbegrepen, op één plaats worden verricht.

3. Voor zover voor de verrichtingen, bedoeld in het eerste lid, op verzoek van de aanbieder een certificaat, een gewaarmerkt afschrift van een certificaat of geleidebiljet wordt afgegeven zonder dat direct voorafgaand onderzoek ter plaatse van de aanbieder wordt verricht door een ambtenaar, is de aanbieder een retributie verschuldigd van:

a. € 41,93 per certificaat of geleidebiljet dat wordt aangevraagd, onderscheidelijk,

b. indien meerdere certificaten of geleidebiljetten tegelijk worden aangevraagd die betrekking hebben op dezelfde partij, en waarbij op de certificaten of geleidebiljetten het zelfde oorsprongs- en bestemmingsadres, alsmede dezelfde datum van vertrek wordt vermeld:

(i) € 41,93 voor het certificaat of het geleidebiljet dat als eerste wordt afgegeven, en

(ii) € 10,48 per certificaat of geleidebiljet dat na het onder (i) bedoelde eerste certificaat of geleidebiljet wordt afgegeven, en

c. € 10,48 per gewaarmerkt afschrift van een certificaat of een geleidebiljet.

I

Artikel 95 komt te luiden:

Artikel 95

1. Indien de datum of het tijdstip van aanvang of beëindiging van de werkzaamheden afwijkt van de datum of het tijdstip volgens de melding, bedoeld in artikel 84, derde lid, onderscheidelijk artikel 104, eerste lid, wordt degene die de melding heeft verricht, hiervan door de VWA in kennis gesteld.

2. Indien gemelde werkzaamheden niet zullen plaatsvinden, worden uitgesteld of wijziging ondergaan als gevolg van niet aan de VWA te wijten oorzaken of omstandigheden, wordt dit door degene die de melding heeft verricht, schriftelijk aan de VWA bericht:

a. indien het de melding, bedoeld in artikel 84, derde lid, betreft: uiterlijk vóór 14:00 uur op de werkdag voorafgaand aan de dag van de voorgenomen uitvoering van de werkzaamheden;

b. indien het de melding, bedoeld in artikel 104, eerste lid, betreft: uiterlijk vóór 07:00 uur op de werkdag voorafgaand aan de dag van de voorgenomen uitvoering van de werkzaamheden;

3. De aanbieder is naast de ingevolge artikel 92 verschuldigde retributie een retributie verschuldigd voor zover door omstandigheden buiten toedoen van de met de werkzaamheden belaste persoon of personen, de in het desbetreffende artikel bedoelde werkzaamheden worden onderbroken of uitgesteld, onderscheidenlijk geheel of gedeeltelijk niet plaatsvinden, bestaande uit een bedrag van € 57,30.

4. De aanvrager is naast de ingevolge artikel 94, eerste lid, onderdelen a en b, verschuldigde retributies een retributie verschuldigd voorzover door omstandigheden buiten toedoen van de met de werkzaamheden belaste persoon of personen, de in het desbetreffende artikel bedoelde werkzaamheden worden onderbroken of uitgesteld, onderscheidelijk geheel of gedeeltelijk niet plaatsvinden, bestaande uit een bedrag, dat gelijk is aan het in artikel 94, onderdeel c, bedoelde bedrag per kwartier,

a. per kwartier dat de onderbreking onderscheidelijk het uitstel voor de met de werkzaamheden belaste persoon of personen heeft geduurd, onderscheidelijk

b. per kwartier dat de werkzaamheden, blijkens de aanvraag bedoeld in artikel 104, eerste lid, zouden hebben geduurd, indien zij daadwerkelijk zouden zijn verricht.

5. Het derde en vierde lid zijn niet van toepassing indien de melding als bedoeld in lid twee tijdig is gedaan.

6. Het bedrag, bedoeld in artikel 94, eerste lid, onderdeel a, wordt ten aanzien van werkzaamheden die voor één aanbieder op één plaats worden verricht, in rekening gebracht per keer dat deze werkzaamheden worden afgemeld of gewijzigd uiterlijk 07:00 uur op de dag voorafgaand aan de dag waarop de werkzaamheden zouden plaatsvinden.

J

Na artikel 95 worden drie nieuwe artikelen ingevoegd, luidende:

Artikel 95a

1. Naast de retributie bedoeld in artikel 89, 90, onderscheidenlijk 94 is de aanbieder een retributie verschuldigd van 30% van het in het desbetreffende artikel genoemde bedrag per kwartier, per kwartier dat de in de desbetreffende artikel bedoelde werkzaamheden plaatsvinden buiten openingstijd.

2. Naast de retributies bedoeld in artikel 92 is de aanvrager een retributie verschuldigd van € 7,44 per kwartier dat de in artikel 92 bedoelde werkzaamheden plaatsvinden buiten openingstijd.

3. De openingstijd, bedoeld in het eerste en tweede lid, is de periode van maandag tot en met vrijdag, van 7:00 uur tot 18:00 uur, met uitzondering van algemeen erkende feestdagen en 5 mei.

Artikel 95b

1. Indien de in artikel 92 en 94 bedoelde werkzaamheden later zijn aangemeld dan op de werkdag en het tijdstip, bedoeld in artikel 84, derde lid, onderscheidelijk artikel 104, tweede lid, zullen de aangevraagde werkzaamheden niet worden uitgevoerd op de daartoe aangevraagde dag, en dient de aanbieder voor de uitvoering van die werkzaamheden een nieuwe aanvraag in te dienen.

2. Het eerste lid is niet van toepassing, indien de aanbieder die de werkzaamheden later heeft aangemeld dan op de werkdag en het tijdstip, bedoeld in artikel 84, derde lid, onderscheidelijk artikel 104, tweede lid, ten genoegen van de VWA aantoont dat de te late aanmelding is veroorzaakt door omstandigheden die redelijkerwijs niet voor rekening of risico van de aanbieder komen.

3. Indien de werkzaamheden bedoeld in artikel 92 later zijn aangemeld dan op het van toepassing zijnde tijdstip genoemd in artikel 84, derde lid, en de aanbieder overeenkomstig het tweede lid ten genoegen van de VWA heeft aangetoond dat de te late aanmelding is veroorzaakt door omstandigheden die redelijkerwijs niet voor rekening of risico van de aanbieder komen, is de aanbieder een retributie verschuldigd naast de ingevolge artikel 92 verschuldigde retributies, bestaande uit een bedrag van € 7,44 per kwartier dat de te laat aangemelde werkzaamheden duren.

4. Indien de aanvraag tot het doen verrichtingen op verzoek later heeft plaatsgevonden dan op het van toepassing zijnde tijdstip genoemd in artikel 104, tweede lid, en de aanvrager overeenkomstig het tweede lid ten genoegen van de VWA heeft aangetoond dat de te late aanmelding is veroorzaakt door omstandigheden die redelijkerwijs niet voor rekening of risico van de aanbieder komen, is de aanvrager een retributie verschuldigd, naast de ingevolge artikel 94, eerste lid, verschuldigde retributies, bestaande uit een bedrag van 30% van het in laatstgenoemd artikellid vermelde bedrag per kwartier, per kwartier dat de te laat aangemelde werkzaamheden duren.

Artikel 95c

1. Indien de werkzaamheden bedoeld in artikel 92 naar het oordeel van de aanwezige medewerker van de VWA meer tijd in beslag nemen dan is aangemeld op grond van artikel 83, tweede lid, is de aanbieder een retributie verschuldigd, naast de ingevolge artikel 92 verschuldigde retributies, bestaande uit een bedrag van € 7,44 per kwartier dat de werkzaamheden langer duren dan is aangemeld.

2. Indien de werkzaamheden bedoeld in artikel 94, eerste lid, naar het oordeel van de aanwezige medewerker van de VWA meer tijd in beslag nemen dan is aangevraagd op grond van artikel 104, tweede lid, is de aanbieder een retributie verschuldigd, naast de ingevolge artikel 94, eerste lid, verschuldigde retributies, bestaande uit:

a. een bedrag van € 12,55;

b. een starttarief dat gelijk is aan het starttarief in artikel 94, eerste lid, en

c. 30% van het in artikel 94, eerste lid, genoemde bedrag per kwartier, per kwartier dat de werkzaamheden langer duren dan is aangemeld.

K

Artikel 104 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

1. Een aanvraag tot het doen van verrichtingen op verzoek wordt schriftelijk ingediend bij de Voedsel en Waren Autoriteit, onder vermelding van:

a. de soorten te verrichten bedrijfsactiviteiten;

b. de soorten en hoeveelheden van de goederen;

c. de datum en het tijdstip waarop de bedrijfsactiviteiten naar verwachting zullen aanvangen;

d. de datum en het tijdstip waarop de bedrijfsactiviteiten naar verwachting zullen eindigen, en

e. de locatie(s) waarop de bedrijfsactiviteiten zullen plaatsvinden,

2. Het tweede lid komt te luiden:

2. De aanbieder meldt de gewenste verrichtingen schriftelijk bij de VWA, uiterlijk vóór 07:00 uur op de werkdag voorafgaand aan de dag van de voorgenomen uitvoering.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst, met uitzondering van artikel I, onderdelen A tot en met C, die in werking treden met ingang van 31 juli 2008.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 11 juli 2008.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, G. Verburg.

Toelichting

§ 1. Inleiding

Deze regeling strekt tot wijziging van de Regeling diervoeders. De wijziging omvat in de eerste plaats een aanpassing van de tarieven voor de vergoeding van kosten van werkzaamheden van de Voedsel en Waren Autoriteit (VWA) ten aanzien van de diervoederregelgeving. Bovendien wordt voorzien in implementatie van richtlijn nr. 2008/38/EG van de Commissie van 5 maart 2008 tot vaststelling van de lijst van bestemmingen voor diervoeders met een bijzonder voedingsdoel (PbEG L 69).

§ 2. Tarieven VWA ten aanzien van diervoeders

Op 1 maart 2008 zijn de nieuwe tarieven van de VWA ten aanzien van diervoeders in werking getreden.1 Bij de vaststelling hiervan is uitgegaan van de kaders die Europese regelgeving – met name Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake officiële controles op de naleving van de wetgeving inzake diervoeders en levensmiddelen en de voorschriften inzake diergezondheid en dierenwelzijn (PbEG L 165) – stelt, het nationaal beleidskader dat voorvloeit uit het rapport Maathouden2 en het principe van kostendekkendheid. Conform algemeen aanvaarde bedrijfseconomische principes is het zogeheten kostenplaatsmodel toegepast. Op grond van dit model worden kosten specifiek toegerekend aan bepaalde producten. Verder is in de opbouw van het retributiestelsel aandacht besteed aan de transparantie en eenvoud hiervan. Bij het vaststellen van de tarieven is dan ook gekozen voor de doorberekening van een overzichtelijk aantal werkzaamheden met een beperkt aantal retributies. Ook is aansluiting gezocht bij het tarievenstelsel voor werkzaamheden van de VWA met betrekking tot veterinaire aangelegenheden. Dit laatste vergroot de uniformiteit van handelen door de VWA ten aanzien van diervoeders en veterinaire aangelegenheden. Medewerkers kunnen hun werkzaamheden immers conform dezelfde instructies verrichten. Een uniform en transparant tariefstelsel vereenvoudigt tot slot de administratie van VWA en bedrijfsleven, alsmede de afdoening van werkzaamheden die zowel onder de werkingssfeer van de diervoederregelgeving als de regelgeving inzake veterinaire aangelegenheden vallen.

Inmiddels is gebleken dat de analogie met de veterinaire systematiek nog verder kan worden vergroot. In deze regeling worden dan ook een aantal wijzigingen met betrekking tot de onlangs vastgestelde kostprijssystematiek doorgevoerd. Deze hebben met name betrekking op de extra retributies, welke in de praktijk beter bekend staan als ‘toeslagen’. Verder worden de tarieven voor de vergoeding van kosten van verrichtingen op verzoek vastgesteld conform de veterinaire systematiek. Tot slot wordt in deze regeling bepaald dat het zogenaamde starttarief – dat betrekking heeft op de kosten gemoeid op de reis- en administratietijd, alsmede de reiskosten – verschuldigd is per medewerker van de VWA die bij de uitvoering van de werkzaamheden is betrokken.

De doorgevoerde wijzigingen komen voor zover nodig in de artikelsgewijze toelichting nader aan de orde. Hier zal ook worden ingegaan op de effecten van de invoering op de kosten van het bedrijfsleven.

§ 3. Diervoeders met een bijzonder voedingsdoel

Ingevolge van richtlijn nr. 1993/74/EEG van de Raad van 13 september 1993 (PbEG L 237) mogen diervoeders met een bijzonder voedingsdoel alleen in de handel worden gebracht als hun bestemming voorkomt op een door de Commissie vastgestelde lijst. In deze lijst – uitgewerkt in richtlijn 1994/39/EG van de Commissie van 25 juli 1994 – zijn de beoogde bestemmingen van de betreffende voeders opgenomen, onder vermelding van het precieze gebruik, de essentiële voedingskenmerken, de verplichte dan wel facultatieve vermeldingen, alsmede bijzondere etiketteringsvoorschriften.

Richtlijn 1994/39/EG is herhaaldelijk en ingrijpend gewijzigd. Ter wille van de duidelijkheid en een rationele ordening van de tekst is de zogenaamde lijst van bestemmingen voor diervoeders met een bijzonder voedingsdoel (verder: de lijst) dan ook opnieuw vastgesteld in richtlijn nr. 2008/38/EG van de Commissie van 5 maart 2008 (Pb EG L69).

Er zijn geen inhoudelijke wijzigingen in de lijst doorgevoerd. De hernieuwde vaststelling hiervan leidt echter wel tot enkele technische wijzigingen in de Regeling diervoeders (artikel I, onderdelen A tot en met C).

§ 4. Officiële controles op invoer van (grondstoffen voor) diervoeders van niet-dierlijke oorsprong

Diervoeders – en de grondstoffen hiervoor – worden door de Voedsel en Warenautoriteit, in samenwerking met de Douane, gecontroleerd voordat zij in de Europese Gemeenschap op de markt komen. Deze controles dragen bij aan het voorkomen van gevaren voor de gezondheid van mens en dier, dan wel voor het milieu. Ook wordt hiermee bijgedragen aan de eerlijkheid van handelstransacties en de bescherming van consumentenbelangen.

Om een efficiënte en doelmatige organisatie van voorbedoelde controles mogelijk te maken, zijn in de regeling specifieke punten van binnenkomst aangewezen. Dit ter uitvoering van verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake officiële controles op de naleving van de wetgeving inzake diervoeders en levensmiddelen en de voorschriften inzake diergezondheid en dierenwelzijn (PbEG L165).

In Vlissingen-haven zijn goede voorzieningen aanwezig om de aanvoer van grondstoffen voor diervoeders daadwerkelijk te laten plaatsvinden. Op grond van artikel I, onderdeel D, van deze regeling mogen (grondstoffen voor) diervoeders – voor zover zij van niet-dierlijke oorsprong zijn – dan ook via Vlissingen haven in het douanegebied van de EG worden binnengebracht. Dit leidt tot meer mogelijkheden voor het Nederlandse bedrijfsleven om deze producten in te voeren.

§ 5. Commentaren van het bedrijfsleven

Aan de volgende branche- en belangenorganisaties is commentaar gevraagd: Bonda veevoeders; Dibevo Dieren benodigdheden en voeders; Nederlandse Vereniging Diervoederindustrie; Nederlandse Voedingsindustrie Gezelschapsdieren (verder: NVG); Overleggroep Producenten Natte Veevoeders; Productschap diervoeders (verder: PDV) en de Vereniging van Nederlandse Fabrikanten van Voedertoevoegingen.

Het PDV heeft – namens haar gehele achterban – aangegeven geen commentaar te hebben bij de voorgestelde wijzigingen. De NVG heeft – op eigen titel – een aantal inhoudelijke opmerkingen geplaatst bij de ontwerp-regeling. Deze hebben echter betrekking op een eerdere wijziging van de Regeling diervoeders, die op 1 maart 2008 reeds in werking is getreden. In de toelichting op deze wijziging (Staatscourant 25 februari 2008, nummer 39) is het nodige aangegeven ter motivatie hiervan.

Artikelsgewijs

Artikel I, onderdeel E

Gelet op de invoering van een toeslag bij te late aanmelding van importwerkzaamheden (zie artikel I, onderdelen I en J), wordt in dit artikel bepaald dat deze werkzaanheden op de dag vóór aanvang van de werkzaamheden uiterlijk om 14:00 uur bij de VWA gemeld moeten worden.

Artikel I, onderdelen F en G

In deze artikelen wordt bepaald dat het starttarief voor werkzaamheden met betrekking tot erkenningen in rekening wordt gebracht voor iedere ambtenaar die met het onderzoek is belast. Dit is in lijn met de veterinaire systematiek, maar leidt tot hogere retributies. Audits met betrekking tot erkenningen worden immers veelal door twee personen uitgevoerd. Deze stijging is echter mede aanvaardbaar vanwege het feit dat met het voorheen geldende starttarief per audit niet kostendekkend werd geretribueerd.

Tot slot zijn het start- en kwartiertarief voor de aanvraag van een erkenning (artikel 89) in overeenstemming gebracht met het start- en kwartiertarief voor onderhoud van een erkenning.

Artikel I, onderdeel H

Met betrekking tot de tarieven voor verrichtingen op verzoek wordt één op één aangesloten bij de systematiek inzake veterinaire aangelegenheden. Dit leidt tot een andere indeling van de diverse kostenposten in vergelijking met de situatie tot op heden.

Voortaan zal een aanvraagtarief (€ 12,55) bij de aanvrager in rekening worden gebracht. Dit tarief is noodzakelijk om de kosten van de VWA, gemoeid met de behandeling van aanvragen van werkzaamheden en de planning hiervan, te dekken. Het start- en kwartiertarief blijven ongewijzigd (€ 77,68 respectievelijk € 41,93). Wel zal ook bij verrichtingen op verzoek het starttarief voortaan in rekening worden gebracht voor iedere ambtenaar die met de werkzaamheden is belast.

Tot op heden gold een tarief per certificaat dat werd afgegeven in het kader van de verrichtingen op verzoek. Deze certificaattarieven als zodanig zijn niet in de onderhavige nieuwe regeling teruggekeerd. De kosten gemoeid met de afgifte van certificaten zijn thans verdisconteerd in het kwartiertarief dat voor de werkzaamheden van de medewerker van de VWA (waaronder het opstellen/invullen van de certificaten) in rekening wordt gebracht. Dit is slechts anders in de gevallen waarin de aangevraagde certificaten vanaf het hoofd- of regiokantoor van de VWA worden verstrekt, zonder dat hiertoe voorafgaande keuringswerkzaamheden op het bedrijf van de aanvrager zelf hoeven plaats te vinden. Omdat in dit kader geen keuringswerkzaamheden worden verricht, kunnen de met de afgifte van de certificaten gemoeide kosten niet in het kwartiertarief dat normaliter voor de werkzaamheden van een officiële dierenarts in rekening wordt gebracht, worden verdisconteerd. Daarom wordt voor de afgifte van de certificaten door een dierenarts op het hoofd- of regiokantoor een bedrag van € 41,93 in rekening wordt gebracht. Het voorgaande is eveneens van toepassing op geleidebiljetten.

Bovendien is voor de afgifte van certificaten of geleidebiljetten door een dierenarts op het hoofd- of regiokantoor een gestaffeld tarief vastgesteld. Indien een bedrijf ten aanzien van eenzelfde partij meerdere certificaten of geleidebiljetten tegelijk aanvraagt, met elk een zelfde oorsprongsadres, bestemmingsadres en datum van vertrek wordt voor het eerste certificaat of geleidebiljet het bedrag van € 41,93 in rekening gebracht (dit bedrag staat gelijk aan het tarief dat in rekening wordt gebracht voor het gedurende één kwartier verrichten van de werkzaamheden op verzoek). Voor elk van de daar op volgende certificaten of biljetten die tegelijk zijn aangevraagd, wordt het lagere bedrag van € 10,48 in rekening gebracht. Voor gewaarmerkte afschriften van de certificaten en geleidebiljetten wordt eveneens dit lagere bedrag in rekening gebracht. Het staffeltarief maakt de betreffende certificaten en geleidebiljetten ongeveer 75% goedkoper ten opzichte van de huidige situatie.

Artikel I, onderdelen I en J

In artikel 95 van de Regeling diervoeders waren reeds enkele extra retributies – in de praktijk ook wel ‘toeslagen’ genoemd – met betrekking tot verrichtingen op verzoek bepaald. Dit betreft de toeslag voor het onderbreken van voornoemde werkzaamheden, alsmede de toeslag voor het verrichten van deze werkzaamheden buiten openingstijd. Deze toeslagen gelden nu ook voor werkzaamheden bij import. Zij worden bij deze werkzaamheden gevormd door een vast bedrag in plaats van een percentage van kwartiertarief (artikelen 95, derde lid, en 95a, tweede lid). Voor importwerkzaamheden gelden immers gewichtstarieven in plaats van kwartiertarieven. De toeslag onderbreken van werkzaamheden is vanzelfsprekend niet van toepassing als er geen sprake is van uitstel of onderbrekingen van werkzaamheden.

Geheel nieuw zijn de toeslag te late aanmelding en de toeslag uitloop werkzaamheden.

Uitgangspunt is dat indien een onderneming de bij de VWA aangevraagde werkzaamheden om welke reden ook te laat aanmeldt (zie artikel 95b, eerste lid), deze aangevraagde werkzaamheden niet zullen worden uitgevoerd op de daartoe aangevraagde dag. De aanvrager moet in een dergelijk geval een nieuwe schriftelijke aanvraag indienen bij de VWA. Aldus worden bedrijven ertoe aangezet efficiënt te werken en de werkzaamheden tijdig aan te melden, zodat de VWA op haar beurt efficiënt kan werken door een efficiënte planning op te zetten op basis van de aanvragen.

Slechts in bijzondere omstandigheden c.q. calamiteiten, die de aanvrager redelijkerwijs niet toegerekend kunnen worden, kunnen de te laat aangemelde werkzaamheden alsnog worden ingepland en op de daartoe aangevraagde dag worden uitgevoerd (artikel 95b, tweede lid). Of sprake is van dergelijke bijzondere omstandigheden c.q. calamiteiten, wordt beoordeeld door de VWA, op basis van redelijkheid en billijkheid. Ingeval de te laat aangevraagde werkzaamheden alsnog worden uitgevoerd na constatering van bijzondere omstandigheden, is de aanvrager echter wel een toeslag verschuldigd (artikel 95b, derde en vierde lid).

Naast te late aanmelding van werkzaamheden wordt de VWA bij tijd en wijle ook geconfronteerd met uitloop van werkzaamheden; de werkzaamheden nemen meer tijd in beslag dan is aangevraagd. In een dergelijk geval kan een toeslag in rekening worden gebracht. Door hantering van een toeslag kan de VWA kosten dekken, die gemoeid zijn met de extra werkzaamheden ten behoeve van het aansturen van de VWA-medewerkers. Bovendien wordt het doen van realistische aanvragen te bevorderd. Dit komt een efficiënte planning ten goede.

Met het voorgaande wordt beoogd verder aan te sluiten bij de toeslagensystematiek voor veterinaire werkzaamheden. Een en ander heeft geleid tot een herschikking van artikel 95 van de Regeling diervoeders, teneinde de toegankelijkheid van de regelgeving te waarborgen.

De toeslagen te late aanmelding en uitloop werkzaamheden zijn overigens niet verschuldigd, indien de werkzaamheden tijdig worden aangemeld en de aanvraag van het benodigde aantal kwartieren realistisch is (waardoor uitloop van werkzaamheden wordt voorkomen). Door hieraan daadwerkelijk invulling te geven, heeft het bedrijfsleven zelf in de hand of er aanleiding is en zo ja, in welke mate, om extra retributies op te leggen.

Artikel I, onderdeel K

Een aanvraag tot het doen van verrichtingen op verzoek wordt schriftelijk ingediend bij de VWA. Tot op heden moest in een dergelijke aanvraag de aard en omvang van de gewenste verrichtingen, alsmede het gewenste aanvangstijdstip worden vermeld. Op grond van dit artikel worden enkele aanvullende gegevens gevraagd. Dit bevordert een efficiënte planning door de VWA. Gelet op de invoering van een toeslag bij te late aanmelding van verrichtingen op verzoek (zie artikel I, onderdelen H en I), wordt in dit artikel voorts bepaald dat deze werkzaanheden op de dag vóór aanvang van de werkzaamheden uiterlijk om 7:00 uur bij de VWA gemeld moeten worden.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

G. Verburg

  • 1

    Stcrt 2004, nr. 193; laatstelijk gewijzigd bij Ministeriële regeling van 20 februari 2008 (Stcrt. 2008, 42).

Naar boven