Wijziging Regeling Pensioenwet en Wet verplichte beroepspensioenregeling

Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 9 juli 2008, nr. AV/PB/08/20016, tot wijziging van de Regeling Pensioenwet en Wet verplichte beroepspensioenregeling in verband met de invulling van het begrip consistentie en aanpassing van de toeslagenmatrix

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op artikel 95, tweede en vierde lid, van de Pensioenwet en artikel 103, tweede en vierde lid, van de Wet verplichte beroepspensioenregeling;

Besluit:

Artikel I

De Regeling Pensioenwet en Wet verplichte beroepspensioenregeling wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 5 komt te luiden:

Artikel 5

Consistentie

1. Voor de toepassing van artikel 95, eerste lid, van de Pensioenwet en artikel 103, eerste lid, van de Wet verplichte beroepspensioenregeling wordt verstaan onder:

a. gewekte verwachtingen: de toeslagambitie, bedoeld in de in bijlage 1a opgenomen toeslagenmatrix;

b. financiering:

1°. bij fondsen: hetgeen op grond van artikel 24, onderdeel f, g en h, van het Besluit financieel toetsingskader pensioenfondsen is opgenomen in de actuariële en bedrijfstechnische nota, bedoeld in artikel 145 van de Pensioenwet of artikel 140 van de Wet verplichte beroepspensioenregeling;

2°. bij een door een verzekeraar uitgevoerde pensioenregeling: hetgeen in de uitvoeringsovereenkomst over de financiering is geregeld;

c. het realiseren van voorwaardelijke toeslagen: de toeslagverlening over de afgelopen drie jaar.

2. Consistentie als bedoeld in artikel 95, eerste lid, van de Pensioenwet en artikel 103, eerste lid, van de Wet verplichte beroepspensioenregeling, bestaat voor een fonds indien:

a. op basis van een continuïteitsanalyse uitgaande van het vereist eigen vermogen over een periode van 15 jaar een toeslagverlening wordt verwacht, die in voldoende mate aansluit bij de toeslagambitie; en

b. op basis van een continuïteitsanalyse uitgaande van het minimaal vereist eigen vermogen wordt verwacht dat het in de financiering besloten herstelvermogen van het fonds voldoende is om de dekkingsgraad binnen een periode van 15 jaar van het minimaal vereist eigen vermogen op het vereist eigen vermogen te brengen.

3. Indien uitgaande van het vereist eigen vermogen van het fonds niet aan de in het tweede lid, onderdeel a, bedoelde voorwaarde wordt voldaan, bestaat consistentie als bedoeld in artikel 95, eerste lid, van de Pensioenwet of artikel 103, eerste lid, van de Wet verplichte beroepspensioenregeling, indien:

a. op basis van een continuïteitsanalyse uitgaande van een hogere dekkingsgraad dan het vereist eigen vermogen, over een periode van 15 jaar een toeslagverlening wordt verwacht die in voldoende mate aansluit bij de toeslagambitie; en

b. op basis van een continuïteitsanalyse uitgaande van het minimaal vereist eigen vermogen wordt verwacht dat het in de financiering besloten herstelvermogen van het fonds voldoende is om de dekkingsgraad binnen een periode van 15 jaar van het minimaal vereist eigen vermogen op de, in onderdeel a genoemde, hogere dekkingsgraad te brengen.

4. De toezichthouder kan op verzoek van een fonds toestaan dat onderdeel b van het tweede of derde lid niet wordt toegepast, dan wel dat voor de continuïteitsanalyse, bedoeld in die onderdelen, mag worden uitgegaan van een hogere dekkingsgraad dan het minimaal vereist eigen vermogen.

5. Consistentie als bedoeld in artikel 95, eerste lid, van de Pensioenwet en artikel 103, eerste lid, van de Wet verplichte beroepspensioenregeling, bestaat voor een door een verzekeraar uitgevoerde pensioenregeling indien op basis van een berekening met het rekeninstrument voor verzekeraars over een periode van 15 jaar een toeslagverlening wordt verwacht die in voldoende mate aansluit bij de toeslagambitie.

B

Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding ‘1’ geplaatst.

2. In het eerste lid (nieuw) wordt ‘indexatiematrix’ vervangen door: toeslagenmatrix.

3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

2. In overleg met de Autoriteit Financiële Markten kan van de teksten in de toeslagenmatrix worden afgeweken.

C

Artikel 24, derde lid, vervalt.

D

Bijlage 1a, bedoeld in artikel 6, wordt vervangen door de bij deze regeling gevoegde bijlage 1a.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 augustus 2008, met uitzondering van artikel I, onderdeel D, dat in werking treedt met ingang van 1 januari 2009.

Deze regeling zal met de toelichting en de bijlage in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 9 juli 2008.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J.P.H. Donner.

Bijlage 1a

Deze bijlage behoort bij artikel 6, eerste lid, van de Regeling Pensioenwet en Wet verplichte beroepspensioenregeling.

Onderdeel a

Matrix fondsen ten aanzien van toeslagen over pensioenaanspraken en pensioenrechten (is toeslag voor pensioengerechtigden, gewezen deelnemers en deelnemers):

Toeslagenbeleid, financiering en communicatie aan deelnemers →

Toeslagenbeleid

Financiering

Voorwaardelijkheidsverklaring

Voorwaardelijkheidsverklaring

Toeslag-categorie

 I

V

Ambitie

Methode voor toekenning

Verwachte realisatie

Financieringswijze toeslagverlening

Informatie in pensioenreglement en uitvoeringsovereenkomst

Informatie aan de (gewezen) deelnemer/pensioengerechtigde bij het verhogen van het pensioen of opgebouwde pensioen: over de verhoging zelf en over de inhoud van de regeling

Volledige tekst op te nemen in alle persoonlijke uitingen. In de startbrief worden alleen de eerste en laatste zin opgenomen.

       

A.

Geen beleid over toeslagverlening

Er is geen ambitie om toeslagen te geven op pensioenrechten en pensioenaanspraken

Er is geen maatstaf, omdat de eventuele toekenning van toeslagen berust op incidentele beslissingen van het bestuur.

De deelnemers en gepensioneerden moeten er van uitgaan dat ze geen toeslag zullen krijgen.

Omdat er geen toeslagenbeleid is, hoeft er ook niets gefinancierd te worden.

Op de pensioenrechten en pensioenaanspraken worden geen toeslagen verleend. Het bestuur kan evenwel besluiten om in enig jaar een incidentele toeslag te verlenen, rekening houdend met de financiële positie van het

Uw pensioenfonds verhoogt uw pensioen/opgebouwde pensioen normaal niet.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is dit jaar met <a%> verhoogd.

Uw pensioenfonds heeft uw pensioen/opgebouwde pensioen de afgelopen drie jaar als volgt verhoogd:

– Over het jaar <t-1> met <b%>. De prijzen gingen toen met <f%> omhoog

     

pensioenfonds.

– Over het jaar <t-2> met <c%>. De prijzen gingen toen met <g%> omhoog

– Over het jaar <t-3> met <d%>. De prijzen gingen toen met <h%> omhoog

U hebt door deze verhoging niet meteen ook recht op verhogingen in de toekomst.

       

B.

Geen doelgericht toeslagenbeleid

Er is geen ambitie om jaarlijks toeslagen te geven op pensioen-rechten en pensioen-aanspraken

Er is geen maatstaf, omdat de eventuele toekenning van toeslagen berust op jaarlijkse beslissingen van het bestuur.

De deelnemers en gepensioneerden moeten er van uitgaan dat ze geen jaarlijkse toeslag zullen krijgen.

Omdat er geen doelgericht toeslagenbeleid is, hoeft er ook niets gefinancierd te worden.

Het bestuur besluit jaarlijks of een toeslag wordt verleend, rekening houdend met de financiële positie van het pensioenfonds.

Uw pensioenfonds heeft geen uitgewerkt plan om uw pensioenuitkering/

opgebouwde pensioen jaarlijks te verhogen.

Uw pensioen/opgebouwd pensioen is dit jaar met <a%> verhoogd.

– Uw pensioenfonds heeft uw pensioen/opgebouwd pensioen de afgelopen drie jaar als volgt verhoogd:

      

– Over het jaar <t-1> met <b%>. De prijzen gingen toen met <f%> omhoog

– Over het jaar <t-2> met <c%>. De prijzen gingen toen met <g%> omhoog

– Over het jaar <t-3> met <d%>. De prijzen gingen toen met <h%> omhoog

U hebt door deze verhoging niet meteen ook recht op verhogingen in de toekomst.

       

C.

Voorwaardelijke toeslagverlenening, niet gekoppeld aan een ex ante bepaalde maatstaf

C.1. → voorwaardelijke toeslagverlening op basis van beschikbare premie.

De ambitie is om jaarlijks de pensioen-rechten en pensioenaanspraken aan te passen. Hoe hoog de toeslag is, is afhankelijk van de beschikbare premie.

Geëxpliciteerd moet worden op welke wijze wordt bepaald hoe hoog de daadwerkelijke toekenning zal zijn. In deze situatie gebeurt dat door jaarlijks de beschikbare premie aan te wenden voor toeslagverlening.

Uit een continuïteitsanalyse blijkt welke gemiddelde toekenning op de lange termijn realistisch is. Aangezien er geen ex ante bepaalde maatstaf is, is de verwachte realisatie tevens de ambitie.

De voorwaardelijke toeslagverlening wordt gefinancierd uit een opslag op de premie.

Op de pensioenrechten en pensioenaanspraken worden in beginsel jaarlijks toeslagen verleend. Het bestuur beslist evenwel jaarlijks in hoeverre pensioenrechten en pensioenaanspraken worden aangepast. De hoogte van de toeslagverlening is afhankelijk van de hoogte van de beschikbare premie.

Uw pensioenfonds probeert ieder jaar uw pensioen/opgebouwde pensioen te verhogen.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is dit jaar met <a%> verhoogd.

Uw pensioenfonds heeft uw pensioen/opgebouwd pensioen de afgelopen drie jaar als volgt verhoogd:

– Over het jaar <t-1> met <b%>. De prijzen gingen toen met <f%> omhoog

– Over het jaar <t-2> met <c%>. De prijzen gingen toen met <g%> omhoog

      

– Over het jaar <t-3> met <d%>. De prijzen gingen toen met <h%> omhoog

Uw pensioenfonds betaalt de toekomstige verhogingen van uw pensioen/opgebouwde pensioen uit daartoe bestemde premies.

U hebt door deze verhoging en de verwachting voor de komende jaren niet meteen ook recht op verhogingen in de toekomst.

 

C.2. → voorwaardelijke toeslagverlening op basis van een bestemmingsreserve

De ambitie is om jaarlijks de pensioenrechten en pensioenaanspraken aan te passen.

Geëxpliciteerd moet worden op welke wijze wordt bepaald hoe hoog de daadwerkelijke toekenning zal zijn.

In deze situatie gebeurt dat door jaarlijks een deel van de aanwezige

Uit een continuïteitsanalyse blijkt welke gemiddelde toekenning op de lange termijn realistisch is. Aangezien er geen ex ante bepaalde maatstaf, is de verwachte realisatie tevens de

De voorwaardelijke toeslagverlening wordt gefinancierd uit een bestemmingsreserve.

Op de pensioenrechten en pensioenaanspraken worden in beginsel jaarlijks toeslagen verleend. Het bestuur beslist evenwel jaarlijks in hoeverre pensioenrechten en pensioenaanspraken worden

Uw pensioenfonds probeert ieder jaar uw pensioen/opgebouwde pensioen te verhogen.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is dit jaar met <a%> verhoogd.

Uw pensioenfonds heeft uw pensioen/opgebouwde pensioen de afgelopen drie jaar als volgt verhoogd:

 

Hoe hoog de toeslag is, is afhankelijk van de bestemmingsreserve.

bestemmingsreserve aan te wenden voor toeslagverlening.

ambitie.

 

aangepast. Ter financiering van deze voorwaardelijke toeslagverlening is een bestemmingsreserve gevormd.

– Over het jaar <t-1> met <b%>. De prijzen gingen toen met <f%> omhoog

– Over het jaar <t-2> met <c%>. De prijzen gingen toen met <g%> omhoog

– Over het jaar <t-3> met <d%>. De prijzen gingen toen met <h%> omhoog

      

Uw pensioenfonds betaalt de toekomstige verhogingen van uw pensioen/opgebouwde pensioen uit geld dat daartoe gereserveerd is.

U hebt door deze verhoging en de verwachting voor de komende jaren niet meteen ook recht op verhogingen in de toekomst.

       

D.

Voorwaardelijke toeslagverlening gekoppeld aan een ex ante bepaalde maatstaf.

D. → voorwaardelijke toeslagverlening op basis van een ex ante bepaalde maatstaf

De ambitie is om jaarlijks pensioenrechten en pensioenaanspraken aan te passen aan [de prijs- of loonontwikkeling/ <…%>].

Geëxpliciteerd moet worden op welke wijze wordt bepaald hoe hoog de daadwerkelijke toekenning zal zijn.

Uit een continuïteitsanalyse blijkt welke gemiddelde toekenning op de lange termijn te verwachten is ten opzichte van de ex ante bepaalde maatstaf.

D.1. → financiering van de indexatie uit overrendementen

De voorwaardelijke toeslagverlening wordt gefinancierd uit overrendementen.

In het financieringsbeleid moet omschreven zijn op welke wijze de toeslag uit overrendement wordt gefinancierd.

Op de pensioenrechten en pensioenaanspraken wordt jaarlijks toeslag verleend van maximaal [de ex ante bepaalde maatstaf]. Het bestuur beslist evenwel jaarlijks in hoeverre pensioenrechten en pensioenaanspraken worden aangepast.

Voor deze voorwaardelijke toeslagverlening is geen

Uw pensioenfonds probeert ieder jaar uw pensioen/opgebouwde pensioen te verhogen met de prijsontwikkeling/de loonontwikkeling/<…%>.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is dit jaar met <a%> verhoogd.

Uw pensioenfonds heeft uw pensioen/opgebouwde pensioen de afgelopen drie jaar als volgt verhoogd:

– Over het jaar <t-1> met <b%>. De prijzen gingen toen met <f%> omhoog

– Over het jaar <t-2> met <c%>. De prijzen

     

reserve gevormd en wordt geen premie betaald. De toeslagverlening wordt uit beleggingsrendement gefinancierd.

gingen toen met <g%> omhoog

– Over het jaar <t-3> met <d%>. De prijzen gingen toen met <h%> omhoog

Uw pensioenfonds betaalt de toekomstige verhogingen van uw pensioen/opgebouwde pensioen uit beleggingsrendement.

U hebt door deze verhoging en de verwachting voor de komende jaren niet meteen ook recht op verhogingen in de toekomst.

    

D.2. → financiering van de toeslagverlening uit een opslag op de premie

De voorwaardelijke toeslagverlening wordt gefinancierd uit een opslag op de premie, waarvan de hoogte is gerelateerd aan de ambitie.

Op de pensioenrechten en pensioenaanspraken wordt jaarlijks toeslag verleend van maximaal [de ex ante bepaalde maatstaf]. Het bestuur beslist evenwel jaarlijks in hoeverre pensioenrechten en pensioenaanspraken worden aangepast.

Uw pensioenfonds probeert ieder jaar uw pensioen/opgebouwde pensioen te verhogen met de prijsontwikkeling/de loonontwikkeling/<…%>.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is dit jaar met <a%> verhoogd.

Uw pensioenfonds heeft uw pensioen/opgebouwde pensioen de afgelopen drie jaar als volgt verhoogd:

– Over het jaar <t-1> met <b%>. De prijzen

     

Voor deze voorwaardelijke toeslagverlening is geen reserve gevormd. De toeslagverlening wordt uit premies gefinancierd.

gingen toen met <f%> omhoog

– Over het jaar <t-2> met <c%>. De prijzen gingen toen met <g%> omhoog

– Over het jaar <t-3> met <d%>. De prijzen gingen toen met <h%> omhoog

Uw pensioenfonds betaalt de toekomstige verhogingen van uw pensioen/opgebouwde pensioen uit premies.

U hebt door deze verhoging en de verwachting voor de komende jaren niet meteen ook recht op verhogingen in de toekomst.

    

D.3. → financiering van de toeslagverlening uit een opslag op de premie met een premiegarantie van de werkgever.

De werkgever heeft toegezegd jaarlijks een bedrag te storten, waarvan de hoogte is gerelateerd aan de ambitie.

Deze premie wordt door de werkgever betaald, in aanvulling op de premie voor de

Op de pensioenrechten en pensioenaanspraken wordt jaarlijks toeslag verleend van maximaal [de ex ante bepaalde maatstaf]. Het bestuur beslist evenwel jaarlijks in hoeverre pensioenrechten en pensioenaanspraken worden aangepast.

Voor deze voorwaardelijke toeslagverlening is geen reserve gevormd. De toeslagverlening wordt uit

Uw pensioenfonds probeert ieder jaar uw pensioen/opgebouwde pensioen te verhogen met de prijsontwikkeling/de loonontwikkeling/<…%>.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is dit jaar met <a%> verhoogd.

Uw pensioenfonds heeft uw pensioen/opgebouwde pensioen de afgelopen drie jaar als volgt verhoogd:

– Over het jaar <t-1> met <b%>. De prijzen gingen toen met <f%> omhoog

– Over het jaar <t-2> met <c%>. De prijzen gingen toen met <g%> omhoog

– Over het jaar <t-3> met <d%>. De prijzen

    

nominale aanspraken.

bijdragen van de werkgever gefinancierd.

gingen toen met <h%> omhoog

Uw pensioenfonds betaalt de toekomstige verhogingen van uw pensioen/opgebouwde pensioen uit bijdragen van de werkgever.

U hebt door deze verhoging en de verwachting voor de komende jaren niet meteen ook recht op verhogingen in de toekomst.

    

D.4. → financiering met behulp van een bestemmingsreserve

De voorwaardelijke toeslagverlening wordt gefinancierd uit een bestemmingsreserve, waarvan de hoogte is gerelateerd aan de ambitie.

Op de pensioenrechten en pensioenaanspraken wordt jaarlijks toeslag verleend van maximaal [de ex ante bepaalde maatstaf]. Het bestuur beslist evenwel jaarlijks in hoeverre pensioenrechten en pensioenaanspraken worden aangepast.

Voor deze voorwaardelijke toeslagverlening is een reserve gevormd.

Uw pensioenfonds probeert ieder jaar uw pensioen/opgebouwde pensioen te verhogen met de prijsontwikkeling/de loonontwikkeling/<…%>.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is dit jaar met <a%> verhoogd.

Uw pensioenfonds heeft uw pensioen/opgebouwde pensioen de afgelopen drie jaar als volgt verhoogd:

– Over het jaar <t-1> met <b%>. De prijzen gingen toen met <f%> omhoog

– Over het jaar <t-2> met <c%>. De prijzen gingen toen met <g%> omhoog

      

– Over het jaar <t-3> met <d%>. De prijzen gingen toen met <h%> omhoog

Uw pensioenfonds betaalt de toekomstige verhogingen van uw pensioen/opgebouwde pensioen uit reserves van het pensioenfonds.

U hebt door deze verhoging en de verwachting voor de komende jaren niet meteen ook recht op verhogingen in de toekomst.

    

D.5. → financiering met behulp van een vrijwillig gevormde technische voorziening

De voorwaardelijke toeslagverlening wordt gefinancierd uit een vrijwillig gevormde technische voorziening,

Op de pensioenrechten en pensioenaanspraken wordt jaarlijks toeslag verleend van maximaal [de ex ante bepaalde maatstaf]. Het bestuur beslist evenwel jaarlijks in hoeverre pensioenrechten en pensioenaanspraken worden

Uw pensioenfonds probeert ieder jaar uw pensioen/opgebouwde pensioen te verhogen met de prijsontwikkeling/de loonontwikkeling/<…%>.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is dit jaar met <a%> verhoogd.

Uw pensioenfonds heeft uw pensioen/opgebouwde pensioen de afgelopen drie jaar als volgt verhoogd:

    

waarvan de hoogte is gerelateerd aan de ambitie. Indien de voorziening door premies wordt gevuld dan is die

aangepast.

Voor deze voorwaardelijke toeslagverlening is een technische voorziening gevormd. Deze technische

– Over het jaar <t-1> met <b%>. De prijzen gingen toen met <f%> omhoog

– Over het jaar <t-2> met <c%>. De prijzen gingen toen met <g%> omhoog

– Over het jaar <t-3> met <d%>. De prijzen

    

premie onderdeel van de kostendekkende premie voor de onvoorwaardelijke aanspraken.

Het fonds bepaalt zelf of het ten opzichte van deze technische voorziening eigen vermogen aanhoudt.

voorziening kan alleen voor toekomstige toeslagverlening worden aangewend.

gingen toen met <h%> omhoog

Uw pensioenfonds betaalt de toekomstige verhogingen van uw pensioen/opgebouwde pensioen uit de technische voorzieningen van het pensioenfonds.

U hebt door deze verhoging en de verwachting voor de komende jaren niet meteen ook recht op verhogingen in de toekomst.

    

D.6 Combinaties van D.1. tot en met D.5.

Op de pensioenrechten en pensioenaanspraken wordt jaarlijks toeslag verleend van [de ex ante bepaalde maatstaf]. Het bestuur beslist evenwel jaarlijks in hoeverre pensioenrechten en pensioenaanspraken worden aangepast.

Voor deze voorwaardelijke toeslagverlening [is geen reserve gevormd en wordt geen premie betaald,

Uw pensioenfonds probeert ieder jaar uw pensioen/opgebouwde pensioen te verhogen met de prijsontwikkeling/de loonontwikkeling/<…%>.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is dit jaar met <a%> verhoogd.

Uw pensioenfonds heeft uw pensioen/opgebouwde pensioen de afgelopen drie jaar als volgt verhoogd:

– Over het jaar <t-1> met <b%>. De prijzen gingen toen met <f%> omhoog

– Over het jaar <t-2> met <c%>. De prijzen gingen toen met <g%> omhoog

     

maar deze wordt uit beleggingsrendement gefinancierd / is geen reserve gevormd, maar wordt een opslag op de premie betaald / is geen reserve gevormd maar deze wordt door de werkgever voldaan / is een reserve gevormd / is een technische voorziening gevormd].

– Over het jaar <t-3> met <d%>. De prijzen gingen toen met <h%> omhoog

(Een combinatie van financieringswijzen, afhankelijk van de feitelijke omstandigheden:)

Uw pensioenfonds betaalt de toekomstige verhogingen van uw pensioen/opgebouwde pensioen uit beleggingsrendement/premies/bijdragen van de werkgever/reserves van het pensioenfonds/technische voorzieningen van het pensioenfonds.

U hebt door deze verhoging en de verwachting voor de komende jaren niet meteen ook recht op verhogingen in de toekomst.

       

E.

Combinatie van onvoorwaardelijke en voorwaardelijke toeslagverlening

De ambitie is om jaarlijks pensioenrechten en pensioenaanspraken aan te passen [aan de prijs- of loonontwikkeling/ <…%>].

Het onvoorwaardelijke deel van de toeslagverlening wordt altijd toegekend. Voor het voorwaardelijke deel moet geëxpliciteerd worden op welke wijze wordt bepaald hoe hoog de daadwerkelijke toekenning zal zijn.

Het onvoorwaardelijke deel van de toeslagverlening wordt altijd volledig toegekend. De verwachte realisatie voor dit deel is dan ook gelijk aan de ambitie.

Voor het voorwaardelijke deel moet uit een continuïteitsanalyse blijken welke gemiddelde toekenning op de lange termijn te verwachten is ten opzichte van de ex ante bepaalde maatstaf

De premie voor het onvoorwaardelijke deel van deze toeslagverlening maakt deel uit van de kostendekkende premie. Onderdeel van deze premie is een opslag voor het bij de aangroei van de pensioenverplichtingen behorende vereist eigen vermogen.

Voor het voorwaardelijke deel van deze toeslagverlening gelden de

Op de pensioenrechten en pensioenaanspraken wordt jaarlijks toeslag verleend van maximaal [de ex ante bepaalde maatstaf]. Ten aanzien van de voorwaardelijke toeslagverlening beslist het bestuur evenwel jaarlijks in hoeverre pensioenrechten en pensioenaanspraken worden aangepast. De jaarlijkse toeslagverlening is echter nooit lager dan het deel van de toeslagverlening

Uw pensioenfonds verhoogt ieder jaar uw pensioen/opgebouwde pensioen met de prijsontwikkeling/de loonontwikkeling/

<…%>.

U hebt recht op een jaarlijkse verhoging van uw pensioen/opgebouwde pensioen (het onvoorwaardelijke deel van toeslagverlening). Daar bovenop probeert uw pensioenfonds uw pensioen/opgebouwde pensioen jaarlijks extra te verhogen (het voorwaardelijke deel van de toeslagverlening).

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is dit jaar met <a%> verhoogd.

Uw pensioenfonds heeft uw pensioen/

    

financieringswijzen, zoals die hierboven worden beschreven in geval van voorwaardelijke toezeggingen.

dat onvoorwaardelijk is.

opgebouwde pensioen de afgelopen drie jaar als volgt verhoogd:

– Over het jaar <t-1> met <b%>. De prijzen gingen toen met <f%> omhoog

– Over het jaar <t-2> met <c%>. De prijzen gingen toen met <g%> omhoog

– Over het jaar <t-3> met <d%>. De prijzen gingen toen met <h%> omhoog

      

(Een combinatie van financieringswijzen, afhankelijk van de feitelijke omstandigheden:)

Uw pensioenfonds betaalt de toekomstige verhogingen van uw pensioen/opgebouwde pensioen uit beleggingsrendement/premies/bijdragen van de werkgever/reserves van het pensioenfonds/technische voorzieningen van het pensioenfonds.

(Ten aanzien van het voorwaardelijke deel van de toeslagverlening:)

U hebt door deze verhoging en de verwachting voor de komende jaren niet meteen ook recht op verhogingen in de toekomst.

       

F.

Onvoorwaardelijke toeslagverlening

F1

Jaarlijks worden pensioenrechten, slapersrechten en opgebouwde pensioenaanspraken aangepast [aan de prijs- of loonontwikkeling/

<…%>].

Op pensioenrechten, slapersrechten en opgebouwde pensioenaanspraken wordt onvoor-waardelijk toeslag verleend.

De toeslagverlening wordt altijd volledig toegekend. De verwachte realisatie is altijd gelijk aan de ambitie.

De premie voor deze toeslagverlening maakt deel uit van de kostendekkende premie voor de onvoorwaardelijke aanspraken.

Op de pensioenrechten en pensioenaanspraken wordt jaarlijks toeslag verleend conform de ambitie.

Uw pensioenfonds verhoogt ieder jaar uw pensioen/opgebouwde pensioen met de prijsontwikkeling/de loonontwikkeling/

<…%>.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is dit jaar met <a%> verhoogd.

Uw pensioenfonds heeft uw pensioen/opgebouwde pensioen de afgelopen drie jaar als volgt verhoogd:

      

– Over het jaar <t-1> met <b%>. De prijzen gingen toen met <f%> omhoog

– Over het jaar <t-2> met <c%>. De prijzen gingen toen met <g%> omhoog

– Over het jaar <t-3> met <d%>. De prijzen gingen toen met <h%> omhoog

U hebt door deze verhoging en de verwachting voor de komende jaren niet meteen ook recht op verhogingen in de toekomst.

 

F2

Jaarlijks worden opgebouwde pensioenaanspraken van de actieve deelnemers aangepast [aan de prijs- of loonontwikkeling/<…%>].

Slapersrechten en pensioenrechten worden

Zolang de deelnemer aan de pensioenregeling deelneemt wordt op opgebouwde pensioenaanspraken onvoorwaardelijk toeslag verleend.

De toeslagverlening over opgebouwde pensioenaanspraken wordt gedurende het deelnemerschap altijd volledig toegekend. De verwachte realisatie over opgebouwde pensioenaanspraken is gedurende

De premie voor de toeslagverlening over opgebouwde pensioenaanspraken van actieve deelnemers maakt deel uit van de kostendekkende premie voor de onvoorwaardelijke aanspraken.

Op de opgebouwde pensioenaanspraken van actieve deelnemers wordt jaarlijks toeslag verleend conform de ambitie.

Voor slapersrechten en pensioenrechten geldt één van de teksten voor het pensioenreglement, zoals

Uw pensioenfonds verhoogt ieder jaar uw opgebouwde pensioen tijdens uw deelname aan de pensioenregeling met de prijsontwikkeling/de loonontwikkeling/<…%>.

Uw opgebouwde pensioen is dit jaar met <a%> verhoogd.

Uw pensioenfonds heeft uw opgebouwde pensioen de afgelopen drie jaar als volgt verhoogd:

 

aangepast volgens één van de toeslag-categorieën A t/m. E.

 

het deelnemerschap altijd gelijk aan de ambitie.

Voor het voorwaardelijke deel van deze toeslagverlening gelden de financieringswijzen, zoals die hierboven worden beschreven volgens één van de toeslagcategorieën A t/m. E.

opgenomen onder één van de toeslagcategorieën A t/m. E.

– Over het jaar <t-1> met <b%>. De prijzen gingen toen met <f%> omhoog

– Over het jaar <t-2> met <c%>. De prijzen gingen toen met <g%> omhoog

– Over het jaar <t-3> met <d%>. De prijzen gingen toen met <h%> omhoog

U hebt door deze verhoging en de verwachting voor de komende jaren niet meteen ook recht op verhogingen in de toekomst.

Onderdeel b van bijlage 1a

Matrix verzekerde regelingen ten aanzien van toeslagen over pensioenaanspraken en pensioenrechten (is toeslag voor pensioengerechtigden, gewezen deelnemers en deelnemers):

Toeslagenbeleid, financiering en communicatie aan deelnemers→

Toeslagenbeleid

Financiering

Voorwaardelijkheidsverklaring

Voorwaardelijkheidsverklaring

Toeslag-categorie

 I

V

Ambitie

Methode voor toekenning

Verwachte realisatie

Financieringswijze toeslagverlening

Informatie in pensioenreglement en uitvoeringsovereenkomst

Informatie aan de (gewezen) deelnemer/pensioengerechtigde bij het verhogen van het pensioen of opgebouwde pensioen, over de verhoging zelf en over de inhoud van de regeling

Volledige tekst op te nemen in alle persoonlijke uitingen. In de startbrief worden alleen de eerste en laatste zin opgenomen.

       

A.

Geen beleid over toeslagverlening

Er is geen ambitie om toeslagen te geven op pensioenrechten en pensioenaanspraken

Er is geen maatstaf, omdat de eventuele toekenning van toeslagen berust op incidentele beslissingen van de werkgever.

De deelnemers en gepensioneerden moeten er van uitgaan dat ze geen toeslag zullen krijgen.

Omdat er geen toeslagenbeleid is, hoeft er ook niets gefinancierd te worden.

Op de pensioenrechten en pensioenaanspraken worden geen toeslagen verleend. De werkgever kan evenwel besluiten om in enig jaar een incidentele toeslag te verlenen.

Uw (ex-)werkgever verhoogt uw pensioen/opgebouwde pensioen normaal niet.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is dit jaar met <a%> verhoogd.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is de afgelopen drie jaar als volgt verhoogd:

– Over het jaar <t-1> met <b%>. De prijzen gingen toen met <f%> omhoog

      

– Over het jaar <t-2> met <c%>. De prijzen gingen toen met <g%> omhoog

– Over het jaar <t-3> met <d%>. De prijzen gingen toen met <h%> omhoog

U hebt door deze verhoging niet meteen ook recht op verhogingen in de toekomst.

       

B.

Geen doelgericht toeslagbeleid

Er is geen ambitie om jaarlijks toeslagen te geven op pensioenrechten en pensioenaanspraken

Er is geen maatstaf, omdat de eventuele toekenning van toeslagen berust op jaarlijkse beslissingen van de werkgever.

De deelnemers en gepensioneerden moeten er van uitgaan dat ze geen jaarlijkse toeslag zullen krijgen.

Omdat er geen doelgericht toeslagenbeleid is, hoeft er ook niets gefinancierd te worden.

De werkgever besluit jaarlijks of een toeslag wordt verleend.

Uw (ex-)werkgever besluit jaarlijks of hij uw pensioen/opgebouwde pensioen verhoogd.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is dit jaar met <a%> verhoogd.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is de afgelopen drie jaar als volgt verhoogd:

      

– Over het jaar <t-1> met <b%>. De prijzen gingen toen met <f%> omhoog

– Over het jaar <t-2> met <c%>. De prijzen gingen toen met <g%> omhoog

– Over het jaar <t-3> met <d%>. De prijzen gingen toen met <h%> omhoog

U hebt door deze verhoging niet meteen ook recht op verhogingen in de toekomst.

       

C.

Voorwaardelijke toeslagverlening, niet gekoppeld aan een ex ante bepaalde maatstaf

C.1. → voorwaardelijke toeslagverlening op basis van winstdeling bij de verzekeraar/extra middelen die de werkgever beschikbaar stelt.

De ambitie is om jaarlijks de pensioenrechten en pensioenaanspraken

Geëxpliciteerd moet worden op welke wijze wordt bepaald hoe hoog de daadwerkelijke toekenning zal zijn. In deze situatie gebeurt dat door jaarlijks de beschikbare middelen van de werkgever en/of

Uit de rekentool voor verzekeraars blijkt welke gemiddelde toekenning op de lange termijn realistisch is. Aangezien er geen ex ante bepaalde maatstaf is, is de verwachte realisatie tevens de ambitie.

De voorwaardelijke toeslagverlening wordt gefinancierd uit winstdeling die de werkgever van de verzekeraar ontvangt en/of middelen die de werkgever extra beschikbaar stelt.

Op de pensioenrechten en pensioenaanspraken worden in beginsel jaarlijks toeslagen verleend. De werkgever beslist evenwel jaarlijks in hoeverre pensioenrechten en pensioenaanspraken worden aangepast. De hoogte van

Uw (ex-)werkgever probeert ieder jaar uw pensioen/opgebouwde pensioen te verhogen.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is dit jaar met <a%> verhoogd.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is de afgelopen drie jaar als volgt verhoogd:

– Over het jaar <t-1> met <b%>. De prijzen gingen toen met <f%> omhoog

 

aan te passen. Hoe hoog de toeslag is, is afhankelijk van de winstdeling die de werkgever van de verzekeraar ontvangt en/of van de middelen die de werkgever extra beschikbaar stelt.

de winstdeling die de werkgever van de verzekeraar ontvangt, aan te wenden voor toeslagverlening.

  

de toeslagverlening is afhankelijk van de winstdeling die de werkgever van de verzekeraar ontvangt en/of de middelen die de werkgever hiervoor extra beschikbaar stelt.

– Over het jaar <t-2> met <c%>. De prijzen gingen toen met <g%> omhoog

– Over het jaar <t-3> met <d%>. De prijzen gingen toen met <h%> omhoog

Uw werkgever betaalt de toekomstige verhogingen van uw pensioen/opgebouwde pensioen uit winstdeling die hij van de verzekeraar ontvangt en/of extra middelen die hij hiervoor beschikbaar stelt.

U hebt door deze verhoging en de verwachting voor de komende jaren niet meteen ook recht op verhogingen in de toekomst.

 

C.2. → voorwaardelijke toeslagverlening op basis van een bestemmingsreserve/depot

De ambitie is om jaarlijks de pensioenrechten en pensioenaanspraken aan te passen. Hoe hoog de toeslag is, is afhankelijk van de bestemmingsreserve/depot.

Geëxpliciteerd moet worden op welke wijze wordt bepaald hoe hoog de daadwerkelijke toekenning zal zijn.

In deze situatie gebeurt dat door jaarlijks een deel van de aanwezige bestemmingsreserve/depot aan te wenden voor toeslagverlening.

Uit de rekentool voor verzekeraars blijkt welke gemiddelde toekenning op de lange termijn realistisch is. Aangezien er geen ex ante bepaalde maatstaf, is de verwachte realisatie tevens de ambitie.

De voorwaardelijke toeslagverlening wordt gefinancierd uit een bestemmingsreserve of een depot.

Op de pensioenrechten en pensioenaanspraken worden in beginsel jaarlijks toeslagen verleend. De werkgever beslist evenwel jaarlijks in hoeverre pensioenrechten en pensioenaanspraken worden aangepast. Voor deze voorwaardelijke toeslagverlening heeft de werkgever een bestemmingsreserve of een depot gevormd.

Uw (ex-)werkgever probeert ieder jaar uw pensioen/opgebouwde pensioen te verhogen.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is dit jaar met <a%> verhoogd.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is de afgelopen drie jaar als volgt verhoogd:

– Over het jaar <t-1> met <b%>. De prijzen gingen toen met <f%> omhoog

– Over het jaar <t-2> met <c%>. De prijzen gingen toen met <g%> omhoog

– Over het jaar <t-3> met <d%>. De prijzen gingen toen met <h%> omhoog

     

De jaarlijkse dotatie aan de bestemmingsreserve wordt door de werkgever bepaald. Aan een depot wordt jaarlijks een deel van de winstdeling bij de verzekeraar toegevoegd, eventueel vermeerderd met eigen middelen van de werkgever.

Uw werkgever betaalt de toekomstige verhogingen van uw pensioen/opgebouwde pensioen uit geld dat hij daarvoor gereserveerd heeft.

U hebt door deze verhoging en de verwachting voor de komende jaren niet meteen ook recht op verhogingen in de toekomst.

       

D.

Voorwaardelijke toeslagverlening gekoppeld aan een ex ante bepaalde maatstaf.

D. → voorwaardelijke toeslagverlening op basis van een ex ante bepaalde maatstaf

De ambitie is om jaarlijks pensioenrechten en pensioen-aanspraken aan te passen aan [de prijs- of loon-ontwikkeling/

<…%>].

Geëxpliciteerd moet worden op welke wijze wordt bepaald hoe hoog de daadwerkelijke toekenning zal zijn.

Uit de rekentool voor verzekeraars blijkt welke gemiddelde toekenning op de lange termijn te verwachten is ten opzichte van de ex ante bepaalde maatstaf.

D.1. → financiering uit de winstdeling van de verzekeraar/extra middelen die de werkgever beschikbaar stelt

De voorwaardelijke toeslagverlening wordt gefinancierd uit winstdeling die de werkgever van de verzekeraar ontvangt.

Op de pensioenrechten en pensioenaanspraken wordt jaarlijks toeslag verleend van maximaal [de ex ante bepaalde maatstaf]. De werkgever beslist evenwel jaarlijks in hoeverre pensioenrechten en pensioenaanspraken worden aangepast.

Voor deze voorwaardelijke toeslagverlening is geen

Uw (ex-)werkgever probeert ieder jaar uw pensioen/opgebouwde pensioen te verhogen met de prijsontwikkeling/de loonontwikkeling/<…%>.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is dit jaar met <a%> verhoogd.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is de afgelopen drie jaar als volgt verhoogd:

– Over het jaar <t-1> met <b%>. De prijzen gingen toen met <f%> omhoog

– Over het jaar <t-2> met <c%>. De prijzen gingen toen met <g%> omhoog

     

reserve gevormd en wordt geen premie betaald. De hoogte van de toeslagverlening is afhankelijk van de winstdeling die de werkgever van de verzekeraar ontvangt en/of de middelen die de werkgever hiervoor extra beschikbaar stelt.

– Over het jaar <t-3> met <d%>. De prijzen gingen toen met <h%> omhoog

Uw werkgever betaalt de toekomstige verhogingen van uw pensioen/opgebouwde pensioen uit winstdeling hij van de verzekeraar ontvangt en/of extra middelen die hij hiervoor beschikbaar stelt.

U hebt door deze verhoging en de verwachting voor de komende jaren niet meteen ook recht op verhogingen in de toekomst.

    

D.2. → financiering van de toeslagverlening uit een opslag op de premie

De voorwaardelijke toeslagverlening wordt gefinancierd uit een opslag op de premie, waarvan de hoogte is gerelateerd aan de ambitie.

Op de pensioenrechten en pensioenaanspraken wordt jaarlijks toeslag verleend van maximaal [de ex ante bepaalde maatstaf]. De werkgever beslist evenwel jaarlijks in hoeverre pensioenrechten en pensioenaanspraken worden aangepast.

Uw (ex-)werkgever probeert ieder jaar uw pensioen/opgebouwde pensioen te verhogen met de prijsontwikkeling/de loonontwikkeling/<…%>..

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is dit jaar met <a%> verhoogd.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is de afgelopen drie jaar als volgt verhoogd:

– Over het jaar <t-1> met <b%>. De prijzen gingen toen met <f%> omhoog

     

Voor deze voorwaardelijke toeslagverlening is geen reserve gevormd. De toeslagverlening wordt uit premies gefinancierd.

– Over het jaar <t-2> met <c%>. De prijzen gingen toen met <g%> omhoog

– Over het jaar <t-3> met <d%>. De prijzen gingen toen met <h%> omhoog

De toekomstige verhogingen van uw pensioen/opgebouwde pensioen worden betaald uit premies.

U hebt door deze verhoging en de verwachting voor de komende jaren niet meteen ook recht op verhogingen in de toekomst.

    

D.3. → financiering van de toeslagverlening uit een koopsomstorting door de werkgever.

De werkgever heeft toegezegd jaarlijks een bedrag te storten, waarvan de hoogte is gerelateerd aan de ambitie.

Op de pensioenrechten en pensioenaanspraken wordt jaarlijks toeslag verleend van maximaal [de ex ante bepaalde maatstaf]. De werkgever beslist evenwel jaarlijks in hoeverre pensioenrechten en pensioenaanspraken worden aangepast.

Uw (ex-)werkgever probeert ieder jaar uw pensioen/opgebouwde pensioen te verhogen met de prijsontwikkeling/de loonontwikkeling/<…%>.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is dit jaar met <a%> verhoogd.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is de afgelopen drie jaar als volgt verhoogd:

– Over het jaar <t-1> met <b%>. De prijzen gingen toen met <f%> omhoog

     

Voor deze voorwaardelijke toeslagverlening is geen reserve gevormd. De toeslagverlening wordt uit bijdragen van de werkgever gefinancierd.

– Over het jaar <t-2> met <c%>. De prijzen gingen toen met <g%> omhoog

– Over het jaar <t-3> met <d%>. De prijzen gingen toen met <h%> omhoog

Uw werkgever betaalt de toekomstige verhogingen van uw pensioen/opgebouwde pensioen uit geld dat uw werkgever daarvoor bij de verzekeraar zal storten.

U hebt door deze verhoging en de verwachting voor de komende jaren niet meteen ook recht op verhogingen in de toekomst.

    

D.4. → financiering met behulp van een bestemmingsreserve/depot

De voorwaardelijke toeslagverlening wordt gefinancierd uit een bestemmingsreserve of een depot.

Op de pensioenrechten en pensioenaanspraken wordt jaarlijks toeslag verleend van maximaal [de ex ante bepaalde maatstaf]. De werkgever beslist evenwel jaarlijks in hoeverre pensioenrechten en pensioenaanspraken worden aangepast.

Uw (ex-)werkgever probeert ieder jaar uw pensioen/opgebouwde pensioen te verhogen met de prijsontwikkeling/de loonontwikkeling/<…%>.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is dit jaar met <a%> verhoogd.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is de afgelopen drie jaar als volgt verhoogd:

– Over het jaar <t-1> met <b%>. De prijzen gingen toen met <f%> omhoog

     

Voor deze voorwaardelijke toeslagverlening heeft de werkgever een bestemmingsreserve of een depot gevormd.

De jaarlijkse dotatie aan de bestemmingsreserve wordt door de werkgever bepaald. Aan een depot wordt jaarlijks een deel van de winstdeling bij de verzekeraar toegevoegd, eventueel vermeerderd met extra middelen die de werkgever beschikbaar stelt.

– Over het jaar <t-2> met <c%>. De prijzen gingen toen met <g%> omhoog

– Over het jaar <t-3> met <d%>. De prijzen gingen toen met <h%> omhoog

Uw werkgever betaalt de toekomstige verhogingen van uw pensioen/opgebouwde pensioen uit geld dat hij daarvoor gereserveerd heeft.

U hebt door deze verhoging en de verwachting voor de komende jaren niet meteen ook recht op verhogingen in de toekomst.

    

D.5. → financiering met behulp van een vrijwillig gevormde voorziening

De voorwaardelijke toeslagverlening wordt gefinancierd uit een vrijwillig gevormde voorziening, waarvan de hoogte is gerelateerd aan de ambitie.

Op de pensioenrechten en pensioenaanspraken wordt jaarlijks toeslag verleend van maximaal de [de ex ante bepaalde maatstaf] . De werkgever beslist evenwel jaarlijks in hoeverre pensioenrechten en pensioenaanspraken worden aangepast.

Voor deze voorwaardelijke toeslagverlening heeft de werkgever een voorziening

Uw (ex-)werkgever probeert ieder jaar uw pensioen/opgebouwde pensioen te verhogen met de prijsontwikkeling/de loonontwikkeling/<…%>.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is dit jaar met <a%> verhoogd.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is de afgelopen drie jaar als volgt verhoogd:

– Over het jaar <t-1> met <b%>. De prijzen gingen toen met <f%> omhoog

– Over het jaar <t-2> met <c%>. De prijzen gingen toen met <g%> omhoog

– Over het jaar <t-3> met <d%>. De prijzen

     

gevormd. Deze voorziening kan alleen voor toekomstige toeslagverlening worden aangewend.

gingen toen met <h%> omhoog

Uw werkgever betaalt de toekomstige verhogingen van uw pensioen/opgebouwde pensioen uit geld dat hij daarvoor gereserveerd heeft.

U hebt door deze verhoging en de verwachting voor de komende jaren niet meteen ook recht op verhogingen in de toekomst.

    

D.6 Combinaties van D.1. tot en met D.5.

Op de pensioenrechten en pensioenaanspraken wordt jaarlijks toeslag verleend van maximaal [de ex ante bepaalde maatstaf]. De werkgever beslist evenwel jaarlijks in hoeverre pensioenrechten en pensioenaanspraken worden aangepast.

Uw (ex-)werkgever probeert ieder jaar uw pensioen/opgebouwde pensioen te verhogen met de prijsontwikkeling/de loonontwikkeling/<…%>.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is dit jaar met <a%> verhoogd.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is de afgelopen drie jaar als volgt verhoogd:

– Over het jaar <t-1> met <b%>. De prijzen gingen toen met <f%> omhoog

     

Voor deze voorwaardelijke toeslagverlening [is geen reserve gevormd en wordt geen premie betaald, maar wordt uit winstdeling van de verzekeraar gefinancierd / is geen

– Over het jaar <t-2> met <c%>. De prijzen gingen toen met <g%> omhoog

– Over het jaar <t-3> met <d%>. De prijzen gingen toen met <h%> omhoog

(Een combinatie van financieringswijzen, afhankelijk van de feitelijke omstandigheden:)

Uw werkgever betaalt de toekomstige

     

reserve gevormd, maar wordt een opslag op de premie betaald / is geen reserve gevormd maar wordt door de werkgever voldaan / is een bestemmingsreserve/ depot gevormd / is een voorziening gevormd / stelt uw werkgever extra middelen beschikbaar].

verhogingen van uw pensioen/opgebouwde pensioen uit winstdeling van de verzekeraar/een opslag op de premie/bijdragen van de

werkgever/geld dat hij daarvoor gereserveerd heeft/extra middelen die hij daarvoor beschikbaar stelt.

U hebt door deze verhoging en de verwachting voor de komende jaren niet meteen ook recht op verhogingen in de toekomst.

       

E.

Combinatie van onvoorwaardelijke en voorwaardelijke toeslagverlening

De ambitie is om jaarlijks pensioenrechten en pensioen-aanspraken aan te passen [aan de prijs- of loon-ontwikkeling/

<…%>].

Het onvoorwaardelijke deel van de toeslagverlening wordt altijd toegekend. Voor het voorwaardelijke deel moet geëxpliciteerd worden op welke wijze

Het onvoorwaardelijke deel van de toeslagverlening wordt altijd volledig toegekend. De verwachte realisatie voor dit deel is dan ook gelijk aan de ambitie.

Voor het onvoorwaardelijke deel van deze toeslagverlening is de werkgever een koopsom verschuldigd waarmee de toekomstige toeslagen gefinancierd

Op de pensioenrechten en pensioenaanspraken wordt jaarlijks toeslag verleend van maximaal [de ex ante bepaalde maatstaf]. Ten aanzien van de voorwaardelijke toeslagverlening

Uw (ex-)werkgever verhoogt ieder jaar uw pensioen/opgebouwde pensioen met de prijsontwikkeling/de loonontwikkeling/

<…%>.

U hebt recht op een jaarlijkse verhoging van uw pensioen/opgebouwde pensioen (het onvoorwaardelijke deel van

  

wordt bepaald hoe hoog de daadwerkelijke toekenning zal zijn. Voor het voorwaardelijke deel moet geëxpliciteerd worden hoe hoog de daadwerkelijke toekenning zal zijn.

Voor het voorwaardelijke deel moet uit de rekentool voor verzekeraars blijken welke gemiddelde toekenning op de lange termijn te verwachten is ten opzichte van de ex ante bepaalde maatstaf

worden.

Voor het voorwaardelijke deel van deze toeslagverlening gelden de financieringswijzen, zoals die hierboven worden beschreven in geval van voorwaardelijke toezeggingen.

beslist de werkgever evenwel jaarlijks in hoeverre pensioenrechten en pensioenaanspraken worden aangepast. De jaarlijkse toeslagverlening is echter nooit lager dan het deel van de toeslagverlening dat onvoorwaardelijk is.

toeslagverlening). Daar bovenop probeert uw werkgever uw pensioen/opgebouwde pensioen jaarlijks extra te verhogen (het voorwaardelijke deel van de toeslagverlening).

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is dit jaar met <a%> verhoogd.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is de afgelopen drie jaar als volgt verhoogd:

      

– Over het jaar <t-1> met <b%>. De prijzen gingen toen met <f%> omhoog

– Over het jaar <t-2> met <c%>. De prijzen gingen toen met <g%> omhoog

– Over het jaar <t-3> met <d%>. De prijzen gingen toen met <h%> omhoog

(Een combinatie van financieringswijzen, afhankelijk van de feitelijke omstandigheden:)

      

Uw werkgever betaalt de toekomstige verhogingen van uw pensioen/opgebouwde pensioen uit winstdeling van de verzekeraar/ een opslag op de premie / bijdragen van de werkgever / geld dat hij daarvoor gereserveerd heeft / extra middelen die hij daarvoor beschikbaar stelt.

      

(Ten aanzien van het voorwaardelijke deel van de toeslagverlening:)

U hebt door deze verhoging en de verwachting voor de komende jaren niet meteen ook recht op verhogingen in de toekomst.

       

F.

Onvoorwaardelijke toeslagverlening

F1

Jaarlijks worden pensioenrechten, slapersrechten en opgebouwde pensioen-aanspraken aangepast [aan de prijs- of loonontwikkeling/

<…%>].

Op ingegane pensioenen, slapersrechten en opgebouwde pensioenaanspraken wordt onvoorwaardelijk toeslag verleend.

De toeslagverlening wordt altijd volledig toegekend. De verwachte realisatie is altijd gelijk aan de ambitie.

Voor deze toeslagverlening is de werkgever een koopsom verschuldigd waarmee de toekomstige toeslagen gefinancierd worden.

Op de pensioenrechten en pensioenaanspraken wordt jaarlijks toeslag verleend conform de ambitie.

Uw (ex-)werkgever verhoogt uw pensioen/opgebouwde pensioen jaarlijks met de prijsontwikkeling/de loonontwikkeling/<…%>.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is dit jaar met <a%> verhoogd.

Uw pensioen/opgebouwde pensioen is de afgelopen drie jaar als volgt verhoogd:

– Over het jaar <t-1> met <b%>. De prijzen gingen toen met <f%> omhoog

      

– Over het jaar <t-2> met <c%>. De prijzen gingen toen met <g%> omhoog

– Over het jaar <t-3> met <d%>. De prijzen gingen toen met <h%> omhoog

Uw werkgever betaalt de toekomstige verhogingen van uw pensioen/opgebouwde pensioen uit geld dat hij daarvoor bij de verzekeraar heeft gestort.

 

F2

Jaarlijks worden opgebouwde pensioenaanspraken van de actieve deelnemers aangepast [aan de prijs- of loonontwikkeling/<…%>].

Zolang de deelnemer aan de pensioenregeling deelneemt wordt op opgebouwde pensioenaanspraken onvoorwaardelijk toeslag verleend.

De toeslagverlening over opgebouwde pensioenaanspraken wordt gedurende het deelnemerschap altijd volledig toegekend. De verwachte realisatie over opge-

Voor de toeslagen op het opgebouwde pensioen van actieve deelnemers is de werkgever jaarlijks een koopsom verschuldigd.

Voor toeslagen op inge-

Op de opgebouwde pensioenaanspraken wordt tijdens de deelneming jaarlijks toeslag verleend conform de ambitie.

Voor slapersrechten en pensioenrechten geldt één

Uw werkgever verhoogt ieder jaar uw opgebouwde pensioen tijdens uw deelname aan de pensioenregeling met de prijsontwikkeling/de loonontwikkeling/<…%>.

Uw opgebouwde pensioen is dit jaar met <a%> verhoogd.

Uw opgebouwde pensioen is de afgelopen

 

Slapersrechten en pensioenrechten worden aangepast volgens één van de toeslagcategorieën A t/m. E.

 

bouwde pensioenaanspraken is gedurende het deelnemerschap is altijd gelijk aan de ambitie.

gane pensioenen en slapersrechten geldt één van de financieringswijzen zoals die hierboven zijn beschreven onder één van de toeslagcategorieën A t/m. E.

van de teksten voor het pensioenreglement, zoals opgenomen onder één van de toeslagcategorieën A t/m. E.

drie jaar als volgt verhoogd:

– Over het jaar <t-1> met <b%>. De prijzen gingen toen met <f%> omhoog

– Over het jaar <t-2> met <c%>. De prijzen gingen toen met <g%> omhoog

– Over het jaar <t-3> met <d%>. De prijzen gingen toen met <h%> omhoog

Uw werkgever betaalt de toekomstige verhogingen van uw opgebouwde pensioen uit geld dat hij daarvoor bij de verzekeraar moet storten.

Toelichting

1. Inleiding

In artikel 95, eerste lid, van de Pensioenwet en artikel 103, eerste lid, van de Wet verplichte beroepspensioenregeling is neergelegd dat er bij voorwaardelijke toeslagverlening een consistent geheel moet zijn tussen de gewekte verwachtingen, de financiering en het realiseren van voorwaardelijke toeslagen. Hoewel het algemene uitgangspunt van deze consistentie-eis helder is – de bij de deelnemers in een pensioenregeling gewekte verwachtingen over de voorwaardelijke indexatie van hun pensioenaanspraken en/of -rechten dienen in voldoende mate waargemaakt te kunnen worden – is tot nu toe onvoldoende duidelijk op welke wijze de consistentie-eis bij voorwaardelijke toeslagverlening concreet invulling moet krijgen. Het is van belang dat hieromtrent alsnog duidelijkheid wordt geboden, omdat de consistentie-eis op het vlak van toeslagverlening een belangrijk onderdeel van de Pensioenwet vormt. Zowel pensioenuitvoerders als de toezichthouder moeten in staat zijn om te beoordelen onder welke condities aan de consistentie-eis wordt voldaan. Dat is ook van belang, omdat het voldoen aan deze eis in geval van pensioenfondsen één van de voorwaarden voor korting op de kostendekkende premie – waaronder de aftrek van solvabiliteitsvrijval – is.

Om bovengenoemde redenen is tijdens de parlementaire behandeling van het wetsvoorstel Enige wijzigingen in de Pensioenwet, de Wet verplichte beroepspensioenregeling en enige andere wetten (hierna de Veegwet Pensioenen) een amendement aangenomen op grond waarvan door middel van een Ministeriële regeling invulling gegeven moet worden aan de consistentie-eis, zoals neergelegd in artikel 95 Pensioenwet en artikel 103 Wet verplichte beroepspensioenregeling, die vóórafgaande aan de inwerkingtreding eerst aan het parlement moet worden voorgehangen (Kamerstukken II 2007/08, 31 226, nr. 17). Met de onderhavige regeling, die in nauwe afstemming met het pensioenveld en de toezichthouder tot stand is gekomen, is aan dit amendement uitwerking gegeven. Conform de reeds bestaande regelgeving rond het herstel van de financiële positie van pensioenfondsen met betrekking tot de nominale pensioenverplichtingen, wordt in deze regeling bij de invulling van de consistentie-eis bij voorwaardelijke toeslagverlening in geval van pensioenfondsen uitgegaan van een lange termijn perspectief, dat recht doet aan de lange tijdshorizon die bij de opbouw van pensioenen geldt.

2. Definiëring van het in artikel 95, eerste lid, van de Pensioenwet en in artikel 103, eerste lid, van de Wet verplichte beroepspensioenregeling gehanteerde begrippenkader

In deze regeling worden ten eerste de in artikel 95, eerste lid, van de Pensioenwet en artikel 103, eerste lid, van de Wet verplichte beroepspensioenregeling gehanteerde begrippen ‘de gewekte verwachtingen’, ‘de financiering’ en ‘het realiseren van voorwaardelijke toeslagen’ gedefinieerd, omdat tot nu toe onvoldoende duidelijk is welke betekenis deze begrippen precies hebben.

Zoals eerder al is aangegeven in de nota naar aanleiding van het nader verslag bij de Veegwet Pensioenen (Kamerstukken II 2007/08, 31 226, nr. 14) wordt ten aanzien van het begrip ‘de gewekte verwachtingen’ verduidelijkt dat dit begrip dezelfde betekenis heeft als het begrip ‘toeslagambitie’, dat in de toeslagenmatrix wordt gehanteerd. Uit de toeslagenmatrix volgt dat de ‘toeslagambitie’ op een voorgeschreven wijze naar de deelnemers in een pensioenregeling moet worden gecommuniceerd. Overigens speelt de consistentietoets, zoals in deze regeling is uitgewerkt, alleen een rol in geval van een voorwaardelijke toeslagverlening die is gekoppeld aan een ex ante bepaalde maatstaf (bijvoorbeeld prijsontwikkeling, loonontwikkeling of een vast indexatiepercentage). In geval van een voorwaardelijke toeslagverlening, zonder koppeling aan een ex ante bepaalde maatstaf, zal als gevolg van het ontbreken van deze maatstaf per definitie geen sprake kunnen zijn van inconsistentie tussen de aan de deelnemers gecommuniceerde ‘toeslagambitie’ enerzijds en de verwachte toeslagverlening anderzijds.

Het tweede begrip uit artikel 95, eerste lid, Pensioenwet en artikel 103, eerste lid, van de Wet verplichte beroepspensioenregeling is ‘de financiering’. Hiermee wordt in geval van pensioenfondsen bedoeld de financiële opzet, de financiële sturingsmiddelen en de systematiek van vaststelling van de parameters, zoals deze op grond van artikel 24 van Besluit financieel toetsingskader pensioenfondsen opgenomen dienen te zijn in de actuariële en bedrijfstechnische nota (abtn) van een pensioenfonds. Conform artikel 25 van het Besluit financieel toetsingskader pensioenfondsen dient de financiële opzet naast een beschrijving van de technische voorzieningen, het minimaal vereist eigen vermogen, het vereist eigen vermogen, het premiebeleid en het beleggingsbeleid ook een beschrijving van de financiering van de voorwaardelijke toeslagverlening te bevatten. Voor verzekeraars wordt het begrip ‘de financiering’ in deze regeling nader gedefinieerd als de in de uitvoeringsovereenkomst neergelegde financieringsafspraken ten aanzien van de verzekerde regeling.

Het derde begrip uit artikel 95, eerste lid, van de Pensioenwet en artikel 103, eerste lid, van de Wet verplichte beroepspensioenregeling is ‘het realiseren van voorwaardelijke toeslagen’. Aan dit begrip wordt nader invulling gegeven in artikel 4, eerste lid, onder d, van het Besluit uitvoering Pensioenwet en Wet verplichte beroepspensioenregeling, op grond waarvan informatie aan de deelnemers in een pensioenregeling moet worden verstrekt over de feitelijk verstrekte toeslagverlening over de afgelopen drie jaar, waarbij moet worden aangegeven of deze toeslagverlening in overeenstemming is geweest met het gepresenteerde toeslagenbeleid. Indien de toeslagambitie over de desbetreffende driejaarsperiode niet volledig gerealiseerd werd, kan dit voor de toezichthouder aanleiding zijn om in het kader van de ten minste één keer per drie jaar uitgevoerde continuïteitsanalyse naar de oorzaken van deze afwijking te kijken. Indien niet aan de uitgangspunten van de eerder uitgevoerde consistentietoets als bedoeld in dit besluit getwijfeld hoeft te worden, of op basis van een nieuw uitgevoerde consistentietoets wordt aangetoond dat sprake is van consistentie als bedoeld in dit besluit, moet worden geconcludeerd dat de oorzaken van de afwijking tussen de feitelijke verleende toeslagverlening en de toeslagambitie buiten de invloedsfeer van het pensioenfonds hebben gelegen en dat zij bijvoorbeeld zijn veroorzaakt door ongunstige financieel-economische omstandigheden. In dat geval is er voor de toezichthouder in beginsel geen aanleiding om op grond van artikel 95 Pensioenwet of artikel 103 Wet verplichte beroepspensioenregeling te concluderen dat aanpassing van de toeslagambitie en/of de financiering nodig is.

3. Hoofdregel voor toepassing van de consistentietoets

Naast de definiëring van de begrippen uit artikel 95, eerste lid, van de Pensioenwet en artikel 103, eerste lid, van de Wet verplichte beroepspensioenregeling, wordt met deze regeling vastgesteld wanneer de consistentietoets moet worden uitgevoerd, respectievelijk onder welke voorwaarden kan worden geconcludeerd dat er een ‘consistent geheel’ bij voorwaardelijke toeslagverlening bestaat.

De toets op consistentie in geval van pensioenfondsen geschiedt minimaal eens per drie jaar in samenhang met de – op grond van artikel 22 van het Besluit financieel toetsingskader – minimaal eens per drie jaar uitgevoerde continuïteitsanalyse, op basis van hetgeen in de abtn is vastgelegd met betrekking tot de financiële opzet, de financiële sturingsmiddelen en de parameters. Het oordeel van de toezichthouder over het resultaat van de consistentietoets wordt betrokken in de beoordeling van de abtn.

Indien de toezichthouder op basis van een consistentietoets bij pensioenfondsen vaststelt dat voldaan is aan artikel 95 Pensioenwet of artikel 103 Wet verplichte beroepspensioenregeling zijn kortingen op de (al dan niet gedempte) kostendekkende premie, die voortvloeien uit de toepassing van het in de abtn vastgelegde premiebeleid, geen aanleiding voor een nieuwe consistentietoets. Wel kan de toezichthouder vragen aan te geven dat dergelijke premiekortingen worden verleend conform het in de abtn vastgelegde premiebeleid.

Tenzij de hieronder in paragraaf 4 beschreven omstandigheden van toepassing zijn, houdt de toets op consistentie bij pensioenfondsen in dat de toezichthouder beoordeelt of voldaan is aan de volgende twee, in artikel 5, tweede lid, van de regeling opgenomen, voorwaarden:

a. op basis van een continuïteitsanalyse uitgaande van het vereist eigen vermogen als bedoeld in artikel 132 Pensioenwet of artikel 127 Wet verplichte beroepspensioenregeling, wordt over een periode van 15 jaar een toeslagverlening verwacht die in voldoende mate aansluit op de door sociale partners en/of het bestuur van het betrokken pensioenfonds afgesproken toeslagambitie;

b. het herstelvermogen van een pensioenfonds op basis van het beleid dat is opgenomen in de abtn en dat wordt beoordeeld op basis van een continuïteitsanalyse uitgaande van het minimaal vereist eigen vermogen als bedoeld in artikel 131 Pensioenwet of artikel 126 Wet verplichte beroepspensioenregeling is voldoende om de dekkingsgraad binnen een periode van 15 jaar van het zojuist genoemde minimaal vereist eigen vermogen op het vereist eigen vermogen als bedoeld in artikel 132 Pensioenwet of artikel 127 Wet verplichte beroepspensioenregeling te brengen.

Aangezien in geval van verzekerde regelingen de toeslagverlening niet afhankelijk is van een dekkingsgraad, maar wordt bepaald door de contractuele afspraken tussen de werkgever en de verzekeraar, kan de consistentietoets in dit geval worden gebaseerd op dezelfde startwaarden die in het rekeninstrument voor verzekeraars worden gehanteerd ten behoeve van de berekening in het kader van het toeslagenlabel. Ten behoeve van de consistentietoets behoeft dus geen afzonderlijke berekening op basis van het rekeninstrument voor verzekeraars te worden gemaakt. De berekening ten behoeve van het toeslagenlabel en de consistentietoets dient ten minste eens in de drie jaar uitgevoerd te worden. In het kader van de consistentietoets kan de toezichthouder op grond van artikel 5, vijfde lid, van deze regeling beoordelen of de verwachte toeslagverlening (als percentage van de toeslagambitie) op basis van het rekeninstrument voor verzekeraars over een periode van 15 jaar in voldoende mate aansluit op de toeslagambitie.

Bij de toets op consistentie zal door de toezichthouder een ‘principle-based’ invulling aan het hierboven genoemde begrip ‘in voldoende mate’ gegeven worden. Dat is noodzakelijk, omdat de verwachte toeslagverlening door vele specifieke kenmerken wordt beïnvloed. Het in algemene zin opnemen van een percentage in de regelgeving ter invulling van het begrip ‘in voldoende mate’, met als gevolg dat eenzelfde percentage op alle pensioenuitvoerders van toepassing zou zijn, is dan ook niet mogelijk.

In het kader van de beoordeling van het bovengenoemde tweede onderdeel van de consistentietoets voor pensioenfondsen, dus onderdeel b, zal de toezichthouder de ontwikkeling van de gemiddelde (of verwachte) dekkingsgraad beoordelen. Als daar aanleiding toe is, kan de toezichthouder op basis van de ‘principle-based’ benadering van het toezicht eventueel ook meer informatie uit de (stochastische) continuïteitsanalyse betrekken bij deze beoordeling.

Onder de toeslagverlening die wordt verwacht op basis van een continuïteitsanalyse als bedoeld in deze regeling, wordt verstaan de gemiddelde toeslagverlening over een simulatieperiode van 15 jaar, waarbij voor elk jaar de uitkomsten van alle gesimuleerde scenario’s in de berekening worden betrokken.

4. Specifieke invulling van de consistentietoets voor pensioenfondsen

Zoals hierboven is aangegeven, wordt in geval van pensioenfondsen voor de consistentietoets in beginsel uitgegaan van een continuïteitsanalyse vanuit het vereist eigen vermogen. Er kunnen echter omstandigheden zijn, bijvoorbeeld in geval van pensioenfondsen met een risicomijdend beleggingsbeleid en dus een relatief laag vereist eigen vermogen, waardoor de verwachte toeslagverlening op grond van een continuïteitsanalyse vanuit het vereist eigen vermogen te laag uitkomt om aan de consistentie-eis te kunnen voldoen. In dat geval bestaan er drie alternatieven, die overigens naast elkaar kunnen worden toegepast. In de eerste plaats kan worden besloten de toeslagambitie zodanig aan te passen dat wel aan de consistentie-eis kan worden voldaan. In de tweede plaats kan de financiering worden aangepast. In de derde plaats kan worden besloten de consistentietoets uit te voeren conform artikel 5, derde lid, van deze regeling. De consistentietoets wordt dan uitgevoerd op basis van een continuïteitsanalyse vanuit een zodanig hogere dekkingsgraad dan het vereist eigen vermogen dat de verwachte toeslagverlening over een periode van 15 jaar wél in voldoende mate aansluit op de toeslagambitie. Pensioenfondsen die voor dit alternatief kiezen, moeten op basis van een continuïteitsanalyse aantonen dat het in de abtn besloten herstelvermogen voldoende is om uitgaande van het minimaal vereist eigen vermogen de in de vorige volzin bedoelde hogere dekkingsgraad binnen een periode van 15 jaar te bereiken.

Indien de toezichthouder oordeelt dat, bijvoorbeeld door een zeer hoge feitelijke dekkingsgraad en/of een sterke beperking of afdekking van de beleggingsrisico’s, de kans op een daling van de dekkingsgraad van een pensioenfonds tot een niveau dat aanzienlijk lager ligt dan de in het tweede of derde lid, onderdeel a, bedoelde dekkingsgraad, zeer beperkt is, kan de toezichthouder toestaan dat onderdeel b van het tweede of derde lid niet toegepast wordt, of dat de toets of aan onderdeel b van het tweede of derde lid wordt voldaan, wordt uitgevoerd uitgaande van een dekkingsgraad die hoger is dan het minimaal vereist eigen vermogen. De gedachte hierachter is in de eerste plaats, dat het risico dat de toeslagambitie in onvoldoende mate gerealiseerd wordt, door de bovengenoemde risicobeperkende omstandigheden sterk gemitigeerd wordt. In de tweede plaats, leidt de desbetreffende risicobeperking ertoe dat de kans zeer gering zal zijn, dat de in onderdeel b van het tweede of derde lid bedoelde herstelpotentie ooit benodigd zal zijn. Als zich dan toch de zeer onwaarschijnlijke situatie zou voordoen dat het eigen vermogen tot het minimaal vereiste niveau zou zijn gedaald, zullen de genoemde risicobeperkende factoren de kans op een snel herstel wellicht juist sterk verkleinen. Als in deze bijna hypothetische omstandigheden onderdeel b van het tweede of derde lid nochtans – zonder enige aanpassing – zou moeten worden toegepast, zou de kans dat de toeslagambitie in voldoende mate wordt gerealiseerd juist beperkt worden.

De opzet van de consistentietoets kan dus als volgt worden samengevat:

– Artikel 5, tweede lid, bevat de hoofdregel; op basis van een continuïteitsanalyse uitgaande van het vereist eigen vermogen wordt vastgesteld of er sprake is van consistentie.

– Artikel 5, derde lid, geldt voor fondsen waarbij op grond van de toets, zoals opgenomen in het tweede lid, uitgaande van het vereist eigen vermogen, geen consistentie bestaat, doordat het vereist eigen vermogen daarvoor ontoereikend is. Voor deze fondsen geldt, dat zij aan de consistentie-eis kunnen voldoen op basis van een continuïteitsanalyse uitgaande van een hogere dekkingsgraad dan het vereist eigen vermogen. In dat geval moeten zij aantonen dat het in de abtn besloten herstelvermogen voldoende is om uitgaande van het minimaal vereist eigen vermogen de in de vorige volzin bedoelde hogere dekkingsgraad binnen een periode van 15 jaar te bereiken.

– Artikel 5, vierde lid, geldt voor fondsen met een zeer geringe kans op een reservetekort, waardoor onverkorte toepassing van onderdeel b van de in het tweede of derde lid opgenomen consistentietoets voor deze fondsen nauwelijks praktische betekenis zou hebben en er bovendien toe zou kunnen leiden dat er bij deze fondsen geen consistentie bestaat, omdat het herstelvermogen van deze fondsen – juist als gevolg van het feit dat zij hun risico’s op een (sterke) daling van hun eigen vermogen hebben beperkt – te gering is.

– Artikel 5, vijfde lid, geeft aan op welke wijze de consistentietoets bij verzekerde regelingen op basis van het rekeninstrument voor verzekeraars invulling krijgt.

Overigens kunnen ook pensioenfondsen, waarbij de verwachte toeslagverlening op grond van een continuïteitsanalyse vanuit het vereist eigen vermogen op grond van het tweede lid wél in voldoende mate aansluit op de toeslagambitie, in hun abtn aangeven een hogere dekkingsgraad dan het vereist eigen vermogen na te streven.

5. Implicaties van de consistentietoets voor pensioenfondsen

Uit de bovengenoemde opzet vloeit voort dat pensioenfondsen ten behoeve van de consistentietoets een continuïteitsanalyse dienen uit te voeren vanuit zowel het vereist eigen vermogen of, indien van toepassing, een hogere dekkingsgraad, als vanuit het minimaal vereist eigen vermogen. De continuïteitsanalyse vanuit het vereist eigen vermogen of – indien van toepassing – een hogere dekkingsgraad, dient te worden uitgevoerd om te kunnen vaststellen of de verwachte toeslagverlening over een periode van 15 jaar in voldoende mate aansluit op de toeslagambitie.

De continuïteitsanalyse vanuit het minimaal vereist eigen vermogen dient te worden uitgevoerd om te kunnen vaststellen of het in de financiering besloten herstelvermogen van een fonds voldoende is om de dekkingsgraad binnen een periode van 15 jaar van het minimaal vereist eigen vermogen op de dekkingsgraad te brengen van waaruit het in de alinea hierboven beschreven onderdeel van de consistentietoets wordt uitgevoerd. Op basis van artikel 5, vierde lid, van deze regeling, kan de toezichthouder overigens toestaan dat de in de vorige volzin bedoelde continuïteitsanalyse niet uitgevoerd wordt, of wordt uitgevoerd uitgaande van een dekkingsgraad die hoger is dan het minimaal vereist eigen vermogen.

De verwachte toeslagverlening op basis van een continuïteitsanalyse, uitgaande van de feitelijke dekkingsgraad (zie ook: derde kolom toeslagenmatrix), kan lager zijn dan de verwachte toeslagverlening die in het kader van de consistentietoets berekend is. Indien de toezichthouder op basis van deze consistentietoets heeft vastgesteld dat consistentie bestaat in de zin van artikel 95 Pensioenwet of artikel 103 Wet verplichte beroepspensioenregeling, noopt de in de vorige volzin bedoelde omstandigheid niet tot een aanpassing van de toeslagambitie en/of de financiering.

Indien de feitelijke dekkingsgraad van een pensioenfonds ten minste op het niveau van het vereist eigen vermogen ligt en de toezichthouder op basis van de consistentietoets, zoals hierboven beschreven, vaststelt dat voldaan is aan artikel 95 Pensioenwet of artikel 103 Wet verplichte beroepspensioenregeling, zijn kortingen op de (al dan niet gedempte) kostendekkende premie – voor zover deze voortvloeien uit de toepassing van het in de abtn vastgelegde premiebeleid – toegestaan. Er wordt dan voldaan aan de wettelijke voorwaarden voor korting op de (al dan niet gedempte) kostendekkende premie, zoals opgenomen in artikel 129 Pensioenwet of artikel 124 Wet verplichte beroepspensioenregeling. De toezichthouder kan dan in die omstandigheden vragen aan te tonen of deze korting op de kostendekkende premie conform het in de abtn vastgelegde premiebeleid wordt toegepast.

6. Ingangsdatum

De regeling treedt in werking op het tijdstip dat de Veegwet Pensioenen in werking treedt.

Daarbij dient voor ogen te worden gehouden dat op grond van artikel 36a van het Besluit financieel toetsingskader voor pensioenfondsen of beroepspensioenfondsen die bij de premievaststelling voor het jaar 2007 solvabiliteitsvrijval hebben aangewend voor premiekorting, indien solvabiliteitsvrijval ook voor het jaar 2008 wordt aangewend voor premiekorting, in 2008 altijd aan artikel 129, eerste lid van de Pensioenwet en artikel 124, eerste lid, van de Wet verplichte beroepspensioenregeling voldoen, dus ook als op grond van de onderhavige regeling geen consistentie zou bestaan. Dat betekent dat de bovengenoemde fondsen in 2008 zonder toets op consistentie, zoals opgenomen in deze regeling, solvabiliteitsvrijval op hun kostendekkende premie in mindering kunnen blijven brengen.

In aanvulling hierop kan de toezichthouder op grond van artikel 48a Invoerings- en aanpassingswet Pensioenwet vanaf 1 januari 2009 op basis van maatwerk voor een periode van maximaal 5 jaar ontheffing verlenen van artikel 129, eerste lid, van de Pensioenwet en artikel 124, eerste lid, van de Wet verplichte beroepspensioenregeling.

Artikelsgewijs

Artikel I, onderdelen B en D (Toeslagenmatrix)

In de Pensioenwet en de Wet verplichte beroepspensioenregeling wordt het woord ‘toeslagen’ gebruikt voor hetgeen voorheen ook wel als indexatie wordt aangeduid. Om zo consequent mogelijk één begrip te gebruiken wordt het woord ‘indexatiematrix’ vervangen door toeslagenmatrix.

Daarnaast wordt als bijlage een aangepaste toeslagenmatrix voor pensioenfondsen en een nieuwe toeslagenmatrix voor verzekeraars opgenomen. De wijziging van de toeslagenmatrix voor pensioenfondsen is nodig voor een goede aansluiting op het toeslagenlabel. De nieuwe toeslagenmatrix voor verzekeraars is een gevolg van het feit dat per 1 januari 2009 artikel 95 Pensioenwet en artikel 103 Wet verplichte beroepspensioenregeling ook op verzekeraars van toepassing wordt en zij vanaf dat moment dus ook een toeslagenmatrix moeten toepassen. Bij de invulling van de toeslagenmatrix voor verzekeraars is zoveel mogelijk aangesloten bij de toeslagenmatrix voor pensioenfondsen. Ook is nog eens kritisch naar mogelijke onduidelijkheden in de huidige teksten van de toeslagenmatrix gekeken en zijn, waar mogelijk, vereenvoudigingen aangebracht.

Op grond van de voorwaardelijkheidsverklaring in de toeslagenmatrix dienen pensioenfondsen en verzekeraars onder andere informatie aan de deelnemers in een pensioenregeling te verstrekken over de feitelijke toeslagverlening in de afgelopen drie jaar. Deze toeslagverlening dient te worden afgezet tegen de feitelijke prijsstijging die over deze periode is opgetreden. Pensioenfondsen en verzekeraars dienen daarbij het consumentenprijsindexcijfer (CPI) van het Centraal Bureau voor de Statistiek over het betreffende jaar te hanteren. Hierdoor wordt gegarandeerd dat alle pensioenuitvoerders van hetzelfde referentiepunt uitgaan. Dat is van belang voor de onderlinge vergelijkbaarheid van de voorwaardelijkheidsverklaring.

Mede omdat pensioenfondsen pas twee jaar met de toeslagenmatrix werken, is de indeling van de toeslagcategorieën ongewijzigd gebleven. Vanuit het pensioenveld zijn op dit moment ook geen signalen bekend dat wijziging daarvan noodzakelijk wordt geacht. Mocht dat in de toekomst veranderen, dan kan alsnog worden overwogen om de inhoud van de in de bijlage opgenomen toeslagenmatrix aan te passen.

De hoofdregel is dat de teksten van de toeslagenmatrix gebruikt moeten worden, maar in specifieke omstandigheden zijn daarop uitzonderingen mogelijk. Er is dus ruimte voor de pensioenuitvoerders om in overleg met de toezichthouder, voor een pensioenregeling die niet precies in één van de categorieën van de toeslagenmatrix valt of waarbij de teksten van de toeslagenmatrix niet goed de feitelijke omstandigheden weergeven, maatwerk te leveren.

Artikel I, Onderdeel C

De bevoegdheid voor De Nederlandsche Bank om regels te stellen inzake de scenariomethode is naar het niveau van een algemene maatregel van bestuur getild en opgenomen in artikel 12, derde lid, van het Besluit financieel toetsingskader pensioenfondsen. De bepaling in deze Ministeriële regeling waarin deze bevoegdheid was opgenomen kan daarmee vervallen.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

J.P.H. Donner

Naar boven