Wijziging Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting en de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden

Regeling van de Staatssecretaris van Justitie van 23 juni 2008, nr. 5546389/08/DJI, houdende wijziging van de Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting en de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden in verband met de terugplaatsing van gedetineerden die een traject volgden in het kader van het Programma terugdringen recidive (TR)

De Staatssecretaris van Justitie,

Gelet op artikel 15, zesde lid, en artikel 26, derde lid, van de Penitentiaire beginselenwet;

Besluit:

Artikel I

De Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 2, tweede lid wordt een onderdeel c toegevoegd luidende:

c. is geconstateerd dat zij deelname weigeren, dan wel hun deelname weigeren voort te zetten aan een traject in het kader van het programma Terugdringen Recidive.

B

In artikel 3, derde lid wordt, onder vernummering van het vierde lid tot vijfde lid, een lid ingevoegd, luidende:

4. Voor plaatsing in een beperkt beveiligde inrichting of afdeling met regimesgebonden verlof komen niet in aanmerking gedetineerden die deelname weigeren, dan wel hun deelname weigeren voort te zetten aan een traject in het kader van het programma Terugdringen Recidive.

Artikel II

Aan artikel 20 van de Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting wordt een lid toegevoegd, luidende:

3. Aan gedetineerden die deelname weigeren, dan wel hun deelname weigeren voort te zetten aan een traject in het kader van het programma Terugdringen Recidive wordt geen regimesgebonden verlof verleend.

Artikel III

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Justitie, N. Albayrak.

Toelichting

Algemeen

Deze regeling wijzigt de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden en de Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting. Deze wijzigingen vinden hun grond in de praktische uitvoering van het zogeheten TR-traject in het kader van het Programma terugdringen recidive (TR).

In 2002 is het Veiligheidsprogramma van de rijksoverheid van start gegaan met het motto ‘Nederland moet veiliger’. Het beleidsprogramma Modernisering Sanctietoepassing (MST) maakt daarvan onderdeel uit. In dat verband dienen sancties een bijdrage te kunnen leveren aan een veiliger samenleving, maar dan moeten die sancties wel ten uitvoer worden gelegd, doelgericht en effectief zijn en bijdragen aan de vermindering van de recidive.

Terugdringen Recidive is een van de achttien maatregelen die opgenomen zijn in MST.

Op dit moment is de recidive van gedetineerden hoog. Van alle gedetineerden die in 1997 werden ontslagen uit een gevangenis blijkt na vijf jaar 70% opnieuw met justitie in aanraking te zijn gekomen en heeft 47% opnieuw een detentie opgelegd gekregen. Daarom is het wenselijk de recidive te verminderen, door de tijd die justitiabelen in de gevangenis doorbrengen of onder reclasseringstoezicht staan, zo in te vullen dat de kans op recidive vermindert.

Het programma Terugdringen Recidive bestaat uit vier peilers: Samenwerking tussen het Gevangeniswezen en de 3 Reclasseringsorganisaties (GW-3RO), Diagnose, Gedragsinterventie en Nazorg. Voor iedere peiler is een afzonderlijk project ingericht.

Samenwerking GW-3RO

Binnen het project Samenwerking GW-3RO is het zogehete samenwerkingsmodel ontwikkeld. Het doel van het samenwerkingsmodel is om door een goede samenwerking tussen het Gevangeniswezen en de reclassering te komen tot één ‘totaaltraject’ voor de gedetineerde. Het gehele justitiële traject wordt benut om te kunnen werken aan gedragsverandering en daardoor terugdringen van recidive.

Uitgangspunten van het samenwerkingsmodel:

De TR doelgroep is als volgt gedefinieerd: Gedetineerden die in eerste aanleg zijn veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf met een netto strafrestant van minimaal vier maanden én gedetineerden met een netto strafrestant korter dan vier maanden gevolgd door een voorwaardelijke straf met bijzondere voorwaarden gericht op de mogelijkheid voor gedragsbeïnvloeding (TR-traject), waarbij het netto strafrestant plus de voorwaardelijke straf vier maanden of langer duurt. Contra-indicaties zijn illegaliteit, TBS met verpleging, niet Nederlands sprekend. Het gevangeniswezen is verantwoordelijk voor het intramurale traject, de reclassering is uitvoeringsverantwoordelijke voor het traject dat zich extramuraal afspeelt, het zogenaamde duaal casemanagement. Ieder TR traject eindigt met een penitentiair programma, mits aan de termijnen en criteria wordt voldaan.

Het niet meedoen aan een TR traject heeft als consequentie dat de detentiefasering niet verder gaat dan een beperkt beveiligde inrichting (BBI) zonder verlof. In de praktijk krijgt een weigering vorm doordat de gedetineerde weigert de zogenaamde TR-verklaring te ondertekenen. De informatie die in het kader van het TR-traject over de gedetineerde wordt verzameld, wordt ook verwerkt in de advisering rondom de voorwaardelijke invrijheidstelling. De consequenties van weigering van deelname, dan wel het niet mee willen werken aan gedragsverandering, fungeren op die wijze als stok achter de deur. Deze stok achter de deur is noodzakelijk om gedetineerden te bewegen om tot gedragsverandering te komen.

Overigens is het niet zo dat een gedetineerde die de TR-verklaring niet tekent, van elke vorm van verlof verstoken blijft dan wel geen enkele begeleiding meer krijgt gericht op resocialisatie. Alle activiteiten in het kader van nazorg (op de gebieden wonen, werk, inkomen en identiteit) blijven gehandhaafd en ook het algemeen verlof blijft in stand. De onderhavige regeling heeft wel als gevolg dat een gedetineerde deels zelf zijn mogelijkheden bepaalt van detentiefasering.

Tot slot merk ik op dat de gedetineerde – zolang zijn strafrestant van minimaal vier maanden het mogelijk maakt dat hij in beginsel nog voor een TR-traject in aanmerking komt – op zijn weigering kan terugkomen door gedurende zijn detentie alsnog een TR-verklaring in te vullen. Alsdan kan hij in beginsel alsnog naar een inrichting worden geplaatst waar hij regimair verlof kan genieten.

De Staatssecretaris van Justitie,

N. Albayrak

Naar boven