Handelsregisterregeling

Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 30 juni 2008, nr. WJZ 8073559, betreffende de vaststelling van enkele gegevens betreffende het handelsregister (Handelsregisterregeling)

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Financiën;

Gelet op de artikelen 4, eerste lid, 34, eerste lid, en 58 van Handelsregisterwet 2007;

Besluit:

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder wet: de Handelsregisterwet.

Artikel 2

De termijn, bedoeld in artikel 34, eerste lid, van de wet, is twee werkdagen.

1. Als gegevens, bedoeld in artikel 58 van de wet, worden aangewezen: de gegevens die bij of krachtens de wet worden opgenomen over een onderneming of een rechtspersoon voor zover deze beschikbaar zijn bij de Belastingdienst.

2. In aanvulling op het eerste lid worden als gegevens, bedoeld in artikel 58 van de wet, aangewezen: de rechtsvormcode, het Fi-nummer en het kvk-nummer.

Artikel 4

Deze regeling wordt aangehaald als: Handelsregisterregeling

Artikel 5

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 juli 2008.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 30 juni 2008.
De Staatssecretaris van Economische Zaken, F. Heemskerk.

Toelichting

Deze regeling vormt de invulling van een aantal elementen uit de Handelsregisterwet 2007. In deze regeling wordt invulling gegeven aan de volgende onderwerpen.

Ten eerste wordt de termijn voor het plaatsen van de aantekening ‘in onderzoek’ vastgesteld. Deze termijn is twee werkdagen en begint te lopen op het moment van ontvangst van de melding.

Ten tweede wordt door middel van deze regeling gebruik gemaakt van de mogelijkheid om bepaalde gegevens aan te wijzen die gebruikt kunnen worden voor de initiële vulling van het register. Bij de Belastingdienst zijn over ondernemingen en rechtspersonen veel van de gegevens bekend die opgenomen worden in het handelsregister. De gegevens worden op twee manieren gebruikt door de kamers van koophandel. Ten eerste worden de nieuw in te schrijven entiteiten door middel van een omgekeerde enquête benaderd. Deze enquête bevat reeds een aantal gegevens betreffende de onderneming of rechtspersoon, en is derhalve een lastenluwe oplossing. Ten tweede worden de gegevens gebruikt om de ondernemingen of rechtspersonen te benaderen die ten onrechte (nog) niet zijn ingeschreven. In dat laatste geval gaat het om ondernemingen waarvoor reeds op grond van de Handelsregisterwet 1996 een inschrijfplicht gold. Voor deze groep is het nodig om de gegevens betreffende alle ondernemingen door de belastingdienst te laten leveren aan de kamers van koophandel. De kamer kan dan controleren of er ondernemingen zijn die niet in het handelsregister voorkomen. De gegevens van deze ten onrechte niet ingeschreven groep worden gebruikt om deze te herinneren aan de verplichting zich in te schrijven.

Deze regeling brengt geen administratieve lasten met zich mee.

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

F. Heemskerk

Naar boven