Vrijstelling Luchthavenverkeerbesluit Schiphol

Regeling houdende vrijstelling van het Luchthavenverkeerbesluit Schiphol in verband met groot baanonderhoud in het gebruiksjaar 2008

19 juni 2008

Nr. CEND/HDJZ/2008-808 Sector LUV

Hoofddirectie Juridische Zaken

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

Gelet op artikel 8.23, eerste lid, van de Wet luchtvaart;

Besluit:

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. LVB: Luchthavenverkeerbesluit Schiphol;

b. gebruiksjaar: periode van 1 november 2007 tot 1 november 2008.

c. informatiedocumenten:

1°. de brief van de exploitant van de luchthaven Schiphol van 19 maart 2008, nummer 389;

2°. het rapport ‘Onderbouwing Ontheffingsaanvraag gebruiksjaar 2008’ van de NV Luchthaven Schiphol van 18 maart 2008;

3°. de notitie ‘Niet-werkbare dagen gedurende het groot onderhoud aan het banenstelsel van Schiphol als gevolg van weersomstandigheden van 11 maart 2008’.

Artikel 2

1. In de periode waarin de Zwanenburgbaan, baan 18C/36C, gedurende het gebruiksjaar, vanwege groot onderhoud niet beschikbaar is, geldt in afwijking van artikel 3.1.5, vierde lid van het LVB, dat het gebruik van de Aalsmeerbaan voor starts in zuidelijk richting, starts baan 18L, van 23:00 tot 06:00 uur is toegestaan.

2. Het gebruik van de Aalsmeerbaan, bedoeld in het eerste lid, vindt slechts plaats indien in de betreffende periode op alle banen die beschikbaar en bruikbaar zijn, de windlimieten zoals bedoeld in paragraaf 4.3.3 van hoofdstuk EHAM AD 2.21 van de luchtvaartgids, bedoeld in artikel 60, onderdeel a, van het Luchtverkeersreglement, worden overschreden.

Artikel 3

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en vervalt met ingang van 1 november 2008.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Verkeer en Waterstaat, C.M.P.S. Eurlings.

Toelichting

Algemeen

De onderhavige regeling bevat in verband met groot onderhoud aan de Zwanenburgbaan in het gebruiksjaar 2008 een vrijstelling van de regels voor baangebruik uit het Luchthavenverkeerbesluit Schiphol (LVB). De regeling bevat geen vrijstelling van andere regels dan voor baangebruik. Zo dient het verkeer te worden afgehandeld binnen de regels voor het luchtruimgebruik (luchtverkeerwegen en minimale vlieghoogten) zoals die in het LVB zijn vastgelegd. De vrijstelling zal niet leiden tot een toename van het aantal vliegtuigbewegingen of van de totale emissies van luchtverontreinigende stoffen door het vliegtuigverkeer. Hieronder wordt ingegaan op de achtergronden en afwegingen die hebben geleid tot het verlenen van de vrijstelling.

De aanvraag

Op 19 maart 2008 heeft de exploitant van de Luchthaven Schiphol (hierna: de exploitant) bij de Minister van Verkeer en Waterstaat een vrijstelling gevraagd om in het gebruiksjaar 2008 te mogen afwijken van een bepaling in het LVB. Tevens is een verzoek gedaan voor vervangende grenswaarden.

De aanleiding hiervoor is het groot onderhoud dat de exploitant heeft gepland aan de Zwanenburgbaan (baan 18C/36C). De planning is dat de werkzaamheden plaatsvinden in de periode 23 juni tot en met 13 juli 2008.

Tijdens het onderhoud aan de Zwanenburgbaan zal deze baan niet beschikbaar zijn voor de afhandeling van het vliegverkeer. Het vliegtuigverkeer dat normaliter van de Zwanenburgbaan gebruik zou maken, wordt in die periode afgehandeld via andere start en landingsbanen. Als gevolg hiervan zal sprake zijn van ander baan- en routegebruik op Schiphol dan bij de totstandkoming van het LVB is aangenomen.

In verband hiermee heeft de exploitant een vrijstelling gevraagd om gedurende de periode dat de Zwanenburgbaan buiten gebruik is gesteld wegens groot onderhoud, tussen 23.00 en 06.00 uur locale tijd (LT) starts in zuidelijke richting te mogen uitvoeren op de Aalsmeerbaan (starts baan 18L).

Een ander baan- en routegebruik heeft gevolgen voor de verdeling van de geluidbelasting over de omgeving van Schiphol. Om gedurende het resterende deel van het gebruiksjaar 2008 een adequaat geluidmanagement te kunnen voeren dat is gericht op het voorkomen van overschrijding van grenswaarden, heeft Schiphol in de aanvraag ook verzocht om voor alle handhavingspunten L den vervangende grenswaarden vast te stellen.

Wettelijk kader

Op grond van artikel 8.23 van de Wet luchtvaart kan de Minister van Verkeer en Waterstaat in overeenstemming met de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, een vrijstelling verlenen van regels uit het LVB, zoals de regels die betrekking hebben op het baan- en routegebruik in de nacht. Daarnaast kunnen de in het LVB vastgelegde grenswaarden tijdelijk worden vervangen door andere grenswaarden. Een vrijstelling van een regel of vervanging van een grenswaarde kan slechts worden verleend voor ten hoogste een jaar.

Beoordeling

Voor de Minister van Verkeer en Waterstaat staat voorop dat er evenwicht bestaat tussen de belangen van Schiphol als bedrijf en de belangen van de omgeving van Schiphol.

De Minister van Verkeer en Waterstaat onderschrijft de noodzaak van een goed onderhouden banenstelsel. Dit is van groot belang voor een veilig en adequaat functionerend Schiphol. In de aanvraag heeft de exploitant aangetoond dat groot onderhoud aan de Zwanenburgbaan in het gebruiksjaar 2008 noodzakelijk is.

Het groot onderhoud aan de Zwanenburgbaan betreft werkzaamheden aan de toplagen. Als gevolg van veroudering en intensief gebruik is schade ontstaan aan de verharding en aan de slijtlagen, waardoor vervanging van de toplagen noodzakelijk is. Uit de onderbouwing in de aanvraag blijkt dat uitstel van de werkzaamheden naar een later operationeel jaar niet mogelijk is. Uitstel kan leiden tot een verhoogde kans op storingen (betrouwbaarheid en beschikbaarheid van de baan) en op Foreign Object Damage (FOD)-potentieel, waardoor een veilig gebruik van de baan niet meer kan worden gewaarborgd.

In de onderhavige regeling wordt aan Schiphol vrijstelling verleend van de regel die verbiedt dat tussen 23.00 en 06.00 LT starts van de Aalsmeerbaan plaatsvinden. Van deze vrijstelling kan uitsluitend gebruik worden gemaakt als de weersomstandigheden dat noodzakelijk maken.

De onderhavige regeling bevat geen vervangende grenswaarden omdat in de aanvraag onvoldoende is aangetoond dat vervangende grenswaarden noodzakelijk zijn. De exploitant is gevraagd aanvullende gegevens te leveren op basis waarvan zo spoedig mogelijk een besluit zal worden genomen over wel of geen vervangende grenswaarden.

Werkingsduur

De vrijstelling voor het gebruik van de Aalsmeerbaan voor starts in de nacht in zuidelijke richting geldt uitsluitend voor de periode waarin het groot onderhoud aan de Zwanenburgbaan plaatsvindt.

Artikelsgewijs

Artikel 2

Artikel 2, eerste lid, bevat de vrijstelling van het verbod in artikel 3.1.5, vierde lid van het LVB om tussen 23:00 en 06:00 LT in zuidelijke richting te starten van de Aalsmeerbaan. Deze vrijstelling is noodzakelijk om te waarborgen dat tijdens het groot onderhoud aan de Zwanenburgbaan bij eventuele harde zuid-zuidoostenwind een baan beschikbaar is waarop in de nacht veilig kan worden gestart. Bij het gebruik van de Aalsmeerbaan voor starts in de nacht moet het verkeer worden afgewikkeld binnen de luchtverkeerwegen zoals die in het LVB voor de nacht zijn vastgelegd. De Aalsmeerbaan neemt hierbij de functie over van de Zwanenburgbaan die normaliter bij deze weersomstandigheden ’s nachts voor starten naar het zuiden zou worden ingezet.

Artikel 2, tweede lid, verbindt aan de in het eerste lid verleende vrijstelling de voorwaarde dat hiervan slechts gebruik kan worden gemaakt als de weersomstandigheden (de windcondities) dat noodzakelijk maken.

Voor landingen bij sterke noordenwind wordt normaliter de Zwanenburgbaan vanuit het zuiden gebruikt. Zolang deze buiten gebruik is, moeten deze op de Aalsmeerbaan (landingen baan 36R) worden uitgevoerd. Hiervoor is geen vrijstelling van het in het LVB opgenomen verbod voor landingen op die baan in de nacht nodig. Als ’s nachts het landen op de Aalsmeerbaan onvermijdelijk is, zijn het vijfde en zesde lid van artikel 3.1.5. van het LVB van toepassing, die luiden:

5. Van beperkingen kan afgeweken worden bij landingen op de Zwanenburgbaan, de Aalsmeerbaan, de Buitenveldertbaan of de Kaagbaan, voorzover geen van de andere banen beschikbaar of bruikbaar is.

6. Van de beperkingen kan afgeweken worden voorzover dit noodzakelijk is in verband met reddingsacties of hulpverlening.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

C.M.P.S. Eurlings

Naar boven