Opsporingsvergunning koolwaterstoffen

Blok D9

14 januari 2008

ET/EM / 7132377

De Minister van Economische Zaken,

Procesverloop

- Ascent Resources Plc (thans Ascent Resources Netherlands B.V., hierna genoemd Ascent) heeft mede namens HPI Netherlands Ltd (hierna genoemd HPI) en GTO Ltd (hierna genoemd GTO) op 12 januari 2007 een aanvraag om een opsporingsvergunning voor koolwaterstoffen ingevolge artikel 6 van de Mijnbouwwet (Stb. 2002, 542) ingediend voor het blok D9, welk blok is aangegeven op de als bijlage 3 bij de Mijnbouwregeling (Stcrt. 2002, 245) gevoegde kaart, waarvoor op dat moment geen vergunning voor koolwaterstoffen gold.

- Naar aanleiding van de onderhavige aanvraag is in het Publicatieblad van de Europese Unie van 21 april 2007, nr. C88, en in de Staatscourant van 21 mei 2007, nr. 95, een uitnodiging geplaatst voor het indienen van concurrerende aanvragen om een opsporingsvergunning voor het blok D9.

- Binnen de periode van dertien weken na plaatsing van bovenbedoelde uitnodiging in het Publicatieblad van de Europese Unie zijn geen concurrerende aanvragen ontvangen.

- TNO Bouw en Ondergrond, adviesgroep EZ, (hierna genoemd TNO) heeft op verzoek van de Minister van Economische Zaken op 3 augustus 2007 advies uitgebracht.

- Het Staatstoezicht op de mijnen (hierna genoemd Sodm) heeft op verzoek van de Minister van Economische Zaken op 14 augustus 2007 advies uitgebracht.

- De Mijnraad heeft op grond van artikel 105, derde lid, van de Mijnbouwwet op 15 oktober 2007 advies uitgebracht (kenmerk MIJR/7113966).

- Ascent heeft aangetoond dat directie en staf van het bedrijf veel ervaring heeft in de olie-industrie om de mijnbouwkundige processen te kunnen doorgronden en te beheersen.

Gelet op:

De artikelen 6, 7, 9, 11, 12, 15, 17, artikel 22, vijfde en zesde lid, 82 en 105, derde lid, van de Mijnbouwwet, alsmede artikel 1.3.7 van de Mijnbouwregeling.

Besluit:

Artikel 1

Aan Ascent Resources Netherlands B.V. wordt een vergunning verleend voor de opsporing van koolwaterstoffen.

Artikel 2

De vergunning geldt voor het blok D9 als aangegeven op de kaart die als bijlage 3 bij de Mijnbouwregeling is gevoegd.

Artikel 3

De vergunninghouder geeft uitvoering aan het werkprogramma dat onderdeel uitmaakt van de ingediende aanvraag.

Artikel 4

Ascent Resources Netherlands B.V. wordt aangewezen als de persoon die de feitelijke werkzaamheden verricht of daartoe opdracht verleent.

Artikel 5

De vergunning geldt, vanaf het tijdstip van inwerkingtreding nadat zij onherroepelijk is geworden, gedurende een tijdvak van zes jaar, indien:

- de aanvrager vóór het verstrijken van het tweede jaar aan de Minister van Economische Zaken duidelijk maakt dat een nieuwe 3D seismische survey zal worden uitgevoerd over blok D9;

- vóór het verstrijken van het vierde jaar een boorwaardige structuur is gedefinieerd;

- deze boorwaardige structuur onvoorwaardelijk door een exploratieboring zal worden aangeboord in de resterende periode van twee jaar.

Artikel 6

Energie Beheer Nederland B.V. wordt aangewezen als de vennootschap als bedoeld in artikel 82 van de Mijnbouwwet.

Artikel 7

De vergunning geldt, te rekenen vanaf de dag waarop deze beschikking van kracht wordt, voor een tijdvak van zes jaren, nadat zij onherroepelijk is geworden.

Artikel 8

De vergunning treedt in werking met ingang van de dag na die waarop de beschikking is bekendgemaakt.

Deze beschikking wordt bekendgemaakt door toezending aan de aanvragers. Van deze beschikking wordt mededeling gedaan door plaatsing in de Staatscourant.

De Minister van Economische Zaken,namens deze:
Y. Peters,
MT-lid directie Energiemarkt.

Tegen dit besluit kan degene wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken binnen 6 weken na verzending van dit besluit een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de Minister van Economische Zaken, Directie Wetgeving en Juridische Zaken (ALP: L/1410), Postbus 20101, 2500 EC ’s-Gravenhage. Dit besluit is verzonden op de in de aanhef vermelde datum.

Naar boven