Instellingsbesluit taskforce Combinatiefuncties

Besluit van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 18 december 2007, nr. PO/B&B/2007/51339, tot instelling van de taskforce combinatiefuncties (Instellingsbesluit taskforce Combinatiefuncties)

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Besluit:

Artikel 1

Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. Minister: de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;

b. Staatssecretaris: de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;

c. taskforce: de taskforce, bedoeld in artikel 2.

Artikel 2

Instelling en opdracht

1. Er is een taskforce combinatiefuncties.

2. De taskforce heeft voor het onderdeel rechtspositie en arbeidsvoorwaarden als opdracht:

a. het organiseren van een expertmeeting met diverse partijen in het veld;

b. het opstellen van functiebeschrijvingen voor mogelijke combinatiefuncties in de diverse werkvelden onderwijs, sport, cultuur en opvang;

c. het beschrijven en geven van oplossingen rondom de aspecten van werkgeversschap (aanstelling en contracten);

d. het uitwerken van de bevoegdheden van de combifunctionaris werkzaam in de verschillende sectoren;

e. het inzichtelijk maken welke opleidingen aansluiten bij de competenties en bevoegdheden van de diverse combinatiefuncties;

f. het verzamelen van goede voorbeelden;

g. het gedurende de looptijd van de taskforce in stand houden van een tijdelijk meldpunt voor gemeenten met vragen op arbeidsrechtelijk terrein;

h. het zo goed mogelijk gebruik maken van de opbrengsten van de ProgrammaRaad Combinatiefuncties en andere trajecten.

3. De taskforce heeft voor het onderdeel BTW bij detachering als opdracht:

a. het in kaart brengen van de problematiek bij detachering;

b. het inventariseren van mogelijke oplossingsrichtingen;

c. het adviseren over een te hanteren strategie om deze problematiek op te lossen.

4. De taskforce heeft voor het onderdeel bestuurlijke inbedding als opdracht:

a. het inventariseren van de redenen waarom het advies van de stuurgroep combinatiefuncties uit 2005 niet geïmplementeerd is;

b. het adviseren over een te hanteren strategie voor de implementatie van het advies combinatiefuncties;

c. het maken van een voorstel voor aanvullende modules in de bestaande opleidingen of het initiëren van aanvullende cursussen indien blijkt dat de huidige opleidingen onvoldoende aansluiten op de gewenste competenties;

d. aangeven wat verder nodig is om de producten succesvol te implementeren.

Artikel 3

Instellingsduur

De taskforce wordt ingesteld met ingang van 1 december 2007 en wordt opgeheven per 1 maart 2008.

Artikel 4

Informatieplicht

De taskforce verstrekt aan de Staatssecretaris desgevraagd de door haar gewenste inlichtingen.

Artikel 5

Leden

1. Tot leden van de taskforce worden benoemd:

a. Mr. N. Ph. (Philip) Geelkerken, directeur van het Centrum voor Arbeidsverhoudingen Overheidspersoneel (CAOP), tevens voorzitter,

b. Mw. Jeanne van Berkel, JSO expertisecentrum voor jeugd, samenleving en opvoeding;

c. Dhr. G.C. (Geert) Slot, Nederlands Olympisch Comité*Nederlandse Sport Federatie (NOC*NSF);

d. Dhr. R. (René) van den Burg, Werkgeversorganisatie in de Sport (WOS);

e. Dhr. N. (Noud) van de Rhee, Bureau Vlug;

f. Dhr. J.R. (Rein) Douze, Vereniging van Nederlandse theatergezelschappen en -producenten (VNT);

g. Mw. E. M. (Liesbeth) Verheggen, Algemene Onderwijsbond (AOb);

h. Mw. drs. C.J. W. (Lydia) Jongmans, Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG);

i. Mr. J.J. (Hans) van Willegen, VOS/ABB (Vereniging voor bestuur en management in het openbaar en algemeen toegankelijk onderwijs);

j. Mw. drs. C. M. (Carla) Bienemann, Maatschappelijke Ondernemersgroep (MO-groep);

k. Dhr. H.J.B. (Harry) Mes, Organisatie van en voor schoolbesturen en scholen in het voortgezet onderwijs (VO-Raad);

l. Dhr. S. (Sander) Wesdorp, FNV Sport.

2. De benoeming geschiedt voor de duur van de taskforce.

Artikel 6

Werkwijze

1. De taskforce stelt haar eigen werkwijze vast.

2. De taskforce kan zich door andere personen doen bijstaan voor zover dat voor de vervulling van haar taak nodig is, waaronder, op persoonlijke titel, ambtelijke deskundigen.

Artikel 7

Eindadvies

De taskforce brengt uiterlijk 1 maart 2008 haar eindrapport uit.

Artikel 8

Geheimhouding

Een ieder die betrokken is geweest bij de werkzaamheden van de taskforce en daarbij de beschikking krijgt over gegevens waarvan hij het vertrouwelijk karakter kent of redelijkerwijze moet vermoeden en voor wie niet reeds uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift ter zake van die gegevens een geheimhoudingsplicht geldt, is verplicht tot geheimhouding daarvan, behoudens voor zover enig wettelijk voorschrift hem tot bekendmaking verplicht of uit zijn taak bij deze werkzaamheden de noodzaak tot bekendmaking voortvloeit.

Artikel 9

Vergoeding

1. De voorzitter en andere leden van de taskforce, voor zover geen ambtenaar, ontvangen vacatiegelden op basis van het Vacatiegeldenbesluit 1988 en de daarop gebaseerde voor het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap geldende bepalingen, waarbij de taskforce als algemene commissie in de zin van het Vacatiegeldenbesluit 1988 wordt aangemerkt. De vergoeding bedraagt het maximum dat geldt voor een algemene commissie.

2. Daarnaast ontvangen de voorzitter en andere leden van de taskforce een vergoeding voor reis- en verblijfskosten volgens de bestaande rijksregelingen, voor zover niet uit andere hoofde een vergoeding van deze kosten wordt verleend uit ’s Rijks kas.

Artikel 10

Kosten van de taskforce

1. De kosten van de taskforce komen, voor zover goedgekeurd, voor rekening van de Minister. Onder kosten worden in ieder geval verstaan:

a. de kosten voor vergaderingen en voor secretariële ondersteuning,

b. de kosten voor het inschakelen van externe deskundigheid en het laten verrichten van onderzoek, en

c. de kosten voor publicatie van rapportages.

2. De taskforce biedt zo spoedig mogelijk na haar instelling een begroting en een planning aan de Minister aan.

Artikel 11

Openbaarmaking

Rapporten, notities, verslagen en andere producten welke door of namens de taskforce worden vervaardigd, worden niet door de commissie openbaar gemaakt, maar uitsluitend aan de Staatssecretaris uitgebracht.

Artikel 12

Intellectuele eigendom

De leden van de taskforce werken mee aan het tot stand komen van een overeenkomst indien dit naar het oordeel van de Minister noodzakelijk is om te komen tot het kosteloos overdragen aan de Minister van rechten met betrekking tot intellectuele eigendom.

Artikel 13

Archiefbescheiden

De taskforce draagt zo spoedig mogelijk na beëindiging van haar werkzaamheden of, zo de omstandigheden daartoe aanleiding geven, zoveel eerder, de bescheiden betreffende die werkzaamheden over aan het archief van de directie Informatiestrategie en Informatiediensten (DI) van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.

Artikel 14

Inwerkingtreding

1. Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening in de Staatscourant en werkt terug tot en met 1 december 2007.

2. Dit besluit vervalt met ingang van 1 maart 2008.

Artikel 15

Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Instellingsbesluit taskforce Combinatiefuncties.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, S.A.M. Dijksma.

Toelichting

Steeds meer organisaties in het onderwijs, sport, cultuur en kinderopvang werken samen. Daarnaast ontstaan er steeds meer brede scholen in Nederland. Het kabinet wil de samenwerking tussen deze terreinen verder bevorderen. Ter ondersteuning van deze aanpak stellen de Ministeries van OCW en VWS vanaf 2008 een financiële impuls beschikbaar, bestemd voor de inzet van professionals die een brug vormen tussen meerdere sectoren en zodoende deze sectoren ook verbreden en versterken. Het gaat hierbij met name om combinatiefuncties. Dit betreft functies voor professionals die bij één werkgever in dienst zijn, maar werkzaam zijn in of ten behoeve van meerdere sectoren. Bij combinatiefuncties valt bijvoorbeeld te denken aan vakleerkrachten en trainers die naschoolse sportactiviteiten organiseren op school of op de sportvereniging en die de verbinding leggen tussen de sportvereniging en het onderwijs, de naschoolse opvang en de wijk; aan muziekdocenten die lesgeven binnen de brede school én op de muziekschool, aan onderwijsassistenten op de basisschool die ook de buitenschoolse opvang (bso) verzorgen of aan brede school coördinatoren die de samenwerking tussen onderwijs, opvang, sport en cultuur tot stand brengen.

Het gaat erom dat er 2500 combinatiefuncties gerealiseerd gaan worden. Het gaat hierbij om nieuwe functies, de impuls is niet bedoeld om bestaande functies te realiseren. Over de realisatie van 2500 fte worden afspraken gemaakt met de landelijke koepels van gemeenten, sport, cultuur en onderwijs.

Inmiddels is er al veel uitgezocht en gepubliceerd over combinatiefuncties. In 2005 is het advies van de stuurgroep combinatiefuncties uitgebracht. Hierin is een aantal knelpunten en voorstellen ter verbetering opgesteld. De knelpunten liggen met name op het terrein van arbeids- c.q. rechtspositie en arbeidsvoorwaarden. De afgelopen jaren zijn daar geen verdere stappen in gezet.

Om de impuls te ondersteunen en de weg vrij te maken voor een succesvolle implementatie van meer combinatiefuncties wordt een (tijdelijke) taskforce in het leven geroepen bestaande uit deskundigen uit de diverse sectoren; sport, onderwijs, cultuur en gemeenten. Deze taskforce krijgt de opdracht om een aantal producten samen en ten behoeve van de betrokken sectoren uit te werken. Het gaat daarbij onder andere om het opstellen van functiebeschrijvingen van combinatiefuncties, het maken van voorbeeldcontracten, hoe om te gaan met BTW-regelingen, een overzicht van opleidingen die aansluiten bij competenties en bevoegdheden combinatiefuncties, een checklist gebruik combinatiefuncties en het inrichten van een tijdelijke helpdesk voor vragen op het terrein van arbeidsvoorwaarden. Tevens wordt een advies verwacht ten aanzien van de bestuurlijke inbedding voor het adviseren van het vervolg. Immers de producten dienen in de CAO’s en andere gremia te landen.

De (tijdelijke) taskforce wordt ingesteld ten dienste van de impuls en werkt samen met alle partijen die bij deze impuls betrokken zijn. De taskforce wordt inhoudelijk ondersteund door een secretariaat dat de producten maakt. Opdrachtgever van de taskforce zijn de Ministeries van OCW en VWS.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

S.A.M. Dijksma

Naar boven