Wijziging Tijdelijke regeling maatregelen ter wering van Aviaire Influenza (intrekking afschermplicht voorjaar 2007)

Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 13 april 2007, nr. TRCJZ/2007/1268, houdende wijziging van de Tijdelijke regeling maatregelen ter wering van Aviaire Influenza (intrekking afschermplicht voorjaar 2007)

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Gelet op richtlijn 2005/94/EG van de Raad van de Europese Unie van 20 december 2005 betreffende communautaire maatregelen ter bestrijding van aviaire influenza en tot intrekking van Richtlijn 92/40 (PbEU L 10);

Gelet op beschikking nr. 2005/734/EG van de Commissie van 19 oktober 2005 tot vaststelling van bioveiligheidsmaatregelen ter beperking van het risico van overdracht van hoogpathogene aviaire influenza, veroorzaakt door het influenza A-virus subtype H5N1, van in het wild levende vogels naar pluimvee en andere in gevangenschap gehouden vogels en tot instelling van een systeem voor vroege opsporing in risicogebieden (PbEU L 274);

Gelet op artikel 17 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren;

Besluit:

Artikel I

De artikelen 3 en 3a van de Tijdelijke regeling maatregelen ter wering van Aviaire Influenza1 komen te vervallen.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
overeenkomstig het door de Minister genomen besluit,
de Directeur-Generaal, R.M. Bergkamp.

Toelichting

De onderhavige regeling strekt tot wijziging van de Tijdelijke regeling maatregelen ter wering van Aviaire Influenza. De in deze regeling opgenomen verplichting tot afscherming van de uitloop van bedrijfsmatig gehouden gevogelte, wordt ingetrokken.

Ingevolge beschikking nr. 2005/734/EG van de Commissie van 19 oktober 2005 tot vaststelling van bioveiligheidsmaatregelen ter beperking van het risico van overdracht van hoogpathogene aviaire influenza, veroorzaakt door het influenza A-virus subtype H5N1, van in het wild levende vogels naar pluimvee en andere in gevangenschap gehouden vogels en tot instelling van een systeem voor vroege opsporing in risicogebieden (PbEU L 274), dienen lidstaten passende en uitvoerbare maatregelen te treffen ter beperking van het risico van overdracht van hoogpathogene Aviaire Influenza (AI) van in het wild levende vogels naar pluimvee. Deze beschikking biedt lidstaten de mogelijkheid om op basis van een risicoanalyse te bepalen of de getroffen bioveiligheidsmaatregelen nog in stand moeten worden gelaten. De maatregelen kunnen worden aangepast aan het eventueel veranderde risico van insleep van het AI-virus.

De in de onderhavige regeling neergelegde afschermplicht voor bedrijfsmatig gehouden gevogelte is op basis van een risicoanalyse met ingang van 7 maart 2007 ingesteld, met name gelet op de aanvang van de voorjaarstrek van wilde vogels.

Ten aanzien van wilde vogels vindt zowel op Europees als mondiaal niveau monitoring op aanwezigheid van het AI-virus H5N1 plaats. Recentelijk zijn geen besmettingen van wilde vogels in Nederland geconstateerd. Overigens is in Europa sinds de zomer van 2006 geen H5N1 aangetroffen bij wilde vogels. Tijdens een bijeenkomst van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid van de Europese Commissie d.d. 12 april jl. zijn deze bevindingen besproken en door de lidstaten bevestigd. Bovendien loopt de voorjaarstrek binnen afzienbare tijd ten einde; de piek van de trek van de voor Nederland meest risicovolle wilde vogels eindigt althans medio april.

Gelet op het voorgaande is besloten om de afschermplicht voor het gehele land op te heffen. Daarbij wordt opgemerkt dat wanneer zich wijzigingen zouden voordoen in de situatie met betrekking tot de aanwezigheid van H5N1 (bijvoorbeeld indien op de belangrijke vogeltrekroutes alsnog de aanwezigheid van H5N1 bij wilde vogels wordt geconstateerd), opnieuw op basis van een risicoanalyse zal worden nagegaan of het instellen van een afschermplicht noodzakelijk is.

Volledigheidshalve wordt ten slotte nog opgemerkt dat de voorschriften die zijn neergelegd in artikel 1 en in de artikelen 4 tot en met 9 van de Tijdelijke regeling maatregelen ter wering van Aviaire Influenza, onverminderd van kracht blijven. Het gaat hierbij onder meer om de verplichting voor bedrijfsmatige houders van gevogelte om de dieren afgeschermd te voederen en te drenken, het voor deze houders eveneens geldende verbod het gevogelte oppervlaktewater te geven dat toegankelijk is voor wilde vogels, en het verbod bepaalde vogels tijdelijk op één locatie te verzamelen (bijvoorbeeld ten behoeve van markten en tentoonstellingen).

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

overeenkomstig het door de Minister genomen besluit,

de Directeur-Generaal,

R.M. Bergkamp

  • 1

    Stcrt. 2006, 162; laatstelijk gewijzigd bij ministeriële regeling van 2 maart 2007 (Stcrt. 2007, 45).

Naar boven