Wijziging Subsidieregeling programmafinanciering EV-beleid voor andere overheden 2006–2010

Regeling van de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 21 maart 2007, nr. DGM/EV/2007026421, houdende wijziging van de Subsidieregeling programmafinanciering EV-beleid voor andere overheden 2006–2010 in verband met invoering van single-information en single-audit voor specifieke uitkeringen

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

Gelet op artikel 15.13, tweede lid, van de Wet Milieubeheer;

Besluit:

Artikel I

De Subsidieregeling programmafinanciering EV-beleid voor andere overheden 2006–2010 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 7, onderdeel b, vervalt de zinsnede ‘, alsmede de daartoe noodzakelijke accountantsverklaring’.

B

Artikel 9 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid komt te luiden:

2. Bij de vaststelling van een voorschot wordt rekening gehouden met reeds verstrekte voorschotten, gedane uitgaven en de liquiditeitsprognose voor het betreffende kwartaal.

2. Het derde lid vervalt.

C

Artikel 10 wordt als volgt gewijzigd:

1. In de onderdelen b en d wordt de punt aan het slot telkens vervangen door een puntkomma.

2. Onderdeel e vervalt.

3. De onderdelen f en g worden geletterd e en f.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 21 maart 2007.
De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, J.M. Cramer.

Toelichting

Algemeen

Op 1 april 2005 is het kabinetsstandpunt over het rapport ‘Anders gestuurd, beter bestuurd: De specifieke uitkeringen doorgelicht’ van de Stuurgroep Brinkman vastgesteld (Kamerstukken II 2004/05, 29 800 B, nr. 16). Het toenmalige kabinet heeft besloten dat met betrekking tot specifieke uitkeringen een systeem van verantwoording op hoofdlijnen wordt ingevoerd; op basis van het principe van single information en single audit. De rijksoverheid vraagt bij single information en single audit (hierna: sisa) naar informatie die zo veel mogelijk aansluit bij de informatiebehoefte en verantwoordingsmomenten van de gemeenten en provincies zelf. Dat betekent dat de rijksoverheid in principe voldoende heeft aan het jaarverslag en de jaarrekening van een gemeente, gemeenschappelijke regeling en provincie. Deze jaarstukken moeten ieder jaar volgend op het jaar waarover verantwoording wordt afgelegd, uiterlijk 15 juli aan het Rijk worden aangeleverd.

Met ingang van het verantwoordingsjaar 2006 wordt ten aanzien van specifieke uitkeringen het sisa principe geïntroduceerd.

Sisa heeft belangrijke gevolgen voor de wijze waarop gemeenten, gemeenschappelijke regelingen en provincies informatie verstrekken aan de rijksoverheid over specifieke uitkeringen. In een bijlage bij de jaarrekening van gemeente, gemeenschappelijke regeling en provincie wordt, conform artikel 58a van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten, de verantwoordingsinformatie opgenomen. Vervolgens wordt deze informatie op grond van artikel 27 van het Besluit financiële verhouding 2001 aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties overgelegd.

De invoering van sisa maakt het noodzakelijk de Subsidieregeling Programmafinanciering EV-beleid voor andere overheden 2006–2010 op een aantal punten aan te passen. Deze wijziging is na ambtelijk overleg met het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties tot stand gekomen.

Artikelsgewijs

Artikel I

Onderdeel A

Door de aansluiting bij de door de provincies op te stellen jaarrekening kan de separate accountantsverklaring bij het eindverslag over de besteding van de verstrekte subsidiemiddelen achterwege blijven. Door het vervallen van deze verplichting komen de kosten die betrekking hebben op deze accountantsverklaring niet meer in aanmerking voor een subsidie.

Onderdeel B

Provincies kunnen ervoor kiezen om de ontvangen voorschotten ten goede te laten komen aan gemeenten en samenwerkingsverbanden. Door de invoering van de sisa-systematiek is het in dat geval voor provincies pas in een later stadium mogelijk om aan te tonen dat 75 procent van deze voorschotten in hetzelfde kalenderjaar zijn uitgegeven.

De verplichting voor provincies tot het besteden van dit percentage van de voorschotten in hetzelfde kalenderjaar vervalt daarom. In plaats daarvan beziet de rijksoverheid bij het verlenen van een voorschot welke voorschotten de provincies reeds ontvangen heeft, welke uitgaven zij gedaan heeft en wat haar liquiditeitsprognose is voor dat kwartaal. Hiermee wordt voorkomen dat begrotingsgelden worden vastgehouden door de provincies.

Onderdeel C

De aansluiting bij de sisa-systematiek heeft tot gevolg dat de subsidie-ontvanger niet langer verplicht is het jaarverslag te voorzien van een accountantsverklaring. In plaats daarvan vindt de verantwoording van de uitgaven plaats in de jaarrekening(en) van provincies en gemeenten.

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

J.M. Cramer

Naar boven