Wijziging Mandaatbesluit LNV Voedsel en Waren Autoriteit

Besluit van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 15 maart 2007, nr. TRCJZ/2007/557, houdende wijziging van het Mandaatbesluit LNV Voedsel en Waren Autoriteit

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Besluit:

Artikel I

Artikel 4 van het Mandaatbesluit LNV Voedsel en Waren Autoriteit wordt gewijzigd als volgt:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding ‘1’ geplaatst.

2. De volgende leden worden toegevoegd, die luiden:

2. De inspecteur-generaal van de Voedsel en Waren Autoriteit, de directeur en de plaatsvervangend directeur Dienst Uitvoering van de Voedsel en Waren Autoriteit wordt mandaat verleend om namens de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit te besluiten en stukken te ondertekenen betreffende de navolgende bevoegdheden op grond van verordening (EG) nr. 79/2005 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 19 januari 2005 tot uitvoering van verordening (EG) nr. 1774/2002 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het gebruik van melk, melkproducten en melkderivaten die in die verordening zijn omschreven als categorie 3-materiaal (PbEU L 16):

a. Het verlenen van een vergunning op grond van artikel 4, eerste lid;

b. Het schorsen of intrekken van een vergunning of registratie op grond van artikel 5.

3. De inspecteur-generaal van de Voedsel en Waren Autoriteit, de directeur en de plaatsvervangend directeur Dienst Uitvoering van de Voedsel en Waren Autoriteit wordt mandaat verleend om namens de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit te besluiten en stukken te ondertekenen betreffende de navolgende bevoegdheden op grond van verordening (EG) nr. 92/2005 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 19 januari 2005 tot uitvoering van verordening (EG) nr. 1774/2002 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de methoden voor de verwijdering of het gebruik van dierlijke bijproducten en tot wijziging van bijlage VI daarbij voor wat betreft de omzetting in biogas en de verwerking van gesmolten vet (PbEU L 19):

a. Het verlenen, schorsen en intrekken van een toestemming op grond van artikel 1;

b. Het verlenen, schorsen en intrekken van een toestemming op grond van artikel 2;

c. Het verlenen, schorsen en intrekken van een toestemming op grond van artikel 3;

d. Het verlenen, schorsen en intrekken van een toestemming op grond van bijlage VI, onderdeel 2.

4. De inspecteur-generaal van de Voedsel en Waren Autoriteit, de directeur en de plaatsvervangend directeur Dienst Uitvoering van de Voedsel en Waren Autoriteit wordt mandaat verleend om namens de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit te besluiten en stukken te ondertekenen betreffende het verlenen, schorsen en intrekken van een toestemming op grond van de bijlage, deel IV, derde lid, van verordening (EG) nr. 181/2006 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 1 februari 2006 ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 1774/2002 wat andere biologische meststoffen en bodemverbeteraars dan mest betreft en tot wijziging van die verordening (PbEU L 29).

Artikel II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 17 december 2006.

Een belanghebbende kan binnen zes weken na bekendmaking van dit besluit bezwaar maken bij de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Het bezwaarschrift wordt gezonden aan het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, t.a.v. de Dienst Regelingen, Afdeling Recht en Rechtsbescherming, Postbus 20401, 2500 EK DEN HAAG.

Dit besluit zal in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, G. Verburg.

Naar boven