Wijziging Regeling referentieprijslijsten geneesmiddelen

Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 11 december 2007, nr. GMT/VDG 2815914, houdende wijziging van de Regeling referentieprijslijsten geneesmiddelen in verband met aanwijzing van een andere referentieprijslijst voor het Verenigd Koninkrijk

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op artikel 2, tweede lid, van de Wet geneesmiddelenprijzen;

Artikel I

Artikel 1, onderdeel d, van de Regeling referentieprijslijsten geneesmiddelen komt te luiden:

d. de prijslijst Dictionary of Medicines and Devices uitgegeven door de National Health Service te Londen.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst met dien verstande dat de in artikel 1, onderdeel d, van de Regeling referentieprijslijsten geneesmiddelen genoemde Dictionary of Medicines and Devices voor het eerst zal worden gebruikt bij de vaststelling van de maximumprijzen per 1 april 2008.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, A. Klink.

Toelichting

Met de Wet geneesmiddelenprijzen (Wgp) werd het mogelijk gemaakt maximumprijzen vast te stellen voor geneesmiddelen die naar het oordeel van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) voor iedereen beschikbaar moeten zijn. De vaststelling van de maximumprijzen geschiedt op grond van de Wgp op basis van algemeen aanvaarde referentieprijslijsten van vergelijkbare geneesmiddelen in België, Duitsland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk (VK).

Voor het VK werd bij de invoering van de Wgp als referentieprijslijst gekozen de prijslijst die wordt uitgegeven door de Chemist and Druggist, Miller Freeman Professional Ltd te Tonbridge, Kent. Deze prijslijst bevat slechts prijzen van specialités. Inmiddels is er ook de prijslijst van de NHS (Dictionary of Medicines and Devices (DM+D)), die naast de prijzen voor specialités ook de prijzen bevat voor generieke geneesmiddelen. Ook deze prijslijst kan worden geacht algemeen aanvaard te zijn.

De DM+D is gemaakt en wordt onderhouden door de NHS met als doel een gestandaardiseerd naslagwerk te hebben met informatie over geneesmiddelen en medische hulpmiddelen. De DM+D is gemaakt voor de zorgsector. De NHS had bij het opstellen van deze prijslijst als doelstelling een instrument in handen te krijgen waarmee kan worden bewerkstelligd dat in de toekomst de farmaceutische zorg in het VK op een meer uniforme wijze zal worden toegepast.

In de DM+D staan 2 soorten prijzen: vergoedingsprijzen (Drug Tariff-prijs) en indicatieve prijzen (vergelijkbaar met Nederlandse apotheekinkoopprijzen). Voor de Wgp zal gebruik worden gemaakt van de indicatieve prijzen.

Met deze regeling wordt de oorspronkelijk voor het VK als referentieprijslijst aangewezen lijst (Chemist and Druggist) vervangen door de NHS lijst (DM+D), omdat deze laatste een meer omvattend en daarmee representatiever beeld geeft van de in het VK geldende apotheekinkoopprijzen. Het hanteren van deze prijslijst voor het VK is in lijn met de prijslijsten die voor de andere landen worden gebruikt.

Voor de halfjaarlijkse herziening van de maximumprijzen per 1 april 2008 zal de thans aangewezen prijslijst voor het eerst als referentieprijslijst worden gehanteerd.

Eind 2003 lag de gemiddelde prijs in Nederland van de generieke middelen nog boven het Europese gemiddelde van de toen overige 14 EU-landen. Dit kwam door het feit dat de gehanteerde Britse lijst geen prijzen voor generieke middelen bevatte. Op 13 februari 2004 werd met de Bond van de generieke geneesmiddelenindustrie in Nederland (Bogin), de apotheekhoudende huisartsen verenigd in de Landelijke huisartsenvereniging (LHV), de Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie (KNMP) en Zorgverzekeraars Nederland (ZN) een convenant gesloten met als doel de prijzen die consumenten en zorgverzekeraars moeten betalen voor geneesmiddelen te verlagen (Convenant kortingen en bonussen generieke geneesmiddelen) (Kamerstukken II, 2003–2004, 29 200 XVI, nr. 181 en nr. 219 ).

Het Convenant zorgde ervoor dat een aantal belangrijke prijsverlagingen werden doorgevoerd, vooral voor generieke producten (-40%). Door deze prijsverlaging lag eind 2004 het prijspeil van de generieke middelen in Nederland onder het gemiddelde van de 14 andere EU-landen in 2003. De vervanging van de Chemist and Druggist lijst door de DM+D lijst leidt naar verwachting niet tot ingrijpende gevolgen voor de gehanteerde prijzen.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

A. Klink

Naar boven