De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
Besluit:
Artikel I
Het Mandaatbesluit LNV Dienst Regelingen1 wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 3, wordt ‘artikel 15, onderdelen p tot en met mm’ vervangen door: artikel 15, onderdelen q tot en met oo.
B
In artikel 5, vijfde lid, wordt ‘artikel 15, onderdelen p tot en met mm’ vervangen door: artikel 15, onderdelen p tot en met oo.
C
Artikel 6, eerste lid, onderdeel h, vervalt.
D
Onder vervanging van de punt aan het slot van artikel 10, onderdeel c, door een puntkomma, wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
d. de Regeling garantstelling visserij.
E
In de aanhef van artikel 10, wordt ‘teammanagers uitvoering’ vervangen door: teammanagers uitvoering en de regelingsmanagers.
F
In de aanhef van artikel 13, wordt ‘teammanagers uitvoering’ vervangen door: teammanagers uitvoering en de regelingsmanagers.
G
In de aanhef van artikel 14, wordt ‘teammanagers uitvoering’ vervangen door: teammanagers uitvoering en de regelingsmanagers.
H
Artikel 15 wordt als volgt gewijzigd:
1. de onderdelen p tot en met oo komen te luiden:
p. de artikelen 5, eerste lid, 38 tot en met 42, 45, 71, onder b, 92, 98, 99, 109, 114, eerste en derde lid, 115 en 131, tweede lid, van de Regeling interventie melk en zuivelproducten;
q. de Regeling suiker, isoglucose en inulinestroop 1999;
r. de Tabaksbeschikking 1971-I;
s. de aankoop van boter en de particuliere opslag van boter en room op basis van Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke marktordening der markten in de sector melk en zuivelproducten (PbEG L 160) en Verordening (EG) nr. 2771/1999, Hoofdstuk II, afdeling 1 tot en met 3 en Hoofdstuk III van de Commissie van 16 december 1999 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad ten aanzien van interventiemaatregelen op de markt voor boter en room (PbEG L 133);
t. de verkoop, voor uitvoer, van boter uit interventievoorraden op basis van Verordening (EG) nr.1255/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten (PbEG L 160) en Verordening (EG) nr. 3378/1991 van de Commissie van 20 november 1991 houdende nadere regels voor de verkoop, voor uitvoer, van boter uit interventievoorraden (PbEG L 319);
u. de verkoop van boter uit openbare opslag op basis van Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten (PbEG L 160), en Verordening (EG) nr. 2771/1991 Hoofdstuk II, afdeling 5 van de Commissie van 16 december 1999 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad ten aanzien van de interventiemaatregelen op de markt voor boter en room (PbEG L133);
v. de aankoop van magere melkpoeder op basis van Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad van 17 mei1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten (PbEG L 160) en Verordening (EG) nr. 214/2001 Hoofdstuk II, afdeling 1 t/m 4 van de Commissie van 12 januari 2001 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad ten aanzien van de interventiemaatregelen op de markt voor magere melkpoeder (PbEG L 37);
w. de verkoop bij openbare inschrijving van magere melkpoeder voor de vervaardiging tot mengvoeder op basis van Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten (PbEG L 160) en Verordening (EG) nr. 2799/1999 Hoofdstuk III van de Commissie van 17 december 1999 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad ten aanzien van de toekenning van steun voor ondermelk en magere melkpoeder voor voederdoeleinden en verkoop van voornoemd magere melkpoeder (PbEG 340);
x. de algemene en speciale interventiemaatregelen in de sector rundvlees op basis van Verordening (EG) nr. 1254/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector rundvlees (PbEG L 160) en Verordening (EG) nr. 1669/2006 van de Commissie van 8 november 2006 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1254/1999 van de Raad wat de openbare interventieaankoop in de sector rundvlees betreft (Pb L 312);
y. de afzet van het door de interventiebureaus aangekochte bevroren rundvlees op basis van Verordening (EG) nr. 1254/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector rundvlees (PbEG L 160) en Verordening (EG) nr. 2173/1979 van de Commissie van 4 oktober 1979 houdende uitvoeringsbepalingen inzake de afzet van rundvlees gekocht door interventiebureaus (PbEG L 251);
z. de overneming van granen door de interventiebureaus op basis van Verordening (EG) nr. 824/2000 van de Commissie van 19 april 2000 tot vaststelling van de procedures voor de overneming van granen door de interventiebureaus, en tot vaststelling van de analysemethodes voor de bepaling van de kwaliteit (PbEG L 100) en Verordening (EG) nr. 1784/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen (PbEU L 270);
aa. de verkoop van graan door de interventiebureaus op basis van Verordening (EG) nr. 2131/93 van de Commissie van 28 juli 1993 tot vaststelling van de procedures en de voorwaarden voor de verkoop van graan door de interventiebureaus (PbEG L 191) en Verordening (EG) nr. 1784/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen (PbEU L 270);
bb. de verkoop van boter tegen verlaagde prijs en de toekenning van steun voor room, boter en boterconcentraat bestemd voor de vervaardiging van banketbakkerswerk, consumptie-ijs en andere voedingsmiddelen op basis van Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten (PbEG L 160) en Hoofdstuk II van Verordening (EG) nr. 1898/2005 van de Commissie van 9 november 2005 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad, wat betreft maatregelen voor de afzet van room, boter en boterconcentraat op de markt van de Gemeenschap (PbEG L 308);
cc. buitengewone maatregelen ter ondersteuning van de markt in de sector varkensvlees in Nederland op basis van Verordening (EEG) nr. 2759/1975 van de Raad van 29 oktober 1975 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector varkensvlees (PbEG L 282) en Verordening (EG) 413/97 van de Commissie van 3 maart 1997 tot vaststelling van buitengewone maatregelen ter ondersteuning van de markt in de sector varkensvlees (PbEG L 62);
dd. de toekenning, via openbare inschrijving, van steun voor boterconcentraat voor rechtstreekse consumptie in de Gemeenschap op basis van Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten (PbEG L 160) en Hoofdstuk III van Verordening (EG) nr. 1898/2005 van de Commissie van 9 november 2005 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad, wat betreft maatregelen voor de afzet van room, boter en boterconcentraat op de markt van de Gemeenschap (PbEG L 308);
ee. de toekenning van steun voor de aankoop van boter door instellingen en gemeenschappen zonder winstoogmerk op basis van Hoofdstuk IV van Verordening (EG) nr. 1898/2005 van de Commissie van 9 november 2005 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad, wat betreft maatregelen voor de afzet van room, boter en boterconcentraat op de markt van de Gemeenschap (PbEU L 308);
ff. de Interventieregeling vis;
gg. de Regeling subsidie opkoop in beschermings- en toezichtsgebieden MKZ ;
hh. de individuele subsidieverstrekkingen op basis van Verordening (EG) nr. 797/2004 van de Raad van 26 april 2004 betreffende maatregelen ter verbetering van de productie en afzet van producten van de bijenteelt (PbEU L 125);
ii. vergoedingen op grond van de Regeling werkprogramma’s producentenorganisaties visserij- en aquacultuursector;
jj. de individuele subsidieverstrekkingen op basis van Verordening (EG) nr. 2702/1999 van de Raad van 14 december 1999 inzake voorlichtings- en afzetbevorderingsacties voor landbouwproducten in derde landen en op basis van Verordening (EG) nr. 2826/2000 van de Raad van 19 december 2000 betreffende voorlichtings- en afzetbevorderingsacties voor landbouwproducten op de binnenmarkt, alsmede het namens de Commissie van de Europese Gemeenschappen en de Staat der Nederlanden in dat kader sluiten van uitvoeringsovereenkomsten met subsidieontvangers;
kk. Regeling GLB-inkomenssteun;
ll. Regeling GLB-inkomenssteun 2006;
mm. De uitvoering van Verordening (EG) nr. 320/2006 van de Raad van 20 februari 2006 tot instelling van een tijdelijke regeling voor de herstructurering van de suikerindustrie in de Europese Gemeenschap en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1290/2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, behoudens het heffen van de herstructureringssteun als bedoeld in artikel 11 van deze verordening;
nn. de particuliere opslag van varkensvlees op grond van Verordening (EEG) Nr. 2759/75 van de Raad van 29 oktober 1975 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector varkensvlees, Verordening (EEG) Nr. 2763/75 van de Raad van 29 oktober 1975 houdende vaststelling van de algemene regels voor de steunverlening aan de particuliere opslag in de sector varkensvlees en Verordening (EEG) Nr. 3444/90 van de Commissie van 27 november 1990 houdende uitvoeringsbepalinge betreffende de toekenning van steun voor de particuliere opslag van varkensvlees;
oo. de particuliere opslag van rundvlees op grond van Verordening (EG) Nr. 1254/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijk ordening der markten in de sector rundvlees en Verordening (EG) Nr. 907/2000 van de Commissie van 2 mei 2000 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) Nr. 1254/1999 van de Raad wat de steun voor de particuliere opslag in de sector rundvlees betreft.
2. de onderdelen pp tot en met ss vervallen.
I
Aan artikel 15a, lid e, onderdeel 2°, wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
3°. De artikelen 24, 29 en 32 van Beschikking 90/424/EEG van de Raad van de Europese Unie van 26 juni 1990 betreffende bepaalde uitgaven op veterinair gebied (PbEG L 224), voor zover het betreft geldbedragen in het kader van de bestrijding van salmonella;
J
In de aanhef van artikel 16, wordt ‘teammanagers uitvoering’ vervangen door: teammanagers uitvoering en de regelingsmanagers.
K
Artikel 17 wordt als volgt gewijzigd:
1. In de aanhef wordt ‘teammanagers uitvoering’ vervangen door: teammanagers uitvoering en de regelingsmanagers.
2. In onderdeel c wordt ‘kippen’ vervangen door: kippen, varkens.
3. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel v door een puntkomma, worden vier onderdelen toegevoegd, luidende:
w. het verlenen van ontheffingen als bedoeld in artikel 38, tweede lid, van de Meststoffenwet, de artikelen 48, 49 en 68, eerste lid, van het Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet en de artikelen 53 tot en met 56, 76, eerste lid en 77 tot en met 81, van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet, in het kader van de Voortgezette Pilot Spoor 2, als bedoeld in de brief van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit inzake de Evaluatie Meststoffenwet (Kamerstukken II 2006–2007, 28 385, nr. 83).
x. het rapport, bedoeld in artikel 63, eerste lid, van de Meststoffenwet;
y. het in ontvangst nemen en behandelen van verzoeken tot aanwijzing van stoffen als meststof als bedoeld in artikel 5 van het Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet;
z. het in ontvangst nemen van meldingen als bedoeld in artikel 2a van het Besluit Gebruik Meststoffen en het verzenden van een ontvangstbevestiging.
L
Artikel 20 wordt als volgt gewijzigd:
1. In de aanhef wordt ‘teammanagers uitvoering’ vervangen door: teammanagers uitvoering en de regelingsmanagers.
2. Onderdeel m komt te luiden:
m. de Regeling LNV-subsidies, met uitzondering van artikel 1:3 en 1:8 van die regeling;
3. Onderdeel p komt te luiden:
p. de toekenning en afwijzing van verzoeken om schadevergoeding tot bedragen van ten hoogste € 5.000;
M
Artikel 21 komt te luiden:
De ondertekening, bedoeld in de artikelen 1 tot en met 20, luidt:
‘DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,
voor deze:
DE ALGEMEEN DIRECTEUR DIENST REGELINGEN,’,
onderscheidenlijk
‘DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,
voor deze:
DE DIRECTEUR PROJECTEN DIENST REGELINGEN,’,
onderscheidenlijk
‘DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,
voor deze:
DE DIRECTEUR UITVOERING DIENST REGELINGEN,’,
onderscheidenlijk
‘DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,
voor deze:
DE UNITMANAGER DIENST REGELINGEN,’,
onderscheidenlijk
‘DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,
voor deze:
DE TEAMMANAGER UITVOERING DIENST REGELINGEN,’,
onderscheidenlijk
‘DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,
voor deze:
DE MANAGER COMMUNICATIE DIENST REGELINGEN,’,
onderscheidenlijk
‘DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,
voor deze:
DE MANAGER ICT EN LOGISTIEK DIENST REGELINGEN,’,
onderscheidenlijk
‘DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,
voor deze:
DE CONTROLLER DIENST REGELINGEN,’,
onderscheidenlijk
‘DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,
voor deze:
DE TEAMMANAGER DIENST REGELINGEN,’,
onderscheidenlijk
‘DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,
voor deze:
DE MANAGER PERSONEEL EN ORGANISATIE DIENST REGELINGEN,’,
onderscheidenlijk
‘DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,
voor deze:
DE MANAGER RECHT EN RECHTSBESCHERMING DIENST REGELINGEN,’,
onderscheidenlijk
‘DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,
voor deze:
DE PLAATSVERVANGEND MANAGER RECHT EN RECHTSBESCHERMING DIENST REGELINGEN,’,
onderscheidenlijk
‘DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,
voor deze:
DE MANAGER PARTNER IN BELEID DIENST REGELINGEN,’,
onderscheidenlijk
‘DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,
voor deze:
DE MANAGER DIENSTCONTROL DIENST REGELINGEN,’,
onderscheidenlijk
‘DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,
voor deze:
DE MANAGER KWALITEITSZORG DIENST REGELINGEN,’,
onderscheidenlijk
‘DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,
voor deze:
DE MANAGER INTERNE ACCOUNTANTSDIENST DIENST REGELINGEN,’,
onderscheidenlijk
‘DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,
voor deze:
DE MANAGER LOKET DIENST REGELINGEN,’,
onderscheidenlijk
‘DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,
voor deze:
DE MANAGER REGISTREREN DIENST REGELINGEN,’,
onderscheidenlijk
‘DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,
voor deze:
DE TEAMMANAGER JURIDISCHE ZAKEN DIENST REGELINGEN,’,
onderscheidenlijk
‘DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,
voor deze:
DE TEAMMANAGER RECHT EN RECHTSBESCHERMING DIENST REGELINGEN,’,
onderscheidenlijk
‘DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,
voor deze:
DE TEAMMANAGER DATA DIENST REGELINGEN,’,
onderscheidenlijk
‘DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,
voor deze:
DE TEAMMANAGER SYSTEEM DIENST REGELINGEN,’.
Artikel II
1. Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.
2. Onderdeel D werkt terug tot en met 10 september 2007.
3. Onderdeel H werkt terug tot en met 15 juli 2007.
4. Onderdeel K werkt terug tot en met 1 april 2007.
Een belanghebbende kan binnen zes weken na bekendmaking van dit besluit bezwaar maken bij de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Het bezwaarschrift wordt gezonden aan het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, t.a.v. de Dienst Regelingen, Afdeling Recht en Rechtsbescherming, Postbus 20401, 2500 EK Den Haag.