Verhoging enkele subsidieplafonds voor innovatieprojecten

Regeling van de Minister van Economische Zaken van 7 december 2007, nr. WJZ 7146703, tot verhoging van enkele subsidieplafonds voor innovatieprojecten

De Minister van Economische Zaken,

Gelet op artikel 3 van de Kaderwet EZ-subsidies;

Besluit:

Artikel I

In artikel 6, tweede lid, van de Subsidieregeling Point One Boegbeeld-module 2007 van de Experimentele kaderregeling subsidies innovatieprojecten¹ wordt ‘€ 6.150.000’ vervangen door: € 6.825.000.

Artikel II

In artikel 6, tweede lid, van de Subsidieregeling maritieme haalbaarheids-, en innovatieprojecten module 2007 van de Experimentele kaderregeling subsidies innovatieprojecten² wordt ‘€ 5.000.000’ vervangen door: € 5.546.000.

Artikel III

In artikel 3, zesde lid, onder a van de Subsidieregeling internationale innovatieprojecten 2007 en 2008³ wordt ‘€ 3,6 miljoen’ vervangen door: € 5.600.000, en wordt ‘€ 3 miljoen’ vervangen door: € 3.360.000.

Artikel IV

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 7 december 2007.
De Minister van Economische Zaken, M.J.A. van der Hoeven.

Toelichting

De aanvraagtermijnen voor de periode 2007 voor de onderhavige subsidieregelingen zijn verlopen. Na beoordeling van de in die periode ingediende subsidieaanvragen is gebleken dat het subsidieplafond voor de maritieme haalbaarheidsprojecten uit de Subsidieregeling maritieme haalbaarheids-, en innovatieprojecten module 2007 niet wordt uitgeput. Ook is gebleken dat binnen het programma Point one budget bedoeld voor andere uitgaven dan subsidieverstrekking overblijft. Tegelijkertijd zijn andere subsidieplafonds uit de subsidieregelingen Point One, Maritieme haalbaarheids-, en innovatieprojecten en Internationale innovatieprojecten niet toereikend gebleken, gezien het aantal ingediende subsidieaanvragen voor geschikte projecten. Met de onderhavige wijzigingen wordt het bedrag dat door onderuitputting van de eerstgenoemde budgetten overblijft, toegevoegd aan het bedrag dat beschikbaar is voor projecten onder de laatstgenoemde regelingen, zodat de geschikt bevonden projecten alsnog gesubsidieerd kunnen worden.

Deze wijziging brengt geen administratieve lasten met zich voor de aanvragers. Door de verhoging van de subsidieplafonds worden de administratieve lasten voor Point one verminderd van 4,31% naar 4,07% van het beschikbare bedrag, en die voor Maritiem van 2,62% naar 2,52% van het beschikbare bedrag. Door de verhoging van het subsidieplafond voor Eureka en Automotive worden de administratieve lasten verlaagd van 3,98% naar 3,53% van het beschikbare bedrag.

De Minister van Economische Zaken,

M.J.A. van der Hoeven

• 1 Stcrt. 2007, 128.

• 2 Stcrt. 2007, 133.

• 3 Stcrt. 2007, 157.