Tussentijds Bericht Nationaliteiten (TBN 2007/13)

Aan: – de Burgemeesters (t.a.v. hoofd Burgerzaken)

i.a.a: – de Minister van Buitenlandse Zaken

– de Gevolmachtigde Minister van Aruba

– de Gevolmachtigde Minister van de Nederlandse Antillen

– de Vereniging van Nederlandse Gemeenten

– de Nederlandse Vereniging voor Burgerzaken

Onderdeel: Stafdirectie Uitvoeringsbeleid

Datum: 29 november 2007

Ons kenmerk: IND UIT 07- 5093 (AUB)

Code: TBN 2007/*

Juridische achtergrond: Art. 13, eerste lid Rijkswet op het Nederlanderschap;

Besluit optie- en naturalisatiegelden 2002

Onderwerp: Indexeringsverhoging optiegelden en naturalisatiegelden

Geldig vanaf: 1 januari 2008

Inleiding

Ingevolge artikel 9, eerste lid Besluit optie- en naturalisatiegelden 2002 (Stb. 2002, 325) worden de leges jaarlijks met ingang van 1 januari met een bepaald percentage gewijzigd. Dit betekent dat met ingang van 1 januari 2008 de optieleges en de naturalisatieleges worden verhoogd. De hoogte van het indexeringspercentage waarmee de nu geldende leges worden verhoogd, is bij ministeriële beschikking van * 2007 vastgesteld op 2,2%.

De verschuldigde leges zijn de bedragen die gelden op de datum van in ontvangstneming van de optieverklaring of het naturalisatieverzoek. In ontvangstneming van de optieverklaring of het naturalisatieverzoek vindt plaats op het tijdstip dat de optant of verzoeker in persoon bij de in ontvangstnemende instantie verschijnt en zijn verklaring of verzoek aflegt dan wel indient. De verklaring of het verzoek worden bij ontvangst door de instantie voorzien van een datum en dienststempel, waarna een kopie van de verklaring of het verzoek aan de optant of verzoeker wordt verstrekt. De datum waarop de verklaring wordt afgelegd dan wel het verzoek in ontvangst wordt genomen, kan derhalve worden afgeleid uit de aantekening op de verklaring of het verzoek. (Zie onder andere art. 7 en 33 Besluit verkrijging en verlies Nederlanderschap (BVVN)).

Tariefcodes

De hieronder genoemde tariefcodes A tot en met F hebben betrekking op de codes die zijn vermeld in de toelichting op artikel 13, eerste lid RWN in de Handleiding voor de toepassing van de Rijkswet op het Nederlanderschap 2003.

Optiegelden

Met ingang van 1 januari 2008 moet voor het afleggen van een optie ter verkrijging van het Nederlanderschap op grond van de Rijkswet op het Nederlanderschap worden betaald:

 

Tariefcode A

(enkelvoudige optie)

Tariefcode B

(gemeenschappelijke optie)

Nederland en buiten het Koninkrijk:

€ 139 (was € 136)

€ 237 (was € 232)

Nederlandse Antillen:

233 (was 228) N-A gulden

400 (was 391) N-A gulden

Aruba:

233 (was 228) florin

400 (was 391) florin

Ontvangen optiegelden behoeven niet te worden afgedragen.

NaturalisatiegeldenNederland en verzoeken van buiten het Koninkrijk

Met ingang van 1 januari 2008 moet voor de behandeling van een

naturalisatieverzoek worden betaald:

hoge tariefgroep

– enkelvoudig verzoek (tariefcode E):

€ 366 (was € 358)

– gemeenschappelijk verzoek (tariefcode F):

€ 464 (was € 454)

lage tariefgroep

– enkelvoudig verzoek (tariefcode C):

€ 243 (was € 238)

– gemeenschappelijk verzoek (tariefcode D):

€ 342 (was € 335).

Afdracht burgemeester

Van ieder enkelvoudig verzoek behoudt de gemeente € 139 (was € 136).

Van een gemeenschappelijk verzoek behoudt de gemeente € 237 (was € 232).

Derhalve draagt de gemeente af aan de IND:

– € 227 (bij toepassing van de hoge tariefgroep, zowel een enkelvoudig als een gemeenschappelijk verzoek; dit was € 222).

Voor de hoge tariefgroep gelden de volgende IND-afdrachtcodes:

Voor een enkelvoudig verzoek:

afdrachtcode 080

Voor een gemeenschappelijk verzoek:

afdrachtcode 083

– € 104 resp. € 105 (bij toepassing van de lage tariefgroep, zowel een enkelvoudig als een gemeenschappelijk verzoek; dit was respectievelijk € 102 en € 103).

Voor de lage tariefgroep gelden de volgende IND-afdrachtcodes:

Voor een enkelvoudig verzoek (€ 104)

afdrachtcode 081

Voor een gemeenschappelijk verzoek (€ 105):

afdrachtcode 084

Afdracht hoofdDiplomatieke/consulaire post

Voor de verzoeken ingediend buiten het Koninkrijk gelden dezelfde afdrachtbedragen als vermeld bij de afdracht door de gemeente aan de Immigratie- en Naturalisatiedienst.

NaturalisatiegeldenAntillen/Aruba

Met ingang van 1 januari 2008 zijn de naturalisatiegelden als volgt vastgesteld

(onderstaande bedragen zijn zowel in Nederlands-Antilliaanse gulden als in Arubaanse florin):

 

hoge tariefgroep

lage tariefgroep

– enkelvoudig verzoek:

613 (was 600)

406 (was 397)

– gemeenschappelijk verzoek:

781 (was 764)

573 (was 561)

Afdracht Antillen/Aruba

Van ieder enkelvoudig verzoek behoudt de regering van de Nederlandse Antillen 233 Nederlands-Antilliaanse gulden (voorheen: 228 N-A gulden).

Van ieder enkelvoudig verzoek behoudt de regering van Aruba 233 florin (voorheen: 228 florin.

Van ieder gemeenschappelijk verzoek behoudt de regering van de Nederlandse Antillen of Aruba het bedrag van 400 in eigen valuta (voorheen: 391 gulden of florin).

Het bedrag dat na deze inhouding overblijft dient te worden afgedragen aan de IND.

De Minister van Justitie,
namens deze:
de directeur-generaal Wetgeving, Internationale aangelegenheden, Integratie en Vreemdelingenzaken, R.K. Visser.

Naar boven