Wijziging Regeling zorgverzekering
Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 27 november 2007, nr. Z/F-2764143, houdende wijziging van de Regeling zorgverzekering in verband met uitbreiding van de groep personen die in aanmerking komt voor een voorschot op teruggave van te veel geheven inkomensafhankelijke bijdrage
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
Handelende in overeenstemming met de Minister van Financiën;
Gelet op artikel 50, vierde lid, van de Zorgverzekeringswet;
Besluit:
Artikel I
Artikel 5.13, eerste en tweede lid, van de Regeling zorgverzekering wordt vervangen door:
1. De inspecteur verleent vooruitlopend op een beschikking als bedoeld in artikel 50, eerste lid, van de Zorgverzekeringswet een voorschot indien:
a. het bijdrage-inkomen vermoedelijk ten minste € 568,18 meer zal bedragen dan het maximumbedrag, bedoeld in artikel 5.1;
b. het bijdrage-inkomen uitsluitend bestaat uit loon uit vroegere dienstbetrekking;
c. het bijdrage-inkomen waarover inkomensafhankelijke bijdrage wordt ingehouden afkomstig is van verschillende inhoudingsplichtigen; en
d. er jegens geen van de inhoudingsplichtigen, bedoeld in onderdeel c, recht bestaat op vergoeding van de over het bijdrage-inkomen verschuldigde inkomensafhankelijke bijdrage als bedoeld in artikel 46, eerste lid, van de Zorgverzekeringswet.
2. Het eerste lid is niet van toepassing met betrekking tot personen die op grond van artikel 2, tweede lid, onderdeel b, van de Zorgverzekeringswet niet verzekeringsplichtig zijn.
Artikel II
Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.
Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, A. Klink.
Toelichting
Met deze regeling wordt de groep personen die in aanmerking komt voor een voorschot op de ambtshalve teruggaaf van te veel ingehouden inkomensafhankelijke bijdrage voor de Zorgverzekeringswet (Zvw), uitgebreid.
Met de regeling van 11 juli 2006, Stcrt. 138, is een voorschotregeling getroffen voor personen van 65 jaar en ouder die van verschillende inhoudingsplichtigen loon uit vroegere dienstbetrekking (zoals AOW-, pensioen- of lijfrenteuitkeringen) ontvangen waarvoor geen recht bestaat op vergoeding van de over het bijdrage-inkomen verschuldigde inkomensafhankelijke bijdrage door de inhoudingsplichtige en waarbij het bijdrage-inkomen in totaal ten minste € 568,18 hoger is dan het maximum bijdrage-inkomen. Die regeling geldt niet indien de verzekeringsplichtige ook nog andere inkomsten geniet op grond waarvan hij een vergoeding voor de inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet ontvangt.
Met de bovengenoemde voorschotregeling is het voor de genoemde personen mogelijk gemaakt om in de loop van het heffingsjaar 2006 een voorschot op de ambtshalve teruggaaf – die pas na het einde van het heffingsjaar zou plaatsvinden – te ontvangen. In de toelichting op vorengenoemde regeling heb ik aangekondigd de groep personen die een voorschot ontvangt, geleidelijk uit te breiden met verzekerden die niet onder bovengenoemde categorie 65-plussers vallen.
Met de onderhavige regeling kom ik aan deze toezegging tegemoet door ook personen die jonger zijn dan 65 jaar hiervoor in aanmerking te laten komen als zij voldoen aan de criteria die tot nu toe waren opgenomen in artikel 5.13, tweede lid, van de Regeling zorgverzekering. Deze criteria zijn in het kader van de aanpassing van deze regeling ter stroomlijning van de tekst overgeheveld naar artikel 5.13, eerste lid, van de Regeling zorgverzekering. Het gaat hier om verzekeringsplichtigen met een prepensioen of een regeling voor vervroegde uittreding die daarnaast geen inkomen hebben op grond waarvan zij een vergoeding voor de inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzeringswet ontvangen.
Gezien de bestaande systemen van de Belastingdienst is het op dit moment uitvoeringstechnisch nog niet mogelijk om ook een voorschot te verlenen aan andere categorieën verzekerden. Zoals ook in de brief aan de Tweede Kamer van 18 september 2007 (Kamerstukken II, 2007–2008, 31 066, nr. 14) is opgemerkt, zijn de ingrepen in het loonheffingensysteem die daarvoor noodzakelijk zijn, op dit moment niet te realiseren.
De voorschotregeling geldt niet met betrekking tot personen die op grond van artikel 2, tweede lid, onderdeel b, van de Zorgverzekeringswet niet verzekeringsplichtig zijn (de gemoedsbezwaarden).
Deze uitzondering op de toepassing van artikel 5.13 van de Regeling zorgverzekering is in het kader van de hiervoor genoemde stroomlijning overgeheveld van het eerste lid naar het tweede lid van het laatstgenoemde artikel.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
A. Klink