Aanpassing van de stichtings- en opheffingsnormen voor het basisonderwijs 2008

Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, van 8 oktober 2007, nr. BPO/PCR-2007/109715 M, houdende aanpassing van de stichtings- en opheffingsnormen voor het basisonderwijs 2008

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Gelet op artikel 77, derde lid, artikel 153, tweede lid en gelet op artikel 155, tweede lid van de Wet op het primair onderwijs (WPO);

Besluit:

Artikel 1

Vaststelling nieuwe stichtings- en opheffingsnormen

Voor de basisscholen in Nederland worden voor elke gemeente de stichtings- en opheffingsnormen vastgesteld, zoals aangegeven in bijlage 1 bij deze regeling.

Artikel 2

Vaststelling nieuwe opheffingsnormen

Voor de basisscholen in de delen van gemeenten, zoals omschreven in bijlage 2 bij deze regeling, worden de opheffingsnormen vastgesteld zoals in die bijlage aangegeven.

Artikel 3

In-de-plaats-treding

De in artikel 1 en in artikel 2 bedoelde normen treden in de plaats van:

1. de normen die voor de betrokken gemeenten onderscheidenlijk delen van gemeenten zijn vastgesteld in de Regeling aanpassing van de stichtings- en opheffingsnormen voor het basisonderwijs 2003 (kenmerk CFI/BPO-2002/82956 d.d. 18 oktober 2002, gepubliceerd in Uitleg Gele Katern van 30 oktober 2002, nummer 24)

2. de normen die voor de betrokken (delen van) gemeenten op grond van artikel 77, vierde lid WPO en artikel 156, eerste en tweede lid WPO bij afzonderlijke regelingen zijn vastgesteld.

Artikel 4

Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 augustus 2008.

Artikel 5

Geldigheidsduur nieuwe stichtings- en opheffingsnormen

De in bijlage 1 en 2 genoemde stichtings- en opheffingsnormen gelden voor een tijdvak van 5 jaar, te rekenen vanaf 1 augustus 2008.

Artikel 6

Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als ‘Aanpassing van de stichtings- en opheffingsnormen voor het basisonderwijs 2008’.

Artikel 7

Bekendmaking

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst (met uitzondering van de bijlage die ter inzage wordt gelegd bij het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) en bekend wordt gemaakt op de internetsite van CFI.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, S.A.M. Dijksma.

Toelichting

Op grond van de artikelen 77, derde lid en 153, tweede lid van de Wet op het primair onderwijs moeten de stichtings- en opheffingsnormen met ingang van 1 augustus 1998 telkens voor een tijdvak van 5 jaar bij ministeriële regeling worden aangepast.

De huidige stichtings- en opheffingsnormen zijn opgenomen in de Regeling aanpassing van de stichtings- en opheffingsnormen voor het basisonderwijs 2003 van 18 oktober 2002 met kenmerk CFI/BPO-2002/82956 zoals gepubliceerd in Uitleg Gele katern nummer 24 van 30 oktober 2002 en in de diverse afzonderlijke regelingen die tot stand zijn gekomen als gevolg van gemeentelijke herindelingen en/of grenscorrecties.

Met ingang van 1 augustus 2008 begint er een nieuw tijdvak van 5 jaar. De normen worden aangepast op basis van de gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek van 1 januari 2006.

Gelijktijdig met het vaststellen van de nieuwe stichtings- en opheffingsnormen voor alle gemeenten in Nederland dienen de nieuwe opheffingsnormen te worden vastgesteld voor de op grond van artikel 155 van de wet bepaalde delen van gemeenten.

Indien op grond van artikel 156 WPO in het geval van een gemeentelijke herindeling nieuwe opheffingsnormen zijn vastgesteld en er na de herindeling niet opnieuw een besluit tot splitsing van de gemeente is genomen, is het splitsingsbesluit van de ‘oude’ gemeente en de op grond daarvan destijds vastgestelde opheffingsnormen voor de gesplitste gebiedsdelen vervallen.

Dit geldt voor de gemeenten Zutphen, ’s-Gravendeel en Maasbracht en Zevenaar.

Daarnaast hebben burgemeester en wethouders van de gemeenten Horst aan de Maas en Montferland tijdig een splitsingsbesluit als bedoeld in artikel 155, eerste lid, WPO genomen en omdat overigens aan de hieromtrent in de wet gestelde eisen wordt voldaan, zijn deze gemeenten opgenomen in bijlage 2 bij deze regeling.

De gemeente Zwijndrecht is opgenomen in bijlage 2 bij de regeling omdat voor deze gemeente een besluit tot splitsing van de gemeente in twee delen is genomen op grond van artikel 155, derde lid, van de wet.

Op grond van het bepaalde in artikel 155, vijfde lid WPO is de gebiedssplitsing van de gemeente Nieuwegein met ingang van 1 augustus 2008 beëindigd.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

S.A.M. Dijksma

Naar boven