Regeling forfaitaire bedragen onderhoudsvoorwaarden kinderbijslag 2007

Regeling van de Minister voor Jeugd en Gezin van 2 oktober 2007, nr. DBO-2801814, houdende vaststelling van forfaitaire bedragen onderhoudsvoorwaarden kinderbijslag 2007 (Regeling forfaitaire bedragen onderhoudsvoorwaarden kinderbijslag 2007)

De Minister voor Jeugd en Gezin,

Gelet op artikel 10 van het Besluit onderhoudsvoorwaarden kinderbijslag;

Besluit:

Artikel 1

De bedragen, genoemd in de artikelen 3 tot en met 7 van het Besluit onderhoudsvoorwaarden kinderbijslag, worden als volgt aangepast:

€ 393,– wordt vervangen door: € 400,–

€ 784,– wordt vervangen door: € 798,–

€ 1.042 wordt vervangen door: € 1.061,–

€ 1.196 wordt vervangen door: € 1.217,–

€ 1.691 wordt vervangen door: € 1.721,–

Artikel 2

De Regeling forfaitaire bedragen onderhoudsvoorwaarden kinderbijslag 2006 wordt ingetrokken.

Artikel 3

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 oktober 2007.

Artikel 4

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling forfaitaire bedragen onderhoudsvoorwaarden kinderbijslag 2007.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister voor Jeugd en Gezin, A. Rouvoet.

Toelichting

Sinds 1 oktober 1995 is het Besluit onderhoudsvoorwaarden kinderbijslag van kracht. Dit Besluit bevat bedragen voor het inkomen van het kind en de onderhoudsbijdrage van de ouder, die van belang zijn om vast te stellen of het kind in belangrijke mate of grotendeels wordt onderhouden.

In artikel 10 van dit Besluit is geregeld dat de in dat besluit genoemde forfaitaire bedragen ieder jaar per 1 oktober kunnen worden aangepast aan de ontwikkeling van de kinderbijslagbedragen op grond van artikel 13, tweede lid, van de Algemene Kinderbijslagwet (AKW), in de periode van 2 juli 2006 tot en met 1 juli 2007.

De onderhavige ministeriële regeling voorziet in aanpassing van de forfaitaire bedragen per 1 oktober 2007. De aanpassing heeft plaatsgevonden aan de hand van de ontwikkeling van de kinderbijslagbedragen zoals die op grond van de wettelijke indexering moet plaatsvinden.

Ter verduidelijking zijn de aangepaste forfaitaire bedragen in relatie tot hun betekenis voor de onderhoudsvoorwaarden voor de kinderbijslag hierna schematisch weergegeven.

Forfaitaire bedragen met ingang van 1 oktober 2007

Enkelvoudige kinderbijslag

Verzekerden hebben in beginsel recht op enkelvoudige kinderbijslag voor een kind dat:

• jonger is dan 16 jaar en tot het huishouden van de verzekerde behoort (hier geldt het zogeheten verzorgingsbeginsel);

• 16 of 17 jaar is, tot het huishouden van de verzekerde behoort en een inkomen uit arbeid heeft dat lager is dan € 1.217 per kwartaal;

• jonger is dan 18 jaar, niet tot het huishouden van de verzekerde behoort, maar in belangrijke mate door de verzekerde wordt onderhouden (inkomen uit arbeid van het kind moet lager zijn dan € 1.721 per kwartaal en de onderhoudsbijdrage van de verzekerde moet ten minste € 400 per kwartaal per kind bedragen).

Tweevoudig kinderbijslag

Voor een kind jonger dan 18 jaar dat niet tot het huishouden van de verzekerde behoort noch tot het huishouden van een ander, heeft de verzekerde in beginsel recht op tweevoudige kinderbijslag als het kind grotendeels wordt onderhouden (inkomen uit arbeid van het kind mag ten hoogste € 1.061 per kwartaal bedragen en de onderhoudsbijdrage van de verzekerde moet meer dan € 1.061 per kwartaal per kind bedragen).

	Onderhoudseis	Inkomenseis	Kinderbijslag
Thuiswonend
< 16 jaar	Verzorgingsbeginsel	Geen	Enkelvoudig kinderbijslag
16/17 jr	In belangrijke mate (maar hoeft niet aangetoond te worden)	< € 1.217 per kwartaal	Enkelvoudig kinderbijslag
Uitwonend
0–18 jr	In belangrijke mate ( ≥ € 400 per kwartaal)	< € 1.721 per kwartaal	Enkelvoudig kinderbijslag
0–18 jr	Grotendeels ( > € 1061 per kwartaal)	≤ € 1.061 per kwartaal	Tweevoudig kinderbijslag

< d.w.z. minder dan

> d.w.z. meer dan

≥ d.w.z. ten minste

≤ d.w.z. ten hoogste

* Voor gehandicapte kinderen die al sedert een datum gelegen vóór 1 oktober 1995 in een instelling verblijven geldt een onderhoudsbijdrage van ten minste € 798 per kwartaal.

De Minister voor Jeugd en Gezin,

A. Rouvoet