Wijziging Regeling naturalisatietoets Nederlandse Antillen

Regeling van de Minister van Justitie van 1 september 2007, nr. 5498832, tot wijziging van de Regeling naturalisatietoets Nederlandse Antillen

De Minister van Justitie,

Gelet op artikel 6 van het Besluit naturalisatietoets;

Besluit:

Artikel I

De Regeling naturalisatietoets Nederlandse Antillen wordt als volgt gewijzigd:

A. Artikel 5, tweede lid komt als volgt te luiden:

2. De in het eerste lid bedoelde examengelden zijn:

a. voor het afleggen van deel I

Naf. 275,–;

b. voor het afleggen van deel II

Naf. 225,–;

c. voor herkansing van deel I

Naf. 140,–;

d. voor herkansing onderdeel van deel II

Naf. 75,–;

e. voor herkansing van meer dan drie onderdelen van deel II

Naf. 225,–;

B. Aan artikel 5 wordt een derde lid toegevoegd dat luidt:

3. De inning van de in het eerste lid bedoelde examengelden geschiedt door middel van storting per onderdeel van het daarvoor genoemde bedrag op een door de gezaghebber of door de tot toetsafname bevoegde autoriteit of instelling aangehouden rekening.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking op 1 oktober 2007.

Deze regeling wordt met de toelichting in de Staatscourant en in het Publicatieblad van de Nederlandse Antillen geplaatst.

De Minister van Justitie, E.M.H. Hirsch Ballin.

Toelichting

In de Regeling naturalisatietoets Nederlandse Antillen van 25 juni 2007 zijn ter uitvoering van de Rijkswet op het Nederlanderschap en het Besluit naturalisatietoets regels gesteld over de naturalisatietoets in de Nederlandse Antillen. Onder meer is bepaald dat op 1 oktober 2007 de naturalisatietoets in werking treedt in de Nederlandse Antillen.

De onderhavige wijzigingsregeling strekt ertoe enkele eerst recentelijk bekend geworden omstandigheden alsnog toe te voegen aan de Regeling naturalisatietoets Nederlandse Antillen.

Toelichting per onderdeel

Onderdeel A

Het nieuwe tweede lid van artikel vijf stelt de examenbedragen per onderdeel vast. Op verzoek van de Minister van Justitie van de Nederlandse Antillen worden de door de kandidaat te betalen kosten voor afname en beoordeling van de naturalisatietoets in de Nederlandse Antillen opgenomen in de Regeling naturalisatietoets Nederlandse Antillen. De bedragen zijn in overleg met de Minister van Justitie van de Nederlandse Antillen bepaald en eerst recentelijk bekend geworden. Met de nu vastgestelde bedragen wordt in de drie landen van het Koninkrijk ongeveer hetzelfde examenbedrag gevraagd aan de kandidaat voor de naturalisatietoets. In Nederland betaalt de kandidaat € 230,– voor de naturalisatietoets (het inburgeringsexamen van de Wet inburgering) en in Aruba is dat Afl. 500,– (omstreeks € 210,–). De Nederlandse Antillen sluiten daarop aan met het bedrag van Naf. 500,– (eveneens omstreeks € 210,–). De bedragen voor de herkansingen in de Nederlandse Antillen zijn in dezelfde orde van grootte als de herkansingsbedragen in het Retributiebesluit naturalisatietoets Aruba.

Als gevolg van de vaststelling van de examenbedragen in de onderhavige ministeriële regeling en de daarmee samenhangende bekendmaking van de examengelden in de Nederlandse Staatscourant en het Publicatieblad van de Nederlandse Antillen kan de separate bekendmaking in de Handleiding voor de toepassing van de Rijkswet op het Nederlanderschap, toegespitst op het gebruik in de Nederlandse Antillen vervallen. Om die reden hoeft de tekst van het huidige tweede lid niet te worden gehandhaafd.

Onderdeel B

Eveneens op verzoek van de Minister van Justitie van de Nederlandse Antillen is in een nieuw derde lid opgenomen dat de kandidaat naar keuze van de gezaghebber het examengeld stort op een rekening die aan het eilandgebied (gezaghebber) toebehoort dan wel op een rekening die toebehoort aan de tot toetsafname bevoegde (andere) autoriteit of instelling. Is op een eiland een ambtenaar, die niet onder de gezaghebber valt, aangewezen als bevoegde toetsinstantie, dan stort de kandidaat het examengeld hetzij op de rekening van het eilandgebied (gezaghebber) hetzij op een rekening aangehouden door de autoriteit waarbij de desbetreffende ambtenaar werkzaam is. De onderhavige regeling gaat er van uit dat in beginsel de gezaghebber (eilandgebied) het examengeld int. Dit neemt niet weg dat de gezaghebber een andersluidende afspraak hierover kan maken met bijvoorbeeld de school waar de toets wordt afgenomen en beoordeeld, of met een andere autoriteit. De praktische uitwerking hiervan dient te worden overgelaten aan de eilandgebieden.

Artikel II

Onderhavige wijziging van de Regeling naturalisatietoets Nederlandse Antillen treedt tegelijkertijd met die regeling in werking op 1 oktober 2007.

De Minister van Justitie,

E.M.H. Hirsch Ballin

Naar boven