Klachtregeling AIVD

Besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 6 september 2007, nr. 2918470/01, tot vaststelling van de Klachtregeling AIVD

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Gelet op hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht en paragraaf 6.5 van de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2002;

Besluit:

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

1. AIVD: de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst;

2. Minister: de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

3. secretaris-generaal: de secretaris-generaal van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

4. klager: de indiener van een klacht;

5. klachtbehandeling: het onderzoeken van een klacht met inachtneming van afdeling 9.1.2. en 9.1.3. van de Awb;

6. klachtafdoening: de klager schriftelijk en gemotiveerd in kennis stellen van de bevindingen van het onderzoek naar de klacht alsmede van de eventuele conclusies die daaraan worden verbonden als bedoeld in artikel 9:12 van de Awb;

7. klachtcoördinator: een door het hoofd van de AIVD aan te wijzen medewerker van de AIVD, welke is belast met de coördinatie van de klachtbehandeling.

Artikel 2

Deze regeling is van toepassing op de behandeling van de klachten, bedoeld in artikel 9:4 van de Algemene wet bestuursrecht, met dien verstande dat deze regeling tevens van toepassing is op de behandeling van klachten over vermeend optreden als bedoeld in artikel 83 van de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2002, en dat deze regeling tevens van toepassing is op de behandeling van klachten over optreden en vermeend optreden als bedoeld in artikel 83 van de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2002 dat heeft plaatsgevonden niet jegens de klager maar jegens een andere natuurlijke of rechtspersoon.

Artikel 3

Indien een klacht wordt ingediend over een gedraging die langer dan een jaar voor het indienen van de klacht heeft plaatsgevonden, de klager pas na het verstrijken van een jaar op de hoogte is geraakt van deze gedraging en de klacht vervolgens binnen een jaar nadat de klager op de hoogte is geraakt van de gedraging is ingediend, wordt de klacht in beginsel in behandeling genomen.

Artikel 4

De klachtcoördinator draagt er zorg voor dat een klacht zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen twee weken na ontvangst ervan ter behandeling wordt doorgezonden aan de commissie van toezicht betreffende de inlichtingen- en veiligheidsdiensten als bedoeld in artikel 64 van de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2002. Het voorgaande geldt niet voor klachten die op informele wijze naar tevredenheid van de klager worden afgedaan.

Artikel 5

Namens de Minister is de secretaris-generaal bevoegd tot klachtafdoening, tenzij wordt afgeweken van het advies van de commissie van toezicht betreffende de inlichtingen- en veiligheidsdiensten als bedoeld in artikel 64 van de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2002 dan wel sprake is van een herhaalde klacht of als de klacht naar aard of inhoud een zodanig gewicht heeft dat de Minister deze zelf behoort af te doen.

Artikel 6

De klachtcoördinator draagt zorg voor de registratie van de klachten. De geregistreerde klachten worden geanonimiseerd gepubliceerd in het jaarverslag van de AIVD.

Artikel 7

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin de regeling wordt geplaatst.

Artikel 8

Deze regeling wordt aangehaald als: Klachtregeling AIVD.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, G. ter Horst.

Toelichting

Inleiding

Op 1 juli 1999 is de uniforme klachtregeling van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) in werking getreden, waarin een procedure wordt gegeven voor de behandeling van klachten door bestuursorganen. In de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2002 (Wiv 2002) staan enkele aanvullende bepalingen vermeld voor de behandeling van klachten over de AIVD.

De Klachtregeling AIVD vormt een nadere procedurele aanvulling op de Awb-klachtregeling en de bepalingen in de Wiv 2002.

Artikel 1

De klachtcoördinator is een door het hoofd van de AIVD aangewezen medewerker die is belast met de coördinatie van de klachtbehandeling. Dat omvat primair de processuele begeleiding van de klachtbehandeling binnen de dienst.

Artikel 2

De Klachtregeling AIVD is van toepassing op de behandeling van klaagschriften als bedoeld in artikel 9:4 Awb. Een klaagschrift is een schriftelijke klacht die betrekking heeft op een gedraging jegens de klager. Een en ander houdt in dat de regeling niet van toepassing is op mondelinge klachten. Mondelinge klachten worden mondeling afgedaan door de klachtcoördinator of een andere medewerker van de AIVD. Wordt de klacht niet naar tevredenheid van de klager afgedaan, dan wordt de klager gewezen op de mogelijkheid van schriftelijke klachtbehandeling.

Ingevolge artikel 83 Wiv 2002 kan een ieder een klacht indienen over zowel het optreden als het vermeend optreden van – kort gezegd – de AIVD. Om die reden is in de Klachtregeling AIVD vermeld dat deze van toepassing is op de behandeling van de klachten, bedoeld in artikel 9:4 van de Awb, met dien verstande dat deze regeling tevens van toepassing is op de behandeling van klachten over vermeend optreden als bedoeld in artikel 83 Wiv 2002.

Zoals hierboven staat vermeld, is een klaagschrift als bedoeld in artikel 9:4 Awb een klacht die betrekking heeft op een gedraging jegens de klager. Ingevolge artikel 83 van de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2002 kan een ieder een klacht indienen over het optreden of het vermeende optreden van – kort gezegd – de AIVD, hetgeen de mogelijkheid geeft om te klagen over een gedraging niet jegens de klager. Om die reden is in de Klachtregeling AIVD vermeld dat deze van toepassing is op de behandeling van klachten, bedoeld in artikel 9:4 van de Awb, met dien verstande dat deze regeling tevens van toepassing is op de behandeling van klachten over optreden en vermeend optreden als bedoeld in artikel 83 van de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2002 dat heeft plaatsgevonden niet jegens de klager maar jegens een andere natuurlijke of rechtspersoon.

Artikel 3

Op grond van artikel 9:8, eerste lid onder b van de Awb is de Minister niet verplicht om klachten die betrekking hebben op een gedraging die langer dan een jaar voor het indienen van de klacht heeft plaatsgevonden in behandeling te nemen. In de regel zullen deze klachten inderdaad niet in behandeling worden genomen. Een uitzondering hierop geldt voor de situatie dat een klacht wordt ingediend over een gedraging waarvan de klager pas na het verstrijken van een jaar op de hoogte is geraakt en hij vervolgens binnen een jaar nadat hij van de gedraging op de hoogte is geraakt een klacht indient. Van deze situatie kan bijvoorbeeld sprake zijn als iemand er ten gevolge van het toepassen van de notificatieplicht van op de hoogte raakt dat hij vijf jaar geleden voorwerp van onderzoek is geweest door de AIVD, en vervolgens binnen een jaar een klacht indient. Een dergelijke klacht zal in beginsel in behandeling moeten worden genomen.

Artikel 4

Ontvangen klachten dienen binnen twee weken door de klachtcoördinator ter behandeling te worden doorgezonden aan de commissie van toezicht. Dit kan achterwege blijven indien de klachtcoördinator gelet op de aard van de klacht aanleiding ziet om met de klager te overleggen over de vraag of de klacht via bemiddeling of op anderszins informele wijze kan worden behandeld. Dit moet dan wel binnen deze termijn van twee weken plaatsvinden. Als schriftelijke klachten naar tevredenheid van de klager aldus informeel worden afgedaan, wordt dit schriftelijk bevestigd via een afdoeningsbericht. In het afdoeningsbericht wordt de klager erop gewezen dat als hij alsnog een formele klachtbehandeling wil, hij dit binnen twee weken moet aangeven. Een verdere uitwerking van dit punt is in een interne instructie vastgelegd.

Artikel 5

Van een herhaalde klacht is sprake als deze betrekking heeft op dezelfde gedraging als een eerder ingediende klacht die met inachtneming van afdeling 9.1.2. en 9.1.3. van de Awb is behandeld en afgedaan, tenzij sprake was van toepassing van artikel 9:8 Awb. Een klacht die onder verwijzing van artikel 9:8 Awb niet in behandeling is genomen, wordt onder verwijzing naar het eerdere afdoeningsbericht afgedaan door het hoofd van de AIVD of een door hem te mandateren persoon.

Bij klachten die naar aard of inhoud een zodanig gewicht hebben dat de Minister deze zelf behoort af te doen, kan worden gedacht aan klachten met betrekking tot politieke of maatschappelijke aangelegenheden van principiële en/of gevoelige aard.

Voor de goede orde wordt hierbij opgemerkt dat de Minister en de commissie van toezicht er zorg voor dragen dat bij de klachtbehandeling wordt gehandeld in overeenstemming met de in artikel 85 en 86 van de Wiv 2002 vermelde bepalingen omtrent de geheimhoudingsplicht met betrekking tot staatsgeheimen.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

G. ter Horst

Naar boven