Besluit vaste beloning leden commissie Leraren

Besluit van 26 juni 2007, nr. 07.001969, houdende toekenning van een vaste beloning aan de leden van de commissie Leraren (Besluit vaste beloning leden commissie Leraren)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, van 20 juni 2007, nr. AP/2007/ 23774, directie Arbeidsmarkt en Personeelsbeleid;

Gelet op artikel 3, tweede lid, van het Vacatiegeldenbesluit 1988;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

Aan de voorzitter van de commissie Leraren wordt in plaats van vacatiegelden een vaste beloning ten bedrage van € 6.000 zijnde 14,2% van de jaarwedde, bedoeld in artikel 3, tweede lid, van het Vacatiegeldenbesluit 1988, voor 5 maanden toegekend.

Artikel 2

Aan de leden van de commissie Leraren wordt in plaats van vacatiegelden een vaste beloning ten bedrage van € 5.000 zijnde 11,8% van de jaarwedde, bedoeld in artikel 3, tweede lid, van het Vacatiegeldenbesluit 1988, voor 5 maanden toegekend.

Artikel 3

Indien de voorzitter of een lid van de commissie, bedoeld in artikel 1 en 2, niet gedurende 5 maanden de functie van respectievelijk voorzitter of lid bekleedt, wordt zijn beloning, genoemd in respectievelijk artikel 1 en 2, naar evenredigheid vastgesteld.

Artikel 4

1. Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 mei 2007.

2. Dit besluit vervalt met ingang van 1 oktober 2007.

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit vaste beloning leden commissie Leraren.

Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap is belast met de uitvoering van dit besluit dat in de Staatscourant zal worden geplaatst.

Den Haag, 26 juni 2007 Beatrix
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, R.H.A. Plasterk.

Toelichting

De (tijdelijke) commissie leraren is ingesteld door Minister Plasterk op basis van de volgende passage uit het Regeerakkoord van Balkenende IV:

‘Het streven is te komen tot vermindering van de werkdruk en verhoging van de kwaliteit in het onderwijs. Hiervoor zal een actieplan mede gericht op de lange termijn worden geformuleerd. Een breed samengestelde commissie zal gevraagd worden daarvoor bouwstenen aan te leveren. Onderwerpen die daarbij in samenhang aandacht verdienen zijn: het lerarentekort, kwaliteit lerarenopleidingen, belonings- en functiedifferentiatie, loopbaanperspectief, omvang lestaak, hoeveelheid contacturen, ruimte voor individuele leerlingbegeleiding, onderwijsontwikkeling en professionaliteit docent, en ruimte voor maatwerk.’

Per 1 mei is de commissie Leraren onder leiding van Alexander Rinnooy Kan van start gegaan. Gedurende de looptijd van de commissie zullen alle leden deelnemen aan ongeveer zeven bijeenkomsten. Dit betreft een kennismakingsbijeenkomst, een aantal commissievergaderingen en een tweetal veldraadplegingen. Naast deze bijeenkomsten zullen de commissieleden tijd besteden aan de voorbereidingen, tussentijdse contactmomenten en reistijd. De looptijd van de werkzaamheden voor de commissieleden is van mei tot en met september 2007 ofwel gedurende 5 maanden.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

R.H.A. Plasterk

Naar boven