Ontheffing voor laagvliegen boven bebouwing

Virogo Film Productions

11 juni 2007

Nr. IVW TBE 45.1.a - 2007 - 43 - Virogofilm

Beschikking van de Minister van Verkeer en Waterstaat, houdende ontheffing van het verbod VFR-vluchten uit te voeren beneden de minimum VFR-vlieghoogte boven gebieden met aaneengesloten bebouwing, industrie- en havengebieden daaronder begrepen, dan wel boven mensenverzamelingen

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Defensie;

Gezien het verzoek om ontheffing d.d. 01-06-2007, ontvangen op 05-06-2007 van de heer Tom van der Meulen. Adres: Huningaweg 25, 9682 PA, Oostwold.

Overwegende dat de vereiste maatschappelijke relevantie blijkt uit, onder andere, de opdrachten van Virogo Film Productions, voor het uitvoeren van: filmopnamevluchten voor de productie van een miniserie: In het Vuur van de Storm. Deze vlucht is bedoeld als belangrijke aanvulling op een scene, welke zich afspeelt in 1944. Het hoofdpersonage keert als Duitse soldaat terug naar Nederland op verlof, met de intentie om te deserteren. Na drie jaar in Rusland te hebben doorgebracht, is het eerste stukje Nederland wat hij ziet, het station waar hij uit moet stappen. Vrijwel meteen ondervindt hij hoe alles ingrijpend is veranderd na 3 jaar oorlog en bezetting. De sfeer is grimmig en angstig, alsof er ieder moment iets gruwelijks kan gebeuren. Hij ziet de mensen op het station telkens naar boven kijken. Starend met een ijzige blik. Al snel wordt hem duidelijk waarom. Een geallieerde jachtbommenwerper scheert over het station waarop een ieder rent voor zijn leven. De piloot valt niet aan omdat hij ziet dat de trein een gewondentransport is van het Duitse Rode Kruis.

In plaats daarvan maakt hij een overwinningsrol en verdwijnt, puur om de Duitsers te intimideren en te demoraliseren. Dit is gedaan als een psychische voorbode op de invasie van Normandië. Voor Hans is het een stuk nieuwe hoop voor de toekomst. De scene speelt zich enkele dagen voor de invasie van 6 juni 1944 af.

Gelet op artikel 45, vijfde lid, van het Luchtverkeersreglement;

Besluit:

Artikel 1

Dit besluit is van toepassing op het vliegtuig van het type Mustang p51d, in gebruik bij de heer Tom van der Meulen, waarmee de VFR-vlucht wordt uitgevoerd boven het spoor en het Treinmuseum van Lieren, ten behoeve van het maken van filmopnames, in opdracht van Virogo Film Productions.

Artikel 2

Aan de gezagvoerder van het in artikel 2 genoemde vliegtuig, wordt van 17-06-2007 tot en met 18-06-2007, ontheffing verleend van het verbod genoemd in artikel 45, eerste lid, onder a, van het Luchtverkeersreglement, om VFR-vluchten uit te voeren beneden de minimum VFR-vlieghoogte, boven gebieden met aaneengesloten bebouwing, industrie- en havengebieden daaronder begrepen, dan wel boven mensenverzamelingen, gedurende de daglichtperiode, zoals gepubliceerd in de luchtvaartgids, met inachtneming van de volgende voorschriften en beperkingen:

a. de gezagvoerder is in het bezit van een geldig CPL of ATPL;

b. de minimum toegestane vlieghoogte boven gebieden met aaneengesloten bebouwing, industrie- en havengebieden daaronder begrepen, dan wel boven mensenverzamelingen, bedraagt 500 ft, doch tenminste 100 ft boven de hoogste hindernis gelegen binnen een afstand van 600 m van het luchtvaartuig;

c. de vliegroute, vlieghoogte en vliegsnelheid wordt zodanig gekozen dat:

1. overlast aan derden zoveel mogelijk wordt vermeden;

2. vee niet wordt verstoord;

3. ingeval van een noodlanding het risico voor inzittenden en derden zoveel mogelijk wordt beperkt;

4. met inachtneming van artikel 19 van de Regeling Luchtverkeersdienstverlening de volgende adviessnelheden in luchtverkeersdienstverleningsgebieden met klasse G, in acht worden genomen:

Vliegzicht (m)

Adviessnelheid (kts)

800 - 1500

< 50

1500 - 2000

< 100

2000 - 5000

< 120

d. de gezagvoerder stelt zich van tevoren op de hoogte m.b.t. plaatsen die geschikt zijn voor het uitvoeren van een noodlanding;

e. te allen tijde wordt de vlucht zo uitgevoerd met een zodanige combinatie van hoogte en snelheid dat de vlieger in staat is om, in geval van een motorstoring, de bebouwing zonder hoogteverlies te verlaten;

f. de aanvrager moet de omgeving op tijd op de hoogte brengen van zijn vlucht;

g. de aanvrager moet vrij blijven van de ‘build up area’ van Lieren en zijn aan- en uitvliegroute overeenkomstig plannen;

h. de vlucht wordt zodanig uitgevoerd dat niet wordt gevlogen in het gevaarlijke gebied van het hoogtesnelheidsdiagram als aangegeven in het vlieghandboek van het desbetreffende vliegtuig;

i. er wordt niet bij voortduring laaggevlogen, doch slechts gedurende de periode dat dit voor het daadwerkelijk maken van filmopnamen noodzakelijk is en slechts op het traject zoals dat van tevoren aan de Luchtvaartpolitie is doorgegeven. De aanvrager dient het aantal vluchten tot een minimum te beperken, met een maximum van 5 vluchten;

j. vóór de aanvang van de vlucht wordt ingelicht:

de meldkamer van het Korps Landelijke Politiediensten Afdeling Luchtvaartpolitie en worden de volgende gegevens verstrekt:

- naam gezagvoerders, registratie en model / type vliegtuig;

- route en periode van de voorgenomen vlucht;

k. vóór aanvang van de vlucht wordt gecoördineerd met de Supervisor van MilATCC Nieuw Milligen en met de Luchtverkeersleiding van het Militair Luchtvaartterrein Deelen. Aan de voorwaarden door hen gesteld wordt strikt de hand gehouden;

l. voor het maken van de opnamen dient de cameraman in het bezit te zijn van een op zijn / haar naam gestelde luchtopnamevergunning, verkregen bij het Ministerie van Defensie, MIVD/ACIV/BBMG, Sectie Luchtfotografie, Postbus 20701, 2500 ES Den Haag;

m. de gezagvoerder en de cameraman zijn op de hoogte van de voorschriften en beperkingen van deze beschikking;

n. indien van toepassing: Tenminste 5 werkdagen van tevoren worden de vluchtgegevens, de te vliegen route en andere relevante informatie aangeleverd bij de operationele helpdesk.

Artikel 3

De aanvrager draagt er zorg voor dat de gezagvoerder bekend is met de inhoud van deze beschikking.

Artikel 4

Deze beschikking treedt in werking met ingang van 17 juni 2007 en vervalt met ingang van 18 juni 2007, tenzij deze voortijdig wordt ingetrokken.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,namens deze,
de unitmanager Unit Kennis, Advies en Berichtgeving, Toelating/Continuering Luchtruim,
R.J. Putters.

Bezwaarmogelijkheid

Indien u het niet eens bent met deze beslissing kunt u hiertegen, op grond van het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht, binnen zes weken na de datum waarop deze beslissing is verzonden schriftelijk bezwaar aantekenen.

Het bezwaarschrift moet worden ondertekend en moet ten minste bevatten:

- de naam en het adres van de indiener;

- de dagtekening;

- een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht;

- de gronden van het bezwaar.

Het bezwaarschrift kunt u richten aan:

Inspectie Verkeer en Waterstaat

Toezicht Beheereenheid

Unit Juridische Zaken

Postbus 90653

2509 LR Den haag

Naar boven