Wijziging van enkele ministeriële regelingen in verband met verordening (EG) nr. 561/2006

6 juni 2007

Nr. HDJZ/S&W/2007-671

Hoofddirectie Juridische Zaken

De Minister van Verkeer en Waterstaat en de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op de artikelen 2.4:2, derde lid, 2.4:3, derde lid, 2.4:13, eerste lid, 2.6:1 en 2.7:2, eerste lid, van het Arbeidstijdenbesluit vervoer;

Besluiten:

Artikel I

De regeling dienstrooster wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 vervalt.

B

In artikel 2 wordt ‘de in artikel 1 bedoelde werknemers’ vervangen door: de werknemers, voorzover betrokken bij het vervoer, bedoeld in artikel 2.4:3, eerste lid, van het Arbeidstijdenbesluit vervoer.

C

In artikel 3 wordt ‘artikel 1’ vervangen door: artikel 2.

D

Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

1. De werkgever leeft de voorschriften na, gegeven in artikel 16, tweede en derde lid, van verordening (EG) nr. 561/2006 met dien verstande dat het dienstrooster naast de gegevens, bedoeld in artikel 16, derde lid, onder a, van die verordening, ook de gegevens van de lopende dag bevat.

2. In het tweede lid wordt ‘14, vijfde lid van verordening (EEG) nr. 3820/85’ vervangen door: 16, tweede lid, tweede volzin, van verordening (EG) nr. 561/2006.

3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

3. In geval van afwijkingen van de verschillende rijperioden, andere werkzaamheden, onderbrekingen en beschikbaarheid, zorgt de werkgever ervoor dat de bestuurder deze op het dienstrooster aantekent aan het begin en aan het einde van iedere lijn, iedere pauze en bij wisseling van de bestuurder.

Artikel II

De Regeling controleapparaten 2005 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 43, tweede lid, onder e, wordt ‘12:38’ vervangen door: 12:2.

B

Artikel 47 komt te luiden:

Artikel 47

Van de verplichting tot installatie en gebruik van het controleapparaat zijn vrijgesteld motorrijtuigen die worden gebruikt voor het geven van rijonderricht en zijn voorzien van een krachtens de Regeling vaststelling L-bord voorgeschreven blauwe plaat met de letter L.

Artikel III

Artikel 1 van de Regeling vrijstelling nachtarbeid wegvervoer wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘vierde lid’ vervangen door: tweede lid.

2. Het derde lid vervalt.

Artikel IV

De Regeling getuigschrift vakbekwaamheid wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid, onder a, onderdeel 2°, komt te luiden:

2°. voertuigen voor gebruik als winkels op plaatselijke markten, voor de verkoop aan huis, voor ambulante werkzaamheden van banken, wisselkantoren of spaarbanken, voor de eredienst, voor het uitlenen van boeken, platen of cassettes, voor culturele manifestaties of voor tentoonstellingen en speciaal voor dergelijk gebruik uitgerust;.

2. In het vierde lid wordt ‘artikel 13, eerste lid, onderdelen c, e en f van verordening (EEG) nr. 3820/85’ vervangen door: artikel 13, eerste lid, onderdeel c, l en p, van verordening (EG) nr. 561/2006.

B

In artikel 7, eerste lid, onder b, wordt ‘artikel 4, onderdeel 6, van verordening (EEG) nr. 3820/85’ vervangen door: artikel 13, eerste lid, onder h, van verordening (EG) nr. 561/2006.

Artikel V

In artikel 2, eerste lid, van de Regeling werkmap wordt ‘De bestuurder vult’ vervangen door: De werkgever en de bestuurder vullen.

Artikel VI

Deze regeling treedt in werking op de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Verkeer en Waterstaat, C.M.P.S. Eurlings.De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J.P.H. Donner.

Toelichting

Deze regeling strekt tot aanpassing van enkele ministeriële regelingen, welke voortvloeien uit het Arbeidstijdenbesluit vervoer, aan verordening (EG) nr. 561/2006 van het Europees parlement en de Raad van de Europese Unie van 15 maart 2006 tot harmonisatie van bepaalde voorschriften van sociale aard voor het wegvervoer, tot wijziging van verordening (EEG) nr. 3821/85 en (EG) nr. 2135/98 van de Raad en tot intrekking van verordening (EEG) nr. 3820/85 van de Raad (PbEU L 102).

Een tweetal regelingen wordt met de onderhavige regeling tevens aangepast aan de Arbeidstijdenwet, zoals deze luidt sinds de inwerkingtreding op 1 april 2007 van de wet van 30 november 2006 (Stb. 632).

Tenslotte wordt in één regeling een omissie hersteld.

Artikel I (Regeling dienstrooster)

Verordening (EG) nr. 561/2006 bevat geen verplichting voor de tachograaf ten aanzien van het openbaar vervoer binnen een afstand van minder dan 50 km. Het gebruik van de tachograaf wordt door de sector openbaar vervoer bovendien als te administratief belastend ervaren.

De verordening schrijft echter voor dat lidstaten voor deze categorie vervoer regels dienen vast te stellen, welke een adequate bescherming bieden in de vorm van toegestane rijtijden en voorgeschreven onderbrekingen en rusttijden. Hiervoor is in het Arbeidstijdenbesluit vervoer het dienstrooster als controlemiddel benoemd. In de onderhavige regeling is bepaald dat benodigde gegevens dienen te worden bijgehouden teneinde door middel van het dienstrooster alle gegevens te kunnen controleren die bij gebruik van een tachograaf geregistreerd zouden worden. Met name de controle op het naleven van de pauzenorm was tot nu toe een probleem.

Voortaan dient de werkgever ervoor te zorgen dat de werknemer lopende zijn dienst de rijperioden, andere werkzaamheden, onderbrekingen en beschikbaarheid van de lopende dag en de afwijkingen daarin registreert. Ter vermindering van de administratieve lasten rondom het gebruik van het dienstrooster vervalt de verplichting om het dienstrooster vooraf aan de Inspectie Verkeer en Waterstaat te zenden. De bepalingen omtrent het dienstrooster zijn met andere woorden dusdanig aangepast, dat enerzijds administratieve lasten worden weggenomen, doch anderzijds de deugdelijkheid van het dienstrooster als controlemiddel wordt verbeterd.

Uiteraard staat het de werkgever vrij om voor de registratie gebruik te maken van de tachograaf. Het Arbeidstijdenbesluit vervoer stelt hem in dat geval vrij van het dienstrooster.

Artikel II (Regeling controleapparaten 2005)

De correctie van de verwijzing naar de Arbeidstijdenwet in artikel 43 is noodzakelijk omdat bij wet van 30 november 2006 ondermeer een vernummering van artikelen in de Arbeidstijdenwet is ingevoerd.

Wijziging van artikel 47 is noodzakelijk omdat de vrijstelling van de tachograafplicht voor enkele categorieën, waarvan verordening (EG) nr. 561/2006 aan de lidstaten een buiten toepassing laten toestaat, kan vervallen. Het is niet langer noodzakelijk om deze vrijstelling specifiek te regelen, omdat sinds de inwerkingtreding van het besluit van 26 april 2007 het Arbeidstijdenbesluit vervoer voor deze vervoerscategorieën in zijn geheel niet meer van toepassing is.

Artikel III (Regeling vrijstelling nachtarbeid wegvervoer)

In artikel 1, eerste lid, is een correctie aangebracht, die noodzakelijk is in verband met een bij besluit van 26 april 2007 ingevoerde wijziging van artikel 2.5:4 van het Arbeidstijdenbesluit vervoer.

De bepaling, die in het derde lid was opgenomen, geldt thans in zijn algemeenheid. Zij is bij besluit van 11 december 2006 (Stb. 2007, 10) in het Arbeidstijdenbesluit vervoer opgenomen.

Artikel IV (Regeling getuigschrift vakbekwaamheid)

De categorieën, die thans met name worden genoemd in artikel 5, eerste lid, onder a, 2°, werden in verordening (EEG) nr. 3820/85 genoemd bij de categorieën waarvoor lidstaten uitzonderingen mochten toepassen.

De aanvankelijk in dit onderdeel genoemde categorie wordt thans door middel van een verwijzing naar verordening (EG) nr. 561/2006 in het vierde lid benoemd.

De categorieën, genoemd in artikel 4, onderdeel 6, van verordening (EEG) nr. 3820/85 worden thans benoemd in artikel 13, eerste lid, onderdeel h, van verordening (EG) nr. 561/2006.

Artikel V (Regeling werkmap)

Tot nu toe richt de bepaling dat de werkmap moet worden ingevuld zoals in de gebruiksaanwijzing is aangegeven, zich slechts tot de bestuurder.

Ten behoeve van de handhaving dienen echter de gegevens van de onderneming die de werkmap heeft verstrekt, daarin door de werkgever te worden vermeld. In de gebruiksaanwijzing was dit reeds aangegeven.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

C.M.P.S. Eurlings

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

J.P.H. Donner