Vrijstelling regels Luchthavenverkeerbesluit Schiphol 2007

Regeling houdende vrijstelling in verband met groot baanonderhoud van regels van het Luchthavenverkeerbesluit Schiphol voor het gebruiksjaar 2007

6 juni 2007

Nr. HDJZ/LUV/2007-772

Hoofddirectie Juridische Zaken

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

In overeenstemming met de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

Gelet op artikel 8.23, eerste lid, van de Wet luchtvaart;

Besluit:

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. LVB: het Luchthavenverkeerbesluit Schiphol;

b. gebruiksjaar: de periode van 1 november 2006 tot en met 31 oktober 2007

c. informatiedocumenten: de brieven van de exploitant van de luchthaven Schiphol van 26 april 2007 (nummer 354) en van 11 mei 2007 (nummer 356).

Artikel 2

In de periode waarin de Polderbaan gedurende het gebruiksjaar vanwege groot onderhoud niet beschikbaar is, geldt in afwijking van artikel 3.1.5, vierde lid, van het LVB, dat het gebruik van de Zwanenburgbaan voor starts in noordelijke richting (starts baan 36C) van 23:00 tot 06:00 uur is toegestaan.

Artikel 3

In de periode waarin de Kaagbaan gedurende het gebruiksjaar vanwege groot onderhoud niet beschikbaar is, geldt in afwijking van artikel 3.1.5, vierde lid, van het LVB, dat

a. het gebruik van de Buitenveldertbaan voor starts in beide richtingen (starts baan 09 en 27) en

b. het gebruik van de Schiphol-Oostbaan voor starts in beide richtingen (starts baan 04 en 22) en voor landingen vanuit zuidwestelijke richting (landingen baan 04) van 23:00 tot 6.00 uur is toegestaan.

Artikel 4

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en vervalt met ingang van 1 november 2007.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Verkeer en Waterstaat, C.M.P.S. Eurlings.

Toelichting

Algemeen

De onderhavige regeling bevat in verband met groot onderhoud aan de Polderbaan, de Kaagbaan en de Aalsmeerbaan in het gebruiksjaar 2007 een tijdelijke vrijstelling van regels voor baangebruik uit het Luchthavenverkeerbesluit Schiphol (LVB), op grond van artikel 8.23, eerste lid, van de Wet luchtvaart. De regeling bevat geen vrijstelling van andere regels dan voor baangebruik. Zo dient het verkeer te worden afgehandeld binnen de regels voor het luchtruimgebruik (luchtverkeerwegen en minimale vlieghoogten) zoals die in het LVB zijn vastgelegd. Voorts zal de regeling niet leiden tot een toename van de totale emissies van luchtverontreinigende stoffen door vliegtuigverkeer. Hieronder wordt ingegaan op de achtergronden en afwegingen die hebben geleid tot het verlenen van deze vrijstelling.

1. De aanvraag

Op 11 mei 2007 heeft de exploitant van de luchthaven Schiphol op basis van artikel 8.23, eerste lid, van de Wet luchtvaart bij de Minister van Verkeer en Waterstaat een vrijstelling gevraagd om in het gebruiksjaar 2007 te mogen afwijken van een aantal bepalingen uit het LVB met betrekking tot baangebruik alsmede om te kunnen beschikken over vervangende grenswaarden. De aanleiding voor het verzoek is het groot onderhoud dat de exploitant van de luchthaven Schiphol heeft gepland aan de Aalsmeerbaan in de periode van 14 tot en met 25 mei 2007, aan de Polderbaan van 11 tot en met 17 juni 2007 en aan de Kaagbaan van 25 juni tot en met 9 juli 2007.

Het groot onderhoud aan de Aalsmeerbaan is inmiddels uitgevoerd. Voor dit onderhoud is geen vrijstelling van regels voor baangebruik gevraagd. Het tijdelijk buiten gebruik zijn van de Aalsmeerbaan heeft wel een ander baan- en routegebruik tot gevolg gehad. Als gevolg van het groot onderhoud aan de Polderbaan en de Kaagbaan zullen deze banen verschillende perioden niet beschikbaar zijn. Evenals bij het groot onderhoud aan de Aalsmeerbaan zal hierdoor sprake zijn van een ander baan- en routegebruik, waardoor het verkeer op Schiphol anders wordt afgewikkeld dan bij de totstandkoming van het LVB is aangenomen.

In verband hiermee heeft de exploitant van de luchthaven Schiphol een vrijstelling gevraagd om gedurende de periode dat de Kaagbaan buiten gebruik is gesteld, tussen 23.00-06.00 LT starts van de Buitenveldertbaan (09 en 27) en de Oostbaan (04 en 22) en landingen op de Oostbaan (04) te mogen uitvoeren. Ook wordt een vrijstelling gevraagd om gedurende de periode dat de Polderbaan buiten gebruik is gesteld tussen 23.00–06.00 LT starts van de Zwanenburgbaan (36C) te mogen uitvoeren. Van deze vrijstellingen kan gebruik worden gemaakt indien de weersomstandigheden dat noodzakelijk maken.

Een ander baan- en routegebruik heeft ook gevolgen voor de verdeling van de geluidbelasting over de omgeving van Schiphol. Om gedurende het resterende gedeelte van het gebruiksjaar 2007 een adequaat geluidsmanagement te kunnen voeren dat is gericht op het voorkomen van overschrijding van de grenswaarden, heeft Schiphol in de aanvraag ook verzocht om, mede in verband met het groot onderhoud dat in mei 2007 aan de Aalsmeerbaan is uitgevoerd en de periode dat de Aalsmeerbaan als gevolg van een incident in 2006 gesloten is geweest, voor alle handhavingspunten voor Lden en Lnight de vervangende grenswaarden vast te stellen. De besluitvorming hierover is nog niet afgerond. Naar verwachting zal eind juni a.s. een regeling met vervangende grenswaarden volgen.

2. Wettelijk kader

Artikel 8.23 van de Wet luchtvaart vormt de basis voor de vrijstellingsaanvraag. Op basis van dit artikel kan de Minister van Verkeer en Waterstaat, in overeenstemming met de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, in het LVB vastgelegde grenswaarden tijdelijk vervangen door andere grenswaarden, en afwijking van de regels uit het LVB mogelijk maken, zoals afwijkingen van de regels die betrekking hebben op het baan- en routegebruik gedurende de nacht. Een vrijstelling van een regel of vervanging van een grenswaarde kan slechts worden verleend voor ten hoogste een jaar.

Voor de Minister van Verkeer en Waterstaat staat voorop dat evenwicht moet bestaan tussen de belangen van Schiphol als bedrijf en de belangen van de omgeving van Schiphol om zo min mogelijk nadelige effecten ervan te ondervinden. De Minister onderschrijft de noodzaak voor een goed onderhouden banenstelsel. Dit is van groot belang voor een veilig en adequaat functionerend Schiphol. Uit de onderbouwing die Schiphol in de aanvraag heeft neergelegd, blijkt de noodzaak voor groot onderhoud in 2007 en is er terecht een beroep op artikel 8.23 van de Wet luchtvaart gedaan. Ook blijkt uit de onderbouwing dat het niet verantwoord is de werkzaamheden uit te stellen naar een later operationeel planjaar.

In de nu voorliggende regeling wordt aan Schiphol vrijstelling verleend voor de regels die het verbieden om tussen 23.00–06.00 LT te starten op de Buitenveldertbaan (09 en 27), de Oostbaan (04 en 22) en de Zwanenburgbaan (36C) en te landen op de Oostbaan (04).

3. Werkingsduur

De vrijstelling voor het gebruik van de Buitenveldertbaan en de Oostbaan in de nacht geldt uitsluitend voor de periode waarin het groot onderhoud aan de Kaagbaan plaatsvindt. De vrijstelling voor het gebruik van de Zwanenburgbaan in de nacht geldt uitsluitend voor de periode waarin het groot onderhoud aan de Polderbaan plaatsvindt.

Artikelsgewijs

Artikel 1

Ten behoeve van de leesbaarheid is een aantal begripsomschrijvingen opgenomen.

Artikel 2

Hierin wordt de vrijstelling geregeld van de regel die verbiedt om tussen 23:00 en 06:00 uur te starten in noordelijke richting vanaf de Zwanenburgbaan. Daarmee kan worden gewaarborgd dat tijdens het groot onderhoud aan de Polderbaan bij eventuele harde noordenwind een baan beschikbaar is waarop veilig kan worden gestart. Bij het gebruik van de Zwanenburgbaan voor starts in de nacht moet het verkeer worden afgewikkeld binnen de luchtverkeerwegen zoals die in het LVB voor de nacht zijn vastgelegd.

Voor de Polderbaan houden de werkzaamheden verband met vervroegd groot onderhoud aan de toplaag als gevolg van een groter dan verwachte slijtage van deze toplaag. Bij een op 8 maart jl. uitgevoerde inspectie is gebleken dat de algehele staat van de touchdownzone van de baan zorgwekkend is en dat groot onderhoud niet kan worden uitgesteld tot 2008. De geconstateerde schade laat toe dat er vocht in de constructie kan komen, waardoor in de winter door opvriezen een hoog Foreign Object Damage (FOD)-potentieel ontstaat. Bij warm weer kan druk van onder door vochtdamp in mindere mate ook gevolgen voor het FOD-potentieel hebben. Een hoog FOD-potentieel bij de geconstateerde schadebeelden houdt in dat bij bevriezing van vocht in de constructie, delen van de deklaag uit de baan kunnen vriezen, waardoor een veilig gebruik van de baan niet meer gewaarborgd is.

Artikel 3

Hierin wordt de vrijstelling geregeld van de regel die verbiedt om tussen 23:00 en 06:00 uur in beide richtingen te starten vanaf de de Oostbaan en de Buitenveldertbaan en vanuit zuidwestelijke richting te landen op de Oostbaan. Daarmee kan worden gewaarborgd dat tijdens het groot onderhoud aan de Kaagbaan bij eventuele harde oosten- of westenwind een baan beschikbaar is waarop veilig kan worden gestart. Bij eventuele harde noordoostenwind is dan bij het niet beschikbaar zijn van de Kaagbaan een baan beschikbaar waarop door een deel van het verkeer veilig kan worden geland. In beide gevallen moet het verkeer worden afgewikkeld binnen de regels voor het luchtruimgebruik zoals die in het LVB zijn vastgelegd.

Voor de Kaagbaan geldt dat gepland groot onderhoud wordt uitgevoerd aan de touchdownzone die ten gevolge van veroudering en het intensieve gebruik vervangen dient te worden opdat de veiligheid gewaarborgd kan worden.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

C.M.P.S. Eurlings

Naar boven