Wijziging Regeling beheer autowrakken

Regeling van de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 25 april 2006, nr. SAS/2006252855, tot wijziging van de Regeling beheer autowrakken (gebruik van onderdelen die lood, kwik, cadmium of zeswaardig chroom bevatten)

De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

Gelet op beschikking nr. 2005/673/EG van de Raad van 20 september 2005 tot wijziging van bijlage II bij Richtlijn 2000/53/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende autowrakken (PbEU L 254) en artikel 10.15, vijfde lid, van de Wet milieubeheer;

Besluit:

Artikel I

De Regeling beheer autowrakken wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a, onder 2°, wordt ‘1 gewichtsprocent’ vervangen door: 1,5 gewichtsprocent.

2. Onderdeel a, onder 4°, komt te luiden:

4°. lagerschalen en -zuigers;.

3. In onderdeel b worden na onderdeel 2° twee onderdelen ingevoegd, luidende:

3°. vulkaniseermiddelen en stabilisatoren voor elastomeren in vloeistofverwerking- en aandrijftoepassingen, met een loodgehalte van niet meer dan 0,5 gewichtsprocent;

4°. bindmiddelen voor elastomeren die in aandrijftoepassingen worden gebruikt, met een loodgehalte van niet meer dan 0,5 gewichtsprocent;.

4. Onderdeel 7° van onderdeel b wordt vernummerd tot onderdeel 5°.

5. In onderdeel b wordt na onderdeel 5° een onderdeel ingevoegd, luidende:

6°. koper in remvoeringen met meer dan 0,4 gewichtsprocent lood;.

6. De onderdelen 9° en 10° van onderdeel b worden vernummerd tot onderdelen 7° en 8°.

7. In onderdeel b wordt na onderdeel 8° een onderdeel ingevoegd, luidende:

9°. pyrotechnische ontstekers in voertuigen met een typegoedkeuring van voor 1 juli 2006 en vervangingsontstekers voor deze voertuigen;.

8. Onderdeel b, onder 12°, vervalt.

9. In onderdeel c wordt, onder vernummering van onderdeel 2° tot onderdeel 3°, een onderdeel ingevoegd, luidende:

2°. corrosiewerende beschermlagen van schroefmoerverbindingen voor chassistoepassingen;.

10. Onderdeel e, onder 2°, komt te luiden:

2°. accu's die bedoeld zijn ter vervanging van een onderdeel van een elektrisch voertuig dat voor 31 december 2008 in Nederland voor het eerst aan een ander ter beschikking is gesteld;.

11. Aan onderdeel e wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

3°. optische onderdelen van glasmatrices voor rijhulpsystemen;.

12. In onderdeel f vervalt: en waaraan een zodanige stof niet opzettelijk is toegevoegd.

13. In onderdeel g vervalt: en waaraan cadmium niet opzettelijk is toegevoegd.

14. De onderdelen h, i en k vervallen.

15. Onderdeel j wordt geletterd h en komt te luiden:

h. voor hergebruik bestemde vervangingsonderdelen die voor het verstrijken van de voor die onderdelen krachtens artikel 5, tweede lid, van toepassing zijnde termijn, voor het eerst aan een ander ter beschikking worden gesteld ter reparatie van die onderdelen.

B

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

1. De onderdelen en materialen, bedoeld in artikel 1, onder b, onderdelen 1°, 2°, 5°, 6° en 8° voor zover het andere onderdelen dan piëzo-onderdelen in motoren betreft, c, onderdeel 3°, d en e, onderdelen 2° en 3°, worden zodanig gemerkt of herkenbaar gemaakt dat zichtbaar is dat zij lood, loodverbindingen, zeswaardig chroom, kwik of cadmium bevatten.

2. In het tweede lid wordt ‘artikel 1, onder b, onderdelen 7° en 10°,’ vervangen door: artikel 1, onder b, onderdelen 5° en 8°,.

C

Artikel 3 komt te luiden:

Artikel 3

Met ingang van 1 juli 2008 komt artikel 1, onder a, onderdeel 2°, te luiden:

2°. aluminium voor verwerkingsdoeleinden dat niet meer dan 0,4 gewichtsprocent lood bevat;.

D

Artikel 5, tweede lid, komt te luiden:

2. Met ingang van:

a. 1 juli 2006 vervalt artikel 1, onder b, onderdeel 3°, en e, onderdeel 1°;

b. 1 juli 2007 vervalt artikel 1, onder b, onderdelen 6° en 7°, c, onderdeel 1°, en e, onderdeel 3°;

c. 1 juli 2008 vervalt artikel 1, onder a, onderdeel 4°, en c, onderdeel 2°.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 25 april 2006.
De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, P.L.B.A. van Geel.

Toelichting

Bij beschikking nr. 2005/673/EG van de Raad van 20 september 2005 tot wijziging van bijlage II bij Richtlijn 2000/53/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende autowrakken (PbEU L 254) (hierna: beschikking) is bijlage II bij Richtlijn 2000/53/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 september 2000 betreffende autowrakken (PbEG L 269) (hierna: richtlijn) gewijzigd. Bijlage II bij de richtlijn is omgezet in de Regeling beheer autowrakken. Ten gevolge van de beschikking is het noodzakelijk de Regeling beheer autowrakken te wijzigen.

Artikel 4, tweede lid, onderdeel a, van de richtlijn verbiedt het gebruik van lood, kwik, cadmium of zeswaardig chroom in materialen en onderdelen van voertuigen die na 1 juli 2003 in de handel worden gebracht, behoudens gevallen als bedoeld in bijlage II bij de richtlijn. Voor de materialen en onderdelen die worden genoemd in bijlage II bij de richtlijn gelden vrijstellingen van dat verbod, omdat het gebruik van lood, kwik, cadmium of zeswaardig chroom in die onderdelen of materialen (nog) niet kan worden vermeden. Op grond van de beschikking vervallen bepaalde vrijstellingen als bedoeld in bijlage II bij de richtlijn, omdat het gebruik van lood, kwik, cadmium en zeswaardig chroom inmiddels kan worden vermeden in de betreffende toepassingen. Het betreft lood en loodverbindingen in wielbalansgewichten, in koolborstels voor elektrische motoren en lood en loodverbindingen als stabilisatoren in beschermende verf. Daarnaast vervallen ook de vrijstellingen voor lood in aluminium in een maximale concentratie van 0,4 gewichtsprocent en waaraan lood niet opzettelijk is toegevoegd en voor lood in koper voor frictiemateriaal in remvoeringen in een maximale concentratie van 0,4 gewichtsprocent en waaraan lood niet opzettelijk is toegevoegd. Tot slot vervalt de vrijstelling voor reserveonderdelen die na 1 juli 2003 in Nederland voor het eerst aan een ander ter beschikking zijn gesteld en die worden gebruikt voor voertuigen die voor 1 juli 2003 voor het eerst in Nederland aan een ander ter beschikking zijn gesteld.

Bepaalde materialen en onderdelen die lood, kwik, cadmium en zeswaardig chroom bevatten, moeten echter nog wel worden vrijgesteld van het verbod, bedoeld in artikel 4, tweede lid, onderdeel a, van de richtlijn of de vrijstelling voor deze materialen en onderdelen moet worden verlengd of aangepast omdat het gebruik van de betreffende stoffen in die materialen en onderdelen nog steeds onvermijdelijk is. In verband daarmee wordt de norm voor lood en loodverbindingen in koper in remvoeringen, gezien de technische mogelijkheden, aangescherpt van 0,5 naar 0,4 gewichtsprocent lood en wordt de norm voor lood in aluminium voor verwerkingsdoeleinden naar boven bijgesteld van 1 tot 1,5 gewichtsprocent. Overigens wordt de vrijstelling voor lood in aluminium voor verwerkingsdoeleinden met ingang van 1 juli 2008 aangescherpt van 1,5 naar 0,4 gewichtsprocent.

De materialen en onderdelen waarvoor een nieuwe vrijstelling is verleend of waarvoor de vrijstelling wordt verlengd of aangepast, zijn vulkaniseermiddelen en stabilisatoren voor elastomeren in vloeistofverwerking- en aandrijftoepassingen, bindmiddelen voor elastomeren die in aandrijftoepassingen worden gebruikt, koper in remvoeringen met meer dan 0,4 gewichtsprocent lood, klepzittingen, pyrotechnische ontstekers, corrosiewerende beschermlagen van schroefmoerverbindingen voor chassistoepassingen, accu’s voor elektrische voertuigen en optische onderdelen van glasmatrices voor rijhulpsystemen.

Voor onderdelen waarvoor de krachtens artikel 5, tweede lid, van toepassing zijnde termijn nog niet is verstreken wordt in artikel 1, onderdeel h, verder bepaald dat die kunnen worden gebruikt als vervangingsonderdelen indien die onderdelen voor het verstrijken van die termijn voor het eerst aan een ander ter beschikking zijn gesteld.

Naast de vrijstellingen voor de materialen en onderdelen die in bijlage II bij de richtlijn zijn opgenomen, bevat bijlage II bij de richtlijn met betrekking tot een aantal materialen en onderdelen een verplichting tot het zodanig merken of herkenbaar maken van die materialen en onderdelen dat zichtbaar is dat die onderdelen lood, loodverbindingen, kwik, cadmium of zeswaardig chroom bevatten. De beschikking breidt die verplichting uit tot pyrotechnische ontstekers in voertuigen met een typegoedkeuring van voor 1 juli 2006 en vervangingsontstekers voor deze voertuigen.

In verband met het grote aantal vervallen onderdelen in artikel 1 van de Regeling beheer autowrakken is ervoor gekozen onderdelen in dat artikel te vernummeren. Omdat bijlage II bij de richtlijn in zijn geheel nieuw is vastgesteld en door deze regeling in artikel 1 van de Regeling beheer autowrakken de onderverdeling in onderdelen is gewijzigd, is ervoor gekozen een volledige transponeringstabel bij deze toelichting op te nemen.

Transponeringstabel1

Bepalingen in de bijlage bij Beschikking 2005/673/EG

Bepalingen in Regeling beheer autowrakken

  

Punt 1

Artikel 1, onder a, onder 1°

Punt 2 a)*

Artikel 1, onder a, onder 2°

Punt 2 b)*

Artikel 3

Punt 3

Artikel 1, onder a, onder 3°

Punt 4*

Artikel 1, onder a, onder 4°, en artikel 5, tweede lid, onder c

Punt 5

Artikel 1, onder b, onder 1°, en artikel 2, eerste lid

Punt 6

Artikel 1, onder b, onder 2°, en artikel 2, eerste lid

Punt 7 a)*

Artikel 1, onder b, onder 3°, en artikel 5, tweede lid, onder a

Punt 7 b)*

Artikel 1, onder b, onder 4°

Punt 8

Artikel 1, onder b, onder 5°, en artikel 2, eerste lid

Punt 9*

Artikel 1, onder b, onder 6°, artikel 2, eerste lid, en artikel 5, tweede lid, onder b

Punt 10*

Artikel 1, onder b, onder 7°, en artikel 5, tweede lid, onder b

Punt 11

Artikel 1, onder b, onder 8°, en artikel 2, eerste lid

Punt 12 *

Artikel 1, onder b, onder 9°

Punt 13 a)*

Artikel 1, onder c, onder 1°, en artikel 5, tweede lid, onder b

Punt 13 b)*

Artikel 1, onder c, onder 2°, en artikel 5, tweede lid, onder c

Punt 14

Artikel 1, onder c, onder 3°, en artikel 2, eerste lid

Punt 15

Artikel 1, onder d, onder 1° en 2°, en artikel 2, eerste lid

Punt 16

Artikel 1, onder e, onder 1°, en artikel 5, tweede lid, onder a

Punt 17*

Artikel 1, onder e, onder 2°, en artikel 2, eerste lid

Punt 18*

Artikel 1, onder e, onder 3°, artikel 2, eerste lid, en artikel 5, tweede lid, onder b

Punt (i)*

Artikel 2, tweede en derde lid

Punt (ii)*

Artikel 2, tweede en derde lid

Opmerkingen, eerste gedachtestreepje*

Artikel 1, onder f en g

Opmerkingen, tweede gedachtestreepje

Artikel 1, onder h

De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

P.L.B.A. van Geel

Naar boven