Wijziging Regeling residuen bestrijdingsmiddelen

Besluit van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 24 april 2006, nr. VGP/PSL 2666535, houdende aanpassing van de Regeling residuen van bestrijdingsmiddelen

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;

Gelet op artikel 1 van het Residubesluit;

Besluit:

Artikel I

In Bijlage II van de Regeling residuen van bestrijdingsmiddelen1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

a. De specificaties, opgenomen bij de bestrijdingsmiddelen die tevens zijn vermeld in bijlage A bij deze regeling, worden vervangen door de in die bijlage opgenomen specificaties.

b. De specificaties, opgenomen bij de bestrijdingsmiddelen die tevens zijn vermeld in bijlage B bij deze regeling, worden met de in die bijlage opgenomen specificaties op alfabetische wijze ingevoegd.

c. Aan het slot van het onderdeel Motief worden de volgende regels toegevoegd:

Motief:

16. Uitbreiding toelating.

17. (nieuwe) residudefinitie dierlijke producten.

18. Aanpassing toegelaten maximumgehalte.

19. Nieuwe toelating.

20. Voorlopige toelating in het kader van richtlijn 91/414/EG.

Artikel II

In bijlage A bij de regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 20 december 2005, nr. VGP/P&L 2644575, houdende wijziging van de Regeling residuen van bestrijdingsmiddelen in verband met richtlijn nr. 2005/46/EG, wordt ‘picostrobine’ telkens vervangen door: picoxystrobine.

Artikel III

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, J.F. Hoogervorst.

Toelichting

Deze regeling strekt tot aanpassing van de Regeling residuen van bestrijdingsmiddelen.

De aanpassing betreft uitbreiding, c.q. beëindiging van nationale toelatingen voor diverse bestrijdingsmiddelen en uitbreiding van het aantal bestrijdingsmiddelen waarvoor maximaal toegelaten residuen door het College voor de Toelating van Bestrijdingsmiddelen zijn vastgesteld.

Bovendien is voor een aantal stoffen, die niet gebruikt mogen worden, een maximumgehalte aan residuen vastgesteld die op de ondergrens van de desbetreffende detectiemethode ligt. Eén en ander geschiedt met het oog op een effectieve controle van deze stoffen in voedingsmiddelen.

Van de gelegenheid wordt gebruik gemaakt in de regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 20 december 2005, nr. VGP/P&L 2644575, houdende wijziging van de Regeling residuen van bestrijdingsmiddelen in verband met richtlijn nr. 2005/46/EG een verschrijving te herstellen. In deze wijzigingsregeling, die nog niet in werking is getreden, wordt op een tweetal plaatsen abusievelijk gesproken van ‘picostrobine’ in plaats van ‘picoxystrobine’.

De ontwerpregeling is op 9 september 2005 gemeld aan de Commissie van de Europese Gemeenschappen, ter voldoening aan artikel 8, eerste lid, van richtlijn nr. 98/34/EG van het Europees parlement en de Raad 22 juni 1998 betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en technische voorschriften (PbEG L 204). Zij is op 5 april 2006 tevens gemeld aan het Secretariaat van de Wereld Handelsorganisatie, ter voldoening aan punt 5 van Bijlage B van het op 15 april 1994 te Marrakech tot stand gekomen verdrag inzake sanitaire en fytosanitaire maatregelen (Trb. 1994, 235).

Deze notificaties zijn noodzakelijk, aangezien de ontwerpregeling technische voorschriften bevat.

Administratieve lasten

Deze regeling leidt niet tot administratieve lasten voor het bedrijfsleven.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

J.F. Hoogervorst

Bijlage A

Bestrijdingsmiddel, bestanddeel daarvan of omzettings-product

Omzettings-producten inbegrepen in toegelaten maximumgehalten

Maximumgehalten aan residuen uitgedrukt als

Toegelaten maximumgehalten aan residuen (mg/kg)

Voetnoot

Motief

boscalid

      
       

a) plantaardige producten

geen

boscalid

aardbeien (andere dan bosaardbeien)

5

 

16

   

wortelen

1

 

16

   

Cucurbitacea (met eetbare schil)

0,2

  
   

Cucurbitacea (met niet-eetbare schil)

0,1

  
   

bloemkoolachtigen

1

 

16

   

spruitjes

2

 

16

   

sluitkool

0,5

 

16

   

bladkoolachtigen

10

 

16

   

prei

5

 

16

   

overige plantaardige producten

0,05*

  
       

b) dierlijke producten

M510F01

som van

boscalid

en

M510F01

melk

0,01*

 

17

   

vet van melk

0,1

 

17

   

eieren

0,01*

 

17

   

overige dierlijke producten

0,05*

 

17

       

difenoconazool

      
       

a) plantaardige producten

geen

difenoconazool

pitvruchten

0,5

  
   

bananen

0,1

  
   

wortelen

0,2

 

16

   

knolselderij

0,5

 

16

   

spruitjes

0,2

 

16

   

sluitkool

0,2

 

16

   

peterselie

3,0

 

16

   

bladselderij

3,0

 

16

   

bleekselderij

1,0

 

16

   

overige plantaardige producten

0,05*

  
       

b) dierlijke producten

1-[2-[2-chloor-4(4-

chloorfenoxy)-fenyl]-2-

hydroxy-1-ethyl]-

1H-1,2,4-triazool

som van

difenoconazool en

1-[2-[2-chloor-4(4-

chloorfenoxy)-fenyl]-

2-hydroxy-1-ethyl]-

1H-1,2,4-triazool

lever

melk

overige dierlijkeproducten

0,2

0,1*

0,1*

 

17

17

17

       

picoxystrobine

geen

picoxystrobine

gerst

melk

overige

0,2

0,02*

0,05*

 

16

       

pyraclostrobine

geen

pyraclostrobine

aardbeien (andere dan bosaardbeien)

0,5

 

16

   

wortelen

0,5

 

16

   

bloemkoolachtigen

0,5

 

16

   

spruitjes

0,5

 

16

   

sluitkool

0,1

 

16

   

bladkoolachtigen

1,0

 

16

   

prei

1,0

 

16

   

tarwe, rogge en triticale

0,1

  
   

gerst

0,2

  
   

melk

0,01*

  
   

overige dierlijke producten

0,05*

  
   

overige

0,02*

  
       

tebuconazool

geen

tebuconazool

spruitjes

0,5

 

16

   

sluitkool

1,0

 

16

   

prei

0,5

 

18

   

overige

0,05*

  
       

tolylfluanide

dimethyl-aminosulfo-toluïdide

dimethyl-aminosulfo-toluïdide

pitvruchten

2

  
   

kersen

1,0

 

16

   

pruimen

0,3

 

16

   

tafel- en wijndruiven

5

  
   

aardbeien (andere dan bosaardbeien)

10

  
   

bramen

10

  
   

frambozen

10

  
   

ander klein fruit en besvruchten

10

  
   

Solanaceae

5

  
   

Cucurbitaceae (met eetbare schil)

5

  
   

Cucurbitaceae (met niet-eetbare schil)

5

  
   

koolrabi

0,1

  
   

sla

20

 

18

   

andijvie

1

  
   

overige

0,1*

  
       

trifloxystrobine

geen

trifloxystrobine

pitvruchten

0,5

  
   

kersen

0,3

 

16

   

paprika's (pepers)

0,3

 

16

   

Cucurbitaceae (met eetbare schil)

0,3

 

16

   

Cucurbitaceae (met niet-eetbare schil)

0,5

 

16

   

prei

0,2

 

16

   

tarwe

0,05

  
   

gerst

0,2

  
   

melk

0,01*

 

16

   

overige

0,02*

  

Bijlage B

Bestrijdingsmiddel, bestanddeel daarvan of omzettings-product

Omzettings-producten inbegrepen in toegelaten maximumgehalten

Maximumgehalten aan residuen uitgedrukt als

Toegelaten maximumgehalten aan residuen (mg/kg)

Voetnoot

Motief

benthiavalicarb

geen

benthiavalicarb-isopropyl

alle

0,01*

 

19

       

fenamidone

RP A405862

som van fenamidone

en RP A405862

alle

0,02*

 

20

       

methoxyfenozide

geen

methoxyfenozide

pitvruchten

0,3

 

20

   

Solanacea

0,5

 

20

   

overige

0,05*

  
       

spinosad

geen

som van

spinosyn A en

spinosyn B

Solanacea

1,0

 

20

   

overige

0,01*

  
       

spiromesifen

geen

som van

spiromesifen en

spiromesifen-enol, uitgedrukt als spiromesifen

Solanaceae

0,5

 

20

   

Cucurbitaceae (met eetbare schil)

0,3

 

20

   

Cucurbitaceae (met niet-eetbare schil)

0,3

 

20

   

overige

0,01*

  
  • 1

    Stcrt. 1984, 54; laatstelijk gewijzigd bij regeling van 9 mei 2005 (Stcrt. 92).

Naar boven