Terinzagelegging en inspraakmogelijkheid Nationaal Implementatieplan

De Staatssecretaris van Volkshuisvesting Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM) maakt ingevolge artikel 5 van het POP-besluit WMS (Stcrt. 2005, 182) bekend dat hij besloten heeft het Nationale Implementatie Plan voor Nederland overeenkomstig de in afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht bepaalde procedure van openbare voorbereiding vast te stellen.

Nationaal Implementatieplan

Op 17 mei 2004 is het Verdrag van Stockholm inzake persistente organische verontreinigende stoffen van kracht geworden (Trb. 2001, nr. 132). Nederland is op 28 januari 2002 partij geworden bij dit Verdrag. Het Verdrag bevat een sinds 2004 geldend wereldwijd verbod op de productie van en de handel in de acht bestrijdingsmiddelen (aldrin, chloordaan, DDT, dieldrin, endrin, heptachloor, mirex en toxafeen), twee industriële chemicaliën (hexachloorbenzeen en PCB’s), en twee bijproducten van verbrandingsprocessen (dioxinen en furanen). In het Verdrag van Stockholm is de verplichting opgenomen om een plan te ontwikkelen voor de uitvoering van de verdragsverplichtingen, te streven naar implementatie van dit plan en het aan de Conferentie van Partijen te doen toekomen. Voor de EU als geheel wordt dit door de Europese Commissie gedaan. Aangezien de bevoegdheid dienaangaande door de Gemeenschap en de lidstaten van de Europese Unie wordt gedeeld, dienen zowel op nationaal als op communautair niveau uitvoeringsplannen te worden opgesteld. De lidstaten moeten daartoe informatie aan de Europese Commissie aanleveren over de voornemens op het punt van de uitvoering van de verplichtingen en over de uitvoeringsverplichtingen die reeds zijn gerealiseerd. Voor zover aspecten niet reeds door het communautair implementatieplan worden afgedekt, zullen lidstaten deze in hun nationale plannen moeten opnemen.

De voornaamste reden voor de verplichting tot het opstellen van dergelijke plannen is transparantie en publieke participatie. Gelet op de bepalingen van Verordening nr. 850/2004/EG (PbEG L 229) ter implementatie van het Verdrag van Stockholm, in het bijzonder artikel 8 van die verordening, dient het publiek in de gelegenheid te worden gesteld inbreng te leveren aan de nationale implementatieplannen.

Ter inzage

Het ontwerp van het Nationaal Implementatie Plan wordt met de daarbijbehorende stukken vanaf 27 april 2006 gedurende 4 weken (dus tot en met 26 mei 2006) ter inzage gelegd in de bibliotheek van het Ministerie van VROM, Rijnstraat 8 in Den Haag. De stukken zijn op werkdagen in te zien van 9.00 uur tot 17.00 uur. Tevens is kan ontwerp van het Nationaal Implementatie Plan gedurende de genoemde periode worden ingezien op de VROM-website http://www.minvrom.nl/

Inspreken

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kan gedurende de terinzagelegging door een ieder worden ingesproken. Daartoe kan een schriftelijke reactie worden gestuurd naar:

Ministerie van VROM,

Directoraat-Generaal Milieubeheer,

Directie SAS/SN (IPC 645)

Postbus 30945

2500 GX Den Haag

Naar boven