Besluit machtiging en mandatering College bouw zorginstellingen

stcrt-2006-79-p20-SC74833-1.gif

Het Bouwcollege, gelet op Afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht en titel 3 van boek 3 van het Burgerlijk Wetboek;

Besluit:

Conform artikel 3, vijfde lid, van het Bestuursreglement van het Bouwcollege:

Hoofdstuk 1. Definities

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. de wet: de Wet toelating zorginstellingen (WTZi);

b. het Bouwcollege: het College bouw zorginstellingen, genoemd in artikel 19, eerste lid, van de wet;

c. het bestuur: het bestuur van het Bouwcollege;

d. de voorzitter: de voorzitter van het Bouwcollege

Hoofdstuk 2. Mandaten en machtigingen met betrekking tot financiële aangelegenheden en aangelegenheden betreffende het bureau

Artikel 2

Het bestuurslid dat krachtens een bestuursbesluit belast is met de dagelijkse leiding, of diens krachtens hetzelfde bestuursbesluit aangewezen plaatsvervanger, is bevoegd tot het doen van uitgaven, binnen het raam van de begroting, nadat deze begroting conform artikel 24 van de WTZi de instemming van de Minister van VWS heeft gekregen, tenzij het bestuur heeft bepaald dat een afzonderlijke machtiging is vereist alvorens tot uitgaven van een begrotingspost kan worden overgegaan.

Artikel 3

Het bestuurslid dat krachtens een bestuursbesluit belast is met de dagelijkse leiding, of diens krachtens hetzelfde bestuursbesluit aangewezen plaatsvervanger is gemandateerd om bureaumedewerkers te benoemen, te schorsen en te ontslaan.

Hoofdstuk 3. Machtiging

Advisering toelating met bouw

Artikel 4

1. Het bestuurslid met de betreffende sector als aandachtsgebied in portefeuille is gemachtigd om namens het Bouwcollege te adviseren inzake aanvragen voor een toelating overeenkomstig artikel 5, tweede lid, van de wet;

2. Het bestuurslid met de betreffende sector als aandachtsgebied in portefeuille is niet gemachtigd de in lid 1 genoemde taak uit te voeren ten aanzien van politiek gevoelige adviezen.

Advisering ten behoeve van derden

Artikel 5

Het bestuurslid met de betreffende sector als aandachtsgebied in portefeuille is gemachtigd om namens het Bouwcollege adviezen uit te brengen aan het College tarieven gezondheidszorg/Zorgautoriteit i.o. in het kader van de Tijdelijke beleidsregel overgangsregeling kapitaallasten extramurale zorgverlening.

Procesvolmacht

Artikel 6

1. het bestuurslid dat krachtens een bestuursbesluit belast is met de dagelijkse leiding en bij diens afwezigheid de krachtens hetzelfde bestuursbesluit aangewezen plaatsvervanger, is gemachtigd om de bevoegdheid, zoals neergelegd in artikel 19, derde lid, van de Wet toelating zorginstellingen, voorzover deze bevoegdheid betrekking heeft op vertegenwoordiging in rechte, namens de voorzitter uit te oefenen.

2. Het bestuurslid, bedoeld in het vorige lid, is bevoegd bureaumedewerkers van het College bouw zorginstellingen te machtigen het College bouw zorginstellingen in voorkomende gevallen in gerechtelijke procedures te vertegenwoordigen.

Hoofdstuk 4. Mandaat

Beschikkingen

Artikel 7

1. Het bestuurslid met de betreffende sector als aandachtsgebied in portefeuille is bevoegd om namens het Bouwcollege te beschikken op verzoeken om verlening van een vergunning op grond van artikel 11, eerste lid, sub a, van de wet;

2. Het bestuurslid met de betreffende sector als aandachtsgebied in portefeuille is niet bevoegd de in lid 1 genoemde bevoegdheden uit te oefenen ten aanzien van politiek gevoelige beschikkingen.

Artikel 8

Het bestuurslid met de betreffende sector als aandachtsgebied in portefeuille is bevoegd om namens het Bouwcollege de volgende bevoegdheden uit te oefenen:

a. het beschikken op een verzoek tot goedkeuring van de aanbestedingsresultaten en meer- en minderwerken op grond van artikel 11, vierde lid, van de wet;

b. het beschikken op een verzoek tot goedkeuring van de eindverantwoording op grond van artikel 12 van de wet;

c. het vaststellen van de hoogte van de inbrengverplichting op grond van de Regeling Prestatie-eisen WTZi.

Niet in behandeling nemen aanvragen

Artikel 9

Het bestuurslid met de betreffende sector als aandachtsgebied in portefeuille is bevoegd om namens het Bouwcollege te besluiten tot niet in behandeling nemen van ingediende aanvragen, een en ander in overeenstemming met het bepaalde in artikel 4:5 lid, eerste en vierde lid van de Algemene wet bestuursrecht.

Bezwaarschriften

Artikel 10

Het bestuurslid met de betreffende sector als aandachtsgebied in portefeuille is bevoegd om namens het Bouwcollege de volgende bevoegdheden uit te oefenen:

a. Het nemen van beslissingen op bezwaar indien en voorzover het betreft het kennelijk-niet ontvankelijk verklaren van bezwaarschriften zoals bedoeld in artikel 7:3 onder a, van de Algemene wet bestuursrecht.

b. Het met vier weken verdagen van de beslistermijn op een ingediend bezwaarschrift conform artikel 7:10, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht.

Klachten

Artikel 11

1. De voorzitter is bevoegd om namens het Bouwcollege te beslissen ten aanzien van klachten over het Bouwcollege of een van zijn leden.

2. Het bestuurslid dat krachtens een bestuursbesluit belast is met de dagelijkse leiding, of diens krachtens hetzelfde bestuursbesluit aangewezen plaatsvervanger, is bevoegd om namens het Bouwcollege te beslissen ten aanzien van externe klachten over medewerkers van het bureau van het Bouwcollege.

Hoofdstuk 5. Doormandatering/machtiging

Artikel 12

Het bestuurslid dat krachtens dit besluit gemandateerd c.q. gemachtigd is de bevoegdheden als genoemd in de artikelen 2, 4, 5, 7, 8 en 9 van dit besluit uit te oefenen, kan met betrekking tot deze bevoegdheden ondermandaat en/of machtiging verlenen aan medewerkers van het bureau van het Bouwcollege.

Hoofdstuk 6. Slotbepaling

Artikel 13

Dit besluit kan worden aangehaald als Besluit machtiging en mandatering College bouw zorginstellingen en wordt gepubliceerd in de Staatscourant.

Aldus vastgesteld door het Bouwcollege op 10 april 2006.

Naar boven