Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport | Staatscourant 2006, 61 pagina 20 | Overig |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport | Staatscourant 2006, 61 pagina 20 | Overig |
Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 21 maart 2006, nr. VGP/VV 2668896, houdende de Warenwetregeling etikettering Nederlandse vleesproducten
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
Gelet op artikel 8 van verordening (EG) nr. 2073/2005 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 15 november 2005 inzake microbiologische criteria voor levensmiddelen (PbEU L 338), alsmede op artikel 10a van het Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen;
Besluit:
In deze regeling wordt verstaan onder:
a. verordening (EG) 853/2004: verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (PbEU L 139 en 226);
b. verordening (EG) 2073/2005: verordening (EG) nr. 2073/2005 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 15 november 2005 inzake microbiologische criteria voor levensmiddelen (PbEU L 338);
c. Nederlandse vleesproducten: gehakt vlees, vleesbereidingen of vleesproducten, bestemd voor consumptie na verhitting, bedoeld in de punten 1.5, 1.6 en 1.9 van bijlage I van verordening (EG) 2073/2005, geproduceerd in Nederland.
In afwijking van artikel 4 juncto bijlage I van verordening (EG) 2073/2005 wordt bij tests van Nederlandse vleesproducten aan de hand van het salmonellacriterium overeenkomstig dat artikel, de uitslag ook als acceptabel beschouwd als één op de vijf deelmonsters positief blijkt.
1. In artikel 2 bedoelde Nederlandse vleesproducten worden behoudens in de gevallen, bedoeld in het derde lid:
a. uitsluitend in een verpakking verhandeld; en
b. niet buiten Nederlands grondgebied gebracht.
2. De in het eerste lid bedoelde waren zijn voorzien van:
a. de vermelding ‘uitsluitend bestemd voor verkoop in Nederland’; en
b. een gebruiksaanwijzing waaruit blijkt dat de waar vóór consumptie door en door moet worden verhit.
3. Het tweede lid is niet van toepassing indien de waar op de plaats van verkoop:
a. op verzoek van de koper wordt verpakt; of
b. met het oog op de onmiddellijke verkoop wordt voorverpakt;
onder de voorwaarde dat de koper van de waar door de verkoper wordt geïnformeerd dat de waar vóór consumptie door en door verhit moet worden.
Deze regeling treedt in werking met ingang van het tijdstip waarop het besluit houdende wijziging van diverse Warenwetbesluiten in verband met verordening (EG) 2073/2005 in werking treedt, en vervalt met ingang van 1 januari 2010.
Deze regeling wordt aangehaald als: Warenwetregeling etikettering Nederlandse vleesproducten.
Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
Op 22 december 2005 is gepubliceerd verordening (EG) nr. 2073/2005 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 15 november 2005 inzake microbiologische criteria voor levensmiddelen (PbEU L 338), verder te noemen: verordening (EG) 2073/2005.
Bij artikel 8 van verordening (EG) 2073/2005 wordt de lidstaten onder voorwaarden tot 1 januari 2010 een tijdelijke afwijking toegestaan ten aanzien van de naleving van de in bijlage I van die verordening vastgestelde waarde voor Salmonella in gehakt vlees, vleesbereidingen en vleesproducten, die bedoeld zijn om na verhitting te worden gegeten en die alleen in die lidstaat op de markt worden gebracht. Artikel 10a van het Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen draagt de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport op nadere regels vast te stellen teneinde gebruik te maken van deze tijdelijk toegestane afwijking. Deze op verzoek van het bedrijfsleven opgestelde regeling zorgt daarvoor.
Bijlage I, punten 1.5, 1.6 en 1.9, van verordening (EG) 2073/2005, schrijft voor dat bij onderzoek van vijf monsters van de daar bedoelde waren, geen enkel monster positief mag zijn voor Salmonella. In artikel 2 van deze regeling is bepaald dat de uitslag van dat onderzoek ook als acceptabel kan worden beschouwd indien van vijf onderzochte deelmonsters van de desbetreffende waar, één positief blijkt te zijn voor Salmonella. Uit oogpunt van bescherming van de volksgezondheid bestaat tegen deze tijdelijk iets minder strenge eis geen bezwaar, aangezien deze producten pas na verhitting bestemd zijn voor consumptie.
Uit artikel 3, eerste en tweede lid, van deze regeling volgt dat waren die voldoen aan artikel 2 van deze regeling, uitsluitend in een verpakking en voorzien van bepaalde vermeldingen, verhandeld mogen worden. Deze waren mogen evenwel niet buiten Nederlands grondgebied worden gebracht. Hiermee wordt gewaarborgd dat deze waren niet in een andere lidstaat op de markt verschijnen, en dat de koper wordt voorgelicht over de noodzaak deze waren vóór consumptie door en door te verhitten.
De eisen van artikel 3, eerste en tweede lid, zijn – aldus artikel 3, derde lid – evenwel niet van toepassing indien een waar op de plaats van verkoop op verzoek van de koper wordt verpakt of met het oog op de onmiddellijke verkoop wordt voorverpakt. Voorwaarde daarvoor is wel dat de verkoper de koper informeert dat de waar vóór consumptie door en door verhit moet worden. Nederland is bevoegd de uitzondering van artikel 3, derde lid, vast te stellen, gelet op artikel 14 van richtlijn 2000/13/EG1 . Door deze uitzondering worden de administratieve lasten voor het bedrijfsleven zoveel mogelijk beperkt.
Deze regeling is gebaseerd op onder andere het nieuwe artikel 10a van het Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen. Dat artikel wordt in het vroege voorjaar van 2006 toegevoegd aan dat besluit, bij het besluit houdende wijziging van diverse Warenwetbesluiten in verband met verordening (EG) 2073/2005. In verband daarmee bepaalt artikel 4 dat deze regeling pas in werking treedt met ingang van het tijdstip waarop laatstgenoemd wijzigingsbesluit in werking treedt.
Deze regeling vervalt, conform artikel 8 van verordening (EG) 2073/2005, met ingang van 1 januari 2010.
Deze regeling heeft geen gevolgen voor de administratieve lasten voor de burger. De administratieve lasten voor het bedrijfsleven kunnen als volgt worden gekwantificeerd. Als gevolg van deze regeling zullen honderd voorverpakkers van in artikel 2 bedoelde vleesproducten een etiket moeten aanpassen. Ervan uitgaande dat het aanpassen van een etiket 22 uur werk kost, en het uurtarief van de desbetreffende medewerkers € 45,– bedraagt, betekent dit dat de totale administratieve lasten voor het bedrijfsleven als gevolg van deze regeling in 2006 eenmalig € 99.000,– bedragen.
De ontwerpregeling is voorgelegd aan de Adviescommissie toetsing administratieve lasten (Actal). Dat college heeft de ontwerpregeling evenwel niet geselecteerd voor een toets op de gevolgen voor de administratieve lasten.
Deze regeling zal ter uitvoering van artikel 8, tweede lid, van verordening (EG) 2073/2005, ter kennis worden gebracht van de Commissie van de Europese Gemeenschappen en de lidstaten van de Europese Unie.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
J.F. Hoogervorst
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2006-61-p20-SC74406.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.