Subsidieregeling TTI

Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 14 maart 2006, nr. GMT/FBI 2661578, houdende regeling inzake het verstrekken van subsidies voor strategische onderzoeksprogramma’s (Subsidieregeling TTI)

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op artikel 3 van de Kaderwet volksgezondheidssubsidies;

Besluit:

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. de minister: de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;

b. ondernemer: een natuurlijke persoon of rechtspersoon, niet zijnde een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld, die een onderneming in stand houdt;

c. publiek gefinancierde kennisinstelling:

1°. een onder a of b van de bijlage van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek genoemde instelling voor hoger onderwijs en een onder i van de bijlage van die wet bedoeld academisch ziekenhuis;

2°. een andere dan onder 1° bedoelde meerjarig en voor tenminste eenderde door de rijksoverheid gefinancierde onderzoeksinstelling zonder winstoogmerk die activiteiten verricht met als doel de algemene wetenschappelijke en technische kennis uit te breiden;

3°. een openbare instelling voor hoger onderwijs en een daaraan verbonden ziekenhuis gelijkwaardig aan een instelling respectievelijk academisch ziekenhuis als bedoeld onder 1°, welke meerjarig en voor tenminste eenderde wordt gefinancierd door een ander land, of

4°. een onderzoeksinstelling zonder winstoogmerk die activiteiten verricht met als doel de algemene wetenschappelijke en technische kennis uit te breiden, welke meerjarig en voor tenminste eenderde wordt gefinancierd door een ander land;

d. een strategisch onderzoeksprogramma: een op innovatie gericht onderzoeksprogramma dat bestaat uit een combinatie van fundamenteel onderzoek, industrieel onderzoek en/of preconcurrentiële ontwikkeling dat door ondernemers en publiek gefinancierde kennisinstellingen wordt uitgevoerd;

e. Technologisch Topinstituut of TTI: een rechtspersoon, die uitsluitend voor de uitvoering van een strategisch onderzoeksprogramma is opgericht door ondernemers en publiek gefinancierde kennisinstellingen, waaronder tenminste drie Nederlandse ondernemers en tenminste drie Nederlandse publiek gefinancierde kennisinstellingen;

f. fundamenteel onderzoek: de uitbreiding van de algemene wetenschappelijke en technische kennis, zonder industriële of commerciële doelstellingen;

g. industrieel onderzoek: onderzoek dat is gericht op het opdoen van nieuwe kennis met het doel deze te gebruiken bij de ontwikkeling van nieuwe producten, processen of diensten of om bestaande producten, processen of diensten aanmerkelijk te verbeteren;

h. preconcurrentiële ontwikkeling: het omzetten van de resultaten van industrieel onderzoek in plannen, schema’s of ontwerpen voor nieuwe, gewijzigde of verbeterde producten, processen of diensten;

i. innovatie: technologische innovatie, met inbegrip van niet-technologische aspecten voorzover ze dienstbaar zijn aan technologische innovatie;

j. TTI-subsidie: subsidie als bedoeld in artikel 2.

Artikel 2

De minister kan op aanvraag een subsidie verstrekken aan een technologisch topinstituut dat voor eigen rekening en risico een strategisch onderzoeksprogramma uitvoert.

Artikel 3

1. Op de verstrekking van een TTI-subsidie is de Subsidieregeling IOP-TTI-module van de experimentele Kaderregeling subsidies innovatieprojecten van overeenkomstige toepassing voorzover betrekking hebbend op subsidieverstrekkingen aan een TTI met uitzondering van artikel 5, vijfde lid, onder b, en met vervanging van de in artikel 9 en artikel 11, vierde lid, genoemde termijn van vijf jaren in zeven jaren.

2. In aanvulling op genoemde regeling gelden de volgende bepalingen:

a. De subsidieontvanger werkt mee aan door of namens Onze Minister ingestelde onderzoekingen die erop gericht zijn Onze Minister inlichtingen te verschaffen ten behoeve van de ontwikkeling van beleid.

b. De subsidieontvanger draagt er zorg voor dat de accountant meewerkt aan door of namens de departementale accountantsdienst in te stellen onderzoek naar de door de accountant verrichte (controle-)werkzaamheden. De daarin begrepen kosten worden geacht te zijn begrepen in de subsidie.

c. De subsidieontvanger verleent de gevraagde inzage en medewerking indien het onder b bedoelde onderzoek leidt tot een aanvullend onderzoek door de departementale accountantsdienst of daartoe aangewezen personen.

Artikel 4

De minister kan voor het indienen van een aanvraag om een TTI-subsidie voor het jaar 2006 ontheffing verlenen van de in artikel 25, derde lid, van de Subsidieregeling IOP-TTI, genoemde datum.

Artikel 5

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 6

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling TTI.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, J.F. Hoogervorst.

Toelichting

Algemeen

Deze, op de Kaderwet volksgezondheidssubsidies gebaseerde, subsidieregeling vloeit voort uit het beleid op het gebied van de bevordering van innovatie en dan vooral het beleid gericht op de publiek-private samenwerking op het terrein van de programmatische uitvoering van innovatief en hoogwaardig onderzoek. Deze ministeriële regeling heeft ten doel de subsidiëring van zogeheten Technologische Topinstituten (TTI’s) op het beleidsterrein van de VWS mogelijk te maken.

Op de subsidieverstrekkingen op basis van deze regeling zijn de bepalingen van de Subsidieregeling IOP-TTI-module van de experimentele Kaderregeling subsidies innovatieprojecten van de Minister van Economische Zaken van 14 november 2005, (Stcrt. 221, pag. 11) van overeenkomstige toepassing verklaard. Dit betekent dat waar in die regeling de Minister van Economische Zaken wordt genoemd, voor de toepassing van de onderhavige regeling de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport wordt bedoeld. Genoemde regeling regelt vergelijkbare subsidies op het beleidsterrein van het Ministerie van Economische Zaken. Aansluiting hierbij ligt om die reden voor de hand. Hierbij heeft nog mede de overweging een rol gespeeld dat het voornemen bestaat een algemeen juridisch kader te ontwikkelen voor innovatiesubsidies op meerdere departementale beleidsterreinen. Vooruitlopend hierop is uniformiteit van belang. Voor een verdere toelichting op de regeling wordt verwezen naar de toelichting van de EZ regeling.

Het eerste TTI van het Ministerie van VWS dat in aanmerking zal komen voor subsidie is het Top instituut Pharma. Dit instituut is een op te richten samenwerkingsverband dat voornemens is een leidende positie op te bouwen in onderzoek en onderwijs in die gebieden die kritisch zijn voor de concurrentiekracht van de Nederlandse farmaceutische sector. Het instituut wil tevens bijdragen aan het welzijn van de samenleving, door het onderzoek specifiek te richten op ontwikkeling van medicijnen tegen ziektes met hoge maatschappelijke relevantie. Het instituut zal zich vooral bezig houden met onderzoek dat gericht is op de efficiëntie van de ontwikkeling van geneesmiddelen, teneinde de ‘cost- & time-to-patient’ te verlagen, hetgeen een groot maatschappelijk belang vertegenwoordigt. De onderzoeksthema’s van het Topinstituut Pharma betreffen ziektegebieden die vanuit het bedrijfsleven voorrang krijgen en aansluiten op de prioriteiten van het Ministerie van VWS, vastgelegd in het rapport ‘Priority Medicines for Europe and the World’.

Evenals de Subsidieregeling IOP-TTI-module van de experimentele Kaderregeling subsidies innovatieprojecten zal deze regeling uitgevoerd worden door SenterNovem.

De subsidieregeling IOP-TTI-module van de experimentele Kaderregeling subsidies innovatieprojecten is gemeld bij de EU en daar akkoord bevonden voor wat betreft de Europese regelgeving betreffende staatssteun voor onderzoek en ontwikkeling. Bij de EU is een verzoek ingediend de afzonderlijke meldingsplicht per programma waar het subsidiebedrag hoger is dan 25 miljoen euro en de bijdrage per bedrijf meer dan 5 miljoen euro naar het projectniveau te mogen verleggen. Deze aanvraag is in behandeling.

Artikelsgewijs

Artikel 1

De belangrijkste definities zijn overgenomen teneinde het bereik van de onderhavige regeling te bepalen.

Artikel 3

Op een enkel onderdeel wordt afgeweken van de EZ-regeling. De onderhavige regeling is gebaseerd op de Kaderwet volksgezondheidssubsidies. Het is vast beleid dat op het beleidsterrein van VWS accountantskosten subsidiabel zijn. Daarnaast zijn enkele verplichtingen ten behoeve van het inlichtingen- en onderzoeksrecht van de departementale accountantsdienst of daartoe aangewezen personen bij de instelling geregeld. Tevens zijn de bewaartermijnen uit de Archiefwet hier als uitgangspunt genomen.

Artikel 4

Om voor het jaar 2006 subsidie te kunnen verstrekken is het noodzakelijk voor dat jaar een ontheffingsmogelijkheid te regelen van de normaal geldende indieningstermijn van een subsidie-aanvraag.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

J.F. Hoogervorst

Naar boven