Wijziging Beleidsregel criteria regionale arrangementen schooljaren 2005–2006 en 2006–2007, verlenging Toetsingskader Plan van Scholen 2005–2007, enz.

Wijziging van de Beleidsregeling houdende criteria regionale arrangementen voor de schooljaren 2005–2006 en 2006–2007, verlenging van het Toetsingskader Plan van Scholen 2005–2007 voor de periode 2007–2009, alsmede houdende criteria en procedures voor het verkrijgen van toestemming voor verplaatsing, omzetting, splitsing, nevenvestiging en het aanbieden van leerwegondersteunend onderwijs per 1 augustus 2006

20 februari 2006

Nr. VO/OK-2006/2161

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Voedselkwaliteit;

Gelet op artikel 65 en artikel 75 van de Wet op het voortgezet onderwijs;

Besluit:

Artikel I

De Beleidsregeling houdende criteria regionale arrangementen voor de schooljaren 2005–2006 en 2006–2007, verlenging van het Toetsingskader Plan van Scholen 2005–2007 voor de periode 2007–2009, alsmede houdende criteria en procedures voor het verkrijgen van toestemming voor verplaatsing, omzetting, splitsing, nevenvestiging en het aanbieden van leerwegondersteunend onderwijs per 1 augustus 2006, wordt als volgt gewijzigd:

A

In Hoofdstuk I vervalt het onderdeel Experimentele vbo-programma’s, dat wordt vervangen door:

Nieuwe programma’s in de Regionale arrangementen in het schooljaar 2006–2007

Het bevoegd gezag van een school kan met ingang van 1 augustus 2006 binnen een regionaal arrangement nieuwe programma’s aanbieden. Het betreft de volgende programma’s:

1. het intrasectorale programma ‘Techniek Breed’;

2. het intersectorale programma ‘ICT-route’;

3. het intersectorale programma ‘Technologie in de gemengde leerweg’ met drie uitstroomvarianten:

a. richting Techniek

b. richting Economie

c. richting Zorg en Welzijn;

4. het intersectorale programma ‘Intersectoraal’ met drie uitstroomvarianten:

a. Technologie & Dienstverlening

b. Technologie & Commercie

c. Dienstverlening & Commercie;

5. het intersectorale programma ‘Sport, Dienstverlening en Veiligheid’.

Kaders en randvoorwaarden per programma

Kaders en randvoorwaarden Techniek Breed

Het bevoegd gezag van de school dat het programma Techniek Breed per 1-8-2006 wil aanbieden dient in het schooljaar 2006–2007 aan de volgende voorwaarden te voldoen:

– Het bevoegd gezag van de school dient toestemming te hebben voor het aanbieden van ten minste twee afdelingen in de sector Techniek.

– De leerlingen worden in het vrije deel van de door hun gekozen leerweg opgeleid volgens het door de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen vast te stellen examenprogramma Techniek Breed. Voor leerlingen van de gemengde leerweg geldt dat zij hiernaast nog een tweede keuzevak volgen.

– Het onderwijs wordt gegeven door bevoegde docenten.

– De leerlingen volgen het gemeenschappelijk deel van de door hun gekozen leerweg en nemen deel aan de daarvoor bestaande centrale examens.

– De leerlingen volgen in het sectordeel van hun leerweg de sectorvakken behorende bij de sector Techniek, dat wil zeggen wiskunde en natuur- en scheikunde I en nemen deel aan de daarvoor bestaande centrale examens.

– De leerlingen nemen deel aan het centraal examen Techniek Breed;

Kaders en randvoorwaarden ICT-route

Het bevoegd gezag van de school dat het programma ICT-route per 1-8-2006 wil aanbieden dient in het schooljaar 2006–2007 aan de volgende voorwaarden te voldoen:

– Het bevoegd gezag van de school dient toestemming te hebben voor het aanbieden van een afdeling in de sector Techniek en/of Economie en/of Zorg en Welzijn.

– De leerlingen worden in het vrije deel van de door hun gekozen leerweg opgeleid volgens het door de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen vast te stellen examenprogramma ICT-route. Voor leerlingen van de gemengde leerweg geldt dat zij hiernaast nog een tweede keuzevak volgen.

– Het onderwijs wordt gegeven door bevoegde docenten.

– De leerlingen volgen het gemeenschappelijk deel van de door hun gekozen leerweg en nemen deel aan de daarvoor bestaande centrale examens.

– De leerlingen volgen in het sectordeel van hun leerweg de sectorvakken behorende bij een sector die de school aanbiedt en nemen deel aan de daarvoor bestaande centrale examens. Ook is het mogelijk een combinatie van sectorvakken uit de sectoren Economie en Zorg en Welzijn te volgen, indien de school beschikt over deze twee sectoren. De leerlingen volgen in dat geval in het sectordeel van hun leerweg één van de sectorvakken behorende bij de sector economie en één sectorvak behorende bij de sector Zorg en Welzijn en nemen deel aan de daarvoor bestaande centrale examens.

– De leerlingen nemen deel aan het centraal examen ICT-route.

Kaders en randvoorwaarden Technologie in de gemengde leerweg

Het bevoegd gezag van de school dat het programma Technologie in de gemengde leerweg per 1-8-2006 wil aanbieden dient in het schooljaar 2006–2007 aan de volgende voorwaarden te voldoen:

– Het bevoegd gezag van de school dient toestemming te hebben voor het aanbieden van de gemengde leerweg in de sector Techniek en/of Economie en/of Zorg en Welzijn.

– De leerlingen worden in het vrije deel van de door hun gekozen leerweg opgeleid volgens het door de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen vast te stellen examenprogramma Technologie in de gemengde leerweg. De leerlingen volgen hiernaast nog een tweede keuzevak.

– Het onderwijs wordt gegeven door bevoegde docenten.

– De leerlingen volgen het gemeenschappelijk deel van de door hun gekozen leerweg en nemen deel aan de daarvoor bestaande centrale examens.

– De leerlingen volgen in het sectordeel van hun leerweg de sectorvakken behorende bij de sector waarvan zij de uitstroomvariant volgen en nemen deel aan de daarvoor bestaande centrale examens.

– De leerlingen nemen deel aan het centraal examen Technologie in de gemengde leerweg;

Kaders en randvoorwaarden Intersectoraal met de uitstroomvarianten

Technologie & Dienstverlening (sector Techniek en Zorg en Welzijn),

Technologie & Commercie (sector Techniek en Economie) en

Dienstverlening & Commercie (sector Zorg en Welzijn en Economie).

Het bevoegd gezag van de school dat een uitstroomvariant van het programma Intersectoraal per 1-8-2006 wil aanbieden dient in het schooljaar 2006–2007 aan de volgende voorwaarden te voldoen:

– Het bevoegd gezag van de school dient toestemming te hebben voor het aanbieden van een afdeling in de sector Techniek en/of Economie en/of Zorg en Welzijn.

– De leerlingen worden in het vrije deel van de door hun gekozen leerweg opgeleid volgens het door de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen vast te stellen examenprogramma Technologie & Dienstverlening, Technologie & Commercie of Dienstverlening & Commercie. Voor leerlingen van de gemengde leerweg geldt dat zij hiernaast nog een tweede keuzevak volgen.

– Het onderwijs wordt gegeven door bevoegde docenten.

– De leerlingen volgen het gemeenschappelijk deel van de door hun gekozen leerweg en nemen deel aan de daarvoor bestaande centrale examens.

– De leerlingen volgen in het sectordeel van hun leerweg twee van de sectorvakken behorende bij een sector die de school aanbiedt en nemen deel aan de daarvoor bestaande centrale examens. Ook is het voor de uitstroomvariant ‘Dienstverlening en Commercie’ mogelijk een combinatie van sectorvakken uit de sectoren Economie en Zorg en Welzijn te volgen, indien de school beschikt over beide sectoren. De leerlingen volgen in dat geval in het sectordeel van hun leerweg één van de sectorvakken behorende bij de sector economie en één sectorvak behorende bij de sector Zorg en Welzijn en nemen deel aan de daarvoor bestaande centrale examens.

– De leerlingen nemen deel aan het centraal examen Intersectoraal.

Kaders en randvoorwaarden Sport, Dienstverlening en Veiligheid

Het bevoegd gezag van de school dat het programma Sport, Dienstverlening en Veiligheid per 1-8-2006 wil aanbieden dient in het schooljaar 2006–2007 aan de volgende voorwaarden te voldoen:

– Het bevoegd gezag van de school dient toestemming te hebben voor het aanbieden van een afdeling in de sector Economie en/of Zorg en Welzijn.

– De leerlingen worden in het vrije deel van de door hun gekozen leerweg opgeleid volgens het door de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen vast te stellen examenprogramma Sport, Dienstverlening en Veiligheid.

– Het onderwijs wordt gegeven door bevoegde docenten.

– De leerlingen volgen tevens het gemeenschappelijk deel van de door hun gekozen leerweg en nemen deel aan de daarvoor bestaande centrale examens.

– De leerlingen volgen in het sectordeel van hun leerweg twee van de sectorvakken behorende bij de sectoren Economie of Zorg en Welzijn en nemen deel aan de daarvoor bestaande centrale examens. Ook is het mogelijk een combinatie van sectorvakken uit de sectoren Economie en Zorg en Welzijn te volgen, indien de school beschikt over beide sectoren. De leerlingen volgen in dat geval in het sectordeel van hun leerweg één van de sectorvakken behorende bij de sector Economie en één sectorvak behorende bij de sector Zorg en Welzijn en nemen deel aan de daarvoor bestaande centrale examens.

– De leerlingen nemen deel aan het centraal examen Sport, Dienstverlening en Veiligheid.

B

In hoofdstuk III wordt aan onderdeel ‘2.6 Nevenvestiging’ een nieuwe paragraaf 2.6.7 toegevoegd, luidende:

2.6.7. Een of meer tijdelijke nevenvestigingen voor de theoretische leerweg voor één AOC

Binnen een regionaal arrangement kunnen met ingang van 1 augustus 2006 aan één AOC één of meer tijdelijke nevenvestigingen voor mavo worden gevormd op de erkende locaties voor vbo van dat AOC. Voorwaarde is dat het AOC gefuseerd is met een mavo. Bovendien moet de aanvrager bereid zijn de vereiste gegevens over het effect op de doorstroming in de beroepskolom en de groene invulling van de theoretische leerweg te verstrekken die nodig zijn voor de evaluatie van het experiment. Op deze wijze wordt vorm gegeven aan een experiment met een tijdelijke licentie voor de theoretische leerweg (mavo) aan een AOC. In overeenstemming met de AOC-Raad is voor het experiment reeds een geschikte kandidaat-AOC gevonden.

Artikel II

Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. De regeling vervalt met ingang van 1 augustus 2007.

Deze regeling zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, M.J.A. van der Hoeven.

Toelichting

Inleiding

Experimentele vbo-programma’s zijn in de Beleidsregeling houdende criteria regionale arrangementen voor de schooljaren 2005–2006 en 2006–2007, verlenging van het Toetsingskader Plan van Scholen 2005–2007 voor de periode 2007–2009, alsmede houdende criteria en procedures voor het verkrijgen van toestemming voor verplaatsing, omzetting, splitsing, nevenvestiging en het aanbieden van leerwegondersteunend onderwijs per 1 augustus 2006, kenmerk VO/B&B-2005/27924, 6 augustus 2005, uitgezonderd van de regionale arrangementen. In deze beleidsregeling staat dat enkele experimentele programma’s regulier zullen worden gemaakt.

Dit betreft het intrasectorale programma Techniek Breed en de intersectorale programma’s ICT-route, Technologie in de gemengde leerweg (met drie uitstroomvarianten), het brede programma Intersectoraal (eveneens drie uitstroomvarianten) en Sport, Dienstverlening en Veiligheid. Deze programma’s hebben na een pilotperiode bewezen voldoende bestendig te zijn om te kunnen worden opgenomen in het reguliere aanbod.

Naar verwachting zal de verankering in wet- en regelgeving per 1-8-2007 kunnen ingaan. Als overbruggingsvoorziening richting scholen voor vmbo die al per 1-8-2006 aan de slag willen met deze programma’s wordt het via deze wijzigingsregeling mogelijk om genoemde programma’s alsnog toe te voegen aan de aanvraag voor (wijziging van) een regionaal arrangement. De koppeling van het aanbieden van de nieuwe programma’s aan de procedure van het regionaal arrangement is vanwege het streven te komen tot een evenwichtig geheel van onderwijsvoorzieningen naar soort van onderwijs, mede gelet op het verlangde onderwijs in het betrokken gebied.

In artikel 1, onder A, wordt geregeld dat in hoofdstuk 1 in plaats van het onderdeel Experimentele vmbo-programma’s een nieuw onderdeel wordt opgenomen: ‘Nieuwe programma’s in de Regionale arrangementen in het schooljaar 2006–2007’, waarin de uitbreiding van de regionale arrangementen wordt uitgewerkt. Tevens zijn daarin de specifieke kaders en randvoorwaarden per programma opgenomen waaraan het bevoegd gezag van een school dient te voldoen om een of meerdere van de genoemde nieuwe programma’s te kunnen aanbieden.

De door diverse organisaties aangeboden begeleiding- of invoeringsprogramma’s worden aanbevolen, maar niet verplicht gesteld.

In artikel 1, onder B, wordt geregeld dat in hoofdstuk III een nieuwe paragraaf 2.6.7 ‘Eén of meer tijdelijke nevenvestigingen voor de theoretische leerweg voor een AOC’ wordt ingevoegd.

Specificatie nieuwe programma’s

Techniek Breed is een nieuw intrasectoraal programma, dat leerlingen breed opleidt binnen de sector Techniek. Het is ontwikkeld voor de basisberoepsgerichte leerweg, de kaderberoepsgerichte leerweg en de gemengde leerweg.

Het intersectorale programma ‘ICT-route’; Het is ontwikkeld voor de basisberoepsgerichte leerweg, de kaderberoepsgerichte leerweg en de gemengde leerweg.

Het intersectorale programma ‘Technologie in de gemengde leerweg’ kent een intersectoraal basisdeel, dat alle leerlingen volgen en drie uitstroomvarianten, richting Techniek, Economie of Zorg en Welzijn. Het programma is uitsluitend ontwikkeld voor de gemengde leerweg.

Het brede programma ‘Intersectoraal’ kent drie uitstroomvarianten, die verschillende snijvlakken van sectoren beslaan: Technologie & Dienstverlening (sector Techniek en Zorg en Welzijn), Technologie & Commercie (sector Techniek en Economie) en Dienstverlening & Commercie (sector Economie en Zorg en Welzijn). Alle varianten zijn ontwikkeld voor de basisberoepsgerichte leerweg, de kaderberoepsgerichte leerweg en de gemengde leerweg.

Het intersectorale programma ‘Sport, Dienstverlening en Veiligheid’ is een intersectoraal, competentiegericht programma dat eindtermen uit de sector Economie en Zorg en Welzijn combineert. Het is ontwikkeld voor de basisberoepsgerichte leerweg en de kaderberoepsgerichte leerweg.

Sectorvakken

Bij de kaders en randvoorwaarden per programma zijn er nieuwe mogelijkheden voor de combinaties van sectorvakken voor een aantal programma’s. Het betreft de mogelijkheid om sectorvakken uit de sector Economie en de sector Zorg en Welzijn te combineren. Dit wordt mogelijk gemaakt voor het programma ICT-route, Sport, Dienstverlening en Veiligheid en voor Dienstverlening & Commercie. Bij al deze projecten bleek een behoefte te zijn aan het combineren van sectorvakken, om een zo uitgebalanceerd mogelijk pakket aan algemeen vormende vakken te creëren bij de nieuwe programma’s. Een voorwaarde voor deze combinatie van sectorvakken, is dat de school beschikt over licenties voor beide sectoren.

Bevoegdheden nieuwe programma’s

Per separate beleidsregel zullen de bevoegdheden voor de nieuwe programma’s worden vastgesteld. Hieronder volgen ter informatie de hoofdlijnen van de bevoegdheden per programma.

Techniek Breed

De bevoegdheid voor Techniek Breed zal naar verwachting worden vastgesteld voor docenten die bevoegd zijn voor een of meerdere afdelingsvakken in de sector techniek. De bevoegdheid in het vak Techniek onderbouw, aangevuld met specifieke, nader te bepalen nascholing zal naar verwachting ook worden erkend.

ICT-route

De bevoegdheid voor ICT-route zal naar verwachting worden vastgesteld voor docenten die bevoegd zijn voor een of meer afdelingsvakken in de sector Techniek, Economie of Zorg en Welzijn. De bevoegdheid voor een niet-beroepsgericht vak in het vmbo, aangevuld met specifieke, nader te bepalen scholing zal naar verwachting ook worden erkend als bevoegdheid voor ICT-route.

Technologie in de gemengde leerweg

De bevoegdheid voor Technologie in de gemengde leerweg zal naar verwachting worden vastgesteld voor docenten die bevoegd zijn voor een of meer afdelingsvakken in de sector Techniek, Economie of Zorg en Welzijn.

Intersectoraal

De bevoegdheid voor de drie uitstroomvarianten van Intersectoraal zal naar verwachting worden vastgesteld voor docenten die bevoegd zijn voor een of meer afdelingsvakken in de sector Techniek, Economie of Zorg en Welzijn.

Sport, Dienstverlening en Veiligheid

De bevoegdheid voor Sport, Dienstverlening en Veiligheid zal naar verwachting worden vastgesteld voor docenten die bevoegd zijn voor lichamelijke oefening, en/of een of meerdere afdelingsvakken in de sector Economie of Zorg en Welzijn.

Voor het aanbieden van de eindtermen rond ‘Veiligheid’ in het programma Sport, Dienstverlening en Veiligheid, dient het bevoegd gezag nader te bepalen deskundigheid vanuit bijvoorbeeld het mbo in te huren, of eigen docenten te laten nascholen via nader te bepalen trajecten.

Inschrijving en bekostiging leerlingen in overbruggingsvoorziening

Tot op het moment dat de experimentele programma’s gereguleerd zijn en nieuwe elementcodes zijn gepubliceerd geldt er een tijdelijke oplossing voor de inschrijving van de leerlingen. Aan deze tijdelijke oplossing kunnen geen toekomstige bekostigingsrechten worden ontleend.

In de overbruggingsvoorziening worden bovengenoemde programma’s aan de scholen toegekend met inachtneming van de artikelen 25 en 29, zesde lid, van de WVO en binnen een regionaal arrangement. Artikel 25 biedt de minister de mogelijkheid om scholen de gelegenheid te bieden van de inrichtingsvoorschriften af te wijken en andere examenprogramma’s te ontwikkelen dan die in de bestaande regelgeving zijn vastgelegd. De bestaande afdelingsstructuur, zoals deze wettelijk is geregeld in artikel 10c van de WVO blijft echter de grondslag. Dat betekent dat scholen hun leerlingen in moeten schrijven op een van de onderliggende afdelingen waarvoor de school een licentie heeft. De bekostiging van de nieuwe programma’s is dus dienovereenkomstig.

De uitwerking van het bovenstaande naar de verschillende programma’s is als volgt:

– Techniek breed: de leerlingen worden ingeschreven bij een of meerdere afdelingen in de sector techniek waarvoor de school een licentie heeft.

– Technologie in de gemengde leerweg: de leerlingen worden ingeschreven bij een of meerdere afdelingen in de gemengde leerweg waarvoor de school een licentie heeft.

– ICT-Route in het vmbo: de leerlingen worden ingeschreven bij een of meerdere afdelingen in de sectoren techniek, economie of zorg en welzijn waarvoor de school een licentie heeft.

– Intersectoraal: de leerlingen worden ingeschreven bij een of meerdere afdelingen in de sectoren techniek, economie en/of zorg en welzijn.

– Sport, dienstverlening en veiligheid: de leerlingen worden ingeschreven bij een of meerdere afdelingen in de sectoren economie en/of zorg en welzijn.

Leerlingen kunnen alleen ingeschreven worden bij afdelingen en leerwegen waarvoor het betreffende programma is ontwikkeld. Onder leerlingen worden zowel geïndiceerde als niet-geïndiceerde leerlingen verstaan.

Van de inschrijving in een van de afdelingen techniek zijn de afdelingen grafische techniek, Rijn-, binnen- en kustvaart en haven en vervoer uitgezonderd, tenzij de school in deze sector geen andere licenties heeft.

Deze aanwijzing komt te vervallen op het moment dat de hierboven genoemde programma’s worden gereguleerd. De registratie- en bekostigingssystemen zullen in dat geval dienovereenkomstig worden aangepast.

Scholen waaraan een theoretische leerweg is verbonden, kunnen leerlingen die hierbij staan ingeschreven onderdelen aanbieden van bovengenoemde programma’s of een van de programma’s in zijn geheel als extra vak. De leerlingen blijven ingeschreven staan als leerling van de theoretische leerweg, scholen ontvangen hiervoor geen extra vergoeding.

Overbrugging voor huidige projectscholen

De scholen die betrokken waren bij de ontwikkeling van de nieuwe programma’s hebben voor de duur van de projectperiode ontheffing gekregen van de artikelen 25 en 29, van de Wet op het voortgezet onderwijs, vanwege de noodzakelijke afwijkingen van inrichtings- en examenvoorschriften. Tot de inwerkingtreding van de wettelijke verankering zal de ontheffing van inrichtingsvoorschriften worden gecontinueerd. Alle projectscholen ontvangen hier individueel bericht over. Na wettelijke verankering treedt er een overgangsperiode op, waarbij scholen ontheffing van inrichtingsvoorschriften kunnen krijgen. Deze ontheffing geldt voor maximaal zes schooljaren. Binnen deze termijn moet de school zorgen dat voldaan kan worden aan de planprocedure respectievelijk regeling Regionale Arrangementen.

De projectscholen die de voormalige experimenten op hun school continueren, dienen alle examenkandidaten in 2007 en later deel te laten nemen aan de centrale examens voor deze programma’s. De ontheffing voor examenvoorschriften wordt derhalve niet verlengd.

Experiment TL aan een AOC

In de hiervoor genoemde ‘Uitwerkingsnotitie grotere planningsvrijheid vo’ is onder meer een experiment aangekondigd waarbij het effect wordt gemeten van een tijdelijke licentie voor de theoretische leerweg aan één AOC op de doorstroming in de beroepskolom. Het experiment neemt bij voorkeur al per 1 augustus 2006 een aanvang. Daarom is in overeenstemming met de AOC-Raad reeds een geschikte kandidaat-AOC (AOC-Limburg) met een daaraan verbonden school voor mavo gevonden.

Het eenmalige en tijdelijke karakter van de proefneming geven aanleiding af te kunnen wijken van het toetsingskader voor verplaatsing, omzetting, splitsing en nevenvestiging en het aanbieden van leerwegondersteunend onderwijs per 1 augustus 2006. Gekozen is voor het middel van een regionaal arrangement teneinde de nieuwe vestigingsplaats(en) van de nevenvestiging(en) van de school voor mavo in afstemming met de onderwijspartners in de regio overeen te komen.

AOC Limburg heeft een regionaal arrangement afgesloten met andere partners in de regio Roermond, waarin is opgenomen dat de theoretische leerweg kan worden aangeboden in de vestiging Roermond. AOC-Limburg dient voor 1 maart 2006 samen met de andere deelnemende partners een aanvulling op het regionaal arrangement in, die een aanvraag voor een experiment met een tijdelijke nevenvestiging van de aan het AOC verbonden MAVO te Nederweert en een prognose van de leerlingenaantallen omvat. De partners van het regionaal arrangement Roermond hebben een nadere invulling ontvangen van de gegevens die vereist zijn voor de evaluatie van het experiment. In de aanvulling dient het AOC te verklaren bereid te zijn die gegevens te verstrekken.

AOC-Limburg kan voor andere vestigingen dan die in Roermond in het kader van het experiment een verzoek indienen voor een tijdelijke licentie voor de theoretische leerweg binnen dezelfde voorwaarden: overeenstemming in de regio via een regionaal arrangement, de aanvraag voor een nevenvestiging van de MAVO, een prognose van de leerlingenaantallen en de bereidverklaring de gegevens voor de evaluatie te verstrekken. Deze aanvragen dienen uiterlijk 1 maart 2007 te zijn ingediend.

Na evaluatie zal er politieke besluitvorming plaatsvinden over het al dan niet treffen van een structurele voorziening in de Wet op het voortgezet onderwijs voor het verzorgen van de theoretische leerweg aan AOC’s.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

M.J.A. van der Hoeven

Naar boven