Vaststelling subsidieplafond en beleidsvoornemen voor subsidiëring Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken voor het Matra Doelbijdragen Programma

Besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken van 15 december 2006, nr. DZO/UM-1237/2006, tot vaststelling van een subsidieplafond en beleidsvoornemen voor subsidiëring op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken voor het Matra Doelbijdragen Programma

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Gelet op de artikelen 6, 7, en 10 van het Subsidiebesluit Ministerie van Buitenlandse Zaken1 ;

Gelet op de artikelen 2.2 en 2.3 van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 20062 ;

Besluit:

Artikel 1

Voor subsidieverlening op grond van de artikelen 2.2 en 2.3 van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 geldt voor de periode 1 januari 2007 tot en met 31 december 2007 voor het Matra Doelbijdragen Programma het volgende subsidieplafond: € 200.000,–3 .

Artikel 2

Voor subsidieverlening op grond van de artikelen 2.2 en 2.3 van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 geldt met betrekking tot het Matra Doelbijdragen Programma het volgende beleidsvoornemen:

a. Voor subsidies onder het Matra Doelbijdragen Programma komen in aanmerking activiteiten die strekken tot of dienstig zijn aan de ontwikkeling en de uitvoering van het beleid van de minister ter ondersteuning van de overgang naar pluriforme, democratische rechtstaat en/of het proces van toetreding tot de Europese Unie in landen in Midden- en Oost-Europa voor zover subsidiëring niet mogelijk is met de overige instrumenten van het Matra-programma van het Ministerie van Buitenlandse Zaken.

b. Voor subsidies onder het Matra Doelbijdragen Programma komen uitsluitend activiteiten in aanmerking die betrekking hebben op de landen: Armenië, Belarus, Bulgarije, Georgië, Kroatië, Moldavië, Montenegro, Oekraïne, Roemenië, de Russische Federatie, Servië en Turkije.

c. Subsidie wordt slechts verleend aan rechtspersonen.

d. De duur van de activiteiten bedraagt ten hoogste één jaar.

e. De subsidie per aanvraag bedraagt ten hoogste € 100.000,–.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Buitenlandse Zaken,
namens deze:
de Directeur-GeneraalRegiobeleid en Consulaire Zaken, R.V.M. Jones-Bos.

  • 1

    Stb. 2005, 137.

  • 2

    Stcrt. 2005, 251.

  • 3

    Dit plafond betreft het maximum van de aan te gane verplichtingen.

Naar boven