Tarievenbesluit CTB 2007

11 oktober 2006

Nr. C-174.6

Het College voor de toelating van bestrijdingsmiddelen,

Gelet op artikel 4b van de Bestrijdingsmiddelenwet 1962 (Stb. 1998, 685);

Besluit:

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder:

het CTB: het College voor de toelating van bestrijdingsmiddelen, als bedoeld in artikel 1a van de Bestrijdingsmiddelenwet 1962;

RTB 95: de Regeling toelating bestrijdingsmiddelen 1995 (Stcrt. 1995, nr 41);

de wet: de Bestrijdingsmiddelenwet 1962 (Stb. 288), zoals herplaatst in Stb. 2002, 462.

Artikel 2

De volgende bedragen zijn verschuldigd bij inzending van een aanvraag tot:

a. een toelating van een bestrijdingsmiddel alsmede een verlenging daarvan: € 4.420,–

b. een afgeleide toelating alsmede een verlenging daarvan: € 513,–

c. een toelating van een parallel geïmporteerd bestrijdingsmiddel alsmede een verlenging daarvan: € 513,–

d. een uitbreiding van het gebruiksgebied van een toegelaten bestrijdingsmiddel: € 3.624,–

e. een uitbreiding van het gebruiksgebied van een afgeleide toelating of van een toelating van een parallel geïmporteerd bestrijdingsmiddel: € 513,–

f. een wijziging van de samenstelling van een toegelaten bestrijdingsmiddel:

1. indien bij de aanvraag onderzoeksgegevens moeten worden overgelegd: € 3.624,–

2. overige gevallen: € 513,–

g. een verlenging van de toelating van een bestrijdingsmiddel met een aangewezen werkzame stof als bedoeld in artikel 25d van de wet: € 513,–

h. een toelating van een gewasbeschermingsmiddel in het kader van een herregistratie nadat de werkzame stof is geplaatst op bijlage 1 van de Richtlijn 91/414/EEG: € 2.460,–

i. een vereenvoudigde uitbreiding: € 1.968,–

j. een toelating op grond van een wederzijdse erkenning: € 1.640,–

Artikel 2a

1. Bij een verzoek om inlichtingen aan de Helpdesk Toelatingen over aanvragen tot (uitbreiding van de) toelating, niet betreffende bijzondere groepen bestrijdingsmiddelen, is het volgende bedrag verschuldigd: € 487,–

2. Voor een verzoek aan de Helpdesk Toelatingen dat op projectbasis wordt uitgevoerd gelden advieskosten die berekend worden op basis van het aantal te besteden uren en een tarief van € 82,– per uur, tot een maximum van € 2.047,–

3. De advieskosten als bedoeld in lid 2 kunnen worden verrekend met de in artikel 2, onder a, d of f, sub 1, h of i genoemde bedragen, tot een maximum van € 2.047,–, indien het advies van de Helpdesk Toelatingen heeft geleid tot een aanvraag voor een toelating als bedoeld in artikel 2, onder a, d of f, sub 1, h of i.

Artikel 3

De volgende bedragen zijn verschuldigd voor het samenvatten en evalueren van gegevens, welke overlegd worden bij aanvraagformulier G (Gewasbeschermingsmiddel), over:

a. de fysische en chemische eigenschappen van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen (A2.01 t/m 15; A4.1; P02. 01 t/m 11; P05.1: € 650,–

b. de werkzaamheid van het bestrijdingsmiddel (A3.1 t/m 6, P3.1 t/m 9, P06.1 t/m 7): € 5.075,–

c. de analysemethoden voor elk van de in het middel voorkomende werkzame stoffen onderscheidenlijk van elk van de omzettingsproducten (A.4.2.1 t/m 5, P05.2.1 t/m 5):

1. analysemethoden voor de bepaling van residuen op planten, plantaardige producten, levensmiddelen en diervoeder: € 820,–

2. analysemethode voor de bepaling van residuen in de bodem: € 328,–

3. analysemethode voor de bepaling van residuen in drink en oppervlaktewater: € 328,–

4. analysemethode voor de bepaling van residuen in de lucht: € 164,–

5. analysemethode voor de bepaling van residuen in lichaamsvloeistoffen en weefsels: € 164,–

d. de toxiciteit van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen en de omzettingsproducten van deze werkzame stof(fen):

1. metabolisme en kinetiek in proefdieren (A5.01): € 4.623,–

2. acute toxiciteit:

a. bepaling acute orale toxiciteit (A5.2.1; P07.1.1): € 82,–

b. bepaling acute percutane toxiciteit (A5.2.2; P07.1.2): € 82,–

c. bepaling acute inhalatoire toxiciteit (A5.2.3; P07.1.3): € 82,–

d. bepaling van de huidirritatie (A5.2.4; P07.1.4): € 82,–

e. bepaling van de oogirritatie (A5.2.5; P07.1.5): € 82,–

f. bepaling van de sensibilisatie van de huid (A5.2.6; P07.1.6): € 82,–

3. kortdurend toxiciteitsonderzoek:

a. onderzoek over 28 dagen bij orale toediening (A5.03.1): € 538,–

b. onderzoek over 90 dagen bij orale toediening (rat) (A5.03.2a): € 1.117,–

c. onderzoek over 90 dagen bij orale toediening (2de dier) (A5.03.2b): € 1.117,–

d. onderzoek over 1-2 jaar bij orale toediening (hond) (A5.03.2c): € 2.228,–

e. onderzoek over 28 dagen bij dermale toediening (A5.03.3a): € 538,–

f. onderzoek over 28 dagen bij inhalatoire toediening (A5.03.3b): € 538,–

g. onderzoek over 90 dagen bij dermale toediening (A5.03.3c): € 1.117,–

h. onderzoek over 90 dagen inhalatoire toediening A5.03.3d): € 1.117,–

4. genotoxiciteitsproeven in vitro:

a. Salmonella typhimurium terugmutatietest (A5.04.1a): € 330,–

b. Escherichia coli terugmutatietest (A5.04.1b): € 330,–

c. genmutatietest in zoogdiercellen (A5.04.1c): € 330,–

d. Saccharomyces cerevisiae genmutatietest (A5.04.1d): € 330,–

e. in vitro mammalian cytogenetic test (A5.04.1e): € 330,–

f. in vitro sister chromatid exhange assay in mammalian cells (A5.04.1f): € 330,–

g. Saccharomyces cerevisiae mitotic recombination assay (A5.04.1g): € 330,–

h. DNA damage and repair/unscheduled DNA synthesis in mammalian cells (A5.04.1h): € 330,–

5. gentoxiciteitsproeven in vivo(lichaamscellen):

a. micronucleus test (A5.04.2a): € 330,–

b. mammalian bone marrow cytogenetic test (A5.04.2b): € 330,–

c. vlekkentest bij muizen (A5.04.2b): € 330,–

d. unscheduled DNA synthesis test with mammalian liver cells (A5.04.2b): € 330,–

e. mouse heritable translocation assay (A5.04.2b): € 330,–

f. sex-linked recessive lethal test in Drosophila melanogaster (A5.04.2b): € 330,–

6. genotoxiteitsproeven in vivo (geslachtscellen):

a. rodent dominant lethal test (A5.04.3a): € 330,–

b. mammalian spermatogonial chromosome aberration test (A5.04.3b): € 330,–

7. toxiciteit bij langdurige blootstelling en carcinogeniteit (A5.5): € 6.938,–

8. multigeneratieonderzoek (A5.06.1): € 3.700,–

9. onderzoek naar ontwikkelingstoxiciteit (bij 2 diersoorten) (A5.06.2): € 7.404,–

10. onderzoek vertraagd intredende neurotoxiciteit (A5.07): € 2.228,–

11. onderzoek naar combinaties van middelen (P07.1.7): € 929,–

12. gegevens over blootstelling (P07.2.1.1 t/m P07.2.3.2): € 929,–

13. dermale absorptie:

a. in vivo onderzoek naar dermale absorptie (P07.3): € 929,–

b. in vitro onderzoek naar dermale absorptie (P07.3): € 929,–

14. overige toxiciteit (A5.08) of medische gegevens (A5.09): € 1.842,–

e. residuen van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen in/op behandelde producten, levensmiddelen en diervoeders:

1. wanneer de aanvraag betrekking heeft op één of meer consumptiegewassen, worden voor elke gewasgroep, naar de indeling volgens het Lundehn document (Guidelines for the generation of data concerning residues as provided in Annex II part A, section 6 and Annex III, part A, section 8 of Directive 91/414/EEC), de volgende kosten in rekening gebracht:

a. gegevens over de storage stability (A6b; P08c): € 330,–

b. gegevens over metabolisme en kinetiek bij planten (A6.01; P08.1): € 2.309,–

c. residuproeven (A6.03): € 1.391,–

d. gevolgen bewerking/bereiding (A6.05; P08.4): € 462,–

2. metabolisme en kinetiek bij landbouwhuisdieren:

a. metabolisme en kinetiek bij kip (A6.02; P08.2): € 2.309,–

b. metabolisme en kinetiek bij geit (A6.02; P08.2): € 2.309,–

c. metabolisme en kinetiek bij koe (A6.02; P08.2): € 2.309,–

d. metabolisme en kinetiek bij varken (A6.02; P08.2): € 2.309,–

e. metabolisme en kinetiek bij overige landbouwhuisdieren (A6.02; P08.2): € 2.309,–

3. onderzoek vervoedering bij landbouwhuisdieren:

a. onderzoek vervoedering bij kip (A6.03; P08.2): € 2.309,–

b. onderzoek vervoedering bij geit (A6.03; P08.2): € 2.309,–

c. onderzoek vervoedering bij koe (A6.03; P08.2): € 2.309,–

d. onderzoek vervoedering bij varken (A6.03; P08.2): € 2.309,–

e. onderzoek vervoedering bij overige landbouwhuisdieren (A6.03; P08.2): € 2.309,–

4. bepaling van residuen in volggewassen (A6.06): € 924,–

5. onderzoek naar de stabiliteit van de werkzame stof in het voedsel voor proefdieren: € 462,–

6. overige gegevens met betrekking tot residuen: € 1.391,–

f. het gedrag van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen en de omzettingsproducten in de grond:

1. laboratoriumonderzoek omzettingsroute + omzettingssnelheid in de bodem (A7.1.1.1, P09.1.1.1, A7.1.1.2.1): € 4.623,–

2. adsorptie en desorptie in de bodem (A7.1.2, P09.1.2.1): € 2.309,–

3. uitspoeling uit kolommen, kolomstudies met verouderd residu (A7.1.3.1 en A7.1.3.2): € 2.309,–

4. veldonderzoek omtrent omzetting in de bodem (A7.1.1.2, P09.1.1.2 b,c,d): € 3.228,–

5. lysimeteronderzoek (A7.1.3.3, P09.1.2.2a): € 3.228,–

6. veldonderzoek naar uitspoeling (A7.1.3.3, P09.1.2.2b): € 3.228,–

7. monitoringgegevens/aanvullend onderzoek: kostprijs

g. het gedrag van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen en de omzettingsproducten in water:

1. hydrolytische en fotochemische omzetting in water (A7.2.1.1 en A7.2.1.2): € 1.391,–

2. biologische omzetting (A7.2.1.3): ready biodegradability in water en omzettingssnelheid en -route in water/sedimentsystemen: € 2.309,–

3. effectiviteit van en invloed op waterbehandeling (P09.2.2a) € 924,–

4. onderzoek in de verzadigde zone (A7.2.1.4): € 4.623,–

5. adsorptie aan slibdeeltjes: € 1.842,–

6. aanvullend veldonderzoek: kostprijs

7. monitoringgegevens (A7.4): kostprijs

h. het gedrag van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen en de omzettingsproducten in de lucht:

1. omzettingssnelheid en -route in de lucht: € 2.309,–

i. giftigheid van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen, en de omzettingsproducten in het milieu, voor in het milieu voorkomende organismen:

1. effecten op vogels:

a. acute orale toxiciteit voor vogels (A8.1): € 462,–

b. dieetonderzoek voor vogels (A8.1.2): € 462,–

c. subchronische en reproductietoxiciteit (A8.1.3): € 1.284,–

d. proeven onder veldomstandigheden (P10.1.2): € 3.228,–

e. bepaling acceptatie lokaas, granulaten of behandeld zaad (P10.1.3): € 924,–

f. bepaling effecten secundaire vergiftiging (P10.1.4): € 2.309,–

2. effecten op aquatische organismen:

a. effecten op vissen:

(i) acute toxiciteit voor vissen (A8.2.1; P10.2.1a): € 462,–

(ii) chronische toxiciteit voor vissen (A8.2.2): € 462,–

(iii) bioconcentratie bij vissen (A8.2.3) of gegevens over residuen in vissen (P10.2.3) € 924,–

b. effecten op ongewervelde aquatische organismen:

(i) acute toxiciteit ongewervelde aquatische organismen (A8.2.4, P10.2.1b): € 462,–

(ii) chronische toxiciteit ongewervelde aquatische organismen (A8.2.5): € 462,–;

c. effecten op de groei van algen (A8.2.6, P10.2.1c): € 462,–

d. bepaling effect op waterplanten (A8.2.8): € 462,–

e. aanvullende studies aquatische organismen (P10.2.4): € 923,–

f. effecten op sedimentorganismen (A8.2.7): € 923,–

g. microcosmos-/mesocosmosstudie (P10.2.2): € 3.228,–

h. aanvullend onderzoek: kostprijs

3. effecten op geleedpotigen:

a. effecten op bijen:

(i) acute toxiciteit voor bijen (A8.3.1.1): € 924,–

(ii) voedingsproef met bijenbroed (A8.3.1.2): € 924,–

(iii) residuproef met bijen (P10.4.2): € 924,–

(iv) kooiproeven met bijen (P10.4.3): € 3.228,–

(v) veldproeven met bijen (P10.4.4): € 3.228,–

(vi) tunnelproeven met bijen (P10.4.5): € 3.228,–

b. toxiciteit voor andere geleedpotigen dan bijen:

(i) effecten op geselecteerde soorten geleedpotigen (A8.3.2): € 924,–

(ii) proeven op grotere laboratoriumschaal (P10.5.1): € 924,–

(iii) proeven onder semi-veldomstandigheden (P10.5.1): € 2.309,–

(iv) veldproeven (P10.5.2): € 3.228,–

4. effecten op regenwormen:

a. acute toxiciteit regenwormen (A8.4.1, P10.6.1.1): € 462,–

b. subletale effecten op regenwormen (A8.4.2, P10.6.1.2): € 462,–

c. bioconcentratie in regenworm: € 924,–

d. veldstudies met regenwormen (P10.6.1.3): € 3.228,–

5. effecten op andere niet-doelwit macro-organismen in de bodem (P10.6.2a), per studie € 915,–

6. effecten op niet-doel micro-organismen in de bodem:

a. stikstofbinding en koolstofmineralisatie (A8.5, P10.7): € 462,–

b. veldstudies ten aanzien van effecten op niet-doel micro-organismen in de bodem: (P10.7.2a): € 3.228,–

7. invloed op biologische methoden voor de zuivering van afvalwater (A8.7): € 924,–

8. effecten op gewervelde terrestrische organismen m.u.v. vogels (P10.3): € 2.309,–

9. effecten op andere niet-doelwitorganismen (flora/fauna):

a. laboratoriumgegevens over effecten op andere niet-doelwitorganismen (A8.6): € 929,–

b. veldstudies effecten op andere niet-doelwitorganismen: € 3.228,–

Artikel 4

De volgende bedragen zijn verschuldigd voor het samenvatten en evalueren van gegevens, welke overlegd worden bij aanvraagformulier M (Gewasbeschermingsmiddel op basis van micro-organismen), over:

a. samenstelling en biologische eigenschappen van het bestrijdingsmiddel en het micro-organisme (A1; A4; P01; P05): € 3.664,–

b. de werkzaamheid van het bestrijdingsmiddel (A3.1 t/m 6, P03, P06): € 5.075,–

c. de toxiciteit van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen en de omzettingsproducten:

1. acute toxiciteit:

a. bepaling acute orale toxiciteit (P07.1.1): € 82,–

b. bepaling acute inhalatoire toxiciteit (P07.1.2): € 82,–

c. bepaling acute percutane toxiciteit (P07.1.3): € 82,–

d. bepaling van de huidirritatie (P07.2.1): € 82,–

e. bepaling van de oogirritatie (P07.2.2): € 82,–

f. bepaling van de sensibilisatie van de huid (P07.2.2): € 82,–

2. basisinformatie toxiciteit van het micro-organisme (A5.1): € 543,–

3. acute toxiciteit, pathogeniteit en infectiviteit:

a. acute orale toxiciteit, pathogeniteit en infectiviteit (A5.2.2.1): € 695,–

b. acute inhalatoire toxiciteit, pathogeniteit en infectiviteit (A5.2.2.2): € 695,–

c. acute intraperitoneale/subcutane eenmalige dosis (A5.2.2.3): € 695,–

4. genotoxiciteitsproeven in vitro:

a. Salmonella typhimurium terugmutatietest (A5.2.3.1a): € 330,–

b. Escherichia coli terugmutatietest (A5.2.3.1b): € 330,–

c. genmutatietest in zoogdiercellen (A5.2.3.1c): € 330,–

d. Saccharomyces cerevisiae genmutatietest (A5.2.3.1d): € 330,–

e. in vitro mammalian cytogenetic test (A5.2.3.1e): € 330,–

f. in vitro sister chromatid exhange assay in mammalian cells (A5.2.3.1f): € 330,–

g. Saccharomyces cerevisiae mitotic recombination assay (A5.2.3.1g): € 330,–

h. DNA damage and repair/unscheduled DNA synthesis in mammalian cells (A5.2.3.1h): € 330,–

5. celkweek onderzoek (A5.2.4): € 538,–

6. informatie over toxiciteit en pathogeniteit op de korte termijn (A5.2.5): € 772,–

7. effecten op de gezondheid na herhaalde inhalatoire blootstelling (A5.2.5.1): € 772,–

8. gentoxiciteitsproeven in vivo(lichaamscellen):

a. micronucleus test (A5.04.2a): € 330,–

b. mammalian bone marrow cytogenetic test (A5.04.2b): € 330,–

c. vlekkentest bij muizen (A5.04.2b): € 330,–

d. unscheduled DNA synthesis test with mammalian liver cells (A5.04.2b): € 330,–

e. mouse heritable translocation assay (A5.04.2b): € 330,–

f. sex-linked recessive lethal test in Drosophila melanogaster (A5.04.2b): € 330,–

9. genotoxiteitsproeven in vivo (geslachtscellen):

a. rodent dominant lethal test (A5.04.3a): € 330,–

b. mammalian spermatogonial chromosome aberration test (A5.04.3b): € 330,–

10. gegevens over blootstelling:

a. meting blootstelling toepasser (P07.3b): € 929,–

b. meting blootstelling werknemer (P07.3c): € 929,–

11. bepaling dermale absorptie (P07.3d): € 929,–

12. toxicologische gegevens niet-werkzame stoffen (P07.4): € 929,–

13. aanvullend onderzoek naar combinaties van gewasbeschermingsmiddelen (P07.5): € 929,–

d. residuen van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen in/op behandelde producten, levensmiddelen en diervoeders:

1. residuproeven (A6b): € 1.391,–

2. persistentie en waarschijnlijke vermeerdering in of op gewassen, levensmiddelen of diervoeders (A6.1; P08.1): € 995,–

3. niet levensvatbare/levensvatbare residuen (A6.2; P08.2): € 538,–

e. het gedrag van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen en zijn omzettingsproducten in het milieu:

1. gegevens over levensvatbaarheid en populatiedynamiek in de bodem (P09.1.1; A7.1.1): € 462,–

2. gegevens over levensvatbaarheid en populatiedynamiek in natuurlijk sediment/watersystemen (P09.1.2; A7.1.2): € 462,–

3. gegevens over concentraties in lucht (P09.1.3; A7.1.3): € 462,–

4. gegevens over de mogelijke verspreiding van het micro-organisme in de bodem: € 462,–

5. gegevens over de mogelijke verspreiding van het micro-organisme in natuurlijk sediment/watersystemen: € 462,–

6. gegevens over de mogelijke verspreiding van het micro-organisme in lucht: € 462,–

f. effecten van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen, en de omzettingsproducten op niet-doelorganismen:

1. effecten op vogels (P10.1; A8.1): € 462,–

2. effecten op aquatische organismen:

a. toxiciteit, infectiviteit en pathogeniteit bij vis (P10.2.1a; A8.2.1): € 462,–

b. toxiciteit, infectiviteit en pathogeniteit bij ongewervelde zoetwaterorganismen (P10.2.1b; A8.2.2): € 462,–

c. effecten op de algengroei, groeisnelheid en herstelcapaciteit (P10.2.1c; A8.2.3): € 462,–

d. effecten op andere planten dan algen (P10.2.4; A8.2.4): € 462,–

3. toxiciteit, infectiviteit en pathogeniteit bij bijen (P10.3; A8.3): € 924,–

4. toxiciteit, infectiviteit en pathogeniteit bij andere geleedpotigen dan bijen (P10.4; A8.4): € 924,–

5. toxiciteit, infectiviteit en pathogeniteit bij regenwormen (P10.5; A8.5): € 462,–

6. effecten op niet-doel micro-organismen in de bodem (P10.6; A8.6): € 462,–

7. aanvullend onderzoek (P10.7; A8.7): € 924,–

g. indien voor enig aspect studies overlegd worden, welke niet onder de voornoemde posten vallen, zijn de tarieven van artikel 3 van toepassing.

Artikel 5

De volgende bedragen zijn verschuldigd voor het samenvatten en evalueren van gegevens welke overlegd worden bij aanvraagformulier B (Biocide):

a. de werkzaamheid van het bestrijdingsmiddel (B.1 t/m B.4): € 3.086,–

b. de fysische en chemische eigenschappen van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen (middel C.1 t/m C.11, stof D.5.1 t/m D.9.5): € 1.425,–

c. de toxiciteit van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen en de omzettingsproducten van deze werkzame stof(fen):

1. acute toxiciteit:

a. bepaling acute orale toxiciteit (E.02.1.1): € 82,–

b. bepaling van de acute intraperitoneale toxiciteit (E.02.2): € 82,–

c. bepaling acute percutane toxiciteit (E.02.3.1): € 82,–

d. bepaling acute inhalatoire toxiciteit (E.02.4.1): € 82,–

e. bepaling van de huidirritatie (E.03.1.1): € 82,–

f. bepaling van de oogirritatie (E.03.2.1): € 82,–

g. bepaling van de sensibilisatie van de huid (E.03.3.1): € 82,–

2. kortdurend toxiciteitsonderzoek:

a. onderzoek over 28 dagen bij orale toediening (E.04.1): € 538,–

b. onderzoek over 28 dagen bij dermale toediening (E.04.2.1): € 538,–

c. onderzoek over 28 dagen bij inhalatoire toediening (E.04.3.1): € 538,–

3. semi-chronische toxiciteit:

a. onderzoek over 90 dagen bij orale toediening (rat) (E.05.1.1): € 1.117,–

b. onderzoek over 90 dagen bij orale toediening (2de dier) (E.05.1.2a): € 1.117,–

c. onderzoek over 1–2 jaar bij orale toediening (hond) (E.05.1.2b): € 2.228,–

d. onderzoek over 90 dagen bij dermale toediening (E.05.2): € 1.117,–

e. onderzoek over 90 dagen bij inhalatoire toediening (E.05.3): € 1.117,–

4. chronische orale toxiciteit (E.06): € 3.466,–

5. genotoxiciteitsproeven (E.07):

a. in vitro onderzoek: Salmonella typhimurium terugmutatietest (E.07.1a): € 330,–

b. in vitro onderzoek: Escherichia coli terugmutatietest (E.07.1b): € 330,–

c. in vitro onderzoek: genmutatietest in zoogdiercellen (E.07.2a): € 330,–

d. in vitro onderzoek: Saccharomyces cerevisiae genmutatietest (E.07.2b): € 330,–

e. in vitro onderzoek: in vitro mammalian cytogenetic test (E.07.3): € 330,–

f. in vivo (lichaamscellen): micronucleus test (E.07.4a): € 330,–

g. in vivo (lichaamscellen): mammalian bone marrow cytogenetic test (E.07.4b): € 330,–

h. in vivo (lichaamscellen): vlekkentest bij muizen (E.07.4c): € 330,–

i. in vivo (lichaamscellen): unscheduled DNA synthesis test with mammalian liver cells (E.07.4d): € 330,–

j. in vivo ( geslachtscellen): rodent dominant lethal test (E.07.4e): € 330,–

k. In vitro onderzoek: in vitro sister chromatid exhange assay in mammalian cells (E.07.4f): € 330,–

l. in vitro onderzoek: Saccharomyces cerevisiae mitotic recombination assay (E.07.4g): € 330,–

m. in vitro onderzoek: DNA damage and repair/unscheduled DNA synthesis in mammalian cells (E.07.4h): € 330,–

n. in vivo ( geslachtscellen): mammalian spermatogonial chromosome aberration test (E.07.4i): € 330,–

o. in vivo (lichaamscellen): mouse heritable translocation assay (E.07.4j): € 330,–

p. in vivo (lichaamscellen): sex-linked recessive lethal test in Drosophila melanogaster (E.07.4k): € 330,–

6. bepaling van de carcinogeniteit (E.08): € 3.466,–

7. multigeneratie-onderzoek (E.09.1): € 3.700,–

8. onderzoek naar ontwikkelingstoxiciteit (bij 1 diersoort) (E.09.2): € 3.700,–

9. onderzoek naar absorptie, distributie, excretie en metabolisme bij zoogdieren (E.10a): € 4.623,–

10. onderzoek naar dermale absorptie in proefdieren:

a. in vivo onderzoek naar dermale absorptie (E.10b): € 929,–

b. in vitro onderzoek naar dermale absorptie (E.10b): € 929,–

11. aanvullend onderzoek naar cholinesterase-remming (E.11.1) of onderzoek naar vertraagd intredende neurotoxiciteit (E.11.2): € 2.228,–

12. overige toxiciteit (E.11.3; E.11.4; E.12.1; E.13.5): € 1.842,–

d. metabolisme in de plant en residuen van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van de daarin voorkomende werkzame stof of stoffen:

1. residu-analyse methode (F.02.1 en F.02.2): € 820,–

2. storage stability gegevens (F.02.3): € 330,–

3. residuproeven in of op plantaardige producten (F.03.1): € 3.700,–

4. metabolisme en kinetiek bij landbouwhuisdieren:

a. metabolisme en kinetiek bij kip (F.03.2): € 2.309,–

b. metabolisme en kinetiek bij geit (F.03.2): € 2.309,–

c. metabolisme en kinetiek bij koe (F.03.2): € 2.309,–

d. metabolisme en kinetiek bij varken (F.03.2): € 2.309,–

e. metabolisme en kinetiek bij overige landbouwhuisdieren (F.03.2): € 2.309,–

5. residuonderzoekingen in of op substraten, anders dan plantaardige of dierlijke producten (F.03.3): € 1.391,–

6. gegevens afdampingspatroon van werkzame stoffen en toxicologisch relevante hulpstoffen van behandelde oppervlakken (F.05.1): € 1.391,–

7. gegevens over ruimteconcentraties van werkzame stoffen en toxicologisch relevante hulpstoffen bij toepassing d.m.v. ruimtesprays (F.05.02): € 1.391,–

8. gegevens over migratie naar (grondstoffen voor) levensmiddelen of veevoeders (F.05.3): € 1.391,–

9. onderzoek vervoedering bij landbouwhuisdieren:

a. onderzoek vervoedering bij kip (F.09): € 2.309,–

b. onderzoek vervoedering bij geit (F.09): € 2.309,–

c. onderzoek vervoedering bij koe (F.09): € 2.309,–

d. onderzoek vervoedering bij varken (F.09): € 2.309,–

e. onderzoek vervoedering bij overige landbouwhuisdieren (F.09): € 2.309,–

10. blootstelling van werknemers (F.10): € 1.391,–

11. overige gegevens met betrekking tot residuen: € 1.391,–

e. het gedrag van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van de daarin voorkomende werkzame stof of stoffen en zijn omzettingsproducten in de grond:

1. omzettingssnelheid en omzettingsroute in de bodem (G.1.1.1 t/m G.1.1.3): € 4.623,–

2. adsorptie en desorptie in de bodem (G.1.2.1; G.1.2.2): € 2.309,–

3. uitspoeling uit kolommen, kolomstudies met verouderd residu (G.1.2.3): € 2.309,–

4. lysimeteronderzoek (G.1.3.1): € 3.228,–

5. veldonderzoek naar uitspoeling (G.1.3.2): € 3.228,–;

6. onderzoek in de verzadigde zone (G.1.3.3): € 4.623,–

7. analysemethoden residuen bodem: €328,–

8. aanvullende gegevens (bodem) (G.1.3.4): kostprijs

f. het gedrag van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van de daarin voorkomende werkzame stof of stoffen en zijn omzettingsproducten in water:

1. omzetting in water

a. bepaling ready biodegradability (G.2.1.1): € 330,–

b. omzettingssnelheid en –route in water/sedimentsystemen (G.2.1.2): € 1.979,–

2. adsorptie aan slibdeeltjes (G.2.2): € 1.842,–

3. fotochemische afbraak (G.2.3): € 1.391,–

4. onderzoek naar de migratiesnelheid van de werkzame stof uit verflaag/hout naar water (G.2.4.2): € 579,–

5. onderzoek naar de migratiesnelheid van de werkzame stof uit hout naar de bodem (G.2.4.3): € 579,–

6. analyse methode water (G.2.5): € 328,–

7. aanvullend veldonderzoek: kostprijs;

g. het gedrag van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van de daarin voorkomende werkzame stoffen en de omzettingsproducten in de lucht:

1. gegevens naar de omzettingssnelheid en omzettingsroute in de lucht (G.3.1): € 2.309,–

2. het effect van de biocide op de luchtkwaliteit: € 4.623,–

3. analysemethoden residuen lucht: € 164,–

h. het gedrag van het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk van de daarin voorkomende werkzame stof of stoffen en zijn omzettingsproducten in de afvalfase:

1. de verwijdering van de biocide en van materiaal dat daarmee behandeld is (G.4.1): € 3.228,–

i. giftigheid voor in het milieu voorkomende organismen:

1. effecten op vogels:

a. acute orale toxiciteit voor vogels (H.1.1): € 462,–

b. dieetonderzoek voor vogels (H.1.2): € 462,–

c. subchronische en reproductietoxiciteit (H.1.3): € 1.284,–

d. proeven onder veldomstandigheden: € 3.228,–

2. effecten op aquatische organismen:

a. effecten op de groei van algen (H.2.1.1): € 462,–

b. acute toxiciteit ongewervelde aquatische organismen (H.2.1.2): € 462,–

c. acute toxiciteit voor vissen (H.2.1.3): € 462,–

d. chronische toxiciteit ongewervelde aquatische organismen (H.2.2.1): € 462,–

e. chronische toxiciteit voor vissen (H.2.2.2): € 462,–

f. bepaling effecten op sedimentorganismen (H.2.3.1): € 924,–

g. chronische toxiciteit sedimentorganismen: € 924,–

h. microcosmos-/mesocosmosstudie (H.2.4): € 3.228,–

i. bioconcentratie bij vissen (H.6) of gegevens over residuen in vissen € 924,–

3. effecten op niet-doel micro-organismen in de bodem:

a. stikstofbinding en koolstofmineralisatie (H.4.1): € 462,–

b. veldstudies ten aanzien van effecten op niet-doel micro-organismen in de bodem: € 3.228,–

4. effecten op regenwormen:

a. acute toxiciteit regenwormen (H.4.2.1): € 462,–

b. subletale effecten op regenwormen (H.4.2.2): € 462,–

c. veldstudies met regenwormen: € 3.228,–

5. invloed op biologische methoden voor zuivering afvalwater (H.5): € 924,–

6. bepaling effecten van secundaire vergiftiging (H.7.1): € 2.309,–

Artikel 6

1. De volgende bedragen zijn verschuldigd voor de beoordeling van :

a. de werkzaamheid, bedoeld in artikel 3 van de wet: € 984,–

b. criteria ten aanzien van de toepasser, als bedoeld in artikel 3 van de wet: € 1.968,–

c. criteria ten aanzien van de volksgezondheid, als bedoeld in artikel 3 van de wet: € 1.968,–

d. criteria ten aanzien van het milieu, als bedoeld in artikel 3 van de wet: € 3.752,–

e. criteria ten aanzien van het welzijn van te bestrijden dieren , als bedoeld in artikel 3 van de wet: € 924,–

f. de aspecten in het kader van de uitbreidingstoelatingen (artikel 5, zesde, zevende en achtste lid van de wet):

1. Fysisch/chemische eigenschappen: € 82,–

2. Werkzaamheid:

a. effectiviteit: € 82,–

b. schadelijke nevenwerkingen: € 41,–

c. resistentie: € 41,–

3. Humane toxicologische/toepasser&werker: € 82,–

4. Milieu:

a. persistentie: € 41,–

b. uitspoeling: € 41,–

c. vogels/zoogdieren: € 41,–

d. waterorganismen (incl. sedimentorganismen + bioaccumulatie): € 41,–

e. bijen/hommels: € 41,–

f. niet-doelwit arthropoden: € 41,–

g. regenwormen: € 41,–

h. bodem micro-organismen: € 41,–

i. emissie naar RWZI: € 41,–

5. Volksgezondheid: € 82,–

g. het eindoordeel over de toelaatbaarheidsaspecten, bedoeld in artikel 3 en artikel 5, zesde, zevende en achtste lid van de wet: € 1.066,–

2. In afwijking van lid 1, aanhef en onder a, b, c en d geldt voor de beoordeling van een toelatingsaanvraag voor gewasbeschermingsmiddelen, op grond van wederzijdse erkenning:

a. de werkzaamheid, bedoeld in artikel 3 van de wet: € 656,–

b. criteria ten aanzien van de toepasser, als bedoeld in artikel 3 van de wet: € 1.184,–

c. criteria ten aanzien van de volksgezondheid, als bedoeld in artikel 3 van de wet: € 1.184,–

d. criteria ten aanzien van het milieu, als bedoeld in artikel 3 van de wet: € 1.804,–

Artikel 7

Bij een inzending van een aanvraag voor een ontheffing ten behoeve van proefnemingen als bedoeld in artikel 15 van de wet is verschuldigd:

a. indien residugegevens moeten worden overgelegd een bedrag van € 513,–;

b. in overige gevallen een bedrag van € 157,–.

Artikel 8

1. Voor de beoordeling van een aanvraag tot aanwijzing van een werkzame stof (aanvraag tot plaatsing van (nieuwe) werkzame stof op Bijlage I van EG-Richtlijn 91/414/EEG als bedoeld in artikel 4a van de wet en artikel 15, eerste lid, van de RTB 95), is een tarief verschuldigd:

a. het bedrag voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot aanwijzing: € 11.165,–;

b. het bedrag voor het samenvatten en beoordelen (de monograph) van de aanvraag tot aanwijzing:

b.1 het basis bedrag is: € 236.800,–

b.2 het bedrag voor het samenvatten en beoordelen als bij de in behandeling neming van de aanvraag tot aanwijzing blijkt dat met een gedeeltelijk beperkte samenvatting of beoordeling kan worden volstaan: € 160.675,–.

c. Voor werkzaamheden die na het uitbrengen van de samenvatting en beoordeling (de monograph) aan de Europese Commissie nodig zijn voor de afronding van de Europese besluitvorming is een bedrag op nacalculatie van de werkelijk gemaakte kosten verschuldigd. Als voorschot is een bedrag van € 77.140,– verschuldigd.

2. In afwijking van het eerste lid, aanhef en onder a, is het bedrag voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot aanwijzing van een werkzame stof als bedoeld in het besluit van de Europese Commissie 2229/2004 (PB 24 december 2004, L379), bijlage I, deel A t/m F, houdende bepalingen voor de uitvoering van de vierde fase van het werkprogramma als bedoeld in artikel 8, tweede lid, Richtlijn 91/414/EEG: € 5.583,–.

3. In afwijking van het eerste lid, aanhef en onder b, is het bedrag voor het samenvatten en beoordelen van de aanvraag tot aanwijzing van een werkzame stof als bedoeld in het besluit van de Europese Commissie 2229/2004 (PB 24 december 2004, L379), bijlage I, deel A t/m F, houdende bepalingen voor de uitvoering van de vierde fase van het werkprogramma als bedoeld in artikel 8, tweede lid, Richtlijn 91/414/EEG een bedrag dat door het CTB wordt vastgesteld op basis van de werkelijk gemaakte kosten. Na het in behandeling nemen van een aanvraag tot aanwijzing brengt het CTB een offerte uit waarin voor elk van de te beoordelen aspecten van de aanvraag een kostenindicatie wordt gegeven. Het CTB verschaft tevens een indicatie over de te verwachten totale kosten van de beoordeling van de aanvraag tot aanwijzing. De aanvrager wordt in de gelegenheid gesteld om naar aanleiding van de door het CTB uitgebrachte offerte te beslissen om de aanvraag in te trekken. De aanvrager brengt zijn beslissing schriftelijk ter kennis van het CTB. Na afloop van een uitgevoerde beoordeling stelt het CTB een onderbouwd overzicht op van de werkelijk gemaakte kosten van de beoordeling. Deze kosten dienen door de aanvrager te worden vergoed.

4. Voor het maken van een verslag van de bevoegde instantie en een aanbeveling voor een ten aanzien van de betrokken werkzame stof te nemen besluit de beoordeling van (aanvraag tot plaatsing van (nieuwe) werkzame stof op Bijlage I van EG-Richtlijn 98/8/EG) als bedoeld in artikel 4a van de wet en artikel 15, eerste lid, van de RTB 95, is een tarief verschuldigd:

a. het bedrag voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot aanwijzing: € 11.165,–;

b. het bedrag voor het samenvatten en beoordelen (het evalueren) en opstellen advies omtrent het te nemen besluit:

b.1 het basis bedrag is: € 211.425,–;

b.2 het bedrag is, als bij de in behandeling name blijkt dat extra gegevens moeten worden geëvalueerd en extra beoordelingen moeten worden uitgevoerd, is: € 262.175,–;

b.3 het bedrag is, als bij de in behandeling name blijkt dat met een gedeeltelijk beperkte evaluatie kan worden volstaan: € 160.675,–.

b.4 het bedrag is, als bij de in behandeling name blijkt dat met een beperkte evaluatie kan worden volstaan: € 109.925,–.

c. Voor werkzaamheden die na het uitbrengen van het verslag en het advies omtrent het te nemen besluit ten aanzien van de werkzame stof nodig zijn voor de afronding van de Europese besluitvorming is een bedrag op nacalculatie van de werkelijk gemaakte kosten verschuldigd. Als voorschot is een bedrag van € 77.140,– verschuldigd.

Artikel 9

Kosten die zijn verschuldigd voor de wijziging van de naam van een toegelaten bestrijdingsmiddel, bedoeld in artikel 33 van de RTB 95: € 259,–.

Artikel 10

1. Voor toegelaten bestrijdingsmiddelen is een jaarlijkse vergoeding verschuldigd met ingang van 1 februari van het jaar waarvoor dit besluit is vastgesteld. Hiervoor ontvangt elke houder van toelatingen in februari van dat jaar een rekening van het CTB. De jaarlijkse vergoeding bedraagt voor:

a. gewasbeschermingsmiddelen: € 1.275,–

b. biociden: € 1.185,–

2. De betaling van het in het eerste lid bedoelde bedrag geschiedt aan het CTB binnen één maand na dagtekening van het verzoek tot betaling op de bij dit verzoek aangegeven wijze.

Artikel 11

Ter zake van het inwinnen van inlichtingen als bedoeld in artikel 4, vierde lid, van de wet is een bedrag verschuldigd van € 162,–. De kosten voor het inwinnen van inlichtingen dienen tegelijkertijd met het indienen van de aanvraag overgemaakt te worden.

Artikel 12

Het in artikel 26, tweede lid, onderdeel d, en vijfde lid, van de RTB 95 bedoelde bedrag bedraagt € 104,–.

Artikel 13

1. Terzake van een verzoek om toezending van een register als bedoeld in artikel 33 van de RTB 95, is verschuldigd:

a. voor een register van toegelaten gewasbeschermingsmiddelen: € 28–;

b. voor een register van toegelaten biociden: € 28,–;

2. De betaling van een in het eerste lid bedoeld bedrag geschiedt vooraf door overmaking van het verschuldigde bedrag aan het CTB onder vermelding van het type register.

Artikel 14

Voor het op verzoek verstrekken van een verklaring ten behoeve van de export van bestrijdingsmiddelen is een bedrag verschuldigd van € 61,–.

Artikel 15

1. Voor de beoordeling van de herregistratie van een in Nederland voorlopig toegelaten bestrijdingsmiddel als bedoeld in artikel 24 van de Bestrijdingsmiddelenwet 1962, op basis van een nieuwe stof die is geplaatst op Annex I van Richtlijn 91/414/EEG, is verschuldigd;

a. voor de beoordeling van de werkzaamheid: € 656,–

b. voor de beoordeling van het risico ‘toepasser’: € 656,–

c. voor de beoordeling van het risico ‘volksgezondheid’: € 656,–

d. voor de beoordeling van het risico ‘milieu’: € 656,–

2. Voor de beoordeling van de herregistratie van een in Nederland toegelaten bestrijdingsmiddel op basis van een bestaande stof die is geplaatst op Annex I van Richtlijn 91/414/EEG en als bij de beoordeling van het middel gebruik wordt gemaakt van een in een andere Lidstaat van de Europese Unie uitgevoerde beoordeling (wederzijdse erkenning), is verschuldigd;

a. voor de beoordeling van de werkzaamheid: € 656,–

b. voor de beoordeling van het risico ‘toepasser’: € 1.184,–

c. voor de beoordeling van het risico ‘volksgezondheid’: € 1.184,–

d. voor de beoordeling van het risico ‘milieu’: € 1.804,–

Artikel 16

Voor het afleiden van een Maximaal Toelaatbaar Risico (MTR) zijn de volgende bedragen verschuldigd:

a. Voor het samenvatten en evalueren van gegevens over relevante proeven op laboratoriumschaal met het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk met elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen en omzettingsproducten geldt per studie: € 462,–

b. Voor het samenvatten en evalueren van gegevens over relevante proeven onder semi-veldomstandigheden met het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk met elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen en omzettingsproducten geldt per studie: € 2.309,–

c. Voor het samenvatten en evalueren van gegevens over relevante proeven onder veldomstandigheden met het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk met elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen en omzettingsproducten geldt per studie: € 3.228,–

d. Voor het evalueren van relevante gegevens uit de openbare literatuur over het bestrijdingsmiddel onderscheidenlijk voer elk van de daarin voorkomende werkzame stoffen en omzettingsproducten: € 1.200,–

e. Voor het afleiden van een MTR voor de werkzame stof onderscheidenlijk de omzettingsproducten: € 1.200,–

Artikel 17

Op aanvragen ingediend voor inwerkingtreding van dit besluit zijn de bepalingen van toepassing zoals deze onmiddellijk voorafgaand aan de inwerkingtreding van deze regeling golden, indien is voldaan aan de voor het in behandeling nemen van de betreffende aanvraag geldende vereisten.

Artikel 18

Dit besluit wordt aangehaald als: Tarievenbesluit CTB 2007.

Artikel 19

Dit besluit treedt in werking met ingang van de eerste dag van de kalendermaand na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Wageningen, 11 oktober 2006.
Het College voor de toelating van bestrijdingsmiddelenDe voorzitter, D.K.J. Tommel. Dit besluit is goedgekeurd bij besluit van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 15 december 2006, nummer TRCJZ/206/3875.

Toelichting

Ingevolge artikel 4b van de Bestrijdingsmiddelenwet 1962 stelt het College voor de toelating van bestrijdingsmiddelen de tarieven vast voor zijn werkzaamheden uit hoofde van de Bestrijdingsmiddelenwet 1962. Dit besluit behoeft de goedkeuring van de betrokken bewindslieden.

In het onderhavige besluit zijn de bedragen, gelden en vergoedingen vastgesteld die het CTB in rekening brengt bij de toelatinghouders en aanvragers om een toelating van een bestrijdingsmiddel of, in Europees verband, een plaatsing van een werkzame stof op bijlage I van de Gewasbeschermingsmiddelenrichtlijn (richtlijn 91/414/EEG) of de Biocidenrichtlijn (richtlijn 98/8/EG) te verkrijgen.

Kosten voor het leveren van beleidsadvisering en de afhandeling van bezwaar- en beroepsprocedures worden geheel in rekening gebracht bij de departementen die hier als opdrachtgever optreden.

Ten aanzien van de tarieven geldt dat overeenkomstig het rapport ‘Maat houden, een kader voor doorberekening van toelatings- en handhavingskosten’ en het daarover ingenomen kabinetsstandpunt (kamerstukken II, 24 036, nrs. 22 en 64) het principe dat voor het verrichten van werkzaamheden en het verlenen van diensten door de overheid aan derden in rekening te brengen vergoedingen kostendekkend dienen te zijn.

Het CTB streeft overigens doorlopend naar verbetering van de doelmatigheid en doeltreffendheid bij de taakuitoefening en beheersing van de kosten.

Dit jaar is de tarievenstructuur niet verder aangepast. Het CTB voorziet in de loop van 2007 een wijziging en aanpassing van het onderhavige tarievenbesluit naar aanleiding van de nieuwe Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden. Daarbij zal de tarievenstructuur en ook overige aspecten met betrekking tot tarieven beoordeeld worden en aangepast worden. Een project ter voorbereiding van deze wijzigingen en aanpassingen is eind 2005 gestart.

Bij de vaststelling van het Tarievenbesluit CTB 2007 zijn de volgende factoren bepalend:

1. Een indexering van de tarieven met 1,5%.

2. Een aangepast tarief van de jaarlijkse vergoeding

3. Aanpassing van een aantal samenvattings-, evaluatie- en beoordelingstarieven

4. Een nieuw tarief voor de Helpdesk Toelatingen (artikel 2a)

5. Een nieuw tarief voor de herregistratie (artikel 2, lid 1 aanhef, onder h)

6. Een nieuw tarief voor de vereenvoudigde uitbreiding (artikel 2, lid 1, aanhef, onder i)

7. Een nieuw tarief voor de wederzijdse erkenning (artikel 2, lid 1, aanhef, onder j en artikel 6, lid 2)

8. Een aanpassing van het tarief voor het bijhouden van het register voor de toelating van bestrijdingsmiddelen

9. Een nieuw tarief voor het afleiden van een Maximaal Toelaatbaar Risico (MTR) (artikel 16)

10. Twee nieuwe kostenposten met betrekking tot het samenvatten en evalueren van gegevens in artikel 3

Ad 1) De algemene kostenontwikkeling bij het CTB rechtvaardigt dit jaar een indexering. Bij de bepaling van deze indexering is uitgegaan van de algemene ontwikkeling van het prijspeil van het CBS. Gelet op de kostenontwikkeling en de financiële dekking door het CTB uit haar middelen is slechts een gedeeltelijke indexering aan de kostenontwikkeling doorgevoerd.

Ad 2) De aanpassing van het tarief voor de jaarlijkse vergoeding kenmerkt zich enerzijds door een daling van het tarief door een omslag van de nagenoeg ongewijzigde onderhoudskosten over een toegenomen aantal toegelaten middelen, anderzijds door een toename van de kosten voor de werkzaamheden EU (biociden) NL geen rapporteur.

Ad 3) De kosten voor het samenvatten en evalueren zijn op een aantal aspecten aangepast. Het CTB heeft ook in 2006 aandacht besteed aan een verdere analyse van de werkzaamheden die worden verricht bij de beoordeling van een toelatingsaanvraag. Op basis hiervan kunnen bepaalde kostenposten worden bijgesteld. Uit de evaluatie van de tijdregistratie blijkt dat aan de aspecten werkzaamheid, toxicologie en volksgezondheid minder tijd besteed wordt en aan het aspect milieu meer tijd wordt besteed dan waarmee tot nu toe rekening is gehouden. De tarieven voor de eerstgenoemde aspecten zijn verlaagd. Het tarief voor het aspect milieu is verhoogd. In de tabel (met verwijzing naar het desbetreffende artikel uit het Tarievenbesluit CTB 2006 voor de oude tarieven) zijn de aanpassingen aangegeven.

Tabel 1: tarieven bepaalde aspecten van de beoordeling 2007

Omschrijving

Tarief 2006

Tarief 2007

Artikel 3, 4 en 5

  

3c1 analysemethode planten, plantaardige producten, etc.

€ 910,00

€ 820,00

3c2 analysemethode bodem

€ 910,00

€ 328,00

3c3 analysemethode water

€ 910,00

€ 328,00

3c4 analysemethode lucht

€ 910,00

€ 164,00

3c5 analysemethode lichaamsvloeistoffen en weefsels

€ 910,00

€ 164,00

3d. 2a t/m 2f: Acute toxiciteit (6x)

€ 455,00

€ 82,00

4c 1a t/m 1f Acute toxiciteit (6x)

€ 455,00

€ 82,00

5c 1a t/m 1g Acute toxiciteit (7x)

€ 455,00

€ 82,00

5d1 residue analysemethode

€ 910,00

€ 820,00

5e7 analysemethode bodem

€ 910,00

€ 328,00

5f6 analysemethode water

€ 910,00

€ 328,00

5g3 analysemethode lucht

€ 910,00

€ 164,00

Artikel 6 (toelating)

  

a beoordeling werkzaamheid

€ 1.440,00

€ 984,00

b beoordeling risico toepasser

€ 2.496,00

€ 1.968,00

c beoordeling risico volksgezondheid

€ 2.496,00

€ 1.968,00

d beoordeling risico milieu

€ 2.496,00

€ 3.752,00

g eindoordeel toelaatbaarheidsaspecten

€ 1.280,00

€ 1.066,00

Artikel 6.2 (toelating obv wederzijdse erkenning)

  

a beoordeling werkzaamheid

€ 1.440,00

€ 656,00

b beoordeling risico toepasser

€ 2.496,00

€ 1.184,00

c beoordeling risico volksgezondheid

€ 2.496,00

€ 1.184,00

d beoordeling risico milieu

€ 2.496,00

€ 1.804,00

Artikel 15.1 (herregistratie voorlopige toelating)

  

a beoordeling werkzaamheid

€ 800,00

€ 656,00

b beoordeling risico toepasser

€ 1.600,00

€ 656,00

c beoordeling risico volksgezondheid

€ 1.600,00

€ 656,00

d beoordeling risico milieu

€ 1.600,00

€ 656,00

Ad 4). Raadpleging van de Helpdesk Toelatingen is gratis voor zover telefonisch informatie wordt verstrekt of dat het verzoeken betreft van bijzondere groepen bestrijdingsmiddelen. Dit is een bestrijdingsmiddel (of toepassing) waarvan het voorhanden zijn van het middel gewenst is onder de voorwaarde dat de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselveiligheid de toepassing als knelpunt heeft geaccepteerd óf het bestrijdingsmiddel (of toepassing) valt onder de groep van geprioriteerde teelten, toepassingsgebieden of geprioriteerde bestrijdingsmiddelen.

Voor alle overige (schriftelijke) verzoeken, ook die betrekking hebben op kleine toepassingen, is een bedrag verschuldigd voor de door het CTB te verrichten werkzaamheden.

Daarnaast is het mogelijk om een schriftelijk verzoek op projectbasis uit te laten voeren. Het gaat hier met name om een volledigheidsbeoordeling van een nog in te dienen toelatingsaanvraag. Hiervoor geldt een uurtarief van € 82,–. Het verschuldigde bedrag mag het maximum van € 2.047,– niet overschrijden. Deze kosten worden in mindering gebracht indien de aanvraag wordt ingediend bij het CTB. Het tarief voor de Helpdesk Toelatingen is vermeld in een nieuw artikel 2a.

Ad 5). Na plaatsing van een werkzame stof op bijlage I van Richtlijn 91/414/EEG zullen toegelaten gewasbeschermingsmiddelen een nieuwe toelating moeten krijgen. Dat gebeurt in het kader van de zogenoemde herregistratieprocedure. In deze procedure wordt eerst gekeken of de in het middel gebruikte (geplaatste) werkzame stof voldoet aan de voorwaarden die bij de plaatsing zijn vastgesteld (compliance check). Vervolgens zal een nieuwe toelating van het betrokken gewasbeschermingsmiddel moeten voldoen aan de toelatingsvoorwaarden gesteld in de richtlijn en worden beoordeeld conform de bepalingen die gelden op grond van de richtlijn. Dit is de feitelijke herregistratie van het gewasbeschermingsmiddel. Voor de behandeling van deze toelatingsaanvraag is in artikel 2, aanhef en onder i een (nieuw) tarief vastgesteld omdat gebleken is dat er voor het in behandeling nemen van de aanvraag minder hoeft te gebeuren.

Ad 6) Ingevolge artikel 5, zesde tot en met negende lid van de Bestrijdingsmiddelenwet 1962 zijn er vereenvoudigde uitbreidingstoelatingen. Er is een zogenoemde derde vereenvoudigde uitbreidingstoelating (zesde lid) en een reguliere vereenvoudigde uitbreidingstoelating (zevende lid). Kenmerkend voor deze toelatingsvorm is dat de beoordeling in beginsel anders is dan bij een reguliere toelating. Het dossier wordt niet geactualiseerd voor de (deel)aspecten fysisch-chemische eigenschappen, werkzaamheid, humane toxicologie (arbeidsveiligheid) en milieu. Het dossier wordt wel geactualiseerd voor humane toxicologie (volksgezondheid). Dit betekent dat bij het in behandeling nemen van de aanvraag minder werkzaamheden hoeven te worden verricht door het CTB. De volledigheid van het dossier is eenvoudiger te bepalen. Dit rechtvaardigt een apart tarief in artikel 2, aanhef en onder i.

Ad 7) Aanvragen voor toelating op basis van wederzijdse erkenning moeten beoordeeld worden op nationaal specifieke aspecten. Voor deze aspecten hoeft geen volledige beoordeling te worden uitgevoerd. Hiervoor is een (nieuw) tarief vastgesteld in artikel 6, lid 2.

Voor aanvraagkosten is een nieuw, apart tarief vastgesteld in artikel 2, aanhef en onder j omdat er minder tijd besteed hoeft te worden aan deze aanvraag dan aan een reguliere toelating.

Ad 8) De kosten voor het bijhouden van het register voor toegelaten bestrijdingsmiddelen bleken naar beneden bijgesteld te kunnen worden. Dat is thans gerealiseerd.

Ad 9) In artikel 16 is een nieuw tarief voor de bepaling van het Maximum Toelaatbaar Risico (MTR) vastgelegd. Dit MTR wordt in het kader van een aanvraag bepaald of op verzoek.

Per 23 december 2005 is de Regeling uitwerking uniforme beginselen gewasbeschermingsmiddelen (RUUBG, Stcrt. 2005, 248) van kracht geworden. In deze regeling is vastgelegd dat in de hogere tier beoordeling van een aanvraag tot toelating van een gewasbeschermingsmiddel het risico voor waterorganismen en persistentie wordt beoordeeld op basis van een Maximaal Toelaatbaar Risico (MTR), afgeleid volgens de INS methodiek. De kosten voor de MTR berekening worden de aanvrager in rekening gebracht als beoordelingskosten. De MTR van een werkzame stof of één van zijn metabolieten, wordt berekend op basis van eindpunten uit bij het CTB beschikbare ecotoxicologische studies. Het staat niet vast hoeveel studies beschikbaar zijn. Daarom is gekozen voor een tarief per studie. De aard van de studies staat ook niet van tevoren vast. Bij het bepalen van de MTR kunnen laboratoriumstudies, semi-veldstudies of veldstudies worden gebruikt. Daarnaast kan bij het CTB beschikbare openbare literatuur worden betrokken in de bepaling van de MTR voor de werkzame stof. Vandaar dat er bij het tarief ook gekozen is voor een differentiatie naar de aard van de ingediende studies.

Er kan ook los van een toelatingsaanvraag verzocht worden om een MTR voor een werkzame stof te bepalen. Het CTB gebruikt daarvoor alle beschikbare gegevens. Het staat ook in dat geval niet vast hoeveel studies beschikbaar zijn en welke de aard de studies hebben. Dezelfde tariefstructuur kan daarom worden gehanteerd als voor de bepaling van het MTR in het kader van een toelatingsaanvraag. Ook de te verrichten werkzaamheden voor de bepaling van het MTR verschillen niet. Daarom geldt de tariefstelling in artikel 16 ook in deze situatie.

Ad 10) In artikel 3, aanhef, onder g is onder nummer 3 (effectiviteit van en invloed op waterbehandeling) en in artikel 3, aanhef, onder i, ten vierde is onder 5 (effecten op andere noel macro-organismen in de bodem, zijn nieuwe kostenposten ingevoegd omdat gebleken is dat ook voor die posten onderzoeken worden geleverd die samengevat en geëvalueerd moeten worden. Tot nu toe was de ervaring dat voor de aspecten volstaan werd met een statement. De inpassing van deze kostenposten heeft tot een hernummering van deze bepaling geleid.

De vastgestelde tarieven gelden met ingang van 1 januari 2007.

Tenslotte zij opgemerkt dat voor het in rekening brengen van bedragen, gelden en vergoedingen met betrekking tot aanvragen die op het tijdstip van inwerkingtreding van dit besluit reeds bij het CTB waren ingediend een overgangstermijn in het besluit is opgenomen. Op deze aanvragen blijven in voorkomende gevallen de bedragen in de RTB 1995 gelden, dan wel de tarieven die zijn genoemd in het Tarievenbesluit CTB 2002 (Stcrt. 12 december 2001, nr. 241, pag. 31), het Tarievenbesluit CTB 2003 (Stcrt. 19 december 2002, nr. 245, pag. 104) Tarievenbesluit CTB 2004 (Stcrt. 18 december 2003, nr 245, pag 38 e.v.), Tarievenbesluit CTB 2005 (Stcrt. 20 december 2004, nr. 245) en het Tarievenbesluit CTB 2006 (Stcrt. 13 december 2005, nr. 242) van kracht.

Het College voor de toelating van bestrijdingsmiddelen

Naar boven