Wijziging Regeling WWB

Regeling van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 15 december 2006, nr. W&B/URP/2006/95404, tot wijziging van de Regeling WWB met betrekking tot de aanspraak op vakantietoeslag

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op artikel 31, vierde lid, van de Wet werk en bijstand;

Besluit:

Artikel I

De Regeling WWB1 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 9 wordt “in het kalenderjaar 2006” vervangen door: in het kalenderjaar 2007.

B

De tabel die is opgenomen in artikel 11 wordt vervangen door:

bij een netto inkomen per maand

bedraagt de aanspraak

op vakantietoeslag

gelijk aan of meer dan

en minder dan

0,00

 

464,49

8,00%

x ink

   

464,49

 

503,90

5,14%

x ink

   

503,90

 

569,69

7,76%

x ink

– €

13,20

 

569,69

 

1053,08

6,55%

x ink

– €

6,36

 

1053,08

 

1082,41

3,15%

x ink

+ €

29,19

 

1082,41

 

1120,59

2,86%

x ink

+ €

24,19

 

1120,59

   

5,72%

x ink

– €

7,83

 

C

De tabel die is opgenomen in artikel 12 wordt vervangen door:

bij een netto inkomen per maand

bedraagt de aanspraak

op vakantietoeslag

gelijk aan of meer dan

en minder dan

0,00

 

439,94

8,00%

x ink

   

439,94

 

475,06

5,14%

x ink

   

475,06

 

947,08

8,01%

x ink

– €

13,63

 

947,08

 

977,33

3,84%

x ink

+ €

25,70

 

977,33

 

1008,80

3,49%

x ink

+ €

20,99

 

1008,80

   

6,98%

x ink

– €

14,21

 

D

De tabel die is opgenomen in artikel 13 wordt vervangen door:

bij een netto inkomen per maand

bedraagt de aanspraak

op vakantietoeslag

gelijk aan of meer dan

en minder dan

0,00

 

775,30

8,00%

x ink

   

775,30

 

806,36

3,84%

x ink

+ €

32,23

 

806,36

 

837,32

3,50%

x ink

+ €

26,93

 

837,32

   

6,98%

x ink

– €

2,33

 

E

Artikel 14 komt te luiden:

Artikel 14

Vakantieaanspraak voor personen van 65 jaar of ouder

1. Indien de belanghebbende 65 jaar of ouder is en het inkomen van de belanghebbende bestaat uit een gekort ouderdomspensioen en toeslag als bedoeld in artikel 13 van de Algemene Ouderdomswet bedraagt de daarbij behorende de aanspraak op vakantietoeslag voor:

a. alleenstaande

5,68%

x ink

 

b. alleenstaande ouder, indien

   
 

– het inkomen € 887,95 of meer bedraagt

4,90%

x ink

 
 

– het inkomen lager is dan € 887,95

5,90%

x ink

 

c. gehuwden, waarvan beide echtgenoten 65 jaar of ouder zijn

5,94%

x ink

 

d. gehuwden, waarvan een echtgenoot 65 jaar of ouder is en de andere echtgenoot jonger dan 65 jaar, indien

   
 

– het inkomen € 852,96 of meer bedraagt

5,95%

x ink

– € 6,62

 

– het inkomen lager is dan € 852,96

6,21%

x ink

 

2. Indien de belanghebbende, bedoeld in het eerste lid, naast het gekorte ouderdomspensioen en toeslag, bedoeld in het eerste lid, een ander inkomen heeft dat recht geeft op vakantietoeslag bedraagt de aanspraak op die vakantietoeslag 8% van dat andere inkomen.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2007.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 15 december 2006.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, H.A.L. van Hoof.

Toelichting

Op grond van artikel 31, vierde lid, van de Wet werk en bijstand (WWB) wordt de aanspraak op vakantietoeslag die over een inkomen bestaat niet vastgesteld op het te zijner tijd feitelijk uit te betalen bedrag, maar wordt deze, uitgaande van het maandinkomen, forfaitair vastgesteld, rekening houdend met de bepalingen van de Regeling WWB, paragraaf 6 (Vakantietoeslag). Uitgangspunt bij de opstelling van de in die regeling opgenomen rekenregels is dat de vastgestelde vakantietoeslag slechts binnen beperkte marge mag afwijken van het feitelijk door betrokkene te ontvangen bedrag. In deze regeling zijn daartoe de belastingtarieven en premies verwerkt die van toepassing zijn in het jaar waarop de verrekening van het inkomen plaatsvindt. Met ingang van 1 januari 2007 wijzigen de belastingtarieven en de premies volksverzekeringen. In verband hiermee dienen de desbetreffende bedragen en percentages van de Regeling WWB daaraan te worden aangepast. In de praktijk is gebleken dat bij personen die ouder zijn dan 65 jaar en een gekort ouderdomspensioen op grond van de Algemene Ouderdomswet ontvangen de op basis van de regeling berekende vakantietoeslag in sommige gevallen te veel afweek van de feitelijk ontvangen vakantietoeslag. Het gewijzigde artikel 14 moet ertoe leiden dat de afwijkingen tot een minimum worden beperkt.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

H.A.L. van Hoof

  • 1

    Stcrt. 2003, 204; laatstelijk gewijzigd bij ministeriële regeling van 5 april 2006 (Stcrt. 76).

Naar boven