Aanpassing bedragen artikel 6 van de Wet subsidiëring politieke partijen

12 december 2006

DGKB/Kabinetszaken

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Gelet op artikel 6, zesde lid, van de Wet subsidiëring politieke partijen;

Gezien de voor de rijksbegroting gehanteerde loon- en prijsbijstelling voor 2006;

Besluit:

Artikel 1

Het basisbedrag van € 173.373, het bedrag per kamerzetel van € 50.287 en het bedrag van € 1.898.336 ter verdeling naar rato van het aantal leden van de politieke partijen gezamenlijk, zoals genoemd in artikel 6, eerste lid, onderdeel a, van bovengenoemde wet, met ingang van 1 januari 2006 vast te stellen op € 176.580, € 51.217, respectievelijk € 1.933.455.

Artikel 2

Het basisbedrag van € 121.768 en het bedrag per kamerzetel van € 12.515 genoemd in artikel 6, eerste lid, onderdeel b, van bovengenoemde wet, met ingang van 1 januari 2006 vast te stellen op € 124.021, respectievelijk € 12.747.

Artikel 3

Het bedrag van € 488.116 genoemd in artikel 6, tweede lid, van bovengenoemde wet, met ingang van 1 januari 2006 vast te stellen op € 497.146.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, J.W. Remkes.

Naar boven