Regeling vergoedingen Agentschap Telecom 2007

Regeling van de Minister van Economische Zaken van 11 december 2006, nr. AT-EZ/5889856.JZ, houdende regels omtrent de vergoedingen voor werkzaamheden en diensten van Agentschap Telecom (Regeling vergoedingen Agentschap Telecom 2007)

De Minister van Economische Zaken,

Gelet op de artikelen 3, tweede lid, 4, vierde lid, 5, 6 en 7 van het Besluit vergoedingen Telecommunicatiewet;

Besluit:

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. agentschap: Agentschap Telecom van het ministerie van Economische Zaken;

b. wet: Telecommunicatiewet;

c. categorieën: categorieën van gelijksoortige werkzaamheden of diensten, bedoeld in artikel 4, eerste lid, van het Besluit vergoedingen Telecommunicatiewet;

d. subcategorieën: subcategorieën van gelijksoortige werkzaamheden of diensten, bedoeld in artikel 4, vierde lid, van het Besluit vergoedingen Telecommunicatiewet;

e. vergoeding: vergoeding, bedoeld in artikel 16.1, eerste lid, van de wet;

f. jaarlijkse bijdrage: bijdrage, bedoeld in artikel 16.1, vierde lid, van de wet.

Artikel 2

1. Voor de kosten van de door het agentschap te verrichten werkzaamheden of diensten met betrekking tot de categorieën en subcategorieën, genoemd in de bij deze regeling behorende bijlage I, zijn de in bijlage I genoemde vergoedingen voor het kalenderjaar 2007 verschuldigd.

2. Voor de kosten van de door het agentschap te verrichten werkzaamheden of diensten met betrekking tot het gebruik van frequentieruimte die niet vallen onder één van de categorieën of subcategorieën, bedoeld in het eerste lid, is een vergoeding verschuldigd die wordt vastgesteld op grond van de uurtarieven die zijn genoemd in de bij deze regeling behorende bijlage II.

Artikel 3

De jaarlijkse bijdrage maakt deel uit van het bedrag dat per categorie of subcategorie in bijlage I is genoemd voor het toezicht dan wel voor de uitvoering en het toezicht. De jaarlijkse bijdrage bedraagt het bij onderstaande categorieën genoemde percentage van de vergoeding voor de desbetreffende (sub)categorie:

I. categorieën met betrekking tot het gebruik van frequentieruimte:

a. vaste verbindingen: 3 procent;

b. mobiele communicatie: 4 procent;

c. mobiele openbare telefonie en semafonie: 7 procent;

d. radiodeterminatie: 3 procent;

e. radiozendamateurs: 4 procent;

f. omroep: 4 procent, en

g. immuniteitsbeproevingen: geen.

II. categorieën met betrekking tot randapparaten, radiozendapparaten en overige apparaten:

a. examens en certificaten: geen;

b. afgifte verklaringen en erkenningen: geen;

c. randapparaten: 8 procent.

Artikel 4

De jaarlijkse bijdrage en de vergoeding voor de kosten van de door het agentschap verrichte werkzaamheden of diensten met betrekking tot het toezicht op het gebruik van frequentieruimte bedraagt voor:

a. het ministerie van Defensie € 1.158.368;

b. het Korps Landelijke Politiediensten € 119.324;

c. het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties: € 37.542.

Artikel 5

1. In afwijking van artikel 2, eerste lid, is voor de verlenging, wijziging tenaamstelling vergunning of overdracht van een op grond van paragraaf 3.2 van de wet verleende vergunning voor het gebruik van frequentieruimte, die valt onder de in bijlage I genoemde categorieën en subcategorieën I.A.1, I.A.2, I.B, I.D, I.E of I.G, door de houder van de te verlengen of te wijzigen vergunning en door de verkrijger van de over te dragen vergunning, een vergoeding verschuldigd van € 27.

2. In afwijking van artikel 2, eerste lid, is voor de verlenging, wijziging of overdracht van een op grond van paragraaf 3.2 van de wet verleende vergunning voor het gebruik van frequentieruimte, die valt onder de in bijlage I genoemde categorieën en subcategorieën I.A.4 en I.A.5, I.B.16, I.C of I.F, door de houder van de te verlengen of te wijzigen vergunning en door de verkrijger van de over te dragen vergunning, een vergoeding verschuldigd die wordt vastgesteld op grond van de uurtarieven die zijn neergelegd in de bij deze regeling behorende bijlage II.

3. In afwijking van het eerste lid en tweede lid is voor de wijziging van een vergunning genoemd in de subcategorieën I.A.1, I.A.2, I.A.4, I.B.1 voor wat betreft een vergunning met individuele planning, I.B.2 voor wat betreft een vergunning met individuele planning, I.B.3, I.B.14, I.B.15 en I.D.2 voor wat betreft baken voor helikopter, inhoudende het toewijzen van een individueel geplande frequentie, een vergoeding verschuldigd van € 565.

4. In afwijking van het eerste lid is voor de wijziging van een vergunning genoemd in de subcategorieën I.B.1, voor wat betreft een vergunning met algemene planning, I.B.2 voor wat betreft een vergunning met algemene planning, I.B.5, I.B.6, I.D.2 voor wat betreft radarsysteem landmobiel en I.E.4, inhoudende het toewijzen van een algemeen geplande frequentie, een vergoeding verschuldigd van € 140.

5. In afwijking van het tweede lid, is voor wijziging van een vergunning in de subcategorie I.F.3, inhoudende het omzetten van een allotment in een assignment, een vergoeding verschuldigd van € 565 per opstelplaats.

Artikel 6

1. Een vergoeding voor de kosten van de klachtbehandeling, bedoeld in de Regeling storingsklachten, is verschuldigd door de klager, indien uit het onderzoek is gebleken dat zich één van de omstandigheden voordoet, als vermeld in artikel 4, eerste lid, onder a tot en met d, van de Regeling storingsklachten.

2. De in het eerste lid bedoelde vergoeding wordt vastgesteld op grond van de uurtarieven die zijn neergelegd in de bij deze regeling behorende bijlage II.

Artikel 7

Voor de kosten van de werkzaamheden of diensten die door het agentschap in het kader van de opgedragen wettelijke taak worden verricht en die niet zijn genoemd in de voorgaande artikelen, kan een vergoeding worden vastgesteld op grond van de in de bij deze regeling behorende bijlage II genoemde uurtarieven.

Artikel 8

1. De vergoeding voor de kosten van werkzaamheden of diensten ter uitvoering van de bij of krachtens de wet gestelde regels, behoeft door degene die deze vergoeding is verschuldigd niet bij vooruitbetaling te worden voldaan.

2. De vergoeding voor de kosten die verband houden met het toezicht op de naleving van de bij of krachtens de wet gestelde regels en de jaarlijkse bijdrage behoeven door degene die de vergoeding of de jaarlijkse bijdrage verschuldigd is niet bij vooruitbetaling te worden voldaan indien de vergoeding of jaarlijkse bijdrage wordt opgelegd binnen of na de laatste dertig dagen van het kalenderjaar waarover de vergoeding of jaarlijkse bijdrage verschuldigd is.

Artikel 9

Indien de verschuldigde vergoeding of jaarlijkse bijdrage niet op eerste aanzegging wordt voldaan, wordt € 12,70 administratiekosten in rekening gebracht.

Artikel 10

Het kostencalculatiemodel, bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder d, van het Besluit vergoedingen Telecommunicatiewet wordt bekendgemaakt door middel van ter inzagelegging ten kantore van het agentschap te Groningen.

Artikel 11

De Regeling vergoedingen Agentschap Telecom 2006 wordt ingetrokken, met dien verstande dat die regeling van toepassing blijft met betrekking tot de in die regeling bedoelde werkzaamheden of diensten die in het kalenderjaar 2006 zijn verricht.

Artikel 12

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2007.

Artikel 13

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling vergoedingen Agentschap Telecom 2007.

Deze regeling zal met de bijlagen en de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 11 december 2006.
De Minister van Economische Zaken, J.G. Wijn.

Bijlage I, behorende bij artikel 2, eerste lid

Over het kalenderjaar 2007 zijn de volgende bedragen verschuldigd:

I

(SUB)CATEGORIEËN MET BETREKKING TOT HET GEBRUIK VAN FREQUENTIERUIMTE

Verdeelsleutel voor de subcategorie

Vergoeding voor de uitvoering

(I)

Vergoeding voor het toezicht

(II)

Vergoeding voor de uitvoering en het toezicht

(III)

A.

VASTE VERBINDINGEN

    

1.

Zendende satellietgrondstations

Per vergunning

€ 565

  
  

Per radiozendapparaat met een bandbreedte:

   
  

– tot 2 MHz

 

€ 17

 
  

– 2 MHz – 18 MHz

 

€ 85

 
  

– vanaf 18 MHz

 

€ 426

 

2.

Satellite News Gathering (SNG)

Per vergunning

€ 565

  
  

Per radiozendapparaat

 

€ 355

 

3.

Standaard internationale frequentiecoördinatie satellietgrondstations

Per coördinatie ten behoeve van de verlening

€ 1.045

  

4.

Point-point straalverbindingen

Per vergunning

€ 565

1

 

5.

Point-multipoint straalverbindingen in de frequentieband WLL

Per vergunning

€ 6.845

  
  

Per internationale coördinatie / per opstelpunt

€ 140

  
  

Per vergunde MHz bandbreedte

   
  

– 2,6 en 3,5 GHz

 

€ 217

 
  

– 24,5 tot 26,5 GHz

 

€ 108

 

1 Voor het toezicht op point-point-straalverbindingen gelden per bandbreedte en frequentieband de volgende bedragen:

 

frequentieband

 

Bandbreedte

< 12 GHz

12 GHz -

< 24,5 GHz

24,5 GHz -

< 39,5 GHz

> 39, 5 GHz

     

< 10 MHz

€ 248

€ 124

€ 87

€ 50

10 MHz – < 25 MHz

€ 310

€ 149

€ 112

€ 56

25 MHz – < 50 MHz

€ 372

€ 174

€ 136

€ 62

50 MHz – < 150 MHz

€ 434

€ 198

€ 161

€ 68

> 150 MHz

n.v.t.

€ 223

€ 186

€ 74

B.

MOBIELE COMMUNICATIE

 

I

II

III

1.

VHF/UHF-radiotelefonen voor (beperkt) landmobiel gebruik

Per vergunning met algemene planning

€ 140

  
  

Per vergunning met individuele planning

€ 565

  
  

Per vaste post

 

€ 254

 
  

Per mobiel radiozendapparaat

 

€ 9

 

2.

VHF/UHF-radiotelefonen met beperkt afstandsbereik voor

Per vergunning met algemene planning

€ 140

  
 

landmobiel gebruik met een

Per vergunning met individuele

€ 565

  
 

looptijd van minder dan één

planning

   
 

jaar (tijdelijk gesloten netten)

Per radiozendapparaat, per dag

 

€ 0,52

 

3.

VHF/UHF-radiotelefonen voor

landmobiel gebruik met

dynamische frequentietoe-

Per basisstation

Per toegewezen frequentiekanaal als volgt :

€ 565

  
 
 

wijzing (trunking)

Radiozendapparaten bestemd

– één frequentiekanaal toegepast op één opstelpunt

 

€ 624

 
 

voor het verlenen van tele-informatiediensten (datamonitoring)

– één frequentiekanaal toegepast op twee opstelpunten

 

€ 1.247

 
  

– één frequentiekanaal toegepast op drie of meer opstelpunten

 

€ 1.871

 

4.

MF/HF radiotelefonie-installatie voor maritiem gebruik

Per vergunning

  

€ 50

 

Draagbare VHF/UHF-installatie voor maritiem gebruik (portofoon)

    
 

VHF-installatie voor maritiem gebruik (marifoon of AIS)

    
 

Mobiele satellietverbinding

    
 

Scramblerinstallatie

    
 

Draadloze audioverbinding

    
 

Radio-alarmering

    
 

Radiobeveiligingsinstallatie

    
 

HF Radiotelefonen (27 MHz)

    

5.

Marifoonwalstation

Per installatie

€ 140

€50

 

6.

HF-oproepinrichting (OS-HF)

Per radiozendapparaat

€ 140

€ 183

 
 

Radio-afstandsbesturing

    
 

Telemetrie (TLA/ TLM/ TLMB)

    

7.

GSM-R

Per netwerk

€ 10.031

€ 17.821

 

8.

Portofoon/mobilofoon voor tijdelijk gebruik

Per vergunning

€ 140

€ 200

 

9.

Breedband volg- en opsporingssystemen

Per vergunning

€ 4.210

  
  

Per MHz

 

€ 2.284

 

10.

Recreatieve luchtvaartfrequenties

Per vergunning

  

€ 55

11.

Beperkte toegang luchtvaart- frequenties (hele VHF-band, ELT en SSR-transponder)

Per vergunning

  

€ 110

12.

Volledige toegang luchtvaart- frequenties

Per vergunning

  

€ 275

13.

Grondstation gedeeld gebruik communicatiefrequenties

Per frequentie per opstelpunt

  

€ 55

14

Grondstation gepland en gecoördineerd gebruik

Per frequentie per opstelpunt

€ 565

€ 298

 

15.

Grondstations luchtverkeersdienstverlening/ vitaal gebruik

Per frequentie per opstelpunt

€ 565

€ 1.342

 

16.

Openbare elektronische communicatie netwerken in de VHF/UHF-band

Per netwerk

Per MHz bandbreedte

€ 10.236

€ 34.920

€ 3.492

 

C.

MOBIELE OPENBARE TELEFONIE EN SEMAFONIE

 

I

II

III

1.

SMF 3

Per netwerk

 

€ 10.770

 

2.

GSM

Per netwerk

 

€ 86.929

 
 

DCS-1800, in combinatie met GSM

  

€ 142.657

 
 

DCS-1800, bandbreedte 2,4 MHz

  

€ 17.114

 
 

DCS 1800, bandbreedte 2,6 MHz

  

€ 18.540

 
 

DCS-1800, bandbreedte 4,4 MHz

  

€ 31.380

 
 

IMT-2000, bandbreedte 12,5 MHz

  

€ 78.091

 
 

IMT-2000, bandbreedte 17,3 MHz

  

€ 108.030

 

3.

ERMES

Per netwerk

 

€ 20.014

 

D.

RADIODETERMINATIE

 

I

II

III

1.

Radarinstallatie voor maritiem gebruik

Per vergunning

  

€ 26

 

SART

    
 

Actieve radarreflector

    
 

Walradarstation

    
 

EPIRB/PLB

    

2.

Radarsysteem landmobiel

Per radiozendapparaat

€ 140

€ 146

 
 

Baken voor helikopter (helibeacon)

 

€ 565

€ 146

 

E.

RADIOZENDAMATEURS

 

I

II

III

1.

Categorie A, C, F en N

Per vergunning

  

€ 49

 

Vereniging van radiozendamateurs

    
 

Onderwijs en andere instellingen, werkzaam in het belang van de radiowetenschap

    

2.

Tijdelijke vergunning in Nederland voor niet-ingezetenen van Nederland

Per vergunning

€ 27

  

3.

Toewijzen bijzondere roepletters (voor maximaal 16 dagen), wijzigen roepletters of wijzigen van de vergunningscategorie

Per toewijzing/wijziging

€ 27

  

4.

Aanvullende toestemming onbemand frequentiegebruik radiozendamateurs

Per toewijzing

€ 140

  

F.

OMROEP

 

I

II

III

1.

AM/FM

Per opstelplaats voor AM/DRM-frequenties en FM-frequenties lager dan 104.9 MHz

€ 565

  
  

Per opstelplaats voor FM-frequenties 104.9 MHz en hoger

€ 140

  
  

Per combinatie van frequentiekanaal en opstelplaats en tevens per kW zendvermogen

 

€ 302

€ 500

 

2.

Analoge TV

Per opstelplaats

€ 565

  
  

Per combinatie van frequentiekanaal en opstelplaats en tevens per kW zendvermogen

 

€ 271

€ 178

 

3.

T-DAB/ DVB-T

Per opstelplaats

€ 565

  
  

Per combinatie van frequentiekanaal en opstelplaats en tevens per kW zendvermogen

 

€ 342

€ 342

 

4.

Wereldomroep

Relatief frequentiebeslag

 

€ 84.347

 

G.

IMMUNITEITS-

BEPROEVINGEN

 

I

II

III

1.

Immuniteitsbeproevingen door de bevoegde instantie

Per vergunning

€ 142

€ 230

 

II.

(SUB)CATEGORIEËN MET BETREKKING TOT RANDAPPARATEN EN RADIOZENDAPPARATEN EN OVERIGE APPARATEN

Verdeelsleutel voor de subcategorie

Vergoeding voor de uitvoering (I)

A.

EXAMENS EN CERTIFICATEN

  

1.

Examens ter verkrijging van een certificaat van bediening voor radiozendapparaten ten behoeve van de

Per examen / per module

€ 74

 

scheepvaart, met uitzondering van de examens die worden afgenomen onder de verantwoordelijkheid van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap:

  
 

– algemeen certificaat maritieme radiocommunicatie MARCOM A;

  
 

– beperkt certificaat maritieme radiocommunicatie MARCOM B;

  
 

– basiscertificaat marifonie; of

  
 

– module GMDSS-B.

  

2.

Examens ter verkrijging van een vergunning voor frequentieruimte voor het doen van onderzoekingen:

Per examen

€ 53

 

– radiotechniek en voorschriften I amateurradio;

  
 

– radiotechniek en voorschriften II amateurradio;

  

3.

Ontheffing als bedoeld in artikel 26 van de Examenregeling frequentiegebruik

Per ontheffing

€ 53

4.

Afgifte van een certificaat van bediening voor radiozendapparaten ten behoeve van de scheepvaart

Per certificaat

€ 25

 

Afgifte van een certificaat ter verkrijging van een vergunning van een buitenlandse administratie voor radiozendapparaten voor het doen van proeven (HAREC)

 

B.

VERKLARINGEN EN ERKENNINGEN

I

II

III

1.

Aanwijzen van een bevoegde instantie of een aangemelde instantie als bedoeld in artikel 13 van het Besluit elektromagnetische compatibiliteit 2001, aanwijzen van een instantie als bedoeld

Per aanwijzing

€ 1.316

€ 244

 
 

in artikel 12 van het Besluit randapparaten en radioapparaten,

    
 

alsmede het toezicht op de naleving door eerdergenoemde instanties van de met betrekking tot de aanwijzing gestelde regels

    

2.

Vergunning voor de aanleg van radiozendapparaten zonder gebruik van frequentieruimte

Per vergunning

€ 41

  

C.

RANDAPPARATEN

 

I

1.

Werkzaamheden die voor de overheid voortvloeien uit de toepassing van het bij of krachtens de Telecommunicatiewet terzake van randapparatuur bepaalde

Per op 1 november 2006 volgens het nummerregister telefoon en ISDN-diensten door de OPTA toegekend nummer

€ 0,019

Bijlage II, behorende bij de artikelen 2, tweede lid, 5, tweede lid, 6, tweede lid, en 7.

1. Tarieven personeel (in €):

SALARISSCHAAL BBRA 1984

VERGOEDINGEN PER MANUUR*)

1 tot en met 5

77

6 tot en met 8

81

9 tot en met 11

90

12 tot en met 14

106

15 en hoger

122

*) Bij onregelmatigheid of overwerk kunnen de tarieven voor functionarissen tot en met schaal 10 worden verhoogd met een toeslag van 30% voor onregelmatigheid en 50% voor overwerk.

2. Vergoedingen dienstauto’s, inclusief apparatuur:

– inspectie/toezicht:

€ 31 per uur

– opsporing:

€ 44 per uur

– mobiele monitoring zonder professionele peiler:

€ 66 per uur

Toelichting

Algemeen

De Regeling vergoedingen Agentschap Telecom 2007 stelt de vergoedingen vast die het Agentschap Telecom van het ministerie van Economische Zaken (hierna: het agentschap) in 2007 in rekening kan brengen bij degenen ten behoeve van wie door het agentschap werkzaamheden of diensten worden verricht. Deze vergoedingen hebben hun wettelijke basis in artikel 16.1 van de Telecommunicatiewet (hierna: de wet).

Het agentschap heeft tot taak uitvoering te geven aan paragraaf 3.2 (vergunningverlening voor het gebruik van frequentieruimte), hoofdstuk 10 (regels met betrekking tot het in de handel brengen en verhandelen van randapparaten en radioapparaten, alsmede regels met betrekking tot elektromagnetische compatibiliteit) en hoofdstuk 13 (regels met betrekking tot bevoegd aftappen) van de wet. Daarnaast is het agentschap belast met het houden van toezicht op deze terreinen. De vergoedingen dienen ter dekking van de kosten die gemaakt worden met betrekking tot voornoemde onderwerpen. De vergoedingen zijn aan te merken als retributies en hebben in overwegende mate een forfaitair karakter.

De vergoedingen worden bepaald voor categorieën van soortgelijke werkzaamheden en diensten. Deze categorieën zijn weer verder verdeeld in subcategorieën van soortgelijke werkzaamheden en diensten. De categorieën zijn opgesomd in artikel 4, tweede lid, van het Besluit vergoedingen Telecommunicatiewet (hierna: het besluit). Op grond van artikel 3, eerste lid, van het besluit worden de directe en indirecte kosten toegerekend aan de desbetreffende categorieën. Dit zijn geprognosticeerde kosten voor het kalenderjaar waarvoor de vergoeding geldt. Wanneer na afloop van het kalenderjaar de daadwerkelijke kosten en de geprognosticeerde kosten verschillen, wordt dit verschil meegenomen naar het volgende kalenderjaar.

De kosten voor de verschillende (sub)categorieën worden berekend door middel van een kostencalculatiemodel. Dit model is in 1995 opgesteld door KPMG en in 2002 geactualiseerd. Dit model ligt ter inzage op het kantoor van het agentschap, Emmasingel 1, Groningen.

Wijzigingen in Bijlage I:

De regeling opgenomen tarieven zijn ten opzichte van 2006 verlaagd met gemiddeld 6,1% (inclusief inflatiecorrectie van 1,6%). De verlaging heeft de volgende reden. In artikel 3, eerste lid, onder a, van het Besluit vergoedingen Telecommunicatiewet is bepaald dat de kosten worden geraamd voor het kalenderjaar waarvoor de vergoeding geldt. Nu in de afgelopen jaren de daadwerkelijk gemaakte kosten in een aantal categorieën lager zijn uitgevallen dan de geraamde kosten over diezelfde jaren, is het daaruit voortvloeiende overschot gedeeltelijk verdisconteerd in de tarieven voor 2007. Voor zover na deze tariefverlagingen nog overschotten resteren, worden deze verdisconteerd in de tarieven voor 2008 en verder.

Een aantal tarieven is ten opzichte van 2006 verhoogd. In de artikelsgewijze toelichting wordt hierop kort ingegaan.

Wijzigingen in bijlage II:

De uurtarieven zijn ten opzichte van 2006 gemiddeld met 8% (inclusief inflatiecorrectie van 1,6%) gedaald. Deze daling wordt mogelijk gemaakt door de positieve effecten van reorganisaties en de bezuinigingen die Agentschap Telecom heeft doorgevoerd. Dankzij deze maatregelen vallen de begrote kosten van 2007, de basis voor de uurtarieven, lager uit.

De overige wijzigingen ten opzichte van de regeling over 2006 beperken zich grotendeels tot aanpassingen van de hoogte van de vergoedingen. In de artikelsgewijze toelichting zal meer in het bijzonder ingegaan worden op de artikelen van de Regeling die een wijziging ten opzichte van de Regeling vergoedingen Agentschap Telecom 2006 behelzen.

Over 2005 is aan het agentschap in het kader van de controle van de jaarrekening, bedoeld in artikel 22, eerste lid, van de comptabiliteitswet, een goedkeurende accountantsverklaring afgegeven. Dit houdt onder meer in dat de in de jaarrekening opgenomen baten en lasten, alsmede kapitaaluitgaven en -⁠ontvangsten, tot stand gekomen zijn in overeenstemming met de begrotingswetten en met andere van toepassing zijnde wettelijke regelingen. De jaarrekening 2005 is opgenomen in het jaarverslag 2005. In lijn met het kabinetsstandpunt naar aanleiding van het in het kader van de operatie marktwerking, deregulering en wetgevingskwaliteit (MDW) opgestelde rapport ‘Maat houden, een kader voor doorberekening van toelatings- en handhavingskosten’ (Kamerstukken II 1995–1996, 24 036, nr. 22), worden de kosten van repressieve strafrechtelijke handhaving en de kosten van juridische procedures niet doorberekend in de vergoedingen. Deze kosten zijn voor 2006 begroot op in totaal € 1.718.500.

Deze regeling veroorzaakt geen lasten voor het bedrijfsleven.

Artikelsgewijs

Artikel 2

Zoals hiervoor in de algemene toelichting reeds is aangegeven, zijn de meeste tarieven verlaagd, een aantal is verhoogd om een onderdekking op die subcategorieën te verhelpen. De mate van verlaging of verhoging is per subcategorie vastgesteld en is afhankelijk van de kosten die aan de subcategorie verbonden zijn.

Voorts zijn de volgende aanpassingen doorgevoerd in bijlage I.

Subcategorie I.B.1

De vergoeding voor de mobiele zendapparaten is verlaagd tot € 9. Dit is een daling van 25%. De vergoeding voor de vaste post in deze subcategorie blijft gelijk. Dit omdat deze verdeling van kosten beter aansluit op de wijze van toezicht, waarbij het accent meer ligt op de vaste posten.

Subcategorie I.B.4

De omschrijving van ‘HF Radiotelefonen (27 MHz) ten behoeve van sportvisserij)’ is gewijzigd in ‘HF Radiotelefonen (27 MHz)’. Dit omdat nu blijkt dat de HF Radiotelefonen (27 MHz) in meer situaties dan alleen de sportvisserij worden gebruikt.

Subcategorie I.B.5

Voorheen was de vergoeding voor deze subcategorie een gecombineerde vergoeding voor verlening en toezicht. Omdat de kosten voor verlening/uitvoering significant zijn toegenomen is de vergoeding in deze subcategorie uitgesplitst in een deel voor verlening en een jaarlijks deel voor toezicht. De vergoeding voor verlening/uitvoering is vastgesteld op € 140. Dit is een forse verhoging ten opzichte van vorig jaar. Dit is echter noodzakelijk. De inspanningen die voor de verlening van de vergunningen voor marifoonwalstations worden verricht, bleken groter te zijn dan voorheen begroot. Dit houdt verband met de noodzaak tot het plannen van frequenties. De kosten zijn dus een stuk hoger gebleken, waardoor een hogere vergoeding voor verlening nodig is om deze kosten te dekken. De vergoeding voor wijziging die een nieuwe planning inhoudt is ook op € 140 vastgesteld. Subcategorie I.B.5 is daarom toegevoegd aan artikel 5 lid 4.

De vergoeding voor toezicht is vastgesteld op € 50.

Subcategorieën I.B.6 en I.D.2

De vergoedingen voor de verlening/uitvoering voor HF-oproepinrichting, radio-afstandbesturing, telemetrie en radarsystemen landmobiel zijn verlaagd tot € 140. Deze significante verlaging van de vergoeding is mogelijk gebleken omdat de inspanningen voor de verlening van deze vergunningen zijn verminderd.

Subcategorie I.E.3

De omschrijving van de subcategorie ‘Toewijzen bijzondere roepletters, wijzigen roepletters of wijzigen van de vergunningscategorie’ is gewijzigd in ‘Toewijzen bijzondere roepletters (voor een periode van 16 dagen), wijzigen roepletters of wijzigen van de vergunningscategorie’. De toewijzing van bijzondere roepletters voor een periode van 16 dagen is reeds jaren staande praktijk. Ter verduidelijking is in de omschrijving van de subcategorie opgenomen dat een toewijzing van bijzondere roepletters voor 16 dagen geldt.

Subcategorie I.F.1

De vergoeding voor de verlening van een vergunning voor een AM-zender is sterk gestegen van € 140 in 2006 tot € 565 in 2007. De volgende oorzaken liggen daaraan ten grondslag.

Met de wijziging van het Nationaal Frequentieplan (NFP) van 6 oktober 2006 is het mogelijk gemaakt dat vergunninghouders van een vergunning voor een AM-zender ook met Digitale Radio Mondiale (DRM)-techniek mogen uitzenden. Met de DRM-techniek is het mogelijk om op de middengolf digitaal uit te zenden en kunnen zelfs combinaties van digitaal en analoog ontstaan. De planning van AM-zenders wordt daarmee aanzienlijk complexer dan tot nu toe het geval was. Met de invoering van DRM zijn de inspanningen voor de verlening van een vergunning voor een AM-zender dus een stuk groter geworden dan voorheen. De inspanningen zijn hiermee op het zelfde niveau gekomen als de inspanningen voor de verlening van een vergunning voor een FM-zender. Daarom is voor AM-zenders het verleningstarief per opstelplaats verhoogd tot hetzelfde bedrag als voor FM-zenders.

Artikel 3

Dit artikel komt overeen met artikel 3 van de Regeling vergoedingen Agentschap Telecom 2006.

Artikel 4

De vergoeding voor het ministerie van Defensie is verlaagd, om de vergoeding in overeenstemming te brengen met de kosten. De vergoeding voor het Korps landelijke Politiediensten en het ministerie van Binnenlandse Zaken is gelijk aan vergoeding van 2006.

Artikel 5

Dit artikel ziet op de vergoeding voor de kosten die voor het agentschap zijn gemoeid met het behandelen van aanvragen voor de verlenging, wijziging, wijziging tenaamstelling en/of de overdracht van vergunningen in de zin van paragraaf 3.2 van de wet. Het artikel is ten opzichte van 2006 op drie punten gewijzigd.

Ten eerste is in het derde lid opgenomen dat dit lid ook in afwijking van het tweede lid geldt. Het gaat erom dat voor de wijziging van een vergunning uit subcategorie I.A.4, inhoudende een individuele planning een vergoeding van € 565 is verschuldigd. Dit is in afwijking van lid 2 van artikel 5. Deze verwijzing is vorig jaar abusievelijk niet opgenomen en wordt nu hersteld.

Ten tweede is in het vierde lid subcategorie I.B.5 toegevoegd zoals hierboven ook al vermeld. Ook is I.D.2, voor zover het radarsystemen landmobiel betreft, toegevoegd aan het vierde lid. Dit omdat het tarief voor verlening/uitvoering is verlaagd tot € 140 en de wijziging die een algemene planning inhoudt, dezelfde inspanningen betreft als de inspanningen voor verlening/uitvoering.

Ten derde is in artikel 5 een vijfde lid opgenomen. Hierin is bepaald dat voor het wijzigen van een vergunning, voor zover die wijziging ziet op het omzetten van een allotment naar een assignment, evenals de vergoedingen, genoemd in bijlage I bij deze regeling, een forfaitair bedrag is verschuldigd.

Vergunningen voor het gebruik van frequentieruimte ten behoeve van DVB-T en T-DAB (digitale televisie respectievelijk digitale radio) worden en zullen voor het merendeel verleend worden via zogenoemde allotment-toewijzingen. Dit zijn toewijzingen van frequentiebanden zonder dat concreet is bepaald vanaf welke locaties het gebruik mag plaatsvinden. De omzetting van een allotment naar een assignment houdt in dat de vergunninghouder een zenderplan indient met concrete opstelplaatsen. Deze worden door Agentschap Telecom gecoördineerd met het buitenland. De resultaten van deze coördinatie, te weten concrete opstelplaatsen met concrete zendparameters worden vastgelegd in de vergunning. Van omzetting van allotment naar assignment is derhalve sprake wanneer de algemeen geformuleerde frequentiegebruiksrechten worden omgezet in concrete frequenties met opstelplaatsen.

Ofschoon deze omzetting plaatsvindt door wijziging van de vergunning, zijn de werkzaamheden gelijksoortig aan de werkzaamheden van een verlening van een vergunning in de categorie I.F.3. Om die reden is dan ook aangesloten bij de hoogte van de vergoeding voor toelating in deze categorie.

Artikelen 6 en 7

Deze artikelen komen overeen met de artikelen 6 en 7 van de Regeling vergoedingen Agentschap Telecom 2006.

Artikel 8

Dit artikel komt overeen met artikel 8 van de Regeling vergoedingen Agentschap Telecom 2006. Met het onderhavige artikel wordt gebruik gemaakt van de in artikel 7 van het besluit neergelegde mogelijkheid om af te wijken van de in laatstgenoemd artikel opgenomen bepaling dat de vergoeding door degene die de vergoeding is verschuldigd bij vooruitbetaling dient te worden voldaan. Dit is nodig omdat de vergoedingen voor uitvoeringswerkzaamheden steeds achteraf in rekening worden gebracht en de vergoedingen voor toezichtswerkzaamheden soms aan het einde van het kalenderjaar waarop de vergoeding betrekking heeft. Indien de vergoedingen voor toezichtswerkzaamheden in december van dat jaar in rekening worden gebracht, behoeven zij – gelet op de betalingstermijn van dertig dagen – niet meer tijdens dat jaar te worden betaald, zodat niet langer kan worden gesproken van een verplichting tot vooruitbetaling.

Artikel 9 en 10

Deze artikelen komen overeen met de artikelen 9 en 10 van de Regeling vergoedingen Agentschap Telecom 2006.

Artikel 11

Dit artikel heeft een overeenkomstige strekking als artikel 11 van de Regeling vergoedingen Agentschap Telecom 2006. Die regeling wordt ingetrokken, zij het dat de bepalingen van die regeling (na 31 december 2006) van toepassing blijven op de werkzaamheden of diensten die in het kalenderjaar 2006 door het agentschap zijn verricht. Hiermee wordt bereikt dat voor alle werkzaamheden of diensten die in 2006 door het agentschap zijn verricht de vergoedingen gelden zoals neergelegd in de Regeling vergoedingen Agentschap Telecom 2006, ook indien facturering of afhandeling van de factuur heeft plaatsgevonden na 31 december 2006.

De Minister van Economische Zaken,

J.G. Wijn

Naar boven