Vaststelling beleidsregels subsidiëring Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 (Gedetineerdenbegeleiding)

Besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken van 30 november 2006, nr. DCZ/CU-2006/225, tot vaststelling van beleidsregels voor subsidiëring op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 van de begeleiding en geestelijke verzorging van Nederlandse gedetineerden in het buitenland (Gedetineerdenbegeleiding)

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Gelet op artikel 6 van het Subsidiebesluit Ministerie van Buitenlandse Zaken1 en artikel 10.5, eerste lid, onder a, van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 20062 ;

Besluit:

Artikel 1

Voor subsidieverlening op grond van artikel 10.5, eerste lid, onder a, van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 met het oog op de begeleiding en de geestelijke verzorging van Nederlandse gedetineerden in het buitenland gelden de volgende beleidsregels:

a. Voor subsidie komen in aanmerking activiteiten die dienstig zijn aan de uitvoering van het beleid van de minister in het kader van de begeleiding van Nederlandse gedetineerden in het buitenland. Deze activiteiten betreffen het begeleiden van en het bieden van geestelijke verzorging aan Nederlandse gedetineerden in penitentiaire inrichtingen in het buitenland, met als doel minimalisering van negatieve mentale gevolgen van detentie in het buitenland en voorbereiding op de terugkeer in de maatschappij.

b. Subsidie wordt slechts verleend aan rechtspersonen.

c. De duur van de activiteiten bedraagt ten hoogste twee jaar.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Buitenlandse Zaken,
namens deze:
de directeur-generaal Regiobeleid en Consulaire Zaken,, R.V.M. Jones-Bos.

  • 1

    Stb. 2005, 137.

  • 2

    Stcrt. 2005, 251.

Naar boven