Aan: de Burgemeesters (t.a.v. hoofd Burgerzaken)
i.a.a:
– de Minister van Buitenlandse Zaken
– de Gevolmachtigde Minister van Aruba
– de Gevolmachtigde Minister van de Nederlandse Antillen
– de Vereniging van Nederlandse Gemeenten
– de Nederlandse Vereniging voor Burgerzaken
Onderdeel: Stafdirectie Uitvoeringsbeleid
Datum: 15 november 2006
Ons kenmerk: IND UIT 06-7136
Code: TBN 2006/8
Juridische achtergrond: Art. 13, eerste lid Rijkswet op het Nederlanderschap;
Besluit optie- en naturalisatiegelden 2002
Onderwerp: Indexeringsverhoging optiegelden en naturalisatiegelden
Geldig van: 1 januari 2007 tot 1 januari 2008
Inleiding
Ingevolge artikel 9, eerste lid Besluit optie- en naturalisatiegelden 2002 (Stb. 2002, 325) worden de leges jaarlijks met ingang van 1 januari met een bepaald percentage gewijzigd. Dit betekent dat met ingang van 1 januari 2007 de optieleges en de naturalisatieleges worden verhoogd. De hoogte van het indexeringspercentage waarmee de nu geldende leges worden verhoogd, is bij ministeriële beschikking van 15 november 2006 vastgesteld op 1,9%.
De verschuldigde leges zijn de bedragen die gelden op de datum van inontvangstneming van de optieverklaring of het naturalisatieverzoek. Inontvangstneming van de optieverklaring of het naturalisatieverzoek vindt plaats op het tijdstip dat de optant of verzoeker in persoon bij de in ontvangstnemende instantie verschijnt en zijn verklaring of verzoek aflegt dan wel indient. De verklaring of het verzoek worden bij ontvangst door de instantie voorzien van een datum en dienststempel, waarna een kopie van de verklaring of het verzoek aan de optant of verzoeker wordt verstrekt. De datum waarop de verklaring wordt afgelegd dan wel het verzoek in ontvangst wordt genomen, kan derhalve worden afgeleid uit de aantekening op de verklaring of het verzoek. (Zie onder andere art. 7 en 33 Besluit verkrijging en verlies Nederlanderschap (BVVN)).
Tariefcodes
De hieronder genoemde tariefcodes A tot en met F hebben betrekking op de codes die zijn vermeld in de toelichting op artikel 13, eerste lid RWN in de Handleiding voor de toepassing van de Rijkswet op het Nederlanderschap 2003.
Optiegelden
Met ingang van 1 januari 2007 moet voor het afleggen van een optie ter verkrijging van het Nederlanderschap op grond van de Rijkswet op het Nederlanderschap worden betaald:
| Tariefcode A (enkelvoudige optie) | Tariefcode B (gemeenschappelijke optie) |
---|
Nederland en buiten | | |
het Koninkrijk: | € 136 (was € 133) | € 232 (was € 228) |
Nederlandse Antillen: | 228 (was 224) N-A gulden | 391 (was 384) N-A gulden |
Aruba: | 228 (was 224) florin | 391 (was 384) florin |
Ontvangen optiegelden behoeven niet te worden afgedragen.
Naturalisatiegelden Nederland en verzoeken van buiten het Koninkrijk
Met ingang van 1 januari 2007 moet voor de behandeling van een naturalisatieverzoek worden betaald:
hoge tariefgroep– enkelvoudig verzoek (tariefcode E): | € 358 (was € 351). |
– gemeenschappelijk verzoek (tariefcode F): | € 454 (was € 446). |
lage tariefgroep– enkelvoudig verzoek (tariefcode C): | € 238 (was € 234). |
– gemeenschappelijk verzoek (tariefcode D): | € 335 (was € 329). |
Afdracht burgemeesterVan ieder enkelvoudig verzoek behoudt de gemeente | € 136 (was € 133). |
Van een gemeenschappelijk verzoek behoudt de gemeente | € 232 (was € 228). |
Derhalve draagt de gemeente af aan de IND:
– € 222 (bij toepassing van de hoge tariefgroep, zowel een enkelvoudig als een gemeenschappelijk verzoek; dit was € 218).
Voor de hoge tariefgroep gelden de volgende IND-afdrachtcodes:
Voor een enkelvoudig verzoek: | afdrachtcode 070 |
Voor een gemeenschappelijk verzoek: | afdrachtcode 073 |
– € 102 resp. € 103 (bij toepassing van de lage tariefgroep, zowel een enkelvoudig als een gemeenschappelijk verzoek; dit was € 101).
Voor de lage tariefgroep gelden de volgende IND-afdrachtcodes:
Voor een enkelvoudig verzoek (€ 102) | afdrachtcode 071 |
Voor een gemeenschappelijk verzoek (€ 103): | afdrachtcode 074 |
Afdracht hoofd Diplomatieke/consulaire post
Voor de verzoeken ingediend buiten het Koninkrijk gelden dezelfde afdrachtbedragen als vermeld bij de afdracht door de gemeente aan de Immigratie- en Naturalisatiedienst.
Naturalisatiegelden Antillen/Aruba
Met ingang van 1 januari 2007 zijn de naturalisatiegelden als volgt vastgesteld (onderstaande bedragen zijn zowel in Nederlands-Antilliaanse gulden als in Arubaanse florin):
| hoge tariefgroep | lage tariefgroep |
---|
– enkelvoudig verzoek: | 600 (was 589) | 397 (was 390) |
– gemeenschappelijk verzoek: | 764 (was 750) | 561 (was 551) |
Afdracht Antillen/Aruba
Van ieder enkelvoudig verzoek behoudt de regering van de Nederlandse Antillen 228 Nederlands-Antilliaanse gulden (voorheen: 224 N-A gulden).
Van ieder enkelvoudig verzoek behoudt de regering van Aruba 228 florin (voorheen: 224 florin).
Van ieder gemeenschappelijk verzoek behoudt de regering van de Nederlandse Antillen of Aruba het bedrag van 391 in eigen valuta (voorheen: 384 gulden of florin).