Aanwijzing verboden plaats

Besluit van 29 november 2006, nr. 06.004126, houdende de aanwijzing van een verboden plaats

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 3 november 2006, nr. 2006-0000263822, DGV/CB/BJZ, in overeenstemming met Onze Minister van Justitie;

Gelet op de artikelen I en IV van de Wet bescherming staatsgeheimen;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

Als verboden plaats ingevolge artikel I van de Wet bescherming staatsgeheimen wordt aangewezen de bij het Nationaal CrisisCentrum in gebruik zijnde etage, de daarbij behorende technische ruimte en de uitwijkmogelijkheid, gelegen in de gemeente Den Haag, Schedeldoekshaven 100 (2511 EX), respectievelijk Schedeldoekshaven 200 (2511 EZ), kadastraal bekend onder de gemeente ’s-⁠Gravenhage, sectie G, nummer 5214.

Artikel 2

De in artikel 1 aangewezen verboden plaatsen worden als zodanig aangegeven door plaatsing van borden waarop staat dat de plaats is aangewezen als verboden plaats ingevolge de Wet bescherming staatsgeheimen en dat de toegang daartoe voor onbevoegden verboden is.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is belast met de uitvoering van dit besluit, waarvan mededeling wordt gedaan in de Staatscourant.

Den Haag, 29 november 2006 Beatrix
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, J.W. Remkes.

Naar boven