Instellingsbesluit Kenniskring weidevogellandschap

Besluit van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 17 november 2006, nr. TRCJZ/2006/3075, houdende instelling Kenniskring weidevogellandschap

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Besluit:

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. Minister: Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;

b. kenniskring: Kenniskring weidevogellandschap.

Artikel 2

1. Er is een Kenniskring weidevogellandschap.

2. De kenniskring heeft tot taak het bevorderen van ontsluiting, ontwikkeling, uitwisseling, verspreiding en benutting van kennis omtrent het weidevogelbeheer.

Artikel 3

1. De kenniskring bestaat uit maximaal 30 leden, de voorzitter daaronder begrepen.

2. De Minister benoemt, schorst en ontslaat de leden van de kenniskring.

3. De voorzitter en de andere leden worden benoemd op persoonlijke titel en voor een periode van vier jaren. Na afloop van die periode zijn zij terstond herbenoembaar.

4. De Minister voorziet in secretariële ondersteuning.

Artikel 4

1. Te rekenen vanaf 1 april worden in de kenniskring de volgende leden benoemd:

a. mevrouw dr. P.C. de Hullu, tevens voorzitter;

b. de heer prof. dr. F. Berendse;

c. de heer J.J. van den Boogert;

d. de heer M. Douma;

e. de heer dr. R.P.B. Foppen;

f. de heer G.J. Gerritsen;

g. de heer L. de Groot;

h. de heer dr. ir. J.A. Guldemond;

i. de heer ir. R.J.J. Hendriks;

j. de heer ing. R.J.A. Hobbenschot;

k. de heer N. Jonker;

l. de heer dr. Th.C.P. Melman;

m. de heer ir. G. Migchels;

n. de heer drs. A.G. van Paassen;

o. de heer J.H. Rietema;

p. de heer ing. F. van Rossum;

q. de heer prof. dr. G.R. de Snoo;

r. de heer drs. R. van ’t Veer;

s. de heer ing. E. Wymenga;

t. de heer ir. F.F. van der Zee.

2. Voor het tijdvak van 1 april tot en met 30 september 2006 wordt de heer drs. J.F.A. Krüse als lid van de kenniskring benoemd.

Artikel 5

De kenniskring stelt haar eigen werkwijze vast.

Artikel 6

De kenniskring brengt uiterlijk 31 maart 2010 een evaluatierapport uit waarin de taakvervulling van de kenniskring aan een onderzoek wordt onderworpen en voorstellen kunnen worden gedaan voor mogelijke veranderingen.

Artikel 7

De voorzitter van de kenniskring is bevoegd anderen dan de leden van de kenniskring uit te nodigen aan overleg van de kenniskring deel te nemen.

Artikel 8

De voorzitter en de overige leden van de commissie ontvangen per vergadering € 135,–, overeenkomstig de Regeling maximumbedragen vacatiegeld 20041 .

Artikel 9

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 april 2006.

Artikel 10

Dit besluit wordt aangehaald als: Instellingsbesluit Kenniskring weidevogellandschap.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 17 november 2006.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.P. Veerman.

Toelichting

Het onderhavige besluit voorziet in de instelling van de Kenniskring weidevogellandschap (hierna: kenniskring). De Natuurbalans 20061 , een jaarlijkse rapportage van het Milieu- en Natuurplanbureau over de ontwikkeling van de kwaliteit van natuur en landschap in het licht van het gevoerde beleid, geeft net als in voorgaande jaren aan dat ondanks de inspanningen van overheid, agrariërs en terreinbeherende instanties het biodiversiteitsverlies nog niet tot stilstand is gekomen en dat de aantallen weidevogels nog steeds een neerwaartse trend vertonen.

Er zijn concrete activiteiten nodig om dit tij te keren. Om de effectiviteit van het weidevogelbeheer te verbeteren is de kenniskring opgezet, waarin onderzoekers, agrariërs, natuurorganisaties, onderwijsorganisaties en provincies informatie, kennis en ervaring kunnen uitwisselen ten aanzien van weidevogelbeheer. De kenniskring zal daarnaast tot doel hebben het begeleiden van onderzoek en het geven van adviezen ten aanzien van de effectiviteit van weidevogelbeheer aan verschillende overheden en organisaties op het gebied van de inrichting van het weidevogellandschap. De instelling van de kenniskring maakt deel uit van het Actieprogramma ‘Een rijk weidevogellandschap’ (hierna: Actieprogramma) dat op 15 juni 2006 is gepresenteerd. Het actieprogramma heeft als doel de achteruitgang van het aantal weidevogels tot staan te brengen in 2010 en om te buigen in een stijging van aantallen broedparen.

De vergoeding van de leden van de kenniskring zal plaatsvinden op basis van het Vacatiegeldenbesluit 1988. Daarnaast is er een budget beschikbaar voor onderzoek zoals is vastgesteld in het Actieprogramma.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

C.P. Veerman

  • 1

    Stcrt. 2004, 231.

Naar boven