Aanwijzing ambtenaren Nederlandse mededingingsautoriteit alsmede Staatstoezicht op de Mijnen als toezichthouders Gaswet en daarop gebaseerde regelgeving
Besluit van de Minister van Economische Zaken van 20 oktober 2006, nr. WJZ 6072764, tot aanwijzing van ambtenaren van de Nederlandse mededingingsautoriteit alsmede van Staatstoezicht op de Mijnen als toezichthouders op artikelen van de Gaswet en daarop gebaseerde regelgeving
De Minister van Economische Zaken,
Gelet op artikel 59, tweede lid, van de Gaswet;
Besluit:
Artikel 1
Als ambtenaren belast met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens paragraaf 1.2 en van de artikelen 43 tot en met 49, 53 tot en met 57, 72, 73 en 80 tot en met 85 van de Gaswet worden aangewezen de ambtenaren van de in artikel 5a, vijfde lid, van de Mededingingswet bedoelde eenheid van de mededingingsautoriteit.
Artikel 2
Onverminderd het bepaalde in artikel 1 worden als ambtenaren belast met het toezicht op de naleving van de op artikel 8 van de Gaswet gebaseerde artikelen 10, tweede lid, 11, onderdelen e tot en met l, en de artikelen 15 tot en met 19 van de Regeling kwaliteitsaspecten netbeheer elektriciteit en gas aangewezen de inspecteur-generaal der mijnen en de onder hem ressorterende inspectieambtenaren.
Artikel 3
1. Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.
2. De Regeling van de Minister van Economische Zaken van 7 mei 2002, nr. WJZ 02024483, houdende regels inzake aanwijzing ambtenaren toezicht Gaswet1 wordt ingetrokken.
Tegen dit besluit kan degene, wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen 6 weken na de dag waarop dit besluit is bekendgemaakt, een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de Minister van Economische zaken, directie Wetgeving en Juridische Zaken, Postbus 20101, 2500 EC ’s-Gravenhage
Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
Den Haag, 20 oktober 2006.
De Minister van Economische Zaken, J.G. Wijn.
Toelichting
Algemeen
In artikel 59, tweede lid, van de Gaswet is bepaald dat met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de in dat artikellid genoemde artikelen van de Gaswet zijn belast de bij besluit van de Minister van Economische Zaken aangewezen ambtenaren. Bij besluit van 7 mei 2002 (Stcrt. 88), zoals gewijzigd bij besluit van 8 juni 2005 (Stcrt. 114) zijn daartoe aangewezen de ambtenaren van de Directie Toezicht energie van de Nederlandse mededingingsautoriteit (NMa-DTe; voorheen de Dienst uitvoering en toezicht energie).
Naast regels voor ordening van de energiemarkt geeft de Gaswet ook regels voor het op een veilige wijze exploiteren van het distributienetwerk. NMa-DTe heeft geadviseerd om het toezicht op de veiligheid los te koppelen van het verdere toezicht op de energiemarkt. Daarom is besloten de onder het gezag van de Minister van Economische Zaken vallende dienst ‘Staatstoezicht op de Mijnen’ (SodM) aan te wijzen als (mede)toezichthouder op op artikel 8 van de Gaswet gebaseerde artikelen van de Regeling kwaliteitsaspecten netbeheer elektriciteit en gas die betrekking hebben op normen voor de veiligheid. Dit vanwege de bij SodM al bestaande expertise op het veiligheidstoezicht op gasproductieleidingen. Op deze wijze is het toezicht op marktwerking en op veiligheid zo veel mogelijk gescheiden.
In een protocol zijn tussen NMa-DTe en SodM afspraken gemaakt over de wijze van samenwerken. Dubbel toezicht en extra administratieve lasten voor de netbeheerders worden zo veel mogelijk voorkomen.
Artikelsgewijs
In artikel 1 worden de ambtenaren van NMa-DTe aangewezen voor het toezicht op alle artikelen die zijn genoemd in artikel 59, tweede lid, met uitzondering van de artikelen 76 tot en met en 79, die inmiddels zijn vervallen.
In artikel 2 worden de ambtenaren van SodM aangewezen als toezichthouder op die artikelen van de Regeling kwaliteitsaspecten netbeheer elektriciteit en gas die gebaseerd zijn op artikel 8 van de Gaswet en die betrekking hebben op normen voor de veiligheid. Belangrijk voor het toezicht op veiligheidsaspecten is het zogenaamde kwaliteits- en capaciteitsdocument dat elke netbeheerder op grond van artikel 8 tweejaarlijks moet indienen en waarvoor de normen nader worden uitgewerkt in de Regeling kwaliteitsaspecten. Er is voor gekozen om ambtenaren van SodM naast ambtenaren van NMa-DTe aan te wijzen als toezichthouder op de in artikel 2 genoemde artikelen, omdat hierbij soms ook sprake is van marktaspecten. Zoals hierboven opgemerkt, hebben NMa-DTe en SodM onderling afspraken gemaakt om dubbel toezicht zo veel mogelijk te voorkomen.
De Minister van Economische Zaken,
J.G. Wijn