Wijziging diverse regelingen Ministerie van Economische Zaken

Regeling van de Minister van Economische Zaken van 20 oktober 2006, nr. WJZ 6085439, tot wijziging van de Regeling aanvraag en vergelijkende toets vergunningen commerciële radio-omroep 2003, de Regeling vervolg verdeling frequenties commerciële radio-omroep 2003, de Regeling aanvraag vergunning voor IMT-2000 en de Regeling aanvraagprocedure en veiling gebruiksrecht frequentieruimte voor WLL

De Minister van Economische Zaken,

Gelet op de artikelen 4, 6, eerste lid, en 8 van het Frequentiebesluit;

Besluit:

Artikel I

De Regeling aanvraag en vergelijkende toets vergunningen commerciële radio-omroep 2003 wordt als volgt gewijzigd:

1. Bijlage 3a., onderdeel VIII.B., komt als volgt te luiden:

VIII.B. Advocaat

Een schriftelijke opinie van een advocaat, gevestigd in een van de lidstaten van de Europese Unie of in een van de overige staten die partij zijn bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, omtrent het voldoen door de aanvrager aan de artikelen 16 en 17.

2. In bijlage 5 wordt ‘een aan toezicht van De Nederlandsche Bank onderworpen bank ‘ vervangen door: een bank die een vergunning heeft van De Nederlandsche bank of van een andere toezichthoudende instantie in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een van de overige staten die partij zijn bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte.

Artikel II

De Regeling vervolg verdeling frequenties commerciële radio-omroep 2003 wordt als volgt gewijzigd:

1. Bijlage 3, onderdeel VIII.B., komt als volgt te luiden:

VIII.B. Advocaat

Een schriftelijke opinie van een advocaat, gevestigd in een van de lidstaten van de Europese Unie of in een van de overige staten die partij zijn bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, omtrent het voldoen door de aanvrager aan de artikelen 16 en 17.

2. In bijlage 5 wordt ‘een aan toezicht van De Nederlandsche Bank onderworpen bank’ vervangen door: een bank die een vergunning heeft van De Nederlandsche bank of van een andere toezichthoudende instantie in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een van de overige staten die partij zijn bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte.

Artikel III

In de Regeling aanvraag vergunning voor IMT-2000 wordt in bijlage 1, onderdeel A.4., eerste lid, ‘een in Nederland gevestigde onafhankelijke advocaat’ vervangen door: een onafhankelijke advocaat die gevestigd is in een van de lidstaten van de Europese Unie of in een van de overige staten die partij zijn bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte.

Artikel IV

De Regeling aanvraagprocedure en veiling gebruiksrecht frequentieruimte voor WLL wordt als volgt gewijzigd:

1. In bijlage 1, onderdeel A.4, eerste lid, wordt ‘een in Nederland gevestigde onafhankelijke advocaat’ vervangen door: een onafhankelijke advocaat die gevestigd is in een van de lidstaten van de Europese Unie of in een van de overige staten die partij zijn bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte.

2. In bijlage 3 wordt ‘een aan toezicht van De Nederlandsche Bank onderworpen bank’ vervangen door: een bank die een vergunning heeft van De Nederlandsche bank of van een andere toezichthoudende instantie in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een van de overige staten die partij zijn bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte.

Artikel V

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 20 oktober 2006.
De Minister van Economische Zaken, J.G. Wijn.

Toelichting

Schaarse vergunningen voor het gebruik van frequentieruimte worden verdeeld door middel van een veiling of een vergelijkende toets. Het is gebruikelijk dat voor elke veiling of vergelijkende toets een ministeriële regeling wordt opgesteld, waarin onder meer wordt bepaald welke gegevens de aanvrager dient te overleggen in het kader van een aanvraag voor een vergunning.

In een aantal ministeriële regelingen is als voorwaarde gesteld dat de aanvrager een verklaring van een in Nederland gevestigde advocaat dient te overleggen omtrent de juistheid van bepaalde gegevens. In de meeste ministeriële regelingen waarin die voorwaarde was opgenomen, werd eveneens de voorwaarde gesteld dat een bankgarantie moest worden overlegd door een bank die onder toezicht stond van De Nederlandsche Bank.

Deze regeling vervangt het vereiste ‘van een in Nederland gevestigde (onafhankelijke) advocaat’ door: een in de Europese Unie of in de Europese Economische Ruimte gevestigde (onafhankelijke) advocaat. Voorts wordt het vereiste van ‘een aan toezicht van De Nederlandsche Bank onderworpen bank’ vervangen door een bank die een vergunning heeft van De Nederlandsche bank of van een andere toezichthoudende instantie in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een van de overige staten die partij zijn bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte.

Op basis van de ministeriële regelingen die met deze regeling worden gewijzigd, kan géén vergunning meer worden aangevraagd; de uiterste datum waarop een aanvraag kon worden ingediend is voor alle regelingen verstreken. Dit wil niet zeggen dat de ministeriële regelingen niet meer relevant zijn. In artikel 3.8 van de Telecommunicatiewet is geregeld dat de Minister van Economische Zaken toestemming moet verlenen voor de overdracht van vergunningen voor het gebruik van frequentieruimte. Artikel 3.8 van de Telecommunicatiewet verklaart artikel 3.6 van de Telecommunicatiewet van overeenkomstige toepassing. Laatstgenoemd artikel bepaalt in welke gevallen een vergunning voor het gebruik van frequentieruimte moet worden geweigerd dan wel kan worden geweigerd. Een vergunning kan onder meer geweigerd worden, wanneer ‘de aanvraag of de aanvrager niet voldoet aan de daarvoor bij of krachtens deze wet gestelde regels’. Het betreffen hier onder meer de entree-eisen die krachtens artikel 6 van het Frequentiebesluit zijn gesteld. Deze entree-eisen zijn in elke veiling- of vergelijkende toetsregeling opgenomen. Wanneer een houder van een vergunning de Minister van Economische Zaken om toestemming verzoekt om zijn vergunning over te dragen, kan de aanvraag tot overdracht getoetst worden aan de entree-eisen die zijn opgenomen in de desbetreffende veiling- of vergelijkende toetsregeling. Dit geldt ook voor de veiling- en vergelijkende toetsregelingen die met deze regeling worden gewijzigd.

De Minister van Economische Zaken,

J.G. Wijn

Naar boven