Instellingsbesluit Adviescommissie Versterking Randstad

27 september 2006

nr. 2006-0000319202

DGKB/GSIB/IB

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Handelend in afstemming met de Minister van Volkshuisvesting Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en de leden van de groep ‘Holland Acht’;

Besluit:

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. commissie: Adviescommissie Versterking Randstad;

b. minister: de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

c. Holland Acht: de 4 burgemeesters van de vier grote steden in de Randstad, Amsterdam, Den Haag, Rotterdam en Utrecht en de Commissarissen van de Koningin van Noord-Holland, Zuid-Holland, Utrecht en Flevoland

Artikel 2

Er is een Adviescommissie Versterking Randstad.

Artikel 3

1. De commissie heeft de opdracht een oordeel te geven over de bestaande analyses omtrent de (internationale) concurrentiepositie van de Randstad, alsmede over de aard en rol van bestuurlijke knelpunten daarbij. Voor de inhoudelijke analyse dient in elk geval gekeken te worden naar de volgende thema’s:

– Vestigingslokaties

– Verkeers- en vervoersinfrastructuur

– Verstedelijking in relatie met groen-blauw

– Kennisinfrastructuur

– Marketing

De voorgelegde bestuurlijke scenario’s uit de notitie Middenbestuur dienen te worden getoetst op de bijdrage die zij zouden kunnen leveren aan een structureel sterkere concurrentiepositie van de Randstad in internationaal verband.

2. De commissie wordt gevraagd voor het eind van 2006 advies uit te brengen.

3. De commissie brengt haar advies uit aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Artikel 4

1. De commissie bestaat uit: de heer W. Kok (voorzitter), de heer prof. drs. G.J. Cerfontaine, de heer mr. P.A. Nouwen, mevrouw mr. M.J. Oudeman MBA, mevrouw mr. Y.C.M.T. van Rooy, de heer mr. M. Tabaksblat en de heer H. Zwarts.

2. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties benoemt en ontslaat de leden van de commissie.

3. Het secretariaat van de commissie wordt gevormd door ambtenaren van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, alsmede door tijdelijk ingehuurde externe medewerkers.

4. Het secretariaat wordt bij de uitoefening van zijn taak rechtstreeks aangestuurd door de voorzitter van de commissie en voert zijn werkzaamheden onafhankelijk van beide ministeries en de Holland Acht uit.

5. De commissie kan, met inachtneming van de bepalingen van dit besluit, zijn werkwijze en die van het secretariaat regelen.

6. Het beheer van de bescheiden betreffende de werkzaamheden van de commissie geschiedt met inachtneming van de beheersregels, op grond van de Archiefwet (Stb. 1995, 276) en het Archiefbesluit (Stb. 1995, 671). De bescheiden worden na het beëindigen van de werkzaamheden overgedragen aan het archief van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Artikel 5

De leden van de commissie kunnen op basis van het Vacatiegeldenbesluit 1988 (Stb. 1988, 205) een vacatiegeld van € 200,– per vergadering ontvangen voor hun werkzaamheden. De voorzitter van de commissie kan op basis van het Vacatiegeldenbesluit 1988 (Stb. 1988, 205) een vacatiegeld van € 260,– per vergadering ontvangen voor zijn werkzaamheden.

Artikel 6

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Artikel 7

Dit besluit wordt aangehaald als: Instellingsbesluit Adviescommissie Versterking Randstad.

Dit besluit zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, J.W. Remkes.

Toelichting

Algemeen

Sinds 2001 is zowel de groei van het bruto regionaal product per inwoner als de groei van het aantal werkzame personen in de Randstad achter gebleven bij vrijwel alle andere grootstedelijke gebieden in Europa. Ook het vestigingsklimaat heeft aan aantrekkelijkheid ingeboet. De Holland Acht heeft in haar Manifest, dat zij op 12 oktober 2005 presenteerde, de urgentie van de bestuurlijke problemen die met deze inhoudelijke analyse samenhangen op de politieke agenda geplaatst.

De opdracht voor de onafhankelijke adviescommissie Versterking Randstad is om de bestaande analyses omtrent de (internationale) concurrentiepositie van de Randstad te beoordelen en de aard en rol van bestuurlijke knelpunten daarbij nader tegen het licht te houden. Op basis daarvan zal de commissie een oordeel kunnen geven over de mate waarin de verschillende bestuurlijke scenario’s zouden kunnen bijdragen aan een structureel sterkere concurrentiepositie van de Randstad in internationaal verband. De Minister van BZK is opdrachtgever van de commissie in afstemming met de Minister van VROM en de Holland Acht.

Artikelsgewijs

Artikel 3

De opdracht voor de onafhankelijke adviescommissie Versterking Randstad is om de bestaande analyses omtrent de (internationale) concurrentiepositie van de Randstad te beoordelen en de aard en rol van bestuurlijke knelpunten daarbij nader tegen het licht te houden. De voorzitter van de commissie rapporteert over de uitkomst van de werkzaamheden van de commissie aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Artikel 4

De samenstelling is tot stand gekomen in goed overleg tussen de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en de leden van de Holland Acht. Bij de samenstelling van de leden van de commissie is gelet op een evenwichtige deelname van vertegenwoordigers uit het bedrijfsleven en oud-bestuurders.

Artikel 5

De leden kunnen een financiële bijdrage ontvangen conform het Vacatiegelden besluit 1988. Daarnaast is er een budget beschikbaar voor onderzoek.

Naar boven