25 september 2006
Nr. HDJZ/SCH/2006-1445
Hoofddirectie Juridische Zaken
De Minister van Verkeer en Waterstaat,
Gelet op bijlage II, onderdeel 8, onder E, onder 3, van de Akte betreffende de toetredingsvoorwaarden bij het Verdrag tot toetreding van Tsjechië, Estland, Cyprus, Letland, Litouwen, Hongarije, Malta, Polen, Slovenië en Slowakije tot de Europese Unie (PbEU 2003, L236), artikel 17, eerste lid, onder g, en artikel 23, derde lid, onder c, van de Binnenschepenwet en de artikelen 23 tot en met 26 van het Besluit vaarbewijzen binnenvaart;
Besluit:
Artikel I
De Regeling EG-erkenning vaarbewijzen bedrijfsmatige vaart wordt gewijzigd als volgt:
A
Onder vervanging van de punt achter onderdeel f, 5°, door een puntkomma worden aan artikel 1 de volgende onderdelen toegevoegd:
g. van de Tsjechische Republiek: Průkaz způsobilosti kapitána a průkaz způsobilosti kormidelníka (Wet van 25 mei 1995 betreffende de binnenscheepvaart (114/1995 Sb.) en Besluit van het ministerie van Vervoer van 14 september 1995 betreffende de voorwaarden waaronder personen in aanmerking komen voor het loodsen en besturen van schepen (224/1995 Sb.);
h. van de Republiek Estland: Siseveelaeva laevajuhi diplom;
i. van de Republiek Litouwen: Vidaus vandenu transporto specialisto laipsnio diplomas (goedgekeurd bij Besluit nr. 161 van 15 mei 2001 van de minister van Vervoer en Communicatie betreffende de voorschriften voor de afgifte van diploma’s en certificaten voor deskundigen op het gebied van het vervoer over de binnenwateren);
j. van de Republiek Hongarije:
1°. Hajóskapitányi bizonyítvány (kapiteinsbewijs),
2°. Hajóvezetői bizonyítvány (schippersbewijs),
(overeenkomstig Besluit nr. 15/2001. (IV. 27.) KöViM van de minister van Vervoer en Waterhuishuiding betreffende scheepvaartbewijzen);
k. van de Republiek Polen: Patent żeglarski kapitana żeglugi śródlądowej – kategorii B (Schippersbewijs B) (overeenkomstig het besluit van de Minister van Infrastructuur van 23 januari 2003 inzake de beroepsbekwaamheid en het aantal bemanningsleden aan boord van binnenscheepvaartuigen);
l. van de Slowaakse Republiek:
1°. Lodný kapitán I. triedy,
2°. Lodný kapitán II. triedy,
(Besluit 182/2001 Z. z. van het ministerie van Vervoer, Post en Telecommunicatie van de Slowaakse Republiek houdende nadere bepalingen betreffende de kwalificatievereisten en tot controle van de beroepsbekwaamheid van de leden van een scheepsbemanning en van schippers van kleine schepen (onder verwijzing naar artikel 30, lid 7, en artikel 31, lid 3, van Wet 338/2000 Z. z. betreffende de binnenscheepvaart en tot wijziging van bepaalde wetten)).
B
Onder vervanging van de punt achter onderdeel e, 5°, door een puntkomma worden aan artikel 2 de volgende onderdelen toegevoegd:
f. van de Republiek Hongarije:
1°. Hajóskapitányi bizonyítvány (kapiteinsbewijs),
2°. Hajóvezetői ‘A’ bizonyítvány (schippersbewijs),
(overeenkomstig Besluit nr. 15/2001. (IV. 27.) KöViM van de minister van Vervoer en Waterhuishouding betreffende scheepvaartbewijzen);
g. van de Republiek Polen: Patent żeglarski kapitana żeglugi śródlądowej – kategorii A (Schippersbewijs A) (overeenkomstig het besluit van de Minister van Infrastructuur van 23 januari 2003 inzake de beroepsbekwaamheid en het aantal bemanningsleden aan boord van binnenscheepvaartuigen).
Artikel II
Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.
Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
De onderhavige regeling strekt tot wijziging van de Regeling EG-erkenning vaarbewijzen bedrijfsmatige vaart ingevolge bijlage II, onderdeel 8, onder E, onder 3, van de Akte betreffende de toetredingsvoorwaarden bij het Verdrag tot toetreding van Tsjechië, Estland, Cyprus, Letland, Litouwen, Hongarije, Malta, Polen, Slovenië en Slowakije tot de Europese Unie (PbEU 2003, L236). Bij die akte is, in verband met de toetreding van de hierboven genoemde landen tot de Europese Unie op 1 mei 2004, onder andere de lijst van door de EU-lidstaten wederzijds erkende vaarbewijzen voor de bedrijfsmatige vaart, opgenomen in bijlage I bij richtlijn nr. 91/672/EEG van 16 december 1991 (PbEG 1991, L373), aangevuld met vaarbewijzen van deze landen die voor erkenning in aanmerking kwamen. Ten behoeve van de implementatie daarvan in het Nederlandse recht wordt de Regeling EG-erkenning vaarbewijzen bedrijfsmatige vaart aangevuld met de betreffende vaarbewijzen.
De wijzigingen in de onderhavige regeling leiden niet tot informatieverplichtingen en hebben daarom geen gevolgen voor de administratieve lasten van de burgers of het bedrijfsleven. Derhalve is de regeling niet voorgelegd aan het Adviescollege voor de toetsing van administratieve lasten.