Wijziging Regeling opleiding en examen bevoegdverklaringen AML en JAR-66

Regeling tot wijziging van de Regeling opleiding en examen bevoegdverklaringen AML en JAR-66 AML inzake benoeming van de voorzitter en vergoeding voor examinatoren

19 januari 2006

Nr. IVW/05CU000007

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op artikel 15, derde lid, van het Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart;

Besluit:

Artikel I

De Regeling opleiding en examen bevoegdverklaringen AML en JAR-66 AML¹ wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 7 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

1. De minister stelt ten minste eenmaal per twee jaar het aantal examinatoren vast en biedt gelegenheid aan erkende onderhoudsorganisaties, erkende en geregistreerde opleidingsinstellingen, examinatoren en de voorzitter, bij een vacature personen voor te dragen.

2. Het derde lid komt te luiden:

3. De minister benoemt de voorzitter en de secretaris. De secretaris vervangt de voorzitter bij diens afwezigheid.

B

Artikel 8 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

1. Een examinator heeft recht op een vergoeding voor de door hem verrichte werkzaamheden.

2. In het tweede lid, onderdeel b, wordt de zinsnede ‘bestaande uit € 25 per uur per voorbereiding van een type-examen met een maximum van € 400’ vervangen door: bestaande uit € 400 per voorbereiding van een type-examen.

3. Het tweede lid, onderdeel c, komt te luiden:

c. een vergoeding volgens het Reisbesluit binnenland voor gemaakte reis- en verblijfkosten voor alle werkzaamheden ten behoeve van de commissie.

4. Onder vernummering van het derde lid tot vijfde lid worden twee leden ingevoegd, luidende:

3. De voorzitter en de secretaris kunnen bij de minister een vergoeding voor de verrichte werkzaamheden declareren. De vergoeding bedraagt voor:

a. de voorzitter € 40 per uur voor alle werkzaamheden;

b. de secretaris € 25 per uur voor alle werkzaamheden.

Daarnaast kunnen de voorzitter en de secretaris een vergoeding volgens het Reisbesluit binnenland voor gemaakte reis- en verblijfkosten voor alle werkzaamheden ten behoeve van de commissie declareren.

4. Het eerste lid is niet van toepassing op de in het eerste en derde lid bedoelde personen, die rijksambtenaar zijn en de desbetreffende werkzaamheden verrichtten tijdens diensttijd.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 december 2005.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat, M.H. Schultz van Haegen.

Toelichting

Bijgaande wijzigingsregeling beoogt de Regeling opleiding en examen bevoegdverklaringen AML en JAR-66 AML, hierna regeling, op een tweetal onderwerpen te wijzigen.

I. Benoeming voorzitter en secretaris

Op grond van de huidige regeling zijn de voorzitter en de secretaris van de examencommissie voor onderhoudstechnici rijksambtenaar. Een dergelijke bepaling strookt echter niet met het principe van een terugtredende overheid. Het is derhalve gewenst deze regeling op dit punt aan te passen, zodat ook niet-ambtenaren deze functies kunnen bekleden. Artikel 7, derde lid, wordt op dit punt aangepast.

In aansluiting hierop krijgt ook de voorzitter, zoals de opleidingsinstellingen dat nu al hebben, het recht in geval van een vacature bij de examinatoren personen voor vervulling van die vacature voor te dragen. Aangezien niet alle examinatoren werkzaam zijn bij een opleidingsinstelling krijgen zij eveneens het recht van voordracht.

De aanpassing van artikel 7, derde lid, werkt door naar het nieuwe artikel 8, derde lid. Hierin wordt voor de voorzitter en de secretaris apart een vergoedingsregeling opgenomen. Krachtens het nieuwe vierde lid van artikel 8 is deze vergoedingsregeling alleen van toepassing als voorzitter en/of secretaris geen ambtenaar zijn of, wanneer zij wel ambtenaar zijn, voor de betrokken tijd verlof opnemen. Voor de duidelijkheid is in het vierde lid ook naar de personen, genoemd in het eerste lid, – de examinatoren – verwezen.

Nu de huidige voorzitter met ingang van 1 december 2005 zijn ambtelijke status heeft verloren in verband met vervroegde uittreding wordt aan de regeling terugwerkende kracht tot die datum verleend.

II. Vergoedingsstructuur

De wijziging in de vergoedingsstructuur gaat om een tweetal punten in:

1. In het nieuwe artikel 8, tweede lid, onderdeel b, is aangesloten bij de structuur van de vergoedingsregeling, zoals die in de overige bepalingen van de regeling is opgenomen, te weten een vergoeding per product of per tijdseenheid, niet van een combinatie van beide. Dat voor het huidige maximum is gekozen vloeit daaruit voort, dat in de praktijk een goede voorbereiding van een type-examen al snel 16 uur of meer bedraagt, zodat vrijwel altijd het maximumbedrag wordt gedeclareerd.

2. De, overigens zeer beperkte, verruiming van de vergoeding krachtens het nieuwe artikel 8, tweede lid, onderdeel c, houdt het volgende in. De examinatoren wonen en werken verspreid over het land. Wanneer examinatoren in hetzelfde vak ter voorbereiding van een examen bijeen willen komen, kunnen naar de huidige regeling de reiskosten niet gedeclareerd worden. Op grond van de nieuwe tekst kan zulks nu wel.

De wijziging van de regeling heeft geen gevolgen met betrekking tot administratieve lasten voor de burger, de opleidingsinstellingen of de bedrijven. De wijzigingsregeling is derhalve niet aan Actal aangeboden. De financiële consequenties van deze wijziging zijn verwaarloosbaar.

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

M.H. Schultz van Haegen

• 1 Stcrt. 2001, 208; gewijzigd bij ministeriële regeling van 6 april 2004, Stcrt. 72.