Wijziging Regeling aanvullende bekostiging maatschappelijke stage in het voortgezet onderwijs 2005 en 2006

Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 6 september 2006, nr. VO/S&O/2006/31518, houdende wijziging van de Regeling aanvullende bekostiging maatschappelijke stage in het voortgezet onderwijs 2005 en 2006 in verband met een tweede aanvraagronde in 2006

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;

Gelet op de artikelen 85a, eerste lid, en artikel 89, eerste lid, van de Wet op het voortgezet onderwijs en artikel 2.2.3. van de Wet educatie en beroepsonderwijs;

Besluit:

Artikel I

De Regeling aanvullende bekostiging maatschappelijke stage in het voortgezet onderwijs 2005 en 20061 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 4 wordt ‘€ 8.730.000,–’ vervangen door: € 8.658.000,–.

B

Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding ‘1.’ geplaatst.

2. Er wordt een tweede lid toegevoegd, luidende:

2. Het bevoegd gezag dat vóór 15 september 2006 geen toewijzende beschikking op grond van deze regeling heeft ontvangen, kan tot 15 oktober 2006 een aanvraag indienen.

C

Artikel 9, eerste lid, komt te luiden:

1. Het bevoegd gezag, bedoeld in artikel 6, eerste lid, ontvangt een beschikking vóór 15 september van het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft.

D

Na artikel 9 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 9a

Beschikking in verband met tweede aanvraagronde in 2006

1. Het bevoegd gezag, bedoeld in artikel 6, tweede lid, ontvangt een beschikking vóór 31 december 2006.

2. De betaling van de aanvullende bekostiging vindt plaats in december 2006.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, M.J.A. van der Hoeven.

Toelichting

Algemeen

Op grond van de Regeling aanvullende bekostiging maatschappelijke stage in het voortgezet onderwijs 2005 en 2006 konden scholen tot 1 mei 2006 een aanvraag indienen voor aanvullende bekostiging als tegemoetkoming in de personeelskosten die gemoeid zijn met het coördineren en organiseren van de maatschappelijke stage, het opbouwen van netwerken ten behoeve van de ontwikkeling en uitvoering van de maatschappelijke stage, de inbedding in de school en de eventuele inhuur van derden hiervoor.

Het budget van het subsidieplafond voor 2006 is echter nog niet uitgeput. Uit verschillende signalen blijkt echter dat er nog wel behoefte is bij scholen om alsnog voor aanvullende bekostiging in aanmerking te komen. Daarom is besloten om scholen die in 2006 nog geen aanvullende bekostiging hebben ontvangen tot 15 oktober 2006 de gelegenheid te bieden alsnog een aanvraag in te dienen.

Administratieve lasten

De administratieve lasten voor scholen op grond van deze regeling zijn beperkt. Het invullen van het aanvraagformulier (een tekst van niet meer dan drie pagina’s) zal naar verwachting een medewerker van de school maximaal drie uur in beslag nemen. Dit kost de school € 99 (drie maal het uurtarief van € 33). Wanneer een school voor aanvullende bekostiging in aanmerking komt, dient het bevoegd gezag een korte tussenrapportage en een korte eindrapportage op te stellen, steeds op basis van een vergelijkbaar standaardformulier. Het opstellen van een korte tussenrapportage zal naar verwachting een medewerker van de school maximaal twee uur in beslag nemen. Dit kost de school € 66 (twee maal het uurtarief van € 33). Voor de eindrapportage wordt een vergelijkbaar tijdbeslag verwacht, dus ook dat kost de school € 66.

Maximaal kunnen er 87 scholen van deze regeling gebruik maken. De verwachting is ook dat niet meer dan 87 scholen een aanvraag voor deze regeling zullen indienen. De administratieve lasten van deze regeling worden daarmee geschat op € 20.079 (87 maal € 231).

Artikelsgewijs

Artikel I

onderdeel A

Voor 2006 was een subsidieplafond van € 8.730.000,– vastgesteld. In de vaststelling van dit budget is er echter geen rekening gehouden met twee aanvraagperiodes. Door deze extra, tweede aanvraagperiode nemen de uitvoeringskosten toe. Dit heeft als gevolg dat het plafond wordt verlaagd tot € 8.658.000,–. Concreet betekent dit dat voor de tweede aanvraagperiode in 2006 € 1.566.000,– beschikbaar is, waardoor in deze ronde maximaal 87 scholen voor een aanvullende bekostiging van € 18.000,– in aanmerking kunnen komen.

onderdeel B

In 2006 wordt scholen een tweede mogelijkheid geboden om een aanvraag voor aanvullende bekostiging in te dienen, namelijk tot 15 oktober 2006. Deze mogelijkheid staat alleen open voor scholen die vóór 15 september 2006 geen toewijzende beschikking op grond van deze regeling hebben ontvangen en dus in september 2006 geen aanvullende bekostiging hebben ontvangen.

onderdeel D

Het bevoegd gezag dat een aanvraag indient vóór 15 oktober 2006 ontvangt vóór 31 december 2006 een beschikking. De betaling van de aanvullende bekostiging vindt plaats in december 2006.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

M.J.A. van der Hoeven

  • 1

    Stcrt. 2005, 94; gewijzigd bij ministeriële regeling van 8 april 2006 (Stcrt. 77).

Naar boven