Nadere regeling spreiding en behoefte MEE-organisaties

Het College voor zorgverzekeringen,

Gelet op artikel 2.5.1, eerste lid, van de Regeling subsidies AWBZ;

Heeft in zijn vergadering van 13 april 2006 besloten:

Artikel 1

Deze regeling verstaat onder:

a. MEE-organisatie: een organisatie voor laagdrempelige, onafhankelijke en betrouwbare cliëntondersteuning ten behoeve van hun cliënten, zijnde verzekerden met een verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke handicap of een beperking uit het autistisch spectrum, al dan niet als gevolg van een chronische ziekte, hun ouders, andere verwanten, verzorgers of vertegenwoordigers, als bedoeld in de Regeling subsidies AWBZ;

b. werkgebied: een regio als bedoeld in de bijlage bij deze regeling;

c. formeel samenwerkingsverband: een op een notariële akte gebaseerde samenwerking tussen twee of meer MEE-organisaties die één overkoepelende Raad van Toezicht hebben die het toezicht op het integrale strategische beleid van de samenwerkende organisaties in haar takenpakket heeft.

Artikel 2

In ieder werkgebied is behoefte aan één MEE-organisatie.

Artikel 3

1. Het werkgebied van een MEE-organisatie omvat minimaal 625.000 inwoners.

2. In de volgende gevallen kan het werkgebied van een MEE-organisatie minder dan 625.000 inwoners omvatten:

a. het werkgebied valt samen met een provincie;

b. de MEE-organisatie heeft een formeel samenwerkingsverband met één of meer andere MEE-organisaties waarbij het werkgebied van de samenwerkende MEE-organisaties gezamenlijk minimaal 625.000 inwoners omvat.

Artikel 4

Een MEE-organisatie vormt geen bestuurlijke eenheid met een toegelaten zorgaanbieder.

Artikel 5

De Nadere Regeling spreiding en behoefte MEE-organisaties (Stcrt. 2005, 31) wordt ingetrokken.

Artikel 6

1. Deze regeling wordt aangehaald als Nadere Regeling spreiding en behoefte MEE-organisaties.

2. Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot 1 januari 2006.

Deze regeling zal met de toelichting maar zonder bijlage in de Staatscourant worden geplaatst. De bijlage ligt met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin deze regeling wordt geplaatst ter inzage in de bibliotheek van het College zorgverzekeringen.

Regeling goedgekeurd door de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport bij brief van 8 juni 2006, nummer Z/VU-2688566.

De Voorzitter, J.S.J. Hillen.De Algemeen Directeur, P.C. Hermans.

Toelichting

In artikel 1 is geregeld wat onder een MEE-organisatie wordt verstaan. De voorwaarden die worden gesteld aan een MEE-organisatie zijn opgenomen in artikel 2, 3 en 4 van de Regeling.

Op grond van artikel 3, eerste lid dient een MEE-organisatie een werkgebied te hebben van minimaal 625.000 inwoners. Deze minimale schaalgrootte heeft een MEE-organisatie nodig om voldoende invulling te kunnen geven aan haar collectieve cliëntondersteuning en kwaliteitseisen op het gebied van beschikbaarheid en bereikbaarheid en ondersteuning van de interne organisatie. Uitzondering is mogelijk op twee gronden. Deze uitzonderingsgronden worden genoemd in het tweede lid van artikel 3. Een MEE-organisatie kan zich beroepen op de onder a genoemde uitzonderingsgrond, indien het door de uitgestrektheid van het werkgebied meer voor de hand ligt de provinciegrenzen aan te houden. De onder b genoemde uitzonderingsgrond stelt MEE-organisaties een formeel samenwerkingsverband moeten hebben waarbij de werkgebieden meer inwoners omvatten dan 625.000.

Op grond van artikel 4, eerste lid dient een MEE-organisaties als rechtspersoon geheel onafhankelijk van een toegelaten zorgaanbieder te zijn.

De bijlage bij deze regeling bevat een overzicht van de werkgebieden van de MEE-organisaties. De bijlage ligt ter inzage in de bibliotheek van het College zorgverzekeringen.

De Voorzitter,

J.S.J. Hillen

De Algemeen Directeur,

P.C. Hermans

Naar boven