Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar Afdeling Stadstoezicht/Integraal Toezicht van de Dienst SEB van de gemeente Maastricht

Besluit van de Minister van Justitie van 31 mei 2006, nr. 5419739/Justis/06, strekkende tot aanwijzing van flora- en faunabeheerders bij de afdeling Stadstoezicht /Integraal Toezicht van de Dienst Stadstoezicht Economie en Beheer (SEB) van de gemeente Maastricht tot buitengewoon opsporingsambtenaar

De Minister van Justitie,

Handelende in overeenstemming met de Ministers die het aangaat;

Gelezen het verzoek van de gemeente Maastricht d.d. 4 april 2006 en de daarbij gevoegde adviezen van de korpschef van de regiopolitie Limburg-Zuid en de hoofdofficier van justitie te Maastricht;

Gelet op:

– artikel 142, eerste lid, onder b en derde lid, van het Wetboek van Strafvordering;

– artikel 17, eerste lid, aanhef en onder ten tweede, van de Wet op de economische delicten;

– het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar;

– artikel 17, eerste lid, aanhef en onder ten tweede, van de Wet op de economische delicten;

– de Regeling Toetsing Geweldsbeheersing Buitengewoon opsporingsambtenaar.

Besluit:

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder buitengewoon opsporingsambtenaar: de buitengewoon opsporingsambtenaar bedoeld in artikel 2.

Artikel 2

De personen, werkzaam in de functie van flora- en faunabeheerder in dienst van de afdeling Stadstoezicht/Integraal Toezicht van de Dienst SEB van de gemeente Maastricht, zijn aangewezen als buitengewoon opsporingsambtenaar.

Artikel 3

1. De buitengewoon opsporingsambtenaar is bevoegd tot het opsporen van feiten, strafbaar gesteld bij of krachtens:

a. de in artikel 1a van de Wet op de economische delicten (WED) genoemde wetten alsmede de artikelen 26, 33 en 34 van de WED;

b. de Visserijwet 1963;

c. de Wet op de openluchtrecreatie;

d. de Wet hygiëne en veiligheid badinrichtingen en zwemgelegenheden;

e. de Plantenziektenwet;

f. de Veewet;

g. de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren;

h. het Besluit gebruik meststoffen;

i. artikel 45 Luchtverkeersreglement;

j. het Binnenvaartpolitiereglement;

k. de Binnenschepenwet;

l. de Wegenverkeerswet 1994;

m. artikel 2 Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen (i.v.m. onverzekerd crossen);

n. de artikelen 141, 157, 158, 161 t/m 163, 173, 173a, 173b, 179, 180, 184, 239, 266, 267, 284, 285, 310, 311, 314, 315, 350, 351, 351 bis, 352, 424 t/m 429, 430a, 435, onder ten vierde, 447e en 458 t/m 461 van het Wetboek van Strafrecht en

o. verordeningen en/of Keuren voor zover betrokkene daarvoor door het bevoegde bestuursorgaan is aangewezen.

2. De opsporingsbevoegdheid geldt voor het grondgebied van het Regionaal Overleg Integraal Toezicht (ROIT) Limburg Zuid.

Artikel 4

1. De buitengewoon opsporingsambtenaar is bevoegd bij de opsporing van de strafbare feiten waarvoor hij of zij is beëdigd, gebruik te maken van de bevoegdheden, bedoeld in artikel 8, eerste en derde lid, van de Politiewet 1993.

Hij gedraagt zich overeenkomstig het bepaalde in hoofdstuk 7 van de Ambtsinstructie voor de politie, Koninklijke Marechaussee en de buitengewoon opsporingsambtenaar.

2. De buitengewoon opsporingsambtenaar kan gedurende de uitoefening van zijn functie als flora- en faunabeheerder gebruik maken van handboeien en een wapenstok.

Artikel 5

Op grond van dit besluit kunnen maximaal 30 personen als buitengewoon opsporingsambtenaar worden beëdigd.

Artikel 6

1. Als toezichthouder van de buitengewoon opsporingsambtenaar is aangewezen de hoofdofficier van justitie bij het arrondissementsparket te Maastricht.

2. Als direct toezichthouder van de buitengewoon opsporingsambtenaar is aangewezen de korpschef van het regionaal politiekorps Limburg-Zuid.

Artikel 7

1. Het hoofd van de Afdeling Stadstoezicht/Integraal Toezicht van de Dienst SEB van de gemeente Maastricht brengt jaarlijks, voor 1 april, over het jaar daaraan voorafgaand aan de Minister van Justitie verslag uit over:

a. het aantal buitengewoon opsporingsambtenaren dat op 31 december werkzaam was binnen de dienst;

b. de door die buitengewoon opsporingsambtenaren verrichte activiteiten;

c. de stand van zaken met betrekking tot de opleiding van die buitengewoon opsporingsambtenaren, waarbij in ieder geval wordt aangegeven hoeveel personen in het verslagjaar zijn aangemeld voor het door de Minister van Justitie goedgekeurde examen en hoeveel personen in dat jaar voor dat examen zijn geslaagd.

2. Dit verslag dient te worden toegezonden aan de toezichthouder en de direct toezichthouder, als bedoeld in artikel 5 van dit besluit, alsmede aan het Ministerie van Justitie, dienst Justis, afd. IBB/BOA, Postbus 20300, 2500 EH Den Haag.

Artikel 8

De individuele akten van opsporingsbevoegdheid en beëdiging en de overige benoemingsbescheiden van de buitengewoon opsporingsambtenaren die in dienst zijn van de afdeling Stadstoezicht/Integraal Toezicht van de Dienst SEB van de gemeente Maastricht, worden voor de duur van hun geldigheid of tot daarover nader zal zijn beslist, geacht te zijn akten en overige benoemingsbescheiden afgegeven mede op basis van het onderhavige besluit.

Artikel 9

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en vervalt 5 jaar na de datum van inwerkingtreding.

Artikel 10

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar Afdeling Stadstoezicht/Integraal Toezicht van de Dienst SEB van de gemeente Maastricht.

Binnen zes weken na publicatie van dit besluit kan een belanghebbende daartegen een bezwaarschrift indienen bij de Minister van Justitie, dienst Justis, afdeling IBB/BOA, Postbus 20300, 2500 EH Den Haag. Het bezwaarschrift dient te zijn gemotiveerd.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 31 mei 2006.
De Minister van Justitie,
namens deze:
de coördinator Buitengewoon Opsporingsambtenaar, G.V.A. van Raaij.

Toelichting

Bij brief van 4 april 2006 heeft de Project Beleidsmedewerker Integraal Toezicht van de Dienst SEB van de gemeente Maastricht verzocht om verlening van een categoriale beschikking betreffende de buitengewoon opsporingsambtenaren werkzaam bij de afdeling Stadstoezicht/Integraal Toezicht van de Dienst SEB van de gemeente Maastricht voor de functie van flora- en faunabeheerder.

De Minister van Justitie

namens deze:

de coördinator Buitengewoon Opsporingsambtenaar,

G.V.A. van Raaij

Naar boven