Wijziging Vreemdelingencirculaire 2000 (2005/24)

Besluit van de Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie van 10 mei 2005, nummer 2005/24, houdende wijziging van de Vreemdelingencirculaire 2000

De Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie,

Gelet op de Vreemdelingenwet 2000 (Staatsblad 2000, 495), het Vreemdelingenbesluit 2000 (Staatsblad 2000, 497) en het Voorschrift Vreemdelingen 2000 (Staatscourant 2001, nr. 10);

Besluit:

Artikel I

A

De tekst van C5/20.2 Vreemdelingencirculaire 2000 komt te luiden:

20.2 Het maken van een afspraak voor een tweede of volgende aanvraag

In verband met de administratieve voorbereiding die met een tweede of volgende aanvraag samenhangt, wordt voor het indienen van een tweede of volgende asielaanvraag vooraf een afspraak gemaakt met de vreemdeling.

Ten aanzien van vreemdelingen aan wie een maatregel van artikel 6 Vreemdelingenwet is opgelegd en die een tweede of volgende asielaanvraag indienen, geldt het onderstaande niet. Op hen is het gestelde onder A5/2.2.3.1 van toepassing.

Een vreemdeling die een tweede of volgende asielaanvraag wil indienen, kan dit daarom uitsluitend vooraf telefonisch melden (telefoonnummer: 0599-56 81 16). Dit nummer is bereikbaar van maandag tot en met donderdag van 10.00 tot 16.00 uur.

Bij zijn telefonische kennisgeving wordt de vreemdeling erop gewezen dat hij de (eventuele) nieuwe bescheiden, indien mogelijk in origineel – in het Nederlands vertaald – bij de aanvraag dient te overleggen.

In het geval de vreemdeling aangeeft dat hij in aanmerking meent te komen voor opvang, kan de vreemdeling gevraagd worden om de informatie te verstrekken die naar zijn mening aanleiding geeft tot het recht op opvang.

Indien tijdens de telefonische melding blijkt dat de vreemdeling in Nederland vergezeld wordt door familieleden, wordt hij er bij de telefonische kennisgeving op gewezen dat ook zij, indien zij wensen dat door of namens hen een tweede of volgende asielaanvraag wordt ingediend, zich op de afgesproken tijd en plaats dienen te melden. Tevens worden het Centraal Orgaan opvang asielzoekers en de vreemdelingendienst van de (laatste) verblijfplaats van de betrokken vreemdeling(en) in kennis gesteld van de aanmelding.

Na de telefonische melding bepaalt een medewerker van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) de locatie waar de asielaanvraag moet worden ingediend. De vreemdeling wordt zo snel als redelijkerwijs mogelijk is in de gelegenheid gesteld een nieuwe asielaanvraag in te dienen.

De betrokken vreemdeling wordt vervolgens zo snel als redelijkerwijs mogelijk is schriftelijk op de hoogte gesteld van de plaats en de tijd waar hij zijn asielaanvraag moet indienen.

De vreemdeling (en zijn eventuele ‘gezinsleden’ in de zin van artikel 29, eerste lid, onder e en f, Vreemdelingenwet) dient zich conform de afspraak op het vooraf afgesproken tijdstip te melden bij het aanmeldcentrum. Op dat moment dient de vreemdeling ook de originelen van eventuele nieuwe bescheiden met een vertaling in het Nederlands bij zich te hebben.

Het Centraal Orgaan opvang asielzoekers en de vreemdelingendienst waaronder de (laatste) verblijfplaats van de betrokken vreemdeling valt, worden van de aanmelding in het aanmeldcentrum op de hoogte gesteld door een medewerker van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) van het betreffende aanmeldcentrum.

De voorafgaande kennisgeving van de wens een asielaanvraag te willen indienen houdt niet de formele indiening van de asielaanvraag in.

Indien een vreemdeling zich bij een aanmeldcentrum aanmeldt voor de indiening van een tweede of volgende asielaanvraag, zonder dat hiervoor volgens de hierboven beschreven procedure een afspraak is gemaakt, wordt hem deze procedure medegedeeld.

Indien niet is voldaan aan één van de hiervoor omschreven voorwaarden voor het indienen van een tweede of volgende aanvraag, dan dient de vreemdeling in de gelegenheid te worden gesteld de aanvraag binnen een redelijke termijn aan te vullen (artikel 4:5 Algemene wet bestuursrecht), indien en voor zover dat naar de aard van het gebrek mogelijk is. Dit geldt dus alleen in de gevallen waarin nieuwe feiten of omstandigheden zijn aangevoerd. Is aanvulling niet mogelijk, dan kan hierin aanleiding gelegen zijn om een nieuwe afspraak te maken.

Artikel II

Dit besluit zal (met de toelichting) in de Staatscourant worden geplaatst en treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het is geplaatst.

Rijswijk, 10 mei 2005.
De Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie,
namens deze,
het hoofd van de Immigratie- en Naturalisatiedienst, P.W.A. Veld.

TOELICHTING BIJ WIJZIGING 2005/24

ALGEMEEN

Naar aanleiding van jurisprudentie van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State is de werkwijze gewijzigd met betrekking tot de telefonische meldingen van vreemdelingen die een tweede of volgende asielaanvraag wensen in te dienen. Het betreft de uitspraak van 15 november 2004 (200405554/1).

Vóór deze jurisprudentie kon het voorkomen dat bij deze telefonische melding aan de vreemdeling (of zijn gemachtigde) werd gevraagd naar de inhoud van de nieuwe feiten en omstandigheden die aanleiding gaven tot het indienen van de tweede of volgende asielaanvraag.

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft geoordeeld dat met het – niet vrijblijvend – vragen naar de inhoud van de nieuwe feiten en omstandigheden een aanvang is gemaakt naar het onderzoek van de in te dienen aanvraag en dat daarmee de 48-uurstermijn is aangevangen.

Na deze jurisprudentie is de werkwijze aangaande de telefonische meldingen aangepast, inhoudende dat niet meer wordt gevraagd naar de inhoud van de nieuwe feiten en omstandigheden. Met onderhavig wijzigingsbesluit is de tekst van de Vreemdelingencirculaire in overeenstemming gebracht met deze nieuwe werkwijze.

De Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie

namens deze,

het hoofd van de Immigratie- en Naturalisatiedienst,

P.W.A. Veld

Naar boven