Aanwijzing vervoersdiensten voor concessieverlening personenvervoer per trein Gelderland

Besluit tot aanwijzing vervoersdiensten waarvoor het College van Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland bevoegd is tot het verlenen, wijzigen of intrekken van concessies voor regionaal openbaar vervoer per trein

6 mei 2005

Nr. HDJZ/S&W/2005-652

Hoofddirectie Juridische Zaken

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

In overeenstemming met het College van Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland;

Gelet op artikel 20, derde lid, van de Wet personenvervoer 2000;

Besluit:

Artikel 1

1. Het College van Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland is bevoegd tot het verlenen, wijzigen of intrekken van concessies voor regionaal openbaar vervoer per trein voor de volgende vervoersdiensten, die de daarbij aangegeven stations verbinden:

Vervoersdienst:

Stations:

Winterswijk–Zutphen

Winterswijk, Winterswijk West, Lichtenvoorde-Groenlo, Ruurlo, Vorden, Zutphen.

Winterswijk–Doetinchem

Winterwijk, Aalten, Varsseveld, Terborg, Doetinchem.

Zutphen–Lochem, als onderdeel van de vervoersdienst Zutphen–Oldenzaal

Zutphen en Lochem.

Apeldoorn–Zutphen

Apeldoorn, Klarenbeek en Zutphen.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Verkeer en Waterstaat, K.M.H. Peijs.

Bezwaar

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kan tegen dit besluit binnen zes weken na de dag waarop dit is bekendgemaakt een bezwaarschrift worden ingediend. Het bezwaarschrift moet worden gericht aan de Minister van Verkeer en Waterstaat, ter attentie van de Hoofddirectie Juridische Zaken, Postbus 20906, 2500 EX Den Haag.

Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste het volgende te bevatten:

a. naam en adres van de indiener;

b. de dagtekening;

c. vermelding van de datum en het nummer of het kenmerk van het besluit waartegen het bezwaarschrift zich richt;

d. een opgave van de redenen waarom men zich met het besluit niet kan verenigen.

Toelichting

Artikel 20, derde lid, van de Wet personenvervoer 2000 bepaalt dat decentrale overheden het bevoegde gezag kunnen zijn ten aanzien van concessies voor regionaal openbaar vervoer per trein, voor de bij algemene maatregel van bestuur dan wel in overeenstemming met het betrokken bestuur aangewezen vervoersdiensten. Het College van Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland is voor de vervoersdiensten Zutphen–Winterswijk en Winterswijk–Doetinchem al sinds juni 1999 het bevoegd gezag, voor het gedeelte tussen Zutphen en Lochem van de vervoersdienst Zutphen–Oldenzaal vanaf december 2003 en voor de vervoersdienst tussen Apeldoorn en Zutphen vanaf december 2004.

In het onderhavige besluit worden de vervoersdiensten aangewezen die de daarbij aangegeven stations verbinden waarvoor het College van Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland het concessieverlenende bestuursorgaan is. Hiermee wordt bewerkstelligd dat het College van Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland voor de vermelde vervoersdiensten bevoegd bestuursorgaan blijft.

Het dagelijks bestuur van Regio Twente is bevoegd tot het verlenen van een concessie voor regionaal openbaar vervoer per trein voor het gedeelte tussen Oldenzaal en Lochem van de vervoersdienst Zutphen–Oldenzaal. Voor de vervoersdienst Zutphen–Oldenzaal dragen het College van Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland en het dagelijks bestuur van Regio Twente zorg voor een goede afstemming, omdat de vervoersdienst over het grondgebied van zowel de provincie als de regio loopt, en omdat de provincie Gelderland en de Regio Twente beide concessieverlenende bevoegdheid hebben voor een gedeelte van de totale vervoersdienst Zutphen–Oldenzaal.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

K.M.H. Peijs

Naar boven